No. 41. Drieënzeventig ste Jaargang. 1871. Z OM) A G 8 OCTOBER. (Officieel (Scbccltc. Politiek Oucrsiclit. c&cHjfische iScrichlcu. Frankrijk. Diiitsclilaml. L K M A A ft S 6 11 E C I) li ANT. Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag avond te 7 uren. Prijs per kwartaal f 0,65, franco per post t afzonderlijke nommers 5 Cents. Brieven franco aan de Uitgevers HERM'. COSTER ZOON. De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15 Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag 1 uur, wordt voor de plaatsing in liet eerstvolgend nommer ingestaan; ingezonden berichten een dag vroeger. De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR brengt ter algemeene kennis dat ter gemeente-secretarie alhier tot 31 October aanstaande ter lezing zal liggen de algemeene staat der landen die in het buitengewoon onderhoud van den Noorder IJ- en Zeedijk moeten bijdragen waartegen door de ingelanden schriftelijk bezwaren bij hem kunnen worden ingeleverd voor 31 Octo ber e.k. ter opzending aan de Gedeputeerde Staten van Noordhollaud. Alkmaar, De Burgemeester voornoemd 29 Sept. 1871. A. MACLAINE PONT. BURGEMEESTER en WETHOU DERS van ALKMAAR, gezien de verklaring van den heer N. Lam dorpstads geneesheer, alhier, gedagteekend 30 September 1871, houdende dat JAN KLUGT, oud 18 jaren, wonende te Alkmaar, aan den Koningsweg op dien dag is overleden aan k w a a d- aardige pokken, en dat het bed met toebehooren waarop hij is overledenbehoort te worden onteigend en verbrand. Gelet op art. 69, 2' lid, der wet van den 28 Aug. 1851 (Staatsblad n°. 125). Besluiten; van Lena Henskesweduwe van Cornelis Klugt, moeder van den overledene wonende zonder beroep te Alkmaar, ten algemeene nuttete onteigeneneen veeren bedtwee dito kussenstwee dito peluws, twee beddenlakens, een stel bedgordijnen, een schoudermantel, drie dekens en een zakdoek. Gelasten de in beslagneming van voornoemd beddengoed enzoovoorts; de omniddelijke verbranding daarvan, en de openbare kennisgeving van dit besluit door middel van de Haarlemsche en Alkmaarsche Couranten en mededeeliug aan Heeren Gedeputeerde Staten dezer provincie. Burgemeester en Wethouders voornoemd. Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 1 Oct. 1871. De Secretaris, NUIIOUT van der VEEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis van de belanghebbendendat de jaar- lijksehe schouw over de slooten en wateren in deze gemeente zal gehouden worden door den opzigter over den hout en deplautsoenen, op Dingsdag 24 October 1871. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 7 Oct. 1871. De Secretaris, NUHOUT van der VEEN. VERGADERING van den RAAD der gemeente ALK MAAR, op Woensdag, den 11 October 1871, des middag- teu 12 uur. Namens den Voorzitter van den Baad, NUHOUT van der VEEN. POLITIE. Ter terugbekoming aan het commissariaat van politie voor handen het navolgende gevondene, als: een hond, een borduur- schaartjeeen broek, drie schragen, een sleutel, een tros of lijn. Bella gerant aliitufelix Austria, nube. 't Is niet de eerste maal, dat deze Latijnsche volzin in dit overzicht wordt aangehaald. Onwillekeurig wordt men er aan herinnerd wanneer men aan den toestand van Oostenrijk denkt. Aan die monarchie wordt in de bovenstaande woorden de raad gegevenhet oorlogvoeren aan anderen over te laten en zelf liever huwelijken te sluiten. Kenmerkend zijn die woorden voor den tijd waarin ze gebezigd werden. Wie is dat Oos tenrijk dat tronwen moet en steeds weer trouwen Nie mand anders natuurlijk dan de Vorsthet regeerend stam huis. De Vorst is de staat, en als de vorstelijke geslachten onder elkander huwen, dan huwen natuurlijk ook de volken. De vorst is de rechtmatige eigenaar van het land en het volk; even als alle andere goederen door het huwelijk gemeen wordengeschiedt dit ook met landen en volken. Twee wijzen van eigendomsverkrijging op het gebied van het vol kenrecht schijnen bij den raadgever in 't bijzonder in aan merking te komen: de oorlog en het huwelijk. Wij leven hier blijkbaar in den goeden ouden tijdtoen nog recht en gerechtigheid op aarde woondentoen de onderdrukte on schuld door ieder werd bijgestaan toen nog nietzooals thans, macht voor recht gold. Echter schijnen er toen ook reeds oorlogen te zijn gevoerd om de grenzen van den staat uit te breidener zoo mogelijk een groote mogendheid van te maken, en de eer en den roem van den Vorst te verhoo- gen. Maar onze raadgever beveelt dit middel niet aan 't is een onaangenaameen duur en een gevaarlijk middel. Laat anderen oorlogvoerenzegt hijik weet iets beters voor uhuwelijken met rijke erfdochters met vorstinnen die kans hebben om tot de regeering geroe pen te worden. Zoo komt gij door aanhuwelijking en erf opvolging op een rustige en veilige wijze in het bezit van een groot rijk. Als de herders der volken onderling huwen, worden de schaapjes natuurlijk tot éóne kudde vereenigd. Dc uitkomst heeft echter niet altijd aan de verwachting beantwoord. Door de kroonen van twee volken pasklaar te maken voor het hoofd van denzelfden Vorstsmolten de beide natiën nog niet tot een enkele samen. Maar dat be hoefde immers ook. Zij bleven afzonderlijke volken met een eigen regeeringsvormdie alleen maar denzelfden persoon tot vorst hadden gelijk bij voorbeeld onze Koning te gelijk Groothertog van Luxemburg is zonder dat de Nederlanders en Luxemburgers iets met clkauder hebben te maken. En zoo draagt dan ook de tegenwoordige Keizer van Oostenrijk overeenkomstig zijn verschillende waardigheden verschillende titels als Keizer van Oostenrijk Apostolisch-Koning van Hongarije, Koning van Bohemenvan Dalmatië, van Kroatië, van Slavonië, van Galicië, Lodomerië en UlyriëKoning van Jeruzalem, Aartshertog van Oostenrijk, Groothertog van Toscane en Krakau Hertog van Lotharingenvan Salzburg van Stiermarkenvan Karinthiëau Krainvan BukowinaGroot vorst van ZevenbergenMarkgraaf van Moravië, Hertog van Opper-Sileziëvan Neder-Silezië van Modenavan Parma, van Piacenza en Guastalla, van Auschwitz en Zator, Frioul, Raguza en Zara, Vorstelijk-Graaf vau Habsburg, van Tirol, Görtz en Gradisca, Prins van Trente en Brixen, Markgraaf van de Opper-Lausnitz van de Neder-Lausnitz en van Istrië, Graaf van HohenembsFeldkirehBregenzSonnenberg enz. Heer van Triest en van Cattaro, Grootwoiwod van het woid- wodsctap Servië enz. enz. Is het niet. alsof men de titels leest van Keizer Karel Y? En nu stelle men zich voor, dat elk dier KoninkrijkenGroot hertogdommen Hertogdommen en Graafschappen een eigen regeeringsvorm eu een zelfstandig bestuur heefthoe zal de zelfde vorst daarop acht kunuen geven, hier als onbeperkt mo narch, ginds als constitutioneel vorst kunnen regeeren? Hoe zal hij de belangen van elk dier vele landen gelijkelijk kunnen behar tigen ook wanneer er strijd van belangen bestaat of schijnt te bestaan? Hoe zal hij dien strijd oplossen en beide partijen tevre den stellen? In de zaken van het gewone burgerlijk leven neemt men gemeenlijk aan, dat dezelfde persoon bij strijd van belangen niet de vertegenwoordiger van verschillende partijen kan zijn onze grondwet bepaalt dau ook uitdrukkelijkdat de Koning geen vreemde kroon kan dragenmet uitzondering van die van Luxemburg. Eu zoo is het ook zeer begrijpelijkdat de vorst van een aantal verschillendemeestal aan elkander grenzende staten verandering zoekt te brengen in den inderdaad onhoudbaren toestand. Maar op welke manier Door afstand te doen van sommige staten, die niet vatbaar bleken te zijn voordenzelfden regeeringsvorm? In den regel werd die weg niet gevolgd. De regeering schikte zich niet naar de volken, maar de volken moesten zich schikken naar de regeering. Omdat verschillende landen en volken één regeerend Hoofd hadden, moest het verschil ophouden en moesten landen en vol ken tot één volk, tot een enkelen staat worden samengesmolten. Zoo ging het althans waar een eenhoofdige regeering bestond, bij de monarchiën. De republikeinsche staatsvorm schijnt ruimte te laten voor verschil en zelfstandigheid bij de onderscheidene deelen van de republiek. Zóó in de Yereenigde Staten van Noord-Amerika, zóó ook in Zwitserlandwaar zelfs de erken ning van drieërlei taal geen bezwaar oplevert, terwijl men bij voorbeeld in België schijnt te vreezendat de volkomen gelijkstelling der twee talen, die toch beide op den naam van volkstaal aanspraak hebben, de eenheid des lands in gevaar zou brengen. Ook in onze Republiek der Yereenigde Provinciën bleven de verschillende gewesten hunne zelfstan digheid behouden. Eendracht maakt machtzeiden onze vaderen; maar die eendracht was geen eenheid. De Oostenrijksche regeering heeft tot voor weinige jaren steeds getracht, de eenheid van het Keizerrijk te versterken en de verschillende Kroonlanden tot een enkelen staat onder één regeeringsvorm en onder één krachtig algemeen bestuur te doen ineensmelten. Dit was alleen uitvoerbaar door ge weld door de onbeperkte monarchiedoor overheersching van één deel des rijksvan één volksstam over de andere doch toen dit stelsel wegens het voortdurend verzet des volks moest worden opgegeventoen aan de stem des volks rechten werden toegekend bleek ook de eenheid van bestuur onhoudbaar. De Italiaansche landen gingen voor Oostenrijk verloren, en weldra werd de geheele Monarchie in twee deelen gesplitst. De Leitha is thans de grensscheiding tus- schen twee groote statengroependie in hun binnenlandsch bestuur volkomen zelfstandig zijn. Zelfs de naam van het „Keizerrijk Oostenrijk" werd veranderd in dien van „Oos- tenrijksch-Hongaarsehe Monarchie." Maar als men zich een maal in zekere richting voortbeweegt, zelf die richting als de goede heeft erkend en daarbij van zekere aangenomen beginselen uitgaat, dan kan men moeilijk naar eigen goed vinden bepalen waar men zal blijven stilstaanwaar men met, de toepassing dier beginselen zal ophouden. Toen de zelf standigheid van Hongarije was erkendvroeg [Bohemen voor zich hetzelfde recht. Ook Bohemen was immers een Konink rijk zoowel als Hongarijemet eigenaardige instellingen een eigen staatsregeling, een eigen volkstaal. Waarom zou het zich moeten schikken naar de Duitsche bewoners van de overige landen der statengroep aan deze zijde van de Leitha? Waren zij geen Slaven, geen Czechen Het Duitsch was hunne volkstaal nieten de Oostenrijksche Kei zer behoorde afzonderlijk gekroond te worden als Koning van Bohemen. De tegenwoordige Oostenrijksche regeering schijnt bereid om aau de grieven der Bohemers te gemoet te komenook wat het gebruik der volkstaal als offieiëele taal en de kroo ning te Praag betreft. Groote verontwaardiging onder de Duitschersonder de liberalenzeggen sommigen. Als het tegenwoordig Ministerie, gelijk beweerd wordt, op onvrijzinnige maatregelen broedt, dan voorzeker kunnen zijn tegenstanders het onder liberale vlag bestrijdenmaar als zij de zelfstan digheid van Bohemen tegengaandan blijkt het dat hun libe ralisme hun geen ernstgeen beginsel isdan toonen zij in de eerste plaats Duitschers en niets dan Duitschers te willen zijn, bezield met dat verderfelijk patriottismedat den voorrang voor den eigen volksstam begeert en tot de overheersching van anderen leidt. De Duitschers schijnen tegen Polen en Slaven even aanmatigend als de Franschen tegenover elke andere natie. Het Duitsche element moet zegevieren, daar voor te strijden schijnt hun een heilige strijdschijnt hun recht en plicht. Op welken grond? Warrom moet er altijd gezegevierd worden Is verzet tegen onderdrukking, strenge waakzaamheid voor gelijkheid van rechten niet voldoende Maar de Duitsche Oostenrijkers zijn verwend. Nog leeft de overlevering dat de Keizer van Oostenrijk Keizer van Duitsch- land heette, nog slechts weinige jaren is het geleden dat de Oostenrijksche Keizer voorzat in den Duitschen Bond. Is niet Weenen de oude Keizerstadde hoofdstad des rijks zoover zijn grenzen strekken? Zullen nu niet alleen Hongaren en Kroaten, maar ook Slaven en Czechen den boventoon voeren zelfs aan deze zijde van de Leitha, op eenige uren afstands van de hoofdstad? Moeten dan de Duitschers in Bohemen, omdat zij de min derheid uitmakenaan de genade der Czechen worden over geleverd Is niet de Duitsche bevolking de meest ontwik kelde de meest beschaafdede vrijzinnigstehet meest ge schikt om den toon aan te gevenom te regeeren en te be sturen, om de minder bedeelde rassen te leiden? Daar ligt de knoop. Het geloof aan eigen voortreffelijkheid boven anderen, aan een «roeping" van het Duitsche ras om oostelijk Europa te beschavenziedaar de oorzaak van het groot misbaar. Toch zal de Duitsche bevolking zieh naar de veranderde omstandigheden behooren te voegen. Nu Oos tenrijk buiten Duitschland is gesloten, kan het zwaartepunt der Monarchie bezwaarlijk meer in de Duitsche Kroonlanden liggen, vooral niet als men een naijver tusschen de nationaliteiten uitlokt. Zijn de Duitschers inderdaad de meest ontwikkelden, hun invloed zal zich onwillekeurig blijven handhaven; maar dan gebiedt hun eigenbelanghet verschil van nationaliteit overal te eerbiedigenop dat gebied alles toe te geven, alles te vermijden wat op dat terrein den strijd zou kunnen doen ontbrandenwant daar zouden zijwanneer eenmaal de harts tochten en vooroordeelen van het verschil van ras zijn opge wekt, als de zwakste partij noodzakelijk de nederlaag lijden. W. v. d. K. De genl. Ladmirault heeft het zingen van vaderlandsche liederen in de Cafés Chantant te Parijs, waarvan gewoonlijk de „revanche" het refrein en het klagende Elzas-Lotharingen den tekst vormdeverboden. Ook gaat hij het ten toon haugen in de winkels van anti-duitsche spotprenten te keer. De Permanente Commissie van 25 leden der Nat. Verga dering heeft besloten om eiken Donderdag bijeen te komen, en om na elke vergadering 15 leden te vergunnen Versailles te verlatenmits, hunne tegenwoordigheid vereischt wordende, een telegram hen tijdig kan bereiken. Den 24 is in het door Koningin Isabella bewoonde Hötel- Basilewski te Parijs eene bijeenkomst van leden der spaansche emigratie gehoudenonder voorzitterschap der Koningin. Men verzekert, dat tusschen haar en den hertog v. Mont- pensier eeue verzoening tot stand gekomen is, op den grond slag datKoning Amadeus verdreven zijndede prins v. Asturie den spaanschen troon zou beklimmen ouder voogdij van den hertog. In hare toespraak moet zij verklaard hebben, bereid te zijn tot het doen der grootste opofferingen om in goede verstandhouding met hare zuster, de hertogin, te leven. Den 26 heeft de heer Thiers, in het hotel der prefectuur te Versailles, den prins v. Asturie ten gehoore ontvangen en dezen zeer voorkomend bejegend. De ministeriën van onderwijsoorlog en marine zijn te Parijs teruggekeerd. Het secretariaat van het ministerie van justitie heeft ziju vroeger hötel aan het Vendóme-plein weder betrokken. De minister de Rémusat zal voortaan des don derdags het corps diplomatique te Parijs en niette Versailles outvaagen. Voor de stedelijke leening van Parijsgroot 1.300,000 obligatiën, is 14 malen het bedrag ingeschreven, waarvan in Frankrijk en in het buitenlandin Belgie voor 2 maal het bedragin Italiëin Oostenrijk en in Zwitserland voor het volle bedrag; te Parijs voor 9 miljoen obligatiën; door het sijndicaat der wisselagenten aldaar voor 3 maal het bedrag in 24 uren. Door de stortingen van 50 fr. per obli gatie is in 2 dagen 825 miljoen in specie bijeengebracht. De minister van onderwijs heeft de inspecteurs van het onderwijs aangeschreven om toeteziendat de onderwijzers geen invloed uitoefenen op de verkiezingen voor de Alge meene Radendewijl er geen schijn van offieiëele candidatu- ren mag bestaan. Het dagblad l'Anti-Prussien te Lyon heeft zijnen naam veranderd in dien van le Chdtiment. Den 29 heeft aldaar een volksoploop plaats gehad voor de woning vau den duitschen pijpenkoopman Jahr, bij welke gelegenheid 2 steenen door diens ruiten geworpen zijn. Een pooldie zich Dombrolowski noemtis wegens het stoken van deze en dergelijke ongeregeldheden in hechtenis genomen. Graaf v. Arnim heeft bij de regeering op nieuw vertoogen gedaan in het belang der duitschers te Lyon en gezegd dat Duitschland niet met halve maatregelen tevreden zal zijn. De heer de Rémusat heeft geantwoorddat de regeering van alle strenge middelen, welke haar ten dienste staan, gebruik zal maken om buitensporigheden als de bedoelde tegen te gaan. Den 22 is de soldaat L. Boyeux, een der weinige ontrouwen van het bij het uitbreken der beweging in den tuin van het Luxemburg gekampeerde 69» regt. van linietot den kogel veroordeeld; en de kapitein der gefedereerden Cos tehouder van een verhuurkantoor, die, boven de 60 jaren zijnde, vrij willig dienst genomen had (zoo hij zeide, bij gebreke van een middel van bestaan) en tot 24 Mei in het fort Montrouge gebleven was (zonder, volgens zijne verzekering een schot te hebben doen lossen), tot 2 jaar gevangenissfraf. Den 23 zijn gevonnisd 15 knapen (de zestiende was ziek) van 11 tot 16 jaren, behoord hebbende tot het voor de ver dediging der barricaden door de Commune opgerichte corps „pupillen", dat ongeveer 100 leden telde en dapper gevoch ten heeft. Verscheidene kenden hunne ouders nietkonden lezen noch schrijven, wisten niet hoe oud zij waren en had den reeds vroeger in hechtenis geweest. Allen zijn schuldig verklaard, maar als gehandeld hebbende zonder oordeel des onderscheids5 zijn aan hunne betrekkingen of bazen terug gegeven en de overigen tot hun 21» jaar in een verbeterhuis geplaatst. De krijgsraden hebben den 2 Oct. in verschillende zaken uitspraak gedaan: de heer Maroteaudagbladschrijver, it schuldig verklaard aan opstoking tot burgeroorlog en mede plichtigheid aan den moord van den aartsbisschop Darboy en ter dood veroordeeldde heer Gromier, gewezen secretaris van Félix Pyat en redacteur van le Vengeur, tot 6 maanden gevangenisstrafBarbet en de vrouwen Bonnefoy en Roubert tot deportatie. Levieux is vrijgesproken. Brunei, Chavanon en Lalandegewezen officieren bij het leger der gefedereer den zijn bij verstek ter dood veroordeeld. Het gewezen Commune-lid Amouroux bevond zich onder den valschen naam van Pierre Dumont onder de preventief gevangenen te Brest en stond, omdat tegen „Pierre Dumont geene voldoende aanklacht kon worden ingebrachtop het punt om losgelaten te worden, maar, dit niet wetende en zijn incognito niet langer vertrouwendeheeft hij eene poging gedaan om te ontsnappen, welke mislukt is en tot zijne ont dekking heeft geleid. 600 Miljoen zijn gereed voor de betaling van het vierde halve miljard. De nat. garde te Bordeaux is geheel ontwapend. Het Journal OJjiciel van 1 Oct. spreekt het gerucht tegen, volgens hetwelk kwijtschelding of verlichting van straf zou zijn verleend aan eenige personendie door de krijgsraden van Marseille en Versailles veroordeeld zijn. De commissie vau gratie had ten dezen nog niets beslist. VAvenir liberal, een orgaan der bonapartisten te Parijs, berichtdat er een plan gevormd is om aldaar eene club van keizersgezinden te vestigenen dat zich daartoe alleen te Parijs reeds 7000 personen aangemeld hebben. Het tijdperk voor het innen der achterstallige belastingen over het dienstjaar 1870 is tot 31 Dec. verlengd. De regeering heeft eene commissie onder het voorzitter schap van den maarschalk Baraguay d'Hilliers benoemd door welke alle hoofdofficieren of andere ambtenarendie tijdens den oorlog eene capitulatie hebben aangegaanzullen worden verhoord. Onder de republikeinsche partij te Lyon is eene scheuring ontstaan. Tegenover het Comité Central, dat tot dus verre het hecht iu handen had en als zijn grondbeginsel het im peratieve mandaat erkende heeft zich thans eene Onion Ré- publicaine du Rhóne gevormd welke in haar programma zoo danig mandaat eene met de onafhankelijkheid en de waar digheid der Afgevaardigden onbestaanbare dwingelandij noemt. Okolowiczeen gewezen generaal der Communedie om zijne wonden iu de inlirmerie van het kamp van Satory ver pleegd werdis den 2 Oct. ontsnapt. Zekere heer Prot de Viévillevoormalig kapitein der ar tillerie bij het fransche leger, is benoemd tot 2en. luitenant bij de duitsche 11'. artillerie-brigade. De baronnes v. Rothschild te Frankfort heeft van den Keizer het kruis van verdienste voor de verpleging van zieken en gekwetsten ontvangenvergezeld van een eigenhandig schrij ven der Keizerinwaarin hare verdiensten jegens zieke en gekwetste militairenvooral in het door haar gestichte bij zondere lazaretherkend worden. Bij den Bondsraad is ingediend een ontwerp tot aflossing uit de gelden der oorlogscontributie, van de in Juli 1870 bij het uitbreken van den oorlog aangegane 5% leening, en zulks ter voorkoming vau het nutteloos uitgeven van gelden voor de rente. De op grond der wetten van 21 Juli en 29 Nov. 1870 uitgegeven schatkistbiljetten zijn op de termijnen van verval afgelost en niet hernieuwd, en de ten bedrage van

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1871 | | pagina 1