- jStabs-lïiemwö. leederen en levensmiddelen te verkrijgen. Eerst in den oroegen ochtend van den 10 zijn de vlammen door een rvervloedigen en langdurigen regen uitgedoofd. Men had eeds een aantal gebouwen in de lucht doen springen om het vuur te stuiten. Alle voorwerpen van waarde zijn ver brand; de schade wordt op 200 miljoen d. begroot. 8 Op heeterdaad betrapte dieven zijn opgehangen. Den 10 waren reeds 40 lijken gevonden. Den 11 was het aantal gevonden lijken reeds tot boven de 100 geklommen. Er hebben zich patrouilles van burgers gevormd tot handhaving der orde. Een 40 tal plunderaars en rustverstoorders zijn gefusilleerd. Een voorraad tenten is aangekomen, genoegzaam ter bescher ming van 75000 personen. Met den herbouw der afgebrande woningen is onverwijld begonnen. Uit Canada wordt op groote schaal ondersteuning gezonden (Chicagoeerst 35 jaren geleden gestichttelt 300000 inwoners, 't, Is de sta pelplaats voor den in- en uitvoerhandel van het Westen. 24 Spoorweglijnen brengen er dagelijks ruim 100 treinen aan). Prinses Marianne is den 11 op haar buitenverblijf te Voor burg aangekomen. Verkiezingen. Te Tiel is met 1210 st. tot lid der 2e Kamer verkozen m*. C. T. bn. v. Lijnden v. Sandenbttrg; de lieer Stoet v. d. Beele verkreeg 890 st. Te Zaandam is tot lid der Prov. Staten van Noordhol land gekozen de heer J0. v. Wessem Jr., met 238 van de 439 uitgebrachte geldige stemmen. Staten-Generaal. Den 9 is in de 2e Kamer de beraad slaging aangevangen over het voorstel 's Jacob c.s., tot sub- sidiëering van Rijkswege eener te vestigen stoompakketvaart tussehen Vlissingen en Nieuw-York. Den 10 heeft de minister van financiën verklaard, dat 's Rijksgeldmiddelen zoodanige ondersteuning niet gedoogen. Den 11 is art. 1 verworpen met 44 tegen 22 st., waarna de voorstellers hun ontwerp hebben ingetrokken. Den 12 zijn eenige kleine wetsontwerpen aangenomen; dat tot invoering der Pharmacopoea Neerlandica met alg. st. Belastingen. De Verceniging van en voor industriëelen heeft een adres aan den Koning gezondentot aanbeveling der afschaffing van den zeep-aceijns. Telegraaf. Te Vcere cn Oudewater zijn Rijks-telegraaf kantoren geopend. In 1870 werden 14 nieuwe kantoren geopend. In dat jaar zijn door de Rijks-telegraafkantoren overgebracht 1,837,762 telegrammen a 610,046,16, tegen 1,632,052 a ƒ573,369,73 in 1869. De uitgaven beliepen ƒ963,500, tegen ƒ954, 231,50 in het vorige jaar. Weerbaarheid. Den 10 is te Maarssen een concours gehoudenuitgeschreven door de vereeniging Willem II aldaar, waarvan schutters van 18 vereenigingen hebben deel genomen. Prins Hendrik heeft een gedeelte van den wedstrijd bijgewoond enna aan een door den heer lluydecoper van Maarsseveen aangeboden diner te hebben deelgenomen avonds de prijzen uitgereikt. Onderwijs. De gemeenteraad van Goes heeft den 4 het verzoek van de ouderswier dochters thans de hoogere bur gerschool bezoeken dat die meisjes den aangevangen cur sus ten einde toe zullen mogen volgenof zoo lang dat het middelbaar onderwijs voor meisjes zal zijn geregeldaf gewezen. Feesten. Den 6 is te Winschoten een oogstfeest gevierd Er werd een optocht gehouden van wagens met landbouw producten en werktuigen vervolgens heeft een concert plaats gehad en het feest is met een vuurwerk besloten. Aan de harddraverij te Dirkshorn op den S namen 9 paar den deel. De prijs is behaald door het paard Pieternelle van den heer JKielewoudtbereden door P. de Jong, de premie door het paard de zwarte IVitvoetvan den heer J. Schoorlbereden door diens zoon G. Schoorl. Aanbestedingen. Den 9, te Schoonhoven, het bouwen eener rieuwe r. e. kerk en pastorieminste insehr. C. H. de Pater, voor ƒ42678; te Kleinemeer, het bouwen eener nieuwe r.c. parochiekerkminste insehr. Th. Kok te Groningen voor 39049. Bouwwerken. Den 10 is de dertiende spanning der groote spoorwegbrug over het Hollandsch Diep met goed gevolg op de pijlers overgebracht. Giften. De heer J. Gelderman, te Harderwijk overleden, heeft vermaakt aan het oud-mannen-, vrouwen- en kinderhuis 8000de herv. kerk 4000het burgerweeshuis, de herv. diaconie en het burgerlijk armbestuur elk f 2000de herv. bewaarschool en het bijbelgenootschap elk 1000 de r.c. diaconiede werkverschaffing en het fonds voor godsdienstig onderwijs elk 500het israël. armbestuur en de vrouwen- vereeniging elk f 200alles vrij van rechten. Het instituut voor doofstommen te Groningen heeft uit Dordrecht eene gift ontvangen van f 1000. De heer C. H. Pelgrom v. Enghuyzenvroeger pastoor te Brielle en dezer dagen te Zevenaar, waar hij de laatste jaren woonde, overleden, hééft 60000 gelegateerd om aldaar een verplegings-gesticht voor oude lieden te vestigen. Wijlen jonkvr. B. L. v. Kek v. Schoonheuvel te Arnhem heeft gelegateerd 35000 aan de kweekschool van afgescheiden cn orthodoxe predikanten te Doetinchemf 3000 aan de Ilernhuttersvereeniging te Zeist, 2000 aan Talita Kumi bij Wageningen en 1000 aan de herv. diaeonie te Arnhem. Voor de leening der stad Amsterdam, groot f 1,800,000, is ingeschreven 2,855,800. Aan de Maatschappij voor Gcmeente-Crediet, die voor het volle bedrag had ingeschre ven is 1,273.000 toegekend. Pokken. Van 1 tot 7 Oct., zijn te Amsterdam aan pokken overleden 17 personen, waaronder 13 kinderen. Rechtszaken. De H. Raad heeft den 10 verworpen het beroep, ingesteld door den amsterdamschen magnetiseur J. J. tketeling tegen een arrest van het hof in Noordholland, waarbij hij tot geldboete is veroordeeld wegens het onbevoegd uitoefenen der geneeskunst, door het verleenen van genees kundigen raad als bedrijf. De rechtbank te Groningen heeft den machinist bij de staatsspoorwegenbeschuldigd van het doen derailleeren van een trein op 23 Aug., bij gebreke van bewijs vrijgesproken. Dr. Vrte Rotterdamonlangs door de rechtbank aldaar tot 4 maanden cellulaire gevangenisstraf veroordeeld, van welk vonnis hy in hooger beroep is gekomenis naar Londen vertrokken. Overleden te 's Gravenhage de oud-vicepresident van den raad van Indie j'. J. C. Reyn.it. StaaTs-loterij. Trekkins der 5e. klasse. 4". week. No. 1178/ 100,000, 13280 25000, No. 5515, 6539, 7172, 9648, 9962, 11727, 11815, 13190, 13376, 14719, 15498, 16791, 18265 1000. De Vereeniging ter viering van den gedenkdag van Alk- maars Ontzet in 1573 herdacht den 8 dezer, voor de tiende maalop feestelijke wijze de verlossing onzer stad. 's Mid dags werd als gewoonlijkeene feestrede gehouden, gevolgd door matinee musicaleen 's avonds een concert gegeven gevolgd door reünie en bal. Het stafmuziekcorps der marine, waaraan ditmaal de muziekuitvoering opgedragen wasver vulde die taak op uitmuntende wijze en tot algemeen ge noegen. De feestredenaar, de heer E. Masdorp, achtte het een voorname bijdrage tot de ontwikkeling en het geluk van een volk wanneer het vertrouwd is met de geschiedenis van zijn verleden en noemde het verheugenddat in onze gemeente één dag des jaars aan de herinnering daarvan wordt gewijd; zoo toch meende hij de viering van den gedenkdag te mogen beschouwen. In dien geest handelende, stelde hij het feit van 1573 voor als eene prijzenswaardige betrachting van burgerplicht en als zoodanig een roemrijke daad dieeven als de zelf opoffering van een Scha/felaarde trouw aan het gegeven woord van een Beilink (dat de critiek omtrent de waarheid dezer laatste daad twijfel voedtverzwakt het voorbeeld niet), welke godsdienstige of staatkundige gevoelens men zij toe gedaan prijzenswaardig is. Spreker herinnerde vervolgens met enkele trekken het vroeger verleden en meende, dat het kloeke gedrag der bur gers dezer stad in 1573 zich kenmerkte door deugdendie door het volk nooit waren verloochend en het reeds bij de sankomst in deze gewestenonder de namenvolkskracht frissche vrijheidzucht,gemoedsleven en verheven gevoelens worden toegeschreven. Waarna hij deze karaktertrekken deed uitkomen in de latere geschiedenis van ons volk onder den invloed der herleefde vrijheiddie wel eens wordt geacht te beginnen met Alkmaars Ontzeten in de geschiedenis der volgende eeuwen tot op onze dagenzich telkens wist te handhaven. Eindelijk trachtte spr. aan te toonen dat de kennis onzer historie vooral dezer dagen noodig is, om gewichtige, thans hangende vraagstukken te verstaan, en ten slotte uitte hij den wensclidat in elke gemeente des lands een vereeniging mocht bestaan als de onzedie jaarlijks een feestdag wijdt aan de herinnering van ons voorgeslachtter waardeering van ons volksbestaan. L.l. Woensdag is eene dienstmaagd aan het eind van het Kleine Glop in het Enidsen bezig zijnde met scharen in het water gestort en jammerlijk omgekomen. Het onheil werd van de overzijde gezien en zoo spoedig doenlijk poging tot redding beproefd. De gelegenheid aldaar heeft veroorzaakt, dat die poging niet tijdig genoeg kon slagen, zoodat de drenkelinge spoedig na haarophalen.'in weerwil van alle moeite,jhet leven liet. Blijkens de advertentiein dit blad voorkomende znllen de volks-voorlezingenvan wege het departement der Maatschappij tot Nut van het Algemeen alhier, aanvangen op Dinsdag den 17 October e k. De commissiehiertoe benoemdstelt zich voordoor Voorlezing en Bijdragen het nuttige aan het aangename te verbinden, ware verlichting en beschaving op te wekken en door de bevordering van volksdeugd en volkskracht nut tig te zijn. Moge haar pogengesteund door de belangstelling van het publiekniet vruchteloos zijn G EMEENTERAAD. Zitting van 11 October 1871. No. 13. Voorzitter de Burgemeester A. Maclaine Pont. Tegenwoordig 12 leden. Afwezig de heeren S. Blom Hz. en Mr. W. van der Kaaij. De vergadering geopend zijnde, wordt 1. Door den Voorzitter medegedeeld, dat bij hem is in gekomen eene missive d». 28 Sept. van Mevrouw de weduwe M. JH. C. Nuhout van der Veen Biskanter, houdende berigt aan den Raad van het overlijden van haren echtgenootden Wel Edel Geboren Heer Mr. Joachim Elisa Nuhout van der Veen, Kantonregter en lid van den Gemeenteraaddie hy namens den Raad met eenen brief van rouwbeklag heeft be antwoord in substantie inhoudendedat de Raad in den overledene betreurt een bezadigd en achtingswaardig mede lid die gedurende vele jaren met de meeste naauwgezet- heidijver en trouw de belangen der gemeente behartigde en wiens gemis door de burgerij in bet algemeen zeer zal worden gevoeld. Wordt besloten daarvan aanteekening te houden in de notulen. 2. Zijn de notulen der vorige vergadering gelezen en goedgekeurd. 3. Deelt de Voorzitter mede, dat Burg. en Weth. zich tot de 2e. Kamer der Staten Generaal hebben gewend met het verzoek art. 72 van het ingediende wetsontwerp tot re geling van de dienst en het gebruik der spoorwegenlui dende onderhoud en verlichting van toegangswegen naar de spoorwegstations is ten laste der gemeenten, op wier gebied die wegen zijn aangelegd, te verwerpen, naar aanleiding van het geen in deze gemeente met de toegangswegen naar het sta tion is geschied en zoo daartoe niet mogt kunnen worden beslo ten dat artikel zoodanig te amenderendatwanneer het gouvernement weigert de bestaande toegangswegen te be straten en aan de gemeenten in eigendom overtedragen onder den last van voortdurend onderhoudde gemeenten vrij zijn die wegen niet te onderhoudenindien zij in de communi catie door het maken van eenen vciligen gemeente-straatweg voorzien, wordende aan ieder lid een afdruk van het ver zonden adres ter hand gesteld. Voor kennisgeving aangenomen. Zijn gelezen de sedert de vorige vergadering ingekomen stukken: 4. Verzoek van G. F. Binnemanom benoemd te worden tot havenmeester. 5. M. van der IVerf, om benoemd te wor den tot Waagmeester. 6. P. Brouwer, van gelijke strekking. 7. u 1). Spits Bz„ om benoemd te worden tot havenmeester. 8. r J. Paleari, j om benoemd te worden 9. e B. van Eisttotwaagmeester enlaatst- 10. n J. Kuijti genoemde bovendien ha venmeester. Ter visie gelegd, met uitzondering van No. 10, dat, als op ongezegeld papier geschreven, ter zijde wordt gelegd, ten einde daarop zoodanig regard te slaan als de Raad zal vermeenen te behooren, in verband met de door Burg. enWeth in deze vergadering intedienen voordragten tot regeling of vervulling der bestaande vacatures. 11. Verzoek van T. Diepen c. s., om verplaatsing der puin- plaats op het Luttik-Oudorp hij de Korte St. Jacobstraat naar het verdere gedeelte dier gracht ter hoogte der Infirmerie. Als aanleiding gevende tot bet wijzigen eener bestaande verordening, ter Secretarie gedeponeerd, terwijl de Voorzitter zich namens Burg. en Weth. bereid verklaart, naar aanleiding der opmerking van de heeren J. C. Koorn en Bruinvis de Lange, den aannemer van het ophalen der haardasch en vuilnis uittenoodigen de puin- en het vuilnis dagelijks wegtekalen van die puinplaats overeenkomstig de in het contract voor komende bepalingen, waardoor aan de bestaande bezwaren zou worden te gemoet gekomen. 12. Brief van D. Spits Bz„ ten geleide van een afschrift van den brief van den Geneeskundigen Adjunt-lnspecteur van Noord-Holland aan den Burg. van Alkmaar dd. 27 Sep tember 1869, waarbij de demping der Baansloot met betoog op den gezondheidstoestand niet alleen van de omwonenden maar ook van alle ingezetenen dezer gemeente aanbevolen is, met verzoek dat punt in ernstige overweging te nemen. 13. Verzoek van D. Spits Bz. en verdere bewoners van de Oudegraclit om demping der Baansloot in het belang van den algemeenen gezondheidstoestand dezer gemeente, onder overlegging eener verklariig van Klaas Smit, dat hij uit de Banen verhuisd is, omdat die sloot hem en zijne vrouw gedurig ziekte berokkendehetgeen bevestigd wordt door eene in dien zin overgelegde verklaring van den stads-geueeskundige N. Lansdorp.terwijl verder wordt overgelegd eene verklaring van dr. D. Hulst, dat de verpestende uitdampingeu dier sloot bij de om- en aanwoners voortdurend ziekten veroorzaken hetgeen zeer gemakkelijk zon zijn aantcwijzenwanneer de betrokken personen hunne toestemming gaven tot het noemen hunner namen, doch alleen op verzoek van den heer Stuurman verklarendedat zijne vrouw steeds ziekelijk en lijdende is geweest, zoolang zij aan de uitdampingen dier sloot is bloot gesteld. 14. Adres van Spits Bz. en 25 andere eigenaren van aan de Baansloot uitkomende pereeelendaarbij verklarende afstand te doen van het. eigendomsregt dier slootindien bij de demping voor voldoende riolering zorg wordt gedragen. Nos. 12, 13 en 14 ter visie voor de leden gelegd, onder bijvoeging eener lijst van eigenaren van pereeelen aan de Baanslootdie niet hebben geteekend tot het afstaan hunner eventuele eigendomsregten. 15. Verzoek van J. IVilshoofdonderwijzer te Houtrijk en Polanenom 1°. alsnog eervol ontslagen te worden als hulponderwijzer aan de openbare tusschenschool te Alkmaar, met ingang van 15 November 1862, welk eervol ontslag hem in der tijd niet is verleend, op grond van het verlaten zijner betrekking met dat tijdstip, daar zijn eervol ontslag eerst met een later tijdstip inging; 2°. uitbetaling zijner in gehouden jaarwedde over de helft van het 4e kwartaal 1862, te weten van 1 October tot 15 November 1862, ten bedrage van 50,onder aanvoering der redenen die tot verschoo ning strekken van eene handelwijzedoor hem zeiven thans afgekeurd wordendedocli die hoofdzakelijk het gevolg is geweest van de vreesdat zijne benoeming tot hoofdonder wijzer te Houtrijk en Polanen zou worden ingetrokken wanneer hij niet op het bepaalde tijdstipzijnde 15 Nov. 1862, in functie trad. Met algemeene stemmen punt 1, het gevraagde eervol ont slag alsnog verleend; over punt 2 staken de stemmen, daar 6 leden zich voor en 6 leden zich tegen verklaardenzoodat het nemen van een besluit tot eene volgende vergadering is uitgesteld. De tegenstemmers waren de heeren Conijnvan Leeuwen, J. C. KoornVerhoejf, van den Berg en de Voor- zitter. De voorstanders waren van meening, dat eervol ont slag ook gepaard moest gaan met uitbetaling der wedde vooral nu hij erkende verkeerd te hebben gehandeldde tegenstandersdatin aanmerking genomen het ongerief dat hij door zijn plotseling vertrek van de tusschenschool in 1862 aan de gemeente had berokkend, eervol ontslag thans voldoende wasdaarlatende de vraag of zijne vordering tot uitbetaling der wedde al dan niet verjaard is. 16. Yerzoek van C. de Boer c. s„ om terugtekoruen op de plaats gehad hebbende veranderingen omtrent den duur der zaadmarkt en het toelaten van karren enz. op de markt, gedurende den markttijden evenals voorheen den tijd der markt te bepalen van 11 tot 12 uur. en karren enz. gedurende dien tijd langs de smalle Zaadmarkt niet toetelaten ten einde den geregelden gang der zaken te bevorderen. Als in verband staande met de wijziging eener politiever ordening ter secretarie gedeponeerd. 17. Verzoek van tfiggers en verdere eigenaren van pereeelen aan den Geestuitkomende aan de thans afgegra ven vest, tussehen het kruidhuis en de Lamoralesluisom een stuk dier vest te mogen koopenter breedte van 4 centiarenom het einde hunner terreinen in een regte lijn van den gemeentegrond aftescheiden door middel van hou ten schuttingen, met een rapport van Burg. en Weth., die tegen dien afstand van grond bezwaar hebben, omdat de vest aldaar te smal is om daarvan een gedeelte aftestaan met het oog op de aanhangige piannen tot beplantingdaar gelaten nog dat die grond misschien met even kleine wo ningen zon worden bebouwdhetgeen ook niet wenschelijk kan worden geacht om de eventuele uitgangen aan de west zijde door het plantsoen. Tegen het 2e. gedeelte van het verzoek bestaat geen bezwaarvoor zooveel die afscheiding noodzakelijk ismits de schuttingen worden gemaakt op de door den gemeentearchitect aangegeven wijze en voortdurend worden onderhouden ten genoegen van Burg. en Weth. Ter lezing voor de leden nedergelegd. 18. Rapport der Commissie van Financiën op de begroo ting van het Ned. Israëlitisch armbestuur voor 1872. Het advies strekt de begrooting goedtekeuren. zooals zij is voor gedragen, in ontvang en uitgaaf tot een bedrag van 431,95 met toekenning van een gemeentelijk subsidie van 50,—, 5,minder dan voor 1871 overeenkomstig de schaal door den Raad daarvoor aangenomen. De conclusie aangenomen. 19. Rapport derzelfde commissie op de begrooting voor het burgerweeshuis voor 1872. Die begrooting bedraagt in ontvangen uitgaaf 12148,89: door het uittrekken van het batig saldo der rekening over 1870 ad f 1338,58 als eerste post van ontvang, in voldoening aan het raadsbesluit van 28 Junij 1871, wordt de opbrengst eener jaarlijksche insehrijving weggelaten als onnoodig. Regenten dragen in overleg met Regentessen de verhooging van de jaarwedde van den vader en de moeder van f 300,op 400,voor, op grond van hunne bijzondere tevredenheid over hunnen lieldevollen en huiselijkeu omgang met de kinderen, die zulks met groote gehechtheid beantwoorden over de orde en netheid in het weeshuis en over hunne verdere handelingenwaarom zij hen niet gaarne zouden willen missen. Het is toeh moeijelijk voor die betrekking geschikte menschen te vinden en wordt hun geene verhoogine van jaarwedde toegekend, dan vreezen Regenten, dat zij te eeniger tijd voor hunne betrekking zullen bedanken, daar zij reeds naar alle vacante voor hen geschikte betrekkingen, waraan hoogere jaarwedde verbonden is, solli- eiteerenwordt hun die verhooging verleenddan zullen zij waarschijnlijk niet willen veranderen omdat zij hart en liefde voor de kinderen hebben. De commissie adviseert tot. goed keuring der ingediende begrooting en tot vaststelling van het bedrag der bij art. 8 van het reglement bedoelde scha deloosstelling voor verplegingskosten van weezen op ƒ120, voor 1872; omtrent de voorgedragen verhooging van jaar wedde, waarmede sommige leden zich volkomen vercenigden, als van oordeel dat regenten de personen zijn, die een oordeel kunnen vellen over de geschiktheid van den vader en de moeder en wanneer deze een gunstig oordeel uitspreken, het in het belang der instelling mag worden geacht hen daarvoor te behouden, herinnert de commissie, hoe in 1861 diejaar- wedde aanvankelijk op 400,werd voorgedragen, en hoe na de door haar gemaakte opmerkingen die wedde door regenten op f 300,is voorgedragen en door den Raad goedgekeurd, toen inmiddels de eersthenoemde vader cn moeder door de tegenwoordige vervangen werden. Na den eenpa- rigen lof door regenten en regentessen aan den vader en de moeder toegebragt en na de verklaringdat regenten hen niet gaarne zouden willen missenvindt de commissie geene vrijheid bij haar eenmaal voorgestaan gevoelen te blijven. De commissie meent op grond van het vorenstaande niet anders te kunnen adviseren dan de verhooging toetestaan. De verhooging van jaarwedde wordt bestreden door de heeren van Leeuwen en T. L. Koornverdedigd door de heeren Bruinvis de La?.ge en Vonkterwijl de heer Verhoejf verklaart niet tegen te durven stemmen na de verklaring van regentendat die beambten zoo uitstekend zijn doch wenschte die verhooging als eene personele toelage te be schouwen, en de heer Verschuir dat hij voor zal stemmen nu de ondervinding leert dat het bedrag te gering is. De stemmen stakendaar 6 leden zich voqr en 6 (zijnde de hee ren Hellingvan der DriftT L. KoornConijnvan Leeu- iren en de Voorzitter) zich tegen verklaren. Het nemen van een besluit is dus tot eene volgende vergadering uitgesteld. Van Burgemeester en tk et houders. 20. Brief ten geleide van het op 6 October 1871 opge maakte proces-verbaal van verificatie der kas en boeken van den gemeente-ontvanger. In kas was eene som van 34627,9 8 j. Voor kennisgeving aangenomen. 21. Aanbeveling voor eenen Waagmeester in plaats van W. Schuurman overledende bezoldiging integaan 1 Janu ary 1872; op de aanbevelinglijst zijn geplaatst 1°. J. Post, 2°. E. Masdorp en 3°. R. van de I elde Sniit. Verder wordt voorgesteld eenen President-Waagmeester te henoemen, welke betrekking de lieer Schuurman bekleedde. 22. Voorstel om zich te vereenigen met het door de plaat selijke schoolcommissie aan Burg. en Weth. gedane voorstel om optelieffen de commissie van huishoudelijk beheer over sommige openbare scholen uit hoofde van de belemmering die de voorziening in de dagelijksohe behoeften dier scholen door de omslagtige wijze van handelen ondervindt, die op heffing te laten ingaan 1 Januarij 1872. gebruik te maken van het door de schoolcommissie gedane aanbod om zich met het huishoudelijk beheer van de openbare scholen te belasten en haar dat beheer optedragenaan de leden dier commissie eervol ontslag te verleenen onder dankbetuiging voor de door hen als zoodanig belangeloos aan de gemeente bewezen dien sten en intetrekken de verordening waarbij de werkkring dier commissie is geregeld. 23. Rapport op het adres van bestuurders der vereeniging ter viering van den gedenkdag van Alkmaar's Ontzet in 1573 enz., om hun van gemeentewege een geschikt lokaal aantewij- zen ter bewaring en tultoonstelling der bij hen reeds voor handen en nog te verkrijgen verzameling van voorwerpen be treffende de geschiedenis van Alkmaar. De gemeente heeft voor dat doel geen ander lokaal beschikbaar dan de vroegere stads schouwburg, volgens den gemeente-architect niet alleen in zijnen tegenwoordigen staat ongeschiktmaar ook on mogelijk in eenen daarvoor geschikten staat te brengen. Er blijft dus niets anders over dan het bestaande gebouw te sloo- pen en door een nieuw gebouw te vervangen, waarvoor 4 plannen worden aangeboden, 1 van/9576,1 van ƒ9600, 1 van 9000,- en 1 van ƒ7620,zonder aftrek der sloop- waarde van het oude gebouw ad f 400,—. Dat lokaal zou dan tevens kunnen dienen tot bewaarplaats der aan de ge- i eentc behoorende schilderijenin het stadhuis thans ver spreid. De beschikking wordt den Raad overgelaten. 24. Voorstel tot opheffing der betrekking van havenmees ter, op grond van den geringen omvang der aan die betrek king verbonden werkzaamheden en van de overweging, dat die werkzaamheden zich hoofdzakelijk bepalen tot, het doen opvolgen van in de politieverordeningen opgenomen voorschrif ten hetgeen behoort tot, den werkkring der gemeentepolitie. Aan die wijziging wordt eene andere wijziging verbonden de overigens zeer verdienstelijke agent van politie A. Schouten ondervindt bij het klimmen zijner jaren, dat hij de nachtdienst minder goed kan waarnemen en heeft daarom reeds meerma len verzocht, of hij daarvan niet kon worden ontslagen. Ter tegemoetkoming daaraan wordt thans voorgesteld hem n eer speciaal te belasten met de werkzaamheden van het haven meesterschap en de 5 andere agenten te belasten met de nachtdienst, onder toekenning van f 25,toelage 's jaars voor ieder meer. Door dien maatregelin overleg met den commissaris van jpolitie voorgedragenwordt door het vrij vallen der 25,toelage aan A. Schouten slechts eene ver hooging van uitgaven veroorzaakt van 100,terwijl door bet opheffen der betrekking van havenmeester 400,— wordt bezuinigd. 25. Brief, waarbij Burg. en Weth naar aanleiding der in de vorige vergadering tot hen gerigte vraag, welke maatre gelen zij dachten te nemen ten aanzien der Baansloot en der sloot, in het begin van den Heiloërhout, na de vrijspraak der in voldoening aan het raadsbesluit van 21 December 1870, No. 22vervolgde eigenaren van pereeelen aan die slooten als niet behoorlijk schoon gemaakt hebbende het gedeelte achter hunne pereeelen geiegen op grond dat het bewijs niet is geleverddat die slooten t.oebehooren aan genoemde eige naren te kennen geven datzoolang de Raad handhaaft zijn besluit van 21 Deeember 1S70, gegrond op de overweging dat die slooten geen eigendom der gemeente zijnzij geene maatregelen kunnen nemen of voorstellen daartoe kunnen in dienen om verbetering te brengen in den voor de gezondheid nadeeligen toestand dier slooten. Zij laten dus aan den Raad de beslissing over omtrent de voortaan te nemen maatrege len, te meer omdat altijd nog beschikt; moet worden op het bij den Raad aanhangige adres van den heer Engelen van Pijlsweertbetreffende die sloot. (Zie verslag raadszitting van 28 Junij 1871 No. 22). Ter visie gebleven in verband met de in deze zitting be treffende de Baansloot ingekomen adressendie ook ter visie zijn gelegd. 26. Mededeeling, dat Burg. en Weth. besloten hebben de 40 lantaarnsbij den aanvang van het nieuwe contract be treffende de gemeente-verlichting onder den aannemingsprijs begrepen, te plaatsen op den Geester- en Kennemer Singel in de Lindelaan op Ropjeskuilop den Nieuwlander Singel, op de Kanaalkade tegenover de Doelenstraat en tegenover de gedempte Nieuwesloot. op den Heiloërstraatweg, op de Kar- nemelksbuurt buiten de Eriesche draaibrugop den Geest aan het huis bewoond door de wed. L. Berger, op de Baan gracht aan de westzijde, zoodanig dat ook de oostzijde dier gracht daardoor worde verlichtin de Augustijnersteegin de Achterstraat,op den Frieschen- en Hoornschen weg, op den hoek van den Doodenweg en Singelop de Oudegracht voor dc steenwerf, aan de zuidzijde tussehen de Baangracht en de Zilverstraat en aan de noordzijde tussehen liet Ruiter- steegje en de Brillensteegop de Breestraat ter verlichting van de Pastoorsteeg en de Breestraat zelve, welke mededee- ling geschiedt ten einde den Raad in de gelegenheid te stel len zijne eventuële bezwaren daartegen medetedeelen, terwijl magtiging wordt gevraagd om 11 lantaarns gedurende den duur van het bestaande contract tegen den prijs van het nieuwe contract bepaald, gedurende 1871 en 1872 nog te la ten branden, eene uitgave veroorzakende van 137,50 per jaar. Door verschillende leden wordt de aandacht van Burg. en Weth. gevestigd op de slechte verlichting van het Achter- fnidsen, het Verdronkenoord bij de Nieuwstraat, de Span jaardstraat en aanbevolen of de verlichting in sommige gedeelten der stad niet beter kan worden verdeeld. De plaatsing van een lantaarn bij den ingang van den Munnikenweg werd mede aanbevolen. De Voorzitter zegt toe, dat Burg. en Weth. bereid zijn al deze punten in overweging te nemen. 27. Het rapport der commissie voor de verordeningen op het voorstel van den heer Mr. W. van der Kaay om art. 40 der politieverordening te wijzigen als volgt. //Het is ver boden gedurende den tijd, telken male door Burg. en Weth. bekend te maken, honden te laten losloopen in strijd met de bij de bekendmaking bepaalde voorzorgsmaatregelen." Zonder beraadslaging met algemeene stemmen aangenomen,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1871 | | pagina 2