i
No. 3t>.
Drie enz ev entiysl e
Jaargang.
o
1871.
ZONDAG
3 SEPTEMBER.
dDfficicel (Bcbecltc
@2Hekelijfc0che Berichten.
Frankrijk.
Uiiitschlaml.
a I. k n a a r s i: ii t: o i r a
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag
avond te 7 uren. Prijs per kwartaal f O,SS, franco per post t 0,8 0,
afzonderlijke nommers S Cents.
Brieven franco aan de Uitgevers 11E RM*. COSTER. ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15
Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag
1 uur, wordt voor de plaatsing in liet eerstvolgend nommer ingestaan;
ingezonden berichten een dag vroeger.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR,
brengen ter kennis van de ingezetenendat de gemeentebe-
grooting voor 1872, heden door hen aan den Gemeenteraad
aangeboden, gedurende de eerstvolgende 11 dagen ter lezing
ter gemeente-secretarie is nedergelegd en in afschrift ver
krijgbaar is tegen betaling der kosten.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
AlkmaarA. MACLAINE PONT.
30 Aug. 1871. De Secretaris
NUHOUT van der VEEN.
BURGEMEESTERen WETHOU DERS van ALK MAAR,
brengen in herinneringdat bij art. 1 der verordening van
politie op het begraven en vervoeren van lijken27 October
en 1 December 1869 (Gembl. n°. 69) door den Gemeenteraad
vastgesteldde gewone tijd van begraven van 1 September
tot 1 April is gesteld van des morgens 89 ure en van des
namiddags 25 ure.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
30 Aug. 1871. De Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis, dat, aanvangende
6 September e.k., in het belang van den AL-
GEMEENEN GEZONDHEIDSTOESTAND, van
wege de politie, schouw zal worden gehouden
over alle goten, riolen, waterloozingen, enz., wor
dende de ingezetenen bij deze dringend aangemaand
die goten, enz., rein en zindelijk te houden
teneinde de toepassing der boeten bij de politie
verordening op de gebouwen wegen wateren
enz., daarop bij overtreding vastgesteld te ont
gaan.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
A. MACLAINE PONT.
De Secretaris
NUHOUT van der VEEN.
Alkmaar,
1 Sept. 1871.
KENNISGEVING.
Het HOOED van het Plaatselijk Bestuur te ALKMAAR
brengtop grond van art. 1 der wet van 22 Mei 1815 (Staats
blad n°. 22) bij deze ter kennis van de ingezetenen der ge
meente dat het kohier van het patentregt over het voljaar
en over het eerste kwartaal der dienst 1871/72, eerstgenoemde
op 30 Augustus, laatstgenoemde op den 31 Augustus 1871.
door den Heer Provincialen Inspecteur der directe belastingen
in Noordholland executoir verklaard, op heden aan den Heer
Ontvanger der Rijks directe belastingen binnen deze gemeente
ter invordering zijn overgegeven.
Ieder ingezetendie daarbij belang heeft, wordt vermaand
op de voldoening van zijnen aanslag behoorlijk acht te geven,
ten einde alle geregtelijke vervolgingen, welke uit nalatigheid
zouden voortvloeijente voorkomen.
Alkmaar, Het Hoofd van het Bestuur voorn.,
den 2 September 1871A. MACLAINE PONT.
VERGADERING van den RAAD der gemeente ALK
MAAR, op Dingsdag, den 5 September 1871, des namiddags
ten 1 uur. Namens den Voorzitter van den Raad,
NUHOUT van der VEEN.
POLITIE.
Ter terugbekoming aan het commissariaat van politie voor
handen het navolgende gevondene, alseene schaar, een dames
strikeene koekenpaneen boezelaareene portefeuille, inhou
dende lombardbriefjes, een kinder zijzakje, een manchetknoop,
een
Den 14 heeft de genl. Saussier aan de hoofdmacht, waar
over de algerijnsche opstandelingen nog beschikken konden
en die uit 30U0 ruiters en 6000 voetgangers bestondeen
gevecht geleverdwaarin de arabieren zich hardnekkig ver
dedigd hebbenmaar niettemin met groot verlies terugge
dreven zijn.
Verscheidene maires der in den omtrek van Parijs nog
door de duitschers bezette gemeenten hebben hunne ingeze
tenen dringend aangemaand, om zich van alle demonstration
tegen de feestelijkheden ter viering van den verjaardag van
den Koning van Beierenop 25 Aug., te onthoudenter
voorkoming van nieuwe onaangenaamheden of wel van bloe
dige botsingen.
In eenige gemeenten van het dept. der Dordogne hebben op
den Napoleonsdag anti-bonapartistische manifestation plaats
gehad. Te Lamothe-Montravel is een strooien popAapo-
leon III voorstellende, rondgedragen en daarna op net
marktplein verbranden de asch in de rivier geworpen
onder het aanhoudend geroep van „leve de republiek
FAvenir Liberal, het orgaan van den heer Duvernois, meldt,
dat van 's Keizers wege den 15 Aug. door liefdadige inrich
tingen milde uitdeelingen van geld en anderen onderstand
in de behoeftige wijken te Parijs zijn geschied.
De vierde krijgsraad heeft den kapitein der parijsche nat.
garde Lefèvrewegens medeplichtigheid aan den aanslag
tegen het wettige gouvernementtot deportatie veroordeeld.
De genl. Faidherbe heeft zijn ontslag als Afgevaardigde
genomen, dewijl hij meent, dat de Wetg. Vergadering, door
niet tot de orde van den dag overtegaan ten aanzien der
motie-Belcastelin strijd met haar mandaat gehandeld heeft.
De minister van binn. zaken heeft in eene circulaire aan
de prefecten de feestelijke viering van den verjaardag der
omwenteling van 4 September verbodenomdat deze wel
door de vestiging der republiekaan de natie de vrijheid
hergeven had om zich instellingen overeenkomstig hare be
hoeften te geven maar door de ernstigste rampen gevolgd was.
Den 25 is de zitting van den parijschen gemeenteraad
weder door den heer Ranc bijgewoondzoodat hij zich niet
naar het buitenland heeft begeven.
Te Parijs is het gewezen lid der Commune Sicard, kolonel
van den staf en gedelegeerde bij de gevangenis la Roquette,
gearresteerd terwijl hijonder een anderen naamop een
zoldervertrekje, zijn vroeger bedrijf van schoenmaker weder
uitoefende. Hij zou het bevel tot het executeeren der gij
zelaars onderteekend hebben.
De gemeenteraad heeft besloten eene 3 p.c. loterij leening
uitteschrijven.
Graaf o. Arnim is den 26 te Versailles aangekomen, om
met den minister de Résumat een onderhoud te hebben over
de ontruiming der 4 aan Parijs grenzende departementen, in
verband met de betaling der oorlogsvergoeding.
Het Journal des Débats laat zich uit Straatsburg schrijven,
dat reeds 23000 elzassers naar FrankrijkZwitserland en
America zijn uitgeweken, en meent, dat zulks meer van
vaderlandsliefde dan van gezond verstand getuigt, dewijl de
duitschers spoedig de plaats der vertrokkenen innemen en
daardoor den terugkeer van den Elzas aan Frankrijk bezwaar
lijker maken zullen.
Het hof te Riom heeft den 27 de beschuldigden in de zaak
der overrompeling van het gebouw der onder-prefectuur te
Thiers (Puy de Döme), ter gelegenheid der gemeentelijke
verkiezingenvrijgesproken.
In de departementen wordt zoowel voor als tegen de ont
binding van het Wetg. Lichaam gepetitionneerd. Zeer vele
departementale bladen verklaren zich voor de ontbinding.
Te Lyon heeft eene manifestatie ter eere van den radicalen
gemeenteraad plaats gehad om te protesteeren tegen de be
schuldigingen welke bij de interpellatie-Monnet over het
schoolfeest in de Nat. Vergadering tegen dien Raad zijn
ingebracht. De maire Hér,on heeft in eene proclamatie de
verhalenwelke omtrent dat feest in de clerikale bladen zijn
medegedeeldvoor logenachtig verklaard.
In den gemeenteraad van Lyon is den 18 een brief gele
zen van den minister van onderwijs aan den maire, over het
eigenmachtig afzetten van eenige gemeente-onderwijzers en
het opheffen van het godsdienstig onderwijs in de gemeente
scholen, maatregelen in strijd met de wetten van 1850 en 54.
De minister had den prefect gelast, dezen onwettigen toestand
te doen ophouden, en verzoekt daartoe den medewerking van
den maire. Vele leden, zich bedrogen ziende in hunne ver
wachtingdat de Nat. Vergadering de zaken te Lyon tot
op de vaststelling eener nieuwe wet in statu quo zoude
laten, verklaarden al het mogelijke te zullen doen om de
bestaande wet met het aan elke eeredienst verschuldigde
ontzag ovcreeu te brengen. De brief des ministers is naar
de commissie voor de openbare belangen verzonden.
De staf der nat. garde te Bordeaux heeft den 29 bekend
gemaakt, dat de heer Thiers aan den maire de toezegging
heeft gedaandat de nat. garde aldaar, ter erkenning der
door haar bewezen diensten, het laatst van alle ontbonden
zal worden.
De minister van openbare werken, de heer de Larcy, heeft
zijn ontslag aangeboden.
De regeering heeft aan Zwitserland verklaardhare aan
vraag tot uitlevering van Razoua intetrekken.
Vervolg der verhooren voor den derden krijgsraad op 18
en 19 Augustus. Groussetde hoofdredacteur van VAJfranchi,
heeft zich verantwoordelijk gesteld voor de instelling van het
Centrale Comité en andere maatregelen der Commune, uit
genomen de brandstichtingendie hem als vriend van kunst
en letteren zooveel leed dedenen het vermoorden der gij
zelaars die alleen gevangen genomen waren om het leger
van Versailles van het fusilleeren van gefedereerden afteschnk-
ken. Hij ontkent vele vrijgeleiden te hebben afgegeven, ten
einde in het dep', der Nièvre eene volksbeweging te doen
ontstaau. Verdureoud-schoolonderwijzerkassier en re
dacteur der Marseillaiseverklaart na 20 April geene zit
tingen der Commune te hebben bijgewoond, dewijl hij het
te druk had als gedelegeerde in het lle arrondissement
waarin geene huiszoekingen en arrestatiën hadden plaats
gehad. Hij ontkent het stellen van (door hem onderteekende)
proclamatiën en het afgeven van een bon voor 40 kannen
petroleumwelke zich onder de processtukken bevindt. Fer-
ratletterkundige, verzekert, dat hij zijn bataljon heeft
overgehaald om terstond na het binnenrukken der troepen
denstrijd te staken en daarmede sedert in de wijk Ménilmon-
tant gebleven te zijnvelen goede maatregelen van het Cen
trale Comité waren verlamd of tegengewerkt door de sub- en
andere comité's.en door de Internationale, door de aanmatiging
van Lullier en de volslagen krijgskundige onbekwaamheid van
Cluseret. Clément, kamerbehanger, heeft als lid der Commune te
gen alle willekeurige en heftige maatregelen geprotesteerd en
zijne functie van maire van het 15' arr'. loffelijk vervuld. Hij ver
klaart het raadhuis na 17 Mei slechts betreden te hebben
om hem toekomende papieren te halen en ontkent van Jour de
geld te hebben ontvangen. Bij het binnenrukken der troepen
heeft hij 1U00U fr., aan de armen van Vaugirard behoorende,
tot redding van die som, aan zijn vroegeren patroon toe
vertrouwd. Faul Rastoulgeneesheer, gedurende het eerste
beleg president van de beruchte club der Montagnards, was
in het 1(J* arr'., waarvan hij maire was, tot lid der Commune
gekozen en daarvan een ijverig, schrander en degelijk lid.
Bij zijn verhoor keurt hij de moorden en de brandstichtingen
zeer afhij was steeds verzoenend geweest, maar vruchteloos.
Op 21 en 22 Maart is hij in de clubs opgetreden om tegen
het houden der verkiezingen te ijverenhij had van de maires,
de Afgevaardigden en degenendie na deze de meeste stem
men hadden bekomeneen bestuur willen vormen en met
het Centrale Comité doen samenwerkende heer Thiers zou
niet geweigerd hebben daarmede in overleg te treden. Ver
scheidene getuigen verklarendat Rastoul radeloos is geweest
Qver het volhouden van het verzet na het binnenrukken der
troepen. Descampsgipswerker, heeft slechts weinige zittin
gen der Commune bijgewoond en zich goed gekweten als
adjunct-maire van het 14* arr'.. zonder geweld of willekeur
te plegen. Hij ontkent 1000 fr. van Jourde te hebben ont
vangen en zegtniet te hebben geweten wat de Commune
was. 2 Of 3 malen had hij willen bedankenmaar de be
dreiging van Rigaultom de onwilligen te fusilleeren had
hem teruggehouden. Hij had niets gerekwireerd dan bij de
nonnen linnengoed voor de zieken. Ulysse Parent is slechts
11 dagen lid der Commune geweest. Het door hem onder
teekend bevel om het kwartier van de Beurs in brand te
steken is door deskundigen voor onecht verklaard. Reeds
den 31 Maart had hij de vergadering verlaten ter zake der
gevaarlijke inmenging van het Centrale Comité, maar hij was
tot 5 April lid geblevenom een goeden vervanger te be
komen als adjunct-maire van het 9« arr'., in welks kas 120000
fr. voorhanden was.
Den 21 en 22 zijn verschillende getuigen verhoord, o.a.
de handelaar Paul Lasnier, die gevangen genomen wegens
het vervaardigen van driekleurige armbandendoor Ferré
verhoord is, terwijl deze 2 sergents de ville in zijne tegen
woordigheid deed fusilleeren.
Den 22 en 23 heeft de regeerings-commissaris Gaveau zijn
requisitoir uitgebracht. Hij heeft als beginsel aangenomen
dat al de leden van het Centrale Comité en van de Commune
verantwoordelijk moeten gesteld worden voor de door die
lichamen uitgevaardigde bevelen en gepleegde handelingen;
zij hadden zich aan die verantwoordelijkheid kunnen onttrek
ken door te protesteeren of hun ambt neder te leggen, zooals
Parent heeft gedaandie dan ook enkel voor de gedurende
zijn lidmaatschap genomen besluiten aansprakelijk is. Ten
andere heeft de regeerings-commissaris aangenomendat het
gouvernement der Commune verantwoordelijk moet gesteld
worden voor de misdaden en misdrijven, door zijne agenten
en gedelegeerden gepleegd. AI leggen de beklaagden hunne
verontwaardiging over die wanbedrijven aan den dag, de
bedrijvers van het oproer hadden moeten voorziendat hun
werk zoo gruwelijken afloop zou hebbeu. Alle beklaagden
oordeelt hij schuldig aanaanslag tot omverwerping van
het gevestigde gouvernement, aanslag tot het verwekken
van burgeroorlog, lichten van gewapende troepen zonder
bevel of machtiging van het wettig gezag, aanmatiging
van titels en ambten.
Nationale Vergadering. In eene den 22 gehouden
bijeenkomst der gematigde linkerzijde is beraadslaagd over
het door 164 Afgevaardigden gedane voorstel tol onmiddelijke
ontwapening en ontbinding der nat. garde in het geheele
Rijk. De meeste sprekers, waaronder verscheidene generaals,
oordeelden de ontbinding noodeloos, onstaatkundig en gevaarlijk
en de beduchtheid voor revolutionaire aanslagen van de zijde
der garde overdrevendaar het gezag bij machte was om
des noodig, tot eene plaatselijke ontbinding overtegaan. De
ontwapening zou bij de invoering der nieuwe legerwet van
zelve volgen. Een contra-project werd goedgekeurd, waarbij
de ontbinding bepaald wordt naar gelang de omstandigheden
en de reorganisatie van het leger dit zullen gedoogen.
Den 24 is, na eene nieuwe discussie en nadat een door den heer
Ik olowski voorgesteld amendement verworpen was, de postwet,
waarbij het briefport aanmerkelijk verhoogd wordt (de minister
verwacht eene vermeerdering van opbrengst van 20 miljoen), in
haar geheel aangenomen. Daarna is de discussie aangevangen
over het voorstel tot onverwijlde ontbinding der nat. garde. De
genl. Pélissier bestreed het advies der commissie. Men mocht
Frankrijk niet van een wapen beroovenvoor dat het door
een ander vervangen wasen de steden niet prijs geven aan
de genade van vermetele avonturiërs. Men beweertdat de
Commune het gevaarlijke van de instelling der nat. garde
bewezen heeftmaar de nat. garde was toch hetzelfde volk,
dat men wilde wapenen om er soldaten van te maken. De
hoofdoorzaak van aen parijsehen opstand was de oorlog tegen
Dukschland geweest. De ontbinding der garde zou de oor
zaak van nieuwe revolutionaire bewegingen worden. De
burggraaf de Aleaux verdedigde het voorstelhij keurde de in
stelling der garde in beginsel af, als onbestaanbaar met de
vrije uitoefening van het stemrecht. De moord van den
commandant Arnaud te Lyon en van de prefecten van S. Etienne
en Limoges was door de garde dier steden niet verhinderd;
zij had daar de roode vaan en de Commune beschermd en
was evenwel nog niet ontbonden. Indieu het de regeering
daartoe aan de macht ontbrak, moest zij die bij de Verga
dering zoeken. De heer Thiers zeidedat hij de ontbinding
van zekere corpsen der garde goedkeurde, maar zich verzette
tegen de onmiddelijke en gelijktijdige ontbinding van alle
corpsen. Zoodanigen maatregel noemde hij eene daad van
geweld en van verregaande voortvarendheidwelke daarom
niet strookte met den plicht der regeeringdie met gema
tigdheid en waardigheid behoort te handelen. Niet alle nat.
garden hadden schuld; zij moesten gereorganiseerd, niet ont
bonden worden. De nat. garde was onmisbaar; het leger
kon niet in alle behoeften voorzien en niet alle steden konden
doen wat Parijs deed, waar 13ÜU0 sergents de ville en republi-
keinsche garden werden georganiseerd. De regeering was
niet verplicht onverwijld te handelen het gezag behoorde
het recht te hebben om zijn eigen tijd te kiezen. Zijn eenige
zorg bij de gevarenwaarmede de zedelijke wanorde en de
staatkundige verdeeldheid het land bedreigenwas te ver
hoeden dat de partijen met eikander in botsing kwamen.
Herhaaldelijk door uitroepen en gedruisch van de rechter-
en toejuichingen van de linkerzijde gestoord zijnde, en nu
op nieuw in de rede gevallenvervolgde hij„Naar het
schijnt, is het vertrouwen der Vergadering aan het wankelen
gebrachtik keu den plichtdien het schouwspelhetwelk
de Vergadering aanbiedt, mij oplegt; ik heb hierbij geen
enkel woord te voegen." Eene hevige opschudding was het
gevolg dezer verklaring. De genl. Ducrot diende een amen
dement in inhoudende, dat de garde gaandeweg zal worden
ontbonden, naar gelang de omstandigheden en de voortgang
der reorganisatie van het leger dit zouden gedoogen. De
minister Dufaure verklaarde, dat de ministerraad zich 's mor
gens in beginsel met dit amendement, vereenigd had, erkenning
namelijk van de noodzakelijkheid der ontbindingzonder
bepaling van het tijdstipmaar toch zoo spoedig mogelijk.
Het amendement werd met 488 tegen 49 st. aangenomen.
Een aantal leden der uiterste linkerzijde hebben aan de
stemming geen deel genomen omdat zij niet voor de ont
binding stemmen, of den heer Thiers een votum van vertrouwen
weigeren wilden. Nagenoeg al de generaalsdie leden der
Kamer zijnhebben zieh tegen de dadelijke ontbinding en
ontwapening verklaard.
Den 25 is de wetsvoordracht betreffende het ontbinden
der nat. garde in haar geheel met 503 tegen 133 st. aange
nomen, en vervolgens de beraadslaging aangevangen over het
wetsontwerp tot verhooging der indirecte belastingen (op
wijnen, tabak, koffie, enz). De minister zeide, dat de ver
hooging van uitgaven gedurende de eerste jaren, voor ren
tebetaling en amortisatie der aangegane en nog te sluiten
leeningen en het ouderhoud der vreemde troepen650 mil
joen beloopt. De reeds opgenomen wetten tot verhooging
der in- en uitgaande rechten, zegel- en registratierechten en
briefporten zouden daarvan 220 en de nu in behandeling
zijnde wet daarvan 150 miljoen verschaffen; het overige
moest op andere wijze gevonden worden.
Op het voorstel-Rivet is door 3 Afgevaardigden, de heeren
LamyWarnier en Turquet een amendement voorgesteld
waarbij de ontbinding der Wetg. Vergadering wordt aange
nomen. Die ontbinding zou moeten plaats hebben na het
aannemen van het budjet voor 1872 en van eene nieuwe kies
wet; in elk geval zou de Constituante vóór 1 Mei'72 moeten
bijeenkomen.
De republikeinsche of gematigde linkerzijde heeft den 25
beraadslaagd over het voorstel der radicale linkerzijdetot
ontbinding der Vergadering en bijeenroeping eener Constitu
ante. De meerderheid beschouwde de daartoe door Gambetta
en Boysset gedane voorstellen als ontijdig of voorbarig, en
vreesdedat de ontbinding der Kamer aan de pruissen een
voorwendsel zou geven tot het vertragen der ontruiming van
het fransche gebied.
De republikeinsche linkerzijde heeft in eene den 26 ge
houden bijeenkomst beslistdat het verzoek om de Vergade
ring te ontbinden voorbarig is.
Den 28 heeft de heer Vit et het rapport overeelegd omtrent
de voorstellen-A/re/ en Adnet betreffende de verlenging van
het mandaat van den heer Thiers. Daarin wordt gezegd
dat het voorstel-Adnet, betreffende het behoud van het status
quoter zijde is gelegddat de tijd voor het voorstel- Belcastel,
tot dadelijke ontwerping eener nieuwe constitutie nog niet ge
komen isen dat de commissie het voorstel-A'ref liever ook
nog niet gezien haddat zij de hoofdzaak daarvan behouden,
maar den driejarigen duur van het mandaat er uit verwijderd
en er eenige andere bepalingen aan toegevoegd had. Voorts
wordt verklaarddat de Nat. Vergadering het recht heeft
om gebruk, te maken van de constituëerende macht, welke
een van hare attributen is, en dat de commissie het mandaat
van der. heer Thiers even lang weuscht te doen voortduren
als de Vergadering bestaan zal. Behalve deze bepaling houdt
het door de commissie met. 10 tegen 5 st. ontworpen wets
voorstel indat de President onverantwoordelijk ismaar
zijne ministers verantwoordelijk aan de Kamer zijnen dat
het den President vrijstaat de zittingen bijtewonen, wanneer
hij den voorzitter daarvan kennis geeft. De minister Dufaure
heeft uit naam van den ministerraad, voorgesteldaan de over
wegingen der wet eene zinsnede toetevoegenwaarin de door
den heer Thiers bewezen diensten worden erkend, en gewaagd
wordt van de waarborgen, welke zijn persoon voor de vei
ligheid des lands oplevert.
Den 29 hebben de verschillende fraction der meerderheid
langdurige beraadslagingen gehouden over een voorstelom
het presidentschap der Republiek aan den heer Thiers opte-
dragen op de voorwaardenvervat in de republikeinsche
constitutie van 1S48. Een lid vreesde, dat het aanneineD van
dit amendement het aftreden van den heer Thiers zou na
zich slepen. Door verscheidene Afgevaardigden is de houding
van den heer Thiers levendig gegispt. Er is geen definitief
besluit genomen.
Den 30 heeft de heer Choiseul eene motie ingedienddie
door het gouvernement aangenomen en ondersteund is door
de geheele linkerzijde en het linker-centrum. Zij strekte
even als de motie-BuJfetom het aan den heer Thiers op-
tedragen gezag te vestigen op den grondslag der constitutie
van 18 48 maar hem te machtigende beraadslagingen der
Vergadering bijtewonen. Zij week van de motie-Buffet hierin
af, dat zij van geen constituüerend karakter der Vergadering
gewaagde. - De heer Vitet deelde mededat. de commissie
voor het voorstel-Aire/ het amendement van den minister
Dufaure had overgenomenen deze verkaardedat de re
geering de aldus gewijzigde conclusie der commissie goed
keurde. Verschillende ingediende amendementen zijn inge
trokken. Een amendementstrekkende om aan de Vergade
ring het recht te ontzeggen zich eene Constituante te noe
men is verworpen. De heer Gambetta heeft tegen de eer
ste paragraaf van den consideranswaarin aan de Nat. Ver
gadering een constituüerend gezag wordt toegekendhet
woord gevoerd. Die paragraaf is aangenomen met 433 tegen
227 st. f»
De duitsche gezant te Parijs heeft den 22 een onderhoud
gehad met den franschen minister van buit. zaken en daarbij
de Ligue tot bevrijding van den Elzas en Lotharingen ter
spraak gebracht. De heer de Rémusat heeft verklaarddat
de fransche regeering het bestaan van die vereeniging als
strijdig met het volkenrecht beschouwde en haar reeds ont
bonden had, en haar, zoo noodig, gerechtelijk vervolgen zou.
De onderhandelingen te Frankfort over het sluiten van een
nieuw postverdrag met Frankrijk hebben op de overdreven
eischen der fransche gevolmachtigden schipbreuk geleden.
De Rijks-kanselier heeft de regeeringen der overzeesche
landenwaarbij duitsche vertegenwoordigers geaccrediteerd
zijn, doen vragen, of zij genegen zijn afgevaardigden te zenden
naar een te Berlijn te houden wereld-post-congres.