Tweeenzeventigsle Jaargang.
1870.
No. 46.
Z O 1M I) A G
13 NOVEMBER.
(Officieel ©e&ccltc.
Politiek ©ocraicht.
Kronijk van den Oorlog.
Frankrijk'
A I, K 1IAA IIS C II E COURANT
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag
avond te 7 uren. Prijs per kwartaal f O,OS, franco per post f 0,80,
afzonderlijke nommers 5 Cents.
Brieven franco aan de Uitgevers HERM'. COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 1—5 regels 0,75, voor elke regel meer 15
Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag
1 uur, wordt voor de plaatsing in bet eerstvolgend nommer ingestaan;
ingezonden berichten een dag vroeger.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van belanghebbendendat het suppletoir
kohier der plaatselijke directe belastingalsmedp dat der
hondenbelasting voor de dienst 1870, heden door hen voor-
loopig is vastgesteld en gedurende 14 dagen, aanvangende
9 November 1870ter gemeente-secretarie ter lezing is ne-
dergelegd.
Burgemeester en Wethouders vccrncemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
8 Nov. 1870. Be Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
VERGADERING van den RAAD der gemeente ALK
MAAR, op Woensdag, den 16 November 1870. des namid
dags ten 1 uur. Namens den Voorzitter pan den Baad,
NUHOUT van der VEEN.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de maand September IS? 0.
Naar en over Duitschland: H. G. HILDEBRAND, Perrol
(Spanje), C. PETER, Minden.
Naar Engeland: P. LEEUW, H. HERW1CH, Londen.
POLITIE.
Ter terugbekoming aan het commissariaat van politie
voorhanden het navolgende gevondene, als: een zwartbont
graskalfeen ladder; eenige planken.
De hoop op het einde, op een schorsing van den oorlog
althansis weer te niet gedaan. De wapenstilstand, die ver
ademing kon scheuken niet alleen, maar die tevens door eenige
dagen en weken van rust de verhitte gemoederen en opge
wekte hartstochten wellicht tot kalmte had kunnen brengen,
die tijd en gelegenheid had kunnen geven tot ernstig naden
ken die de overgang had kunnen zijn tot den vredede
wapenstilstand is niet tot stand gekomen.
Dat hij niet tot stand kwam, is, helaas, alweer zeer ver
klaarbaar. Dit is de vloek des oorlogsdat, als de oorlogs
fakkel eens is ontstoken niemand meer meester is van het
oogenblikwaarop zij gebluscht zal worden. Van een Na
poleon spreken wij niet meer. Hij en zijn ellendige minis
ters die de mensehonteerende onbeschaamdheid hadden van
te verklaren dat zij dezen oorlog met een //licht hart" be
gonnen, zijn in de eerste plaats weggespoeld door den vloed,
waarvan zij met overmoedige en lichtzinnige hand de dammen
hadden doorgestoken. De regeering die in Eraukrijk de treurige
nalatenschap van het Keizerrijk heeft aanvaard heeft den moed
niet haren ongunstigen toestand voor het tot wanhoop geprikkelde
volk geheel bloot te leggen. Het zou die geheele nalaten
schap zoo gaarne willen verwerpen; maar dat recht van ver
werping is tot nog t,oe in het volkenrecht niet opgenomen,
en zal er misschien wel nooit in erkend worden. Pruisen
heeft met den in ïranknjk bestaanden regeeringsvorm niets
te maken. Voor Pruisen is 't onverschillig, of Erankrijk
een Keizerrijk of een Republiek is. Erankrijk heeft het den
oorlog aangedaan, en met Erankrijk moei het dien oorlog ten
einde brengen. Nu het overwinnaar is en steeds overwinnaar
blijft, heeft het vooreerst een volkomen wettige Eransche
regeering tegenover zich noodig, om een afdoend vredesver
drag mee te sluiten. Daarenboven wil het zich niet, tevreden
stellen met betaling van oorlogskosten en ontmanteling van
vestingenhet wil zijn machtigen en wraakzuchtigen erfvij
and ook voor het vervolg onschadelijkalthans iets minder
gevaarlijk maken en tiem daartoe een stuk van zijn grond
gebied afnemen. Misschien is deze begeerte naar Eransch
grondgebied voor een groot deel het gevolg van Erankrijks
onbeschaamde begeerlijkheid naar den Duitschen linker Rijn
oever en zijn onverholen toeleg om dien aan Pruisen te ont-
rooven. Wedervergelding heeft iets aanlokkelijks voor den
mensch, heeft zelfs in zijn oog een schijn van rechtvaardigheid.
Alle verdedigers van de doodstraf bij voorbeeld behooren
de voorgenomen inlijving van den Elzas en Lotharingen te
billijken. Maar wedervergelding is een tamelijk barbaarsche
opvatting van het recht. Ofschoon dan ook de Eranschen
zeiven geen recht hebben om zich over de Pruisische eischen
te beklagen, moet ieder die het wel meent met de rust van
Europa en wien het een gruwel is dat aan hondderdduizenden
een vaderland wordt opgedrongen dat zij haten, die aan
hechtingen van landen en inlijvingen van bevolkingen ten
strengste veroordeelen. Gold het een bezetting van den
noordoostelijken hoek van Erankrijk gedurende eenige jaren,
eischte Pruisen den afstand van de Eransche vloot, de slech
ting der vestingen de beperking van het leger tot een zeker
cijfer, wie zou het het recht betwisten om den aanrander te
ontwapenen Ook zonder afstand van grondgebied kan Erank
rijk tot rust worden gedwongen. Vóór alles behoort, om een
toestand van rust en vrede in Europa mogelijk te maken
het einde van den oorlog tevens den weg tot verzoening te
openen. Op den duur kan overheersching geen vrede waar
borgen haar hoogste doel kan slechts onderwerping zijn.
Maar onderwerping kan alleen als maatregel van overgang
nuttig werken doch nooit den grondslag uitmaken van een
blijvenden toestand. Of wil von Bismarck Duitschland voort
durend onder de wapenen houden althans onder den zwaren
last van zijn tegenwoordige legerinrichtingom het gebrei
delde, maar altijd onbevredigde en onverzoenlijke Erankrijk
te bewaken f
Misschien vindt Graaf von Bismarck hierin geen bezwaar,
en luistert de Koning van Pruisen naar zijn raad. Misschien
is de meerderheid der üuitschers thans door al het victorie-
schieten, zegeliederen-galmen en wierook-zwaaien zóó bedwelmd,
dat zij dit een houdbaren toestand achtmaar zij bedriegt
zich zeer, en zal eenmaal de treurige gevolgen van haar jam
merlijke verblinding ondervinden. Het behoud van Noord-
Sleeswijk en de aanhechting van Erankrijks noord-oosthoek
zullen de schandvlekken zijn van het overigeus zoo heerlijke
gewrocht van Duitschlands eenheid, en niet alleen de schand
vlekken maar de kwetsbare plekkendie steeds bewaakt
moeten worden, de open wonden, die steeds de beste sappen van
het overigens krachtige lichaam zullen doen verloren gaan, die
zijngezondheid zullen doen kwijnen en zijn spieren verzwakken.
Welk een heerlijke gelegenheid biedt het tegenwoordig
oogenblik aan voor een volkomen bevrediging van Europa
voor een vestiging van het Europeesche staten-stelsel op
duurzame grondslagenvan een Europeesch evenwicht dat
met recht dien naam mag dragen. De willekeurige versnip
pering van Duitschland en Italiëde bron van zooveel on
rust, opstanden oorlog na 1815, heeft opgehouden te bestaan.
Italië is één groot rijk geworden onder de toejuiching der
bevolkingDuitschland vormt zich op dit oogenblikmet
vrijwillige toetreding van volken en vorstentot een nog
machtiger rijk. Oostenrijk, ofschoon met zijn moeilijke staats
regeling nog niet gereeden nog niet volkomen bereid
den bauddie zijn verschillende volken verbindtzóó los te
maken als hun verschillende geaardheid eischtheeft toch
voor goed afgezien van alle overheersching of ongepaste in
menging in de zaken van Duitschland en Italië. Het over
wicht van Erankrijk is voor goed gebroken. Welk een
oogenblik, om in een Europeesch congres de grondslagen te
leggen voor een bevredigenden toestand in Europa, en de
rustden onderlingen vredede welvaart der volken te
waarborgen
o Koning van Pruisenindien gij een gelukkigeen
drachtig in rust en vrede levend groot Duitsch rijk wilt
stichtenindien inderdaad het welzijn aller Duitsche stam
men u ter harte gaatindien gij den vrede in Europa
wilt bevorderengeef Denemarken de noordelijke strook van
Sleeswijk teruglaat Erankrijk zijn grondgebied behouden
leg het bij den vrede voorwaarden op die een vernieuwden
aanval in de eerste tientallen van jaren onmogelijk maken
en roep dan de regeeringen van Engeland ItaliëOosten
rijk, Rusland hijeenwacht er mee tot ook Spanje en Erank-
rijK een wettige en welgevestigde regeering zullen hebben
bekomen, en roep die er ook bij. Noodig ook de kleinere
staten uiten zeg danBroederslaat ons de wape
nen nederleggen. Ontwapening. Aan den oorlog is een
eind gekomenook de gewapende vrede moet ophouden.
Laat eindelijk de volken eens vrij adem halen. Laat ze
zich onverdeeld mogen toeleggen op de werken des vredes
om de schade van den oorlog te herstellende geknakte
welvaart weer op te beuren. Laat ze bouwen aan eigen geluk
en als goede buren met elkander handelen. Laat ons ein
delijk eens ophouden de n.-.tionale grootheid op het slagveld
te zoeken, en bij onze volken de zucht naar krijgsroem te
prikkelen. Laat onze voken door ziel en lichaam sterkende
en verfrisschende arbeidzaamheid op het gebied van land
bouw, handel en nijverheid, van wetenschap en kunst, oude
veeten en kleingeestige twisten vergetenelkander leeren
kennen en waardeeren. Laat ons niet meer wraak roepen
over vroeger onrechtgeen verouderde grieveu meer ophalen,
de volken niet meer tegen elkander opzetten..Dat kunt gij
doen, o Koning van Pruisen, want gij zijt machtig. Daarom
kunt gij ontwapening voorstellen. Wie zal niet willen volgen,
als gij voorgaat? Uw eigen volk, geheel Duitschland
zal u dankbaar zijn; het zal u trouw blijven, want het zal
u liefhebben, geen afval of opstand zal de stem tegen u durven
verheffen, die aan de wereld een zoo groote weldaad hebt
bewezen.
Duitschland hebt gij vereenigd en bevestigden voor 't
vervolg onschendbaar, voor eiken aanval veilig gemaakt.
Erankrijk het overmoedigerusteloozeaanmatigendeover-
heerschendeaanvallende Erankrijk hebt gij bedwongenen
uw onbetwistbaar overwicht doen gevoelen op een wijze die
het niet licht zal vergeten. Grootmoedigheid moet den weg
tot verzoening openen, en verzoening is immers noodzakelijk,
wil men een duurzamen vrede tot stand brengen. Verzwak
niet. door gedwongen inlijving van een weerspannige bevol
king de kracht van het Duitsche rijkstrooi daardoor niet
de zaden van latere oorlogendie er de onvermijdelijke
gevolgen van zullen zijn. Laat de Voorzienigheid haar
eigen werk voltooien. Beeld u niet indat gij geroepen
zijt hare taak te vervullenin haren naam te straffen
en vergelding te oefenen. Het zwaard der vergelding
is voor een menschenhand te zwaar. Het kantelt zoo licht
in de hand van hem die het wil gebruiken en treft ver
keerd ja wondt niet zelden den vermetele die het durfde
opheffen.
Dat de wapenstilstand niet tot stand kwamzal bij eenjg
nadenken niemand verwonderen. De toestand van Parijs
was een onoverkomelijke hinderpaal. Erankrijk kon er geen
genoegen mee nemendat de belegerde hoofdstad gedurende
den wapenstilstand haar geheele proviand verteerdeom
daarna door den honger gedwongen den vijand in handen
te vallenen Pruisen kon niet toestaandat Parijs zich in
dien tijd behoorlijk van levensmiddelen voorzagom daarna
met nieuwen moed den strijd te hervatten, terwijl de Duit-
schers weken lang zonder eenig voordeel werkeloos in hunne
stellingen moesten blijven liggen. Maar waarom maakt de
voorloopige Eransche regeering geen gebruik van het aanbod
van Pruisen omook zonder wapenstilstandde algemeene
verkiezingen voor een volksvertegenwoordiging in Erankrijk
mogelijk te maken
Maar de oorlog wordt meer en meer onmenschelijkzegt.
men. Waartoe toch dat verbranden van dorpenbombar
deeren van stedendoodschieten van burgers dieofschoon
geen soldatende vijanden van hun vaderland met geweer
schoten begroeten? Waarom de oorlog op een onmenscke-
lijke wijze gevoerd wordt Omdat hij iets onmensckelyks is.
't Is waar, een paar eeuwen geleden was het nog heel iets
anders. De plunderingen, inoordtooneelen, opzettelijke wreed
heden en schanddaden van weleer zien wjj gelukkig niet meer
herhalen maar altijd krijgt de oorlog iets verschrikkelijks,
iets barbaarsch, wanneer de burger, die geen soldaat is, zich
tegen den vijand verzet. Dan is de vijand in het vijande
lijk land, tot behoud van eigen leven en veiligheid, verpliciht
tot een schier onmenschelijke gestrengheid, zoo hij zijn eigen
manschappen niet als weerlooze schapen uit dakramen en zol
dervensters wil zien nederschieten. Onze eigene geschiede
nis van de jaren 1830 en 31 geeft er treffende voorbeel
den vantoen onze soldaten in Brussel en Antwerpen een
vreeselijken en roemloozen dood vondenomdat men die
steden wilde sparen, omdat men niet tót een bombardement
wilde overgaanin de hoop dat België niet onverzoenlijk
zou zijn. Naar aanleiding van hetgeen in 1830 in Brussel
gebeurde, zegt de Generaal Knöop van een oproerige of
vijandige stad die men wil bemachtigen //Wil men die stad
//door geweld van Wapenen ten onder brengen dan moet
//men ook niet terugdeinzen voor de offersdie dit kost
//dan moet men er niet tegen opzien dat een gedeelte der
//stad in puin geschoten of door de vlammen verwoest wordt
//want de menschelijkheiddie zich dan in het sparen van
//huizen en gebouwen wil doen blijkenwordt vaak wreed-
z/heid ten aanzien der troepen die daardoor noodeloos stroo-
//men bloeds moeten plengen om tot de zege te geraken."
Toen de toestand van onze troepen in Antwerpen onhoud
baar was gewordenwerd hun gelast in de citadel terug te
trekkenmaar de stad moest worden ontzien, zij mocht niet
worden gebombardeerd. Het gevolg was, dat onze dappere
soldaten als weerloozen uit de huizen werden neergeschoten.
Men hoore slechts een fragment van hetgeen de heer de Roo
van Alderwerelt, in zijn Geschiedenis van het 7d" Regiment
Infanterie, omtrent dien aftocht der troepen langs den hoofd
wal van de stad verhaalt
//Daar begonevenwijdig en digt bij den walgang
eene rij huizen, waar de eene geweertromp de andere ver
drong en in het midden daarvan bevond zich een steenen
torentjevan schietgaten voorzien en met gewapenden opge
vuld een schier onvermijdelijke dood dreigde een ieder die
het wagen mogt hier door te gaan. Intusschen, het moest ge
waagd worden. Eymael gelasttedat de pelotonshet eene
na het anderemet vrij lange tusschenpoozen en in den
looppas, dit gevaarlijke punt zouden voorbijtrekken. Maar reeds
van de eerste pelotonsdie den doortogt beproefdenvielen
vele manschappen gekwetst ter aardeen elkdat volgde
bragt zijn aandeel bij tot de hoopen van gewonden en ster
venden, die zich hier opeenstapelden. Toen kwam de vrees
in veler harten, en verloren velen alle beradenheid. Toen ging
alle orde verlorentoen drongen de achtersten zich op de
voorstenen in den bonten mengelmoes van menschen, die,
dooden en gekwetsten vertrappendedaar henen dwarrelden,
werden groote leêge vakken gemaakt door de kogels der
Belgen. Daar waren er van Eymael's soldaten, die meenden,
door over de berme te gaaneen veiligen weg gevonden te
hebbenmaar de glibberige grond deed menigeen uitglijden,
die, akelig zich verwondende aan den steilen muur der escarp,
een ellendig einde vond in de modderige grachten van
de borstwering tuimelde menigeen ter neder, een krijgsmak
ker medeslepende in zijn val en met hem-verdwijnende in
de diepte. Zoo vermengde zich het gekerm der gewonden met
het noodgeschrei der verdrinkenden. Zoo had men den dood
aan alle zijdenen geen middel om dien te ontgaan. Eh
menig kostbaar offer werd hier door de 7de afdeeling gebragt.
//Hier viel menig braaf soldaat, die niets liever gewenscht
had, dan in 't open veld zijn leven tegen de opstandelingen
te wagen.
Hier werd de luitenant van Alpuen Zeewold gekwetst,
van IIemert gevangen genomen, Vleugels een paard onder
het lijf doodgeschoten. Hier werd de brave luitenant de Haan,
de in 1815 gedecoreerde onderadjudant van het 5d» militie,
doodelijk getroffenterwijl hij nog terugging om een paar
gekwetsten te redden, Hier eindelijk stierf ook de kolonel
Eymael den dood der braven."
Ziedaar de gevolgen van het menschelijk oorlogvoeren en
het meedoogend sparen van den vijand. W. v. d. K.
Door de echtgenooten der heeren CrémieuxFourichon en
Thiers is eene oproeping gedaan aan de vrouwen van de
prefectenmaires en alle beambten der republiekom overal
comité's opterichten tot het inzamelen van gelden en bijdra
gen in naturaten einde bij het naderen van den winter de
mobiele garden en franc-tireurs van warme wollen kleeding-
stukken en dekking te kunnen voorzien.
De genl. Boyer, die te Chartres bevel heeft gevoerdis
den 28 Oct., op zijne reis naar Spanjete Toulouse door
den prefect in hechtenis genomen.
Den 28 zijn te Marseille 200 albaneezen aangekomen, om
als vrijwilligers voor Erankrijk te strijden.
Aan den vice-admiraal Bouet-Willaumez is, op zijn ver
zoek zoo het heet wegens redenen van gezondheid, ontslag
verleend als bevelhebber van het noorder-eskaderhij wordt
opgevolgd door den s. b. n. Penhoat.
De genl. Cambriels heeftmede om redenen van gezond
heid zijn ontslag genomen als bevelhebber in het ooste
lijke leger en is opgevolgd door genl. Michel.
Garibaldi heeft de paters jezuieten te Döle gelast hunne
gebouwen, welke reeds voor 800 mobiele garden beschikbaar
waren gesteld, binnen 24 uren geheel te ontruimen, ten einde
ook zijn staf in het collegie te kunnen huisvesten.
Het Voorl. Bewind heeft den heer A. de Laforge, die
zijne betrekkingen van regeerings-commissaris en commandant
der vrijcorpsen in het dep', der Aisne onlangswegens ver
schil over de uitoefening van het opperbevel, heeft neder-
gelegdtot officier van het Legioen van Eer benoemdter
zake zijner verdediging van S. Quentin op 7 Oct.
De Delegatie heeft bevolendat elk departement op zijne
kosten en voor elke 100000 inwoners eene batterij artillerie
oprichten en van het noodige personeel voorzien moet. Voorts,
dat elk corps franc-tireurs't welk tegenover den vijand
niet genoeg veerkracht aan den dag legtontwapend worden
en voor een krijgsraad terechtstaan zai. Een ander decreet
beveelt de mobiliseering van alle weerbare mannen van 20 tot 40
jarenuitgezonderd gehuwden en weduwnaars met kinderen.
Den 30 heeft te Bordeaux een oploop plaats gehad ten
gevolge der aankomst van den heer de Girurdin. Het
volk dat hem te vergeefs gezoebt hadheeft voor het ge
bouw der prefectuur zijne uitdrijving geëischt; het gelukte
evenwel den prefect de menigte te overtuigendat haar gè-
drag weinig republikeinsch was.
De Delegatie heeft den 31 Oct. den heer Alph. Gent
weinige dagen geleden aangesteld tot regèërings-commissaris
in Algiersbenoemd tot prefect van het d'epC der Monden
van de Rhone, ter vervanging der heeren Velpech en Esquiros,
die hun ontslag hadden gevraagd. Tevens is de ontbinding
gelast van het departementaal comité, dat zich naast de door
het Voorl. Bewind ingestelde overheid geplaatst en in de
prefectuur gevestigd heeft.
De proclamatiewelke door de Delegatie na de overgaaf
van Métz is uitgevaardigd en waarin de maarschalk Bazaine
van verraad beschuldigd wordt, is niet mede-onderteekend
door den admiraal Fourichon. Een te Tours gevestigde broeder
van den maarschalk Bazaine heeft aan de onderteekenaars
een brief gericht en in de dagbladen openbaar gemaakt,
waarin hij protesteert tegen de onbewezen beschuldigingen
in bedoeld stuk vervat.
De Delegatie heeft in haar officieel orgaan het rapport
openbaar gemaakt van den stafofficier de Valcourteen der
4 officieren die ruim eene week vóór de capitulatie van Metz
door Bazaine naar Tours waren gezonden, om het Voorl.
Bewind op die gebeurtenis voortebereiden. Het luidt zeer
ongunstig voor Bazaine en zijne mede-aanvoerderszijn eenig
doelwit wordt genoemdmeester te worden en te blijven
van den staatkundigen toestand in Erankrijk zelfs met den
bijstand des vijands.
De minister Gambetta heeft al de prefecten en procureurs
generaal met den telegraaf doen aanmanen, hunne waakzaam
heid te verdubbelen, en den maarschalk Bazaine en de offi
cieren van zijnen stafindien zij zich ergens in Erankrijk
vertoonengevangen te doen nemen en hen onmiddelijk
naar Tours optezenden.
Den 1 Nov. heeft te Tours eene manifestatie plaats gehad,
welke ten doel had omnaar aanleiding der capitulatie van
Metz, het uitschrijven eener algemeene volkswapening te eischen.
De minister Gambetta hield eene toespraak tot het volk
welke eindigde met de woorden„Handelt zeiven. Wij van
onzen kant, zitten niet stil."
Te S. Etienne hebbennaar dezelfde aanleidingdemon-
stratiën van de zijde der voorstanders der commune plaats
gehadmaar is de orde door de nationale garde hersteld
even als te Nimeswaar eene manifestatie plaats had om
de afzetting van den prefect en den maire te bevorderen
en de zwakheid der regeering te Tours aftekeuren. Te
Toulouse is de militaire 'commandant Courtois d? Hurbal
door de nationale garden gevangengenomen en in de prefec
tuur opgesloten. Tfe Perpignan isde kolonel, plaats-comman
dant den 29 door een troep oproerlingen met 4 sabelhouwen
aan het hoofd verwond en, naar het hospitaal vervoerd wor
dende op nieuw aangerand. De escadronschef der gensdar-
merie is ingclijks doodelijk gewond. Den 30 heeft men een
ander overheidspersoonden heer de Bordasgesteenigd en
een ander burger, op een der pleinendoor bijl- en hamer
slagen afgemaakt. Te Grenoble is de divisie-genl. Barral
een der verdedigers van Straatsburgop last van den prefect
in hechtenis genomen, omdat hij niet aan den eiscb der hem
van verraad beschuldigende menigte, tot het nemen van zijn
ontslag als commandant der 22» militaire divisie, wilde voldoen.
Te Marseille zijn den 31 en volgende dagen grove buiten
sporigheden gepleegdwaarbij de nieuwe regeerings-com
missaris Gentop het oogenblik van de aanvaarding zijner
functiëndoor een pistoolschot in den buik is getroffen
nadat hij geweigerd had zich aan de zijde van den heer
Esquiros en andere demagogen te scharenof anders zijn
ontslag te nemen. Nadat den 2 Nov. weder gevochten was,
heeft de president der commune Carcassone eene proclamatie
uitgevaardigd, waarin hij verklaart den burgeroorlog te ver
foeien maar waarbij hij de kiezers tegen den 6 oproept om
een opper-administrateur, belast met de nationale defensie en
het bestuur van het departement, te benoemen. Uit eene
proclamatie van den 3 van den heer Esquiros blijkt nietdat
hij als hoofd der roode partij wenscht optetreden; hij ver
klaart zich tegen straatgevechten en verlangt, dat zijne onver
mijdelijke aftreding niet tot voorwendsel van conflicten zal
strekken. Dien dag was aan de nationale garde vergund
de helft der wachtposten aan het raadhuis te bezetten. Den
4 hadden de leiders der roode partij de prefectuur ontruimd
en had de door de commune tot opperbevelhebber benoemde
genl. Cluseret zijn ontslag genomen. Den 5 is dit voorbeeld
gevolgd door den bevelhebber der burgergarde Matheron en
den commissaris voor de openbare veiligheid Bellecault. Uit
Tours zijn 500 militairen naar Marseille gezonden om het
gezag van den heer Gent te schragen.
De 6 departementen welke tot de 8» militaire divisie be
hooren (Rhone AinSaóne-en-LoireLoireDróme en
Ardcche) zijn in staat van beleg verklaard. De militaire
bevelhebber, genl. Bressoliesen de maire van Lyon hebben
proclamation uitgevaardigdwaarbij de burgers worden aan
gespoord de defensie der stad te voltooien en de schande
eener overgaaf niet op zich te laden.
De heer Vatel te Rennes heeft 10 miljoen fr., als renteloos
voorschot, ter beschikking gesteld van den heer de Kératry,
een der aanvoerders van het leger van Bretagne.
De Maatschappij van het Roode Kruis heeft 25000 fr.
geschonken ten behoeve der gekwetsten van Chateaudun.
De inschrijving voor de te Londen gesloten leening van
250 miljoen is gedurende 3 dagen in 310 van de 371 arron
dissementen des Rijks opengesteld en heeft nagenoeg 94
miljoen fr. opgeleverd.
De commandant van Longwy, luit. kol. Massaroly, heeft,
na het verlies van Metzeene proclamatie aan de bevolking
en de bezetting gerichtwaarin hij zijn voornemen aankon
digt om de staddie voor langer dan een jaar geprovian
deerd en voor een half jaar van krijgsvoorraad voorzien is
tot het uiterste te verdedigen.