No. 10. Jaargang Üi ieënz eventiyste 1871 ZONDAG 5 MAAR T. (Officieel ©cbccltc Is de toestand van Nederland thans gevaarlijker dan vroeger? Cli &£lcficlijfc0cfte Berichten. België. Pruisen. Oostciirijk-llongarijc. Spanje. Frankrijk. (■root -Bril fan je en Ierland. A I A A C T. Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag avond te 7 uren. Prijs per kwartaal f franco per post f afzonderlijke nommers Cents. Brieven franco aan de Uitgevers UERM'. COSTER ZOON. De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15 Centsgroote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag 1 uur, wordt voor de plaatsing in liet eerstvolgend nommer ingestaan; ingezonden berichten een dag vroeger. Bij deze Courant behoort een Bijblad. BRANDWEER. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennis dat de loting van de ingeschrevenen van dit jaar, voorde brandweer, benevens van de reservenummers van 1S70, in het openbaar door hen zal worden gehouden ten raadhuize der gemeente Alkmaar, op üingsdag 11 Maart aanstaande, 's namiddags ten een uur. Burgemeester en Wethouders rccrr.ce/Acl, Alkmaar, A MACLAINE PONT. 22 Febr. 1871. Be Secretaris NUHOUT van der VEEN. BURGEMEESTER en WETHOUDEllS van ALKMAAR brengen ter kennis van de belanghebbenden dat de Militieraad in dit district, zijne eerste zitting, bestemd tot het onderzoeken der redenen van vrijstelling van lotelingen dezer gemeentezal houden ten raadhuize der gemeente Hoorn op Donderdag 16 Maart e.k., des voormid dags ten 101 ure. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 28 Febr. 1871. De Secretaris NUHOUT van der VEEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS .van ALKMAAR brengen ter kennis van de belanghebbenden: dat het kohier der directe belasting, benevens dat der belasting op de honden over de dienst van 1871, door ben op beden voorloopig zijn vastgesteld, en gedurende veertien dagen, ingaande 6 Maart 1871', ter lezing ter gemeente-se cretarie alhier zijn nedergelegd, binnen welken tijd bezwaar schriften op ongezëireld papier bij den gemeenteraad kunnen worden ingediend. Burgemeester en Wethouders voornoemd Alkmaar. A. MACLAINE PONT. Alkmaar, 28 Febr. 1871. De Secretaris, NUHOUT VAN DER VEEN ZEEMILITIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis van de belanghebbende lotelingen der nationale militie uit deze gemeentedat in den loop dezer maand door hen nog aanvraag kan worden gedaan ter ge- meewte-seeretarieom bij de zeemilitie 1e dienen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 3 Maart 1871. De Secretaris, NUHOUT van der VEEN. De KAMER van KOOPHANDEL en FABRIEKEN te ALKMAAR maakt bekenddat van Maandag 6 tot Za- turdag 11 Maart 1871, van 's voormiddags 10 tot 's na middags 2 ure, in baar gewoon lokaal op bet Stadhuis ter lezing zullen liggen 1. Statistiek van het Koningrijk der Nederlanden, behelzende de staten van de in-, uit- en doorgevoerde voornaamste handelsartikelen gedurende de maand December 1870. 2. Een opgaaf van den handel en de scheepvaart van Groot- Britianje en Ierland, gedurende de maand September en de overige maanden van 1870. 3. Verzameling van consulaire en andere berigten en verslagen over nijverheid, handel en scheepvaart 1870, II, 911. Ill, 1 en 2. De Kamer van Koophandel en Fabrieken voornoemd, Alkmaar, E. M. AGHINA, Voorzitter. 3 Maart 1871. J. P. KRAAKMAN, Secretaris. POLITIE. Ter terugbekoming aan bet commissariaat van politie voorhanden het navolgende gevondenealseen vrou/renzak inhoudende een zakdoek enz., een zak met boonen, een crinoline, een kindermanteltje. li. Vrijheid blijheid. Een mensch zijn lust een mensch zijn leven. Wie meer van de Franschen wil houden dan van de Pruisen ga zijn gang. Het staat licrn vrijde Franschen allerbeminlijkste aangename mensehen te vinden, en de Prui sen integendeel vervelend, st ug en onaangenaam. De gustilms non est disputandum, zeiden reeds de oude Romeinen, en nog in de negentiende eeuw erkennen wij met hen. dat over den smaak niet valt te oordeelende een houdt van iets hartigs, en de ander van iets zoets. Als men echter wil beweren, dat de FVansclien zieb ook beminlijk en edelmoedig gedragen jegens overwonnen vijandenmag gevorderd worden dat men daarvan de bewijzen levere. Hebben de Fransche legers bij voorbeeld ooit de hoofdstad des vijatids ontzien, ofschoon zelfs die hoofdstad niet te gelijk een vesting was, zooals met Pa rijs bet geval is Zijn zij den thans geëindigden oorlog niet begonnen met den kreet naar Berlijn"'' Hebben de Fran schen zich edelmoedig en beminlijk gedragen jegens de Duit.sckers die zich in bun land bevonden Zouden zij naar de gezindheid van de bevolking gevraagd hebben wanneer zij den Duitschen linker Rijnoever bij Frankrijk hadden kun nen inlijven Maar de Duitschers hebben op een wreedaardigehard vochtige wijze oorlog gevoerddorpen verbrand landhuizen verwoestpiano's op het vuur gegooidfranc-tireurs dood geschoten. Jaen dat zou ieder oorlogvoerend volk onder gelijke omstandigheden genoodzaakt geweest zijn te doen. Zouden de Franschen met hun slappe krijgstuchtmet hun Turco's en Spahi'smet hun krijgsvolk van beroep het beter gemaakt hebben Die vreeselijkliedendat onmenscke- lijkedat afschuwelijke, dat walglijke behoort tót de onver mijdelijkheden van den oorlog. De oorlog kan nu eenmaal niet op een menschelijke manier gevoerd worden. Die dat zou willen beproeven zou er zelf al zeer spoedig het slacht offer van worden. Het is het doel nietal macht het zoo schijnen in te genstelling van anderen hier de Duitschers te gaan verhef fen ten koste van de Franschen. Het doel van deze op merkingen is alleen in verzet te komen tegen het zonden- bok-stelseltegen het afwijken van de gemeene maat en het wegen met tweeërlei gewichttegen de verontwaardiging over de ongehoorde streng- trotsch- wreed- en ijdelheid der Pruisen. Het is er mee als met de verontwaardiging over de schending van de zoogenaamd heilige tractaten. Dezelfde personen, die wraak roepen over de trouweloosheid en de onbeschaamdheid waarmee men zich thans in te genstelling van den goeden goudenouden tijd aan bestaande tractaten onttrekt, voorspellen nu reeds, dat Frankrijk bij de eerste gunstige gelegenheid de beste zal terugkomen op het nog nauweiyks gesloten vredestractaat waarbij het den Elzas en een deel van Lotharingen aan Pruisen afstaaten zij vergeten bun verontwaardiging, ja zij vinden dat heel natuurlijken geven den Fransehen groot gelijk. Maar zijn dan de tractaten alleen voor Frank rijk niet heilig 'f Een Napoleon op den troon van Frankrijk was eigenlijk voor elk vrij volk een voortdurende bedreiging In de arti kelen dezer courant is zonder verpoozing schier tot verve lens toe wantrouwen jegens hem gepredikt. Hij is altijd voorgesteld als de natuurlijke vijand der vrijheid die zich van tijd tot tijd slechts van haar kleed bediendegelijk de schijnheilige van het kleed der vroomheidom zijn eigen zelfzuchtige oogmerken te bereiken. Ofschoon hij bij som mige gelegenheden buiten Frankrijk de zaak der vrijheid voorstond heeft dit blad nooit nagelaten te herinneren aan, de woorden van Demostheneslater herhaald door Prins Willem I, dat wantrouwen het hechtste bolwerk is tegen een dwingeland. Ouitschland beeft ons van bet Bo- rapartisme verlosten dat is in elk geval een zekere winst, waarvoor wij dankbaar mogen zijn. Maar hetzelfde be ginsel herleeft in Duitschland werpt men ons tegen - liet, is slechts verplaatst en ons nader bijgekomenbet ont wikkelt zich heerlijk en voorspoedig aan onze grenzen. Het eesarisme zit in Duitschland op den troon, het militaire sys teem voert er gebied. 't Is waar, dat is voor het oogen- blik het geval, en dat kan wel niet anders onder de tegen woordige omstandigheden. De vraag iszal het er wortel schieten en zich ontwikkelen Zal het oud-Pruisische zuur- deesem krachtig genoeg zijn om geheel het Duitsche volk te doordringen of zal het langzamerhand wijken voor den onmiskenbaar vrijheid- en vredelievenden geest, die toch waar lijk ook niet ontbreekt onder de zonen van Germanic De toe komst zal bet leeren. Wie zal ontkennendat er oorzaak is tot onrust en bekommering? De m o g e 1 ij k b e i d bestaat ongetwijfelddat ons van dat machtige Duitsche rijk gevaar z a 1 bedreigenmaar een zeker gevaar is weggenomen Napoleon. Waar wij, mijns inziens, het meest voor hadden te vreezen, was een samenspanning tusscheu Napoleon en Bismarck, tusschen Frankrijk en Pruisen. Het Bonapartisme kon niet blijven leven zonder uitbreiding van grondgebied aan de noord-oostelijke grenzen. Terstond na den oorlog van 1866 deed de Fransche Keizer aanzoek om een lapje Duitsoli grond gebied; het werd hem geweigerd. Daarop trachtte hij Luxem burg te krijgen; de poging mislukte. Deze oorlog was niet uitgebarsten, als Pruisen had willen samenspannen met Frank rijk. Het is zeker niet de schuld van Napoleon, dal het bij den aanvang van den oorlog openbaar gemaakte verdeelings- ontwerp niet tot stand is gekomeu. Wie twijfelt er aan, dat, zoo Pruisen gewild had, Luxemburg, België en Nederland tusschen de machtige staten verdeeld waren geworden Het is, dunkt mij, duidelijkdat Bismarck den plannenmakenden Benedetti zoo lang mogelijk aan de praat heeft gehouden zijn aanzoeken een schijnbaar willig oor beeft geleend, waar schijnlijk nu en dan eenige hoop heeft gegeven op het sluiten van het begeerde verdeelingstractaaten aldus de zaak slepende beeft gehouden. Zoo won hij vooreerst tijd, en tijd gewon nen is inderdaad veel gewonnen. Kon inmiddels Keizer Na poleon de wereld niet de dienst bewijzen van te toonen dat hij een gewoon sterveling was Kon er in Frankrijk niet een gebeele omkeering van zaken plaats grijpen Bismarck kon bijna zeker weten, dat Napoleon, zoo hij bij onderling vergelijk geen uitbreiding van grondgebied kon krijgen, het met geweld zou beproeven. De oorlog bleef dus altijd drei gen maar inmiddels had Duitschland gelegenheid om zijn krijgsmacht schier tot volmaaktheid te brengen. Als Bis marck inderdaad zoo doende het uitbreken van den oorlog ééntwee of drie jaren beeft tegengehoudenis dat op zich zelf reeds een verdienstelijke daad. Hoe menig dreigend oorlogsonweer is niet voorbijgedrevendoor dat men de uit barsting eeuigen tijd beeft kunnen ophouden! Als de span ning op bet hevigst is en de hartstochten dreigen los te barsten, bestaat, er dan geen vooruitzicht dat de gemoederen allengs weer tot kalmte zullen komenals slechts bet nood lottig oogenblik der uitbarsting kan worden verschoven? Maar dat was tocli zeer onoprecht van Bismarck zal men zeg gendat hij Napoleon zoo om den tuin heeft geleid. Zeker, oprecht was het nu juist niet; maar dat zulk een oprechtheid plicht en deugd zou zijn tegenover een Napoleon als men weet dat een ruiterlijke weigering den oorlog zal doen uit breken ziedat acht, ik voor bet minst zeer twijfelachtig. Ik voor mij geloof het niet. Onder zulke omstandigheden zijn naar mijne overtuiging hemel en aarde beide beter met wat slangenwijsheid gediend dan met zulke kinderlijke dui- venoprechtkeid. Hoe dit, echter zijdat Pruisen het gevaar van een oorlog met Frankrijk heeft verkozen boven een sa menspanning tot overrompeling hunner kleine buren, zal bet altijd tot eer verstrekken. Daardoor is mijns inziens Neder land aan het, allereerste en allergrootste gevaar ontsnapt. Duitschlandliet vereenigde Duitschland heeft nu zijn knacht aan Europa getoonden Europa is verontrust. Wie zal het kunnen weerstaan, vraagt men zich af, nu Frankrijk machteloos is Duitschland zal, nu het zich van zijn macht bewust isnu liet door den ongelioorden voorspoed zijner wapenen overmoedig is gewordenzijn begeerten niet meer beperkenmaar in 't vervolg nemen wat bet verlangt. Duitschland heeft echter in de laatste maanden tevens on dervonden wat liet zegt oorlog te voeren tegen een volk, en de wonden die liet zelf in den strijd heelt ontvangen zijn belangrijk genoeg om liet niet zoo spoedig tot een nieuwen oorlog te doen overgaan. Al mogen die wonden misschien voor het uiterlijke spoedig geheeld zijn, in het inwendige, in het maatschappelijk en huiselijk leven zullen zij nog lang blijven bloeden. Nu liet ongelijk bij den aanvang van den oorlog zoo geheel aan de zijde van Frankrijk was, genoot Duitschland aanvankelijk althans den bijval van geheel Europa, en heeft ook later zich niemand in den strijd gemengd. Maar zou dit ook zoo zijnals Duitschland onder aanvoe ring van Pruisen later uit eigen beweging op veroveringen uitging? De oorlog met Denemarken kan bier niet tot voor beeld dienen want die vloeide voort uit een zeer oude kwes tie, waarbij bet recht zeker niet geheel aan de zijde van Denemarken was. De oorlog van 1866 met Oostenrijk was eigenlijk een binnenlandscke oorlog om den voorrang en de leiding van Duitschland en kon door de overige Europee- sche staten met volstrekte onzijdigheid worden aangezien. Men mag echter als zeker aannemen, dat, dit niet het geval zou zijnals bij voorbeeld Nederland door Pruisen werd aangevallen. Dat Engeland feitelijk geen partij beeft gekozen in de zoo even genoemde oorlogen iswat men er ook van Zeggen moge zeer verklaarbaar. Maar als er geen Duitsche kwestiëu met Denemarken en Oostenrijk meer zijn uit te ma ken als Pruisen niet wordt aangevallen als in het vorige jaar door Frankrijkmaar oorlog mocht zoeken om landen in te lijven, zou het toch een geheel ander geval zijn. Duitsch land moet er van overtuigd zijn, dat het, wanneer het ons land zou willen veroverenEngeland tegenover zich zou vinden. Eigenbelangeigen veiligheid zou het er toe noodzakenom de Noordzee-havens tegenover zich niet in de macht van het groote Duitschland te zien. En is bet denkbaardat Frankrijk in dien strijd niet de bond genoot van Engeland zou zijn dat, het niet van die gelegen heid zou trachten gebruik te maken om zijn tegenwoordig verlies te herstellen Zou zelfs onder zulke omstandigheden Denemarken niet de wapenen opvatten om Sleeswijk te herwinnen Eu waarom zou Pruisen zieb aan al die gevaren bloot stellen Alleen om ons land met zijn vijandige bevolking bij zijn gebied te voegen Neenzegt men niet alleen ons landmaar ook onze koloniën. Alsof het die zou winnen door de verovering van Nederland Alsof Engeland die niet in bewaring zou nemen! En is dan thans de handel op onze koloniën aan Duitschland ontzegdWorden niet meer en meer vreemdelingen met Nederlanders in Indië geheel gelijk gesteld En wat. Nederland zelf betreftis het eigenlijk geen voordeel voor Pruisen, dat het zijn ooste lijke grens bijna geheel door onzijdig gebied, door Neder land en België gedekt en beveiligd ziet? Als bet zijn havens door een vijandelijke vloot ziet geslotenblijft het door ons land in verbinding met de zeemet Engeland, met Amerika. Uitgenomen oorlogscontrabandeblijft de toevoer van alle zaken in het westen open. Wat Nederland en België be treft, kan Duitschland uit den aard der zaak op goede en welwillende, op vredelievende en vredezoekende buren rekenen, wier eigenbelang bun de onzijdigheid schier ten plicht maakt, als zij door Duitschland zelf niet bemoeilijkt worden. Aan deze zijde is het dus altijd gedekt, en zoo is zijn stelling naast een onafhankelijk en feitelijk onzijdig Nederland en een wettelijk onzijdig België zelfs sterker, dan wanneer het die landen met 'geweld bij zich had ingelijfd. W. v. d. K. 11 11 V 1 11 1 S 111 C. Over dit in den laatsten tijd zoo dikwijls gebruikte woord, dat vroeger den meesten zeker geheel onbekend was, schreef Mr. P. van Bemmelen in Augustus van liet vorige-jaar (De oorlog van 1870, verschenen bij Tliieme te Nijmegen): De ergste en gevaarlijkste Fransche kwaal is liet Cliauvinis- mus. Het is een mengsel van bekrompenegoistiscli en dweepziek patriotismevan nationale verwaandheid en van mi litarisme en militaire roemzucht. Nauw samenhangende met, den volksaard heeft bet zich sterk ontwikkeld onder Louis XIV. Het is daarna volmaakt tijdens bet eerste keizerrijk en tijdens het tweede keizerrijk weder hersteld. Onder dc Bouapartistische partijgangers vindt men de ergste Chauvinis ten maar men ontmoet ze ook in meerderen of minderen graad van intensiteit ruimschoots onder andere partijen. Zoo bijv., om slechts een paar voorbeelden te noemenThiers en de Kératry. ffDe Chauvinist gelooft aan de grootheid van Frankrijk, en zoo hij tevens Bonapartist is, aan de grootheid van Frank rijk onder een keizer uit het huis Bonaparte. Die grootheid vordert dat de overige volken klein gehouden wordenen dat ze van Frankrijk afhankelijk zijn of onder zijn invloed staan, zoo het niet beter is ze te annexeeren. De Chauvinist heeft weinig oog voor binnenlandsclie belangen, voor natio nale welvaart en beschavinghij eerbiedigt noch vreemde staten of nationaliteitennoch goed en bloed van eigen bur gers of van vreemden, noch de financien van den Staat; hij heeft geen scrupules tegen den oorlog; veeleer heeft hij den oorlog liefwant daarin kan Frankrijk al zijn grootheid ten toon spreiden en de bewondering der gebeele wereld afdwingen. Boven liet paleis van Versailles leest men het opschrift //a toutes les gloires de la France", en wat vindt men van binnen Eene schilderijencollectie voornamelijk be slaande in eeue niet eindigende reeks van voor Frankrijk roemrijke veldslagen. Dat opschrift is eene naïve uiting van het Chauvinisme." In n°. 6 van den jaargang van 1871 der Deutsche Blatter, leest men thans over den oorsprong en de afleiding van het woord Chauvinisme het volgende ffDe Franschen zeiven geven er een zeer heftige overspan ning van oorlogzuchtige hartstochten mede te kennendie zich openbaart in de begeerte naar de Duitsche llijulanden. Omtrent den oorsprong van liet woord loopen de gevoelens uiteen. Sommigen gaan zeer ver terug en leiden bet woord af van Ciiarles le Chauve (Karei den Kale)omdat de actewaarbij Lodewijk XIV den roof van MetzToul en Verdun liet rechtvaardigen de aanspraken op het bezit dezer steden van Karei den Kale trachtte af te leiden. On rechtvaardig verlangen naar Duitsch grondgebied zou alzoo toenmaals Chauvinisme zijn geweest. Duidelijker is een an dere afleidingdie van een Luitenant-Kolonel Chauvin spreekt, die in 1811 bij het Fransche Loire-leger stond en in talrijke courant-artikelen tegen eiken vrede protesteerde waarbij aan Frankrijk niet de Rijngrens werd gelaten. Na dien tijd hebben verschillende schrijvers die een gelijksoor tige politiek volgdenhunne artikelen met den naam Chau vin onderteekend tot men eindelijk deze gebeele gezindheid en richting Chauvinisme noemde. "Een derde en tevens de waarschijnlijkste verklaring vindt men in den Dictionnaire national van Bescherelle. Hier wordt bepaaldelijk van zulke fabelachtige soldaten gesproken, die Chauvin heetenen na de ontbinding van bet Loire- leger in 1815 zich kenmerkten door voor alles wat op Napoleon betrekking had een grenzenlooze bewondering en kinderlijke licktgeloovigheid aan den dag te leggen. Waar lijk populair werd echter de figuur van Chauvin eerst door Scribe's blijspel Le soldat laboureur, welks komische held Chauvin met deze onschuldige dweeperij is behept. Geestige houtsneeën van Charlet maakten de figuur nog meer alge meen bekend. Een beteekenis van hooge politiek heeft ech ter het woord «Chauvinisme" eerst in den laatsten tijd ge kregen." Bij Kon. besluit van den 23 is aan de protestantsclie en israëlietisebe kerkgenootschappen de bevoegdheid verleend om zich als rechtspersonen te doen erkennen. De lieer De/ré beeft den 23 in de Kamer verlangd dat de minister van justitie de heftige aanvallen tegen den Ko ning van Italië in de vasten-mandementen der bisschoppen, op grond der wet van 1852 vervolgen zou. De rechterzijde vergunde hem de ontwikkeling van zijn voorstel nieten stelde voor om onmiddelijk overtegaan tot de orde van den dagwaartoe met 4S tegen 30 st. besloten werd. Het bijeenkomen van den Rijksdag is bij Keiz. besluit van den 9 tot den 16 en vervolgens tot den 20 Maart uitgesteld. Oostenrijk. Het den 21 bij den Rijksraad ingediende budjet voor 1871 wijst een overschot aan van 21,888,221 gul den. Daar Oostenrijk evenwel 73 miljoen moet bijdragen ter bestrijding der gemeenschappelijke aangelegenhedenbestaat er inderdaad een tekort van omstreeks 52 miljoen, waarin door buitengewone middelen moet worden voorzien. In het, Huis der Afgevaardigden is den 24, na eene vrij lievige discussiehet voorstel der commissie aangenomen, om bet heffen der belastingen gedurende de maand Maart toete- staan. De president-minister bepleitte te vergeefs eene be williging voor 2 maanden. Hef Heerenhuis heeft den 23 zijne zittingen hervat. De nieuwe voorzitter, de heer v. Schmerling, hield eene redevoe ring waarin hij deed uitkomen, dat bet Huis reeds vroeger verklaard hadnooit te zullen instemmen nWt wijzigingen der constitutie, tot uitbreiding van de autonomie der Landen. Hij vermaande de leden daar bij te blijven en sprak den wensch uitdat bet eene andere richting toegedane bewind dezelfde stelling in baar programma zou opnemen. Niet slechts door de maarschalken Pezuela en Paria de generaals Calonge Contreras en Nouvilas en andere hoofdoffi cieren der isabellistische en progressistische richtingmaar ook door den kapitein-generaal hertog v. Montpensier is den eed van trouw aan den Koning geweigerd. Wijl hij de constitutie bezworen had en zich derhalve aan alles onder wierp wat de Cortes mocht besluiten achtte hij dezen eed overbodig en verklaarde bij zich bereid omindien het gou vernement met deze verklaring geen genoegen namzijne betrekking neder te leggen. Het bewind heeft den hertog en de overige officieren daarop doen aanzeggendat zij naar het eiland Minorca zouden overgebracht worden. Den 24 heeft in eene particuliere patronenfabriek te Rijs- sel op nieuw eene ontploffing plaats gehadwaardoor 6 per sonen gewond zijn. 1 Den 23 hebben te Parijs talrijke deputation der nationals gardevan republikeinscbe clubs en van onderscheidene ver- eenigingen over het plein der Bastielje gedefileerdter her denking van den verjaardag der omwenteiing van 1848. De hertog de Noailles heeft den gezantschapspost te Pe tersburg van de hand gewezenomdat zijne echtgenoot eene poolsche is. Den 21 is in het Lagerhuis (ook in. het Huis der Lords) de overlegging' gevraagd der briefwisseling, tusschen de heeren GladstoneDease en Kimaird over den Paus gevoerd. Deze eisch werd met 153 tegen 90 st. verworpennadat de heer Gladstone de overlegging van particuliere brieven afgekeurd, maar die der diplomatieke correspondentie toegezegd had waaruit zou blijken dat de regeeriugofschoon de geeste lijke functiën van den Paus niet erkennende, van meening was dat zij zich het recht van den Paus, als zijnde het hoofd der godsdienst van miljoenen britsche onderdanen, om die functiën vrijelijk en onafhankelijk uitteoefencn, behoorddnan- tetrekken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1871 | | pagina 1