-
jStabs-lïiemwö.
leederen en levensmiddelen te verkrijgen. Eerst in den
oroegen ochtend van den 10 zijn de vlammen door een
rvervloedigen en langdurigen regen uitgedoofd. Men had
eeds een aantal gebouwen in de lucht doen springen om
het vuur te stuiten. Alle voorwerpen van waarde zijn ver
brand; de schade wordt op 200 miljoen d. begroot. 8 Op
heeterdaad betrapte dieven zijn opgehangen. Den 10 waren
reeds 40 lijken gevonden. Den 11 was het aantal gevonden
lijken reeds tot boven de 100 geklommen. Er hebben zich
patrouilles van burgers gevormd tot handhaving der orde.
Een 40 tal plunderaars en rustverstoorders zijn gefusilleerd.
Een voorraad tenten is aangekomen, genoegzaam ter bescher
ming van 75000 personen. Met den herbouw der afgebrande
woningen is onverwijld begonnen. Uit Canada wordt op
groote schaal ondersteuning gezonden (Chicagoeerst 35
jaren geleden gestichttelt 300000 inwoners, 't, Is de sta
pelplaats voor den in- en uitvoerhandel van het Westen.
24 Spoorweglijnen brengen er dagelijks ruim 100 treinen aan).
Prinses Marianne is den 11 op haar buitenverblijf te Voor
burg aangekomen.
Verkiezingen. Te Tiel is met 1210 st. tot lid der 2e
Kamer verkozen m*. C. T. bn. v. Lijnden v. Sandenbttrg; de
lieer Stoet v. d. Beele verkreeg 890 st.
Te Zaandam is tot lid der Prov. Staten van Noordhol
land gekozen de heer J0. v. Wessem Jr., met 238 van de
439 uitgebrachte geldige stemmen.
Staten-Generaal. Den 9 is in de 2e Kamer de beraad
slaging aangevangen over het voorstel 's Jacob c.s., tot sub-
sidiëering van Rijkswege eener te vestigen stoompakketvaart
tussehen Vlissingen en Nieuw-York. Den 10 heeft de minister
van financiën verklaard, dat 's Rijksgeldmiddelen zoodanige
ondersteuning niet gedoogen. Den 11 is art. 1 verworpen
met 44 tegen 22 st., waarna de voorstellers hun ontwerp
hebben ingetrokken.
Den 12 zijn eenige kleine wetsontwerpen aangenomen; dat
tot invoering der Pharmacopoea Neerlandica met alg. st.
Belastingen. De Verceniging van en voor industriëelen
heeft een adres aan den Koning gezondentot aanbeveling
der afschaffing van den zeep-aceijns.
Telegraaf. Te Vcere cn Oudewater zijn Rijks-telegraaf
kantoren geopend.
In 1870 werden 14 nieuwe kantoren geopend. In dat jaar
zijn door de Rijks-telegraafkantoren overgebracht 1,837,762
telegrammen a 610,046,16, tegen 1,632,052 a ƒ573,369,73
in 1869. De uitgaven beliepen ƒ963,500, tegen ƒ954, 231,50
in het vorige jaar.
Weerbaarheid. Den 10 is te Maarssen een concours
gehoudenuitgeschreven door de vereeniging Willem II
aldaar, waarvan schutters van 18 vereenigingen hebben deel
genomen. Prins Hendrik heeft een gedeelte van den wedstrijd
bijgewoond enna aan een door den heer lluydecoper van
Maarsseveen aangeboden diner te hebben deelgenomen
avonds de prijzen uitgereikt.
Onderwijs. De gemeenteraad van Goes heeft den 4 het
verzoek van de ouderswier dochters thans de hoogere bur
gerschool bezoeken dat die meisjes den aangevangen cur
sus ten einde toe zullen mogen volgenof zoo lang dat
het middelbaar onderwijs voor meisjes zal zijn geregeldaf
gewezen.
Feesten. Den 6 is te Winschoten een oogstfeest gevierd
Er werd een optocht gehouden van wagens met landbouw
producten en werktuigen vervolgens heeft een concert plaats
gehad en het feest is met een vuurwerk besloten.
Aan de harddraverij te Dirkshorn op den S namen 9 paar
den deel. De prijs is behaald door het paard Pieternelle
van den heer JKielewoudtbereden door P. de Jong, de
premie door het paard de zwarte IVitvoetvan den heer J.
Schoorlbereden door diens zoon G. Schoorl.
Aanbestedingen. Den 9, te Schoonhoven, het bouwen
eener rieuwe r. e. kerk en pastorieminste insehr. C. H. de
Pater, voor ƒ42678; te Kleinemeer, het bouwen eener nieuwe
r.c. parochiekerkminste insehr. Th. Kok te Groningen
voor 39049.
Bouwwerken. Den 10 is de dertiende spanning der
groote spoorwegbrug over het Hollandsch Diep met goed
gevolg op de pijlers overgebracht.
Giften. De heer J. Gelderman, te Harderwijk overleden,
heeft vermaakt aan het oud-mannen-, vrouwen- en kinderhuis
8000de herv. kerk 4000het burgerweeshuis, de herv.
diaconie en het burgerlijk armbestuur elk f 2000de herv.
bewaarschool en het bijbelgenootschap elk 1000 de r.c.
diaconiede werkverschaffing en het fonds voor godsdienstig
onderwijs elk 500het israël. armbestuur en de vrouwen-
vereeniging elk f 200alles vrij van rechten.
Het instituut voor doofstommen te Groningen heeft uit
Dordrecht eene gift ontvangen van f 1000.
De heer C. H. Pelgrom v. Enghuyzenvroeger pastoor te
Brielle en dezer dagen te Zevenaar, waar hij de laatste jaren
woonde, overleden, hééft 60000 gelegateerd om aldaar een
verplegings-gesticht voor oude lieden te vestigen.
Wijlen jonkvr. B. L. v. Kek v. Schoonheuvel te Arnhem
heeft gelegateerd 35000 aan de kweekschool van afgescheiden
cn orthodoxe predikanten te Doetinchemf 3000 aan de
Ilernhuttersvereeniging te Zeist, 2000 aan Talita Kumi bij
Wageningen en 1000 aan de herv. diaeonie te Arnhem.
Voor de leening der stad Amsterdam, groot f 1,800,000,
is ingeschreven 2,855,800. Aan de Maatschappij voor
Gcmeente-Crediet, die voor het volle bedrag had ingeschre
ven is 1,273.000 toegekend.
Pokken. Van 1 tot 7 Oct., zijn te Amsterdam aan pokken
overleden 17 personen, waaronder 13 kinderen.
Rechtszaken. De H. Raad heeft den 10 verworpen het
beroep, ingesteld door den amsterdamschen magnetiseur J. J.
tketeling tegen een arrest van het hof in Noordholland,
waarbij hij tot geldboete is veroordeeld wegens het onbevoegd
uitoefenen der geneeskunst, door het verleenen van genees
kundigen raad als bedrijf.
De rechtbank te Groningen heeft den machinist bij de
staatsspoorwegenbeschuldigd van het doen derailleeren van
een trein op 23 Aug., bij gebreke van bewijs vrijgesproken.
Dr. Vrte Rotterdamonlangs door de rechtbank
aldaar tot 4 maanden cellulaire gevangenisstraf veroordeeld,
van welk vonnis hy in hooger beroep is gekomenis naar
Londen vertrokken.
Overleden te 's Gravenhage de oud-vicepresident van
den raad van Indie j'. J. C. Reyn.it.
StaaTs-loterij. Trekkins der 5e. klasse. 4". week. No.
1178/ 100,000, 13280 25000, No. 5515, 6539, 7172, 9648,
9962, 11727, 11815, 13190, 13376, 14719, 15498, 16791,
18265 1000.
De Vereeniging ter viering van den gedenkdag van Alk-
maars Ontzet in 1573 herdacht den 8 dezer, voor de tiende
maalop feestelijke wijze de verlossing onzer stad. 's Mid
dags werd als gewoonlijkeene feestrede gehouden, gevolgd
door matinee musicaleen 's avonds een concert gegeven
gevolgd door reünie en bal. Het stafmuziekcorps der marine,
waaraan ditmaal de muziekuitvoering opgedragen wasver
vulde die taak op uitmuntende wijze en tot algemeen ge
noegen. De feestredenaar, de heer E. Masdorp, achtte het
een voorname bijdrage tot de ontwikkeling en het geluk
van een volk wanneer het vertrouwd is met de geschiedenis
van zijn verleden en noemde het verheugenddat in onze
gemeente één dag des jaars aan de herinnering daarvan wordt
gewijd; zoo toch meende hij de viering van den gedenkdag
te mogen beschouwen.
In dien geest handelende, stelde hij het feit van 1573
voor als eene prijzenswaardige betrachting van burgerplicht
en als zoodanig een roemrijke daad dieeven als de zelf
opoffering van een Scha/felaarde trouw aan het gegeven
woord van een Beilink (dat de critiek omtrent de waarheid dezer
laatste daad twijfel voedtverzwakt het voorbeeld niet),
welke godsdienstige of staatkundige gevoelens men zij toe
gedaan prijzenswaardig is.
Spreker herinnerde vervolgens met enkele trekken het
vroeger verleden en meende, dat het kloeke gedrag der bur
gers dezer stad in 1573 zich kenmerkte door deugdendie
door het volk nooit waren verloochend en het reeds bij de
sankomst in deze gewestenonder de namenvolkskracht
frissche vrijheidzucht,gemoedsleven en verheven gevoelens
worden toegeschreven. Waarna hij deze karaktertrekken deed
uitkomen in de latere geschiedenis van ons volk onder den
invloed der herleefde vrijheiddie wel eens wordt geacht te
beginnen met Alkmaars Ontzeten in de geschiedenis der
volgende eeuwen tot op onze dagenzich telkens wist te
handhaven.
Eindelijk trachtte spr. aan te toonen dat de kennis onzer
historie vooral dezer dagen noodig is, om gewichtige, thans
hangende vraagstukken te verstaan, en ten slotte uitte hij den
wensclidat in elke gemeente des lands een vereeniging mocht
bestaan als de onzedie jaarlijks een feestdag wijdt aan de
herinnering van ons voorgeslachtter waardeering van ons
volksbestaan.
L.l. Woensdag is eene dienstmaagd aan het eind van
het Kleine Glop in het Enidsen bezig zijnde met scharen
in het water gestort en jammerlijk omgekomen. Het onheil werd
van de overzijde gezien en zoo spoedig doenlijk poging tot
redding beproefd. De gelegenheid aldaar heeft veroorzaakt, dat
die poging niet tijdig genoeg kon slagen, zoodat de drenkelinge
spoedig na haarophalen.'in weerwil van alle moeite,jhet leven liet.
Blijkens de advertentiein dit blad voorkomende
znllen de volks-voorlezingenvan wege het departement der
Maatschappij tot Nut van het Algemeen alhier, aanvangen
op Dinsdag den 17 October e k.
De commissiehiertoe benoemdstelt zich voordoor
Voorlezing en Bijdragen het nuttige aan het aangename te
verbinden, ware verlichting en beschaving op te wekken en
door de bevordering van volksdeugd en volkskracht nut
tig te zijn.
Moge haar pogengesteund door de belangstelling van
het publiekniet vruchteloos zijn
G EMEENTERAAD.
Zitting van 11 October 1871. No. 13.
Voorzitter de Burgemeester A. Maclaine Pont.
Tegenwoordig 12 leden. Afwezig de heeren S. Blom Hz.
en Mr. W. van der Kaaij.
De vergadering geopend zijnde, wordt
1. Door den Voorzitter medegedeeld, dat bij hem is in
gekomen eene missive d». 28 Sept. van Mevrouw de weduwe
M. JH. C. Nuhout van der Veen Biskanter, houdende berigt
aan den Raad van het overlijden van haren echtgenootden
Wel Edel Geboren Heer Mr. Joachim Elisa Nuhout van der
Veen, Kantonregter en lid van den Gemeenteraaddie hy
namens den Raad met eenen brief van rouwbeklag heeft be
antwoord in substantie inhoudendedat de Raad in den
overledene betreurt een bezadigd en achtingswaardig mede
lid die gedurende vele jaren met de meeste naauwgezet-
heidijver en trouw de belangen der gemeente behartigde
en wiens gemis door de burgerij in bet algemeen zeer zal
worden gevoeld.
Wordt besloten daarvan aanteekening te houden in de
notulen.
2. Zijn de notulen der vorige vergadering gelezen en
goedgekeurd.
3. Deelt de Voorzitter mede, dat Burg. en Weth. zich
tot de 2e. Kamer der Staten Generaal hebben gewend met
het verzoek art. 72 van het ingediende wetsontwerp tot re
geling van de dienst en het gebruik der spoorwegenlui
dende onderhoud en verlichting van toegangswegen naar de
spoorwegstations is ten laste der gemeenten, op wier gebied die
wegen zijn aangelegd, te verwerpen, naar aanleiding van het
geen in deze gemeente met de toegangswegen naar het sta
tion is geschied en zoo daartoe niet mogt kunnen worden beslo
ten dat artikel zoodanig te amenderendatwanneer het
gouvernement weigert de bestaande toegangswegen te be
straten en aan de gemeenten in eigendom overtedragen onder
den last van voortdurend onderhoudde gemeenten vrij zijn
die wegen niet te onderhoudenindien zij in de communi
catie door het maken van eenen vciligen gemeente-straatweg
voorzien, wordende aan ieder lid een afdruk van het ver
zonden adres ter hand gesteld.
Voor kennisgeving aangenomen.
Zijn gelezen de sedert de vorige vergadering ingekomen stukken:
4. Verzoek van G. F. Binnemanom benoemd te worden
tot havenmeester.
5. M. van der IVerf, om benoemd te wor
den tot Waagmeester.
6. P. Brouwer, van gelijke strekking.
7. u 1). Spits Bz„ om benoemd te worden
tot havenmeester.
8. r J. Paleari, j om benoemd te worden
9. e B. van Eisttotwaagmeester enlaatst-
10. n J. Kuijti genoemde bovendien ha
venmeester.
Ter visie gelegd, met uitzondering van No. 10, dat, als
op ongezegeld papier geschreven, ter zijde wordt gelegd,
ten einde daarop zoodanig regard te slaan als de Raad zal
vermeenen te behooren, in verband met de door Burg. enWeth
in deze vergadering intedienen voordragten tot regeling of
vervulling der bestaande vacatures.
11. Verzoek van T. Diepen c. s., om verplaatsing der puin-
plaats op het Luttik-Oudorp hij de Korte St. Jacobstraat
naar het verdere gedeelte dier gracht ter hoogte der Infirmerie.
Als aanleiding gevende tot bet wijzigen eener bestaande
verordening, ter Secretarie gedeponeerd, terwijl de Voorzitter
zich namens Burg. en Weth. bereid verklaart, naar aanleiding
der opmerking van de heeren J. C. Koorn en Bruinvis de
Lange, den aannemer van het ophalen der haardasch en vuilnis
uittenoodigen de puin- en het vuilnis dagelijks wegtekalen
van die puinplaats overeenkomstig de in het contract voor
komende bepalingen, waardoor aan de bestaande bezwaren zou
worden te gemoet gekomen.
12. Brief van D. Spits Bz„ ten geleide van een afschrift
van den brief van den Geneeskundigen Adjunt-lnspecteur van
Noord-Holland aan den Burg. van Alkmaar dd. 27 Sep
tember 1869, waarbij de demping der Baansloot met betoog
op den gezondheidstoestand niet alleen van de omwonenden
maar ook van alle ingezetenen dezer gemeente aanbevolen is,
met verzoek dat punt in ernstige overweging te nemen.
13. Verzoek van D. Spits Bz. en verdere bewoners van
de Oudegraclit om demping der Baansloot in het belang van
den algemeenen gezondheidstoestand dezer gemeente, onder
overlegging eener verklariig van Klaas Smit, dat hij uit de
Banen verhuisd is, omdat die sloot hem en zijne vrouw gedurig
ziekte berokkendehetgeen bevestigd wordt door eene in
dien zin overgelegde verklaring van den stads-geueeskundige
N. Lansdorp.terwijl verder wordt overgelegd eene verklaring
van dr. D. Hulst, dat de verpestende uitdampingeu dier sloot
bij de om- en aanwoners voortdurend ziekten veroorzaken
hetgeen zeer gemakkelijk zon zijn aantcwijzenwanneer de
betrokken personen hunne toestemming gaven tot het noemen
hunner namen, doch alleen op verzoek van den heer Stuurman
verklarendedat zijne vrouw steeds ziekelijk en lijdende is
geweest, zoolang zij aan de uitdampingen dier sloot is bloot
gesteld.
14. Adres van Spits Bz. en 25 andere eigenaren van
aan de Baansloot uitkomende pereeelendaarbij verklarende
afstand te doen van het. eigendomsregt dier slootindien bij
de demping voor voldoende riolering zorg wordt gedragen.
Nos. 12, 13 en 14 ter visie voor de leden gelegd, onder
bijvoeging eener lijst van eigenaren van pereeelen aan de
Baanslootdie niet hebben geteekend tot het afstaan hunner
eventuele eigendomsregten.
15. Verzoek van J. IVilshoofdonderwijzer te Houtrijk
en Polanenom 1°. alsnog eervol ontslagen te worden als
hulponderwijzer aan de openbare tusschenschool te Alkmaar,
met ingang van 15 November 1862, welk eervol ontslag
hem in der tijd niet is verleend, op grond van het verlaten
zijner betrekking met dat tijdstip, daar zijn eervol ontslag
eerst met een later tijdstip inging; 2°. uitbetaling zijner in
gehouden jaarwedde over de helft van het 4e kwartaal 1862,
te weten van 1 October tot 15 November 1862, ten bedrage
van 50,onder aanvoering der redenen die tot verschoo
ning strekken van eene handelwijzedoor hem zeiven thans
afgekeurd wordendedocli die hoofdzakelijk het gevolg is
geweest van de vreesdat zijne benoeming tot hoofdonder
wijzer te Houtrijk en Polanen zou worden ingetrokken
wanneer hij niet op het bepaalde tijdstipzijnde 15 Nov. 1862,
in functie trad.
Met algemeene stemmen punt 1, het gevraagde eervol ont
slag alsnog verleend; over punt 2 staken de stemmen, daar
6 leden zich voor en 6 leden zich tegen verklaardenzoodat
het nemen van een besluit tot eene volgende vergadering is
uitgesteld. De tegenstemmers waren de heeren Conijnvan
Leeuwen, J. C. KoornVerhoejf, van den Berg en de Voor-
zitter. De voorstanders waren van meening, dat eervol ont
slag ook gepaard moest gaan met uitbetaling der wedde
vooral nu hij erkende verkeerd te hebben gehandeldde
tegenstandersdatin aanmerking genomen het ongerief
dat hij door zijn plotseling vertrek van de tusschenschool in
1862 aan de gemeente had berokkend, eervol ontslag thans
voldoende wasdaarlatende de vraag of zijne vordering tot
uitbetaling der wedde al dan niet verjaard is.
16. Yerzoek van C. de Boer c. s„ om terugtekoruen op
de plaats gehad hebbende veranderingen omtrent den duur
der zaadmarkt en het toelaten van karren enz. op de markt,
gedurende den markttijden evenals voorheen den tijd der
markt te bepalen van 11 tot 12 uur. en karren enz. gedurende
dien tijd langs de smalle Zaadmarkt niet toetelaten ten einde
den geregelden gang der zaken te bevorderen.
Als in verband staande met de wijziging eener politiever
ordening ter secretarie gedeponeerd.
17. Verzoek van tfiggers en verdere eigenaren van
pereeelen aan den Geestuitkomende aan de thans afgegra
ven vest, tussehen het kruidhuis en de Lamoralesluisom
een stuk dier vest te mogen koopenter breedte van
4 centiarenom het einde hunner terreinen in een regte lijn
van den gemeentegrond aftescheiden door middel van hou
ten schuttingen, met een rapport van Burg. en Weth., die
tegen dien afstand van grond bezwaar hebben, omdat de
vest aldaar te smal is om daarvan een gedeelte aftestaan
met het oog op de aanhangige piannen tot beplantingdaar
gelaten nog dat die grond misschien met even kleine wo
ningen zon worden bebouwdhetgeen ook niet wenschelijk
kan worden geacht om de eventuele uitgangen aan de west
zijde door het plantsoen. Tegen het 2e. gedeelte van het
verzoek bestaat geen bezwaarvoor zooveel die afscheiding
noodzakelijk ismits de schuttingen worden gemaakt op de
door den gemeentearchitect aangegeven wijze en voortdurend
worden onderhouden ten genoegen van Burg. en Weth.
Ter lezing voor de leden nedergelegd.
18. Rapport der Commissie van Financiën op de begroo
ting van het Ned. Israëlitisch armbestuur voor 1872. Het
advies strekt de begrooting goedtekeuren. zooals zij is voor
gedragen, in ontvang en uitgaaf tot een bedrag van 431,95
met toekenning van een gemeentelijk subsidie van 50,—,
5,minder dan voor 1871 overeenkomstig de schaal door
den Raad daarvoor aangenomen.
De conclusie aangenomen.
19. Rapport derzelfde commissie op de begrooting voor
het burgerweeshuis voor 1872. Die begrooting bedraagt in
ontvangen uitgaaf 12148,89: door het uittrekken van het
batig saldo der rekening over 1870 ad f 1338,58 als eerste
post van ontvang, in voldoening aan het raadsbesluit van 28
Junij 1871, wordt de opbrengst eener jaarlijksche insehrijving
weggelaten als onnoodig. Regenten dragen in overleg met
Regentessen de verhooging van de jaarwedde van den vader
en de moeder van f 300,op 400,voor, op grond van
hunne bijzondere tevredenheid over hunnen lieldevollen en
huiselijkeu omgang met de kinderen, die zulks met groote
gehechtheid beantwoorden over de orde en netheid in het
weeshuis en over hunne verdere handelingenwaarom zij
hen niet gaarne zouden willen missen. Het is toeh moeijelijk
voor die betrekking geschikte menschen te vinden en wordt
hun geene verhoogine van jaarwedde toegekend, dan vreezen
Regenten, dat zij te eeniger tijd voor hunne betrekking zullen
bedanken, daar zij reeds naar alle vacante voor hen geschikte
betrekkingen, waraan hoogere jaarwedde verbonden is, solli-
eiteerenwordt hun die verhooging verleenddan zullen zij
waarschijnlijk niet willen veranderen omdat zij hart en liefde
voor de kinderen hebben. De commissie adviseert tot. goed
keuring der ingediende begrooting en tot vaststelling van
het bedrag der bij art. 8 van het reglement bedoelde scha
deloosstelling voor verplegingskosten van weezen op ƒ120,
voor 1872; omtrent de voorgedragen verhooging van jaar
wedde, waarmede sommige leden zich volkomen vercenigden,
als van oordeel dat regenten de personen zijn, die een oordeel
kunnen vellen over de geschiktheid van den vader en de
moeder en wanneer deze een gunstig oordeel uitspreken, het
in het belang der instelling mag worden geacht hen daarvoor
te behouden, herinnert de commissie, hoe in 1861 diejaar-
wedde aanvankelijk op 400,werd voorgedragen, en hoe
na de door haar gemaakte opmerkingen die wedde door
regenten op f 300,is voorgedragen en door den Raad
goedgekeurd, toen inmiddels de eersthenoemde vader cn moeder
door de tegenwoordige vervangen werden. Na den eenpa-
rigen lof door regenten en regentessen aan den vader en de
moeder toegebragt en na de verklaringdat regenten hen
niet gaarne zouden willen missenvindt de commissie geene
vrijheid bij haar eenmaal voorgestaan gevoelen te blijven.
De commissie meent op grond van het vorenstaande niet
anders te kunnen adviseren dan de verhooging toetestaan.
De verhooging van jaarwedde wordt bestreden door de
heeren van Leeuwen en T. L. Koornverdedigd door de
heeren Bruinvis de La?.ge en Vonkterwijl de heer Verhoejf
verklaart niet tegen te durven stemmen na de verklaring
van regentendat die beambten zoo uitstekend zijn doch
wenschte die verhooging als eene personele toelage te be
schouwen, en de heer Verschuir dat hij voor zal stemmen
nu de ondervinding leert dat het bedrag te gering is. De
stemmen stakendaar 6 leden zich voqr en 6 (zijnde de hee
ren Hellingvan der DriftT L. KoornConijnvan Leeu-
iren en de Voorzitter) zich tegen verklaren. Het nemen van
een besluit is dus tot eene volgende vergadering uitgesteld.
Van Burgemeester en tk et houders.
20. Brief ten geleide van het op 6 October 1871 opge
maakte proces-verbaal van verificatie der kas en boeken van
den gemeente-ontvanger. In kas was eene som van 34627,9 8 j.
Voor kennisgeving aangenomen.
21. Aanbeveling voor eenen Waagmeester in plaats van
W. Schuurman overledende bezoldiging integaan 1 Janu
ary 1872; op de aanbevelinglijst zijn geplaatst 1°. J. Post,
2°. E. Masdorp en 3°. R. van de I elde Sniit. Verder wordt
voorgesteld eenen President-Waagmeester te henoemen, welke
betrekking de lieer Schuurman bekleedde.
22. Voorstel om zich te vereenigen met het door de plaat
selijke schoolcommissie aan Burg. en Weth. gedane voorstel
om optelieffen de commissie van huishoudelijk beheer over
sommige openbare scholen uit hoofde van de belemmering
die de voorziening in de dagelijksohe behoeften dier scholen
door de omslagtige wijze van handelen ondervindt, die op
heffing te laten ingaan 1 Januarij 1872. gebruik te maken
van het door de schoolcommissie gedane aanbod om zich met
het huishoudelijk beheer van de openbare scholen te belasten
en haar dat beheer optedragenaan de leden dier commissie
eervol ontslag te verleenen onder dankbetuiging voor de door
hen als zoodanig belangeloos aan de gemeente bewezen dien
sten en intetrekken de verordening waarbij de werkkring
dier commissie is geregeld.
23. Rapport op het adres van bestuurders der vereeniging
ter viering van den gedenkdag van Alkmaar's Ontzet in 1573
enz., om hun van gemeentewege een geschikt lokaal aantewij-
zen ter bewaring en tultoonstelling der bij hen reeds voor
handen en nog te verkrijgen verzameling van voorwerpen be
treffende de geschiedenis van Alkmaar. De gemeente heeft
voor dat doel geen ander lokaal beschikbaar dan de vroegere
stads schouwburg, volgens den gemeente-architect niet alleen
in zijnen tegenwoordigen staat ongeschiktmaar ook on
mogelijk in eenen daarvoor geschikten staat te brengen. Er
blijft dus niets anders over dan het bestaande gebouw te sloo-
pen en door een nieuw gebouw te vervangen, waarvoor 4
plannen worden aangeboden, 1 van/9576,1 van ƒ9600,
1 van 9000,- en 1 van ƒ7620,zonder aftrek der sloop-
waarde van het oude gebouw ad f 400,—. Dat lokaal zou
dan tevens kunnen dienen tot bewaarplaats der aan de ge-
i eentc behoorende schilderijenin het stadhuis thans ver
spreid. De beschikking wordt den Raad overgelaten.
24. Voorstel tot opheffing der betrekking van havenmees
ter, op grond van den geringen omvang der aan die betrek
king verbonden werkzaamheden en van de overweging, dat
die werkzaamheden zich hoofdzakelijk bepalen tot, het doen
opvolgen van in de politieverordeningen opgenomen voorschrif
ten hetgeen behoort tot, den werkkring der gemeentepolitie.
Aan die wijziging wordt eene andere wijziging verbonden
de overigens zeer verdienstelijke agent van politie A. Schouten
ondervindt bij het klimmen zijner jaren, dat hij de nachtdienst
minder goed kan waarnemen en heeft daarom reeds meerma
len verzocht, of hij daarvan niet kon worden ontslagen. Ter
tegemoetkoming daaraan wordt thans voorgesteld hem n eer
speciaal te belasten met de werkzaamheden van het haven
meesterschap en de 5 andere agenten te belasten met de
nachtdienst, onder toekenning van f 25,toelage 's jaars
voor ieder meer. Door dien maatregelin overleg met den
commissaris van jpolitie voorgedragenwordt door het vrij
vallen der 25,toelage aan A. Schouten slechts eene ver
hooging van uitgaven veroorzaakt van 100,terwijl door
bet opheffen der betrekking van havenmeester 400,— wordt
bezuinigd.
25. Brief, waarbij Burg. en Weth naar aanleiding der in
de vorige vergadering tot hen gerigte vraag, welke maatre
gelen zij dachten te nemen ten aanzien der Baansloot en der
sloot, in het begin van den Heiloërhout, na de vrijspraak der
in voldoening aan het raadsbesluit van 21 December 1870,
No. 22vervolgde eigenaren van pereeelen aan die slooten
als niet behoorlijk schoon gemaakt hebbende het gedeelte
achter hunne pereeelen geiegen op grond dat het bewijs niet
is geleverddat die slooten t.oebehooren aan genoemde eige
naren te kennen geven datzoolang de Raad handhaaft zijn
besluit van 21 Deeember 1S70, gegrond op de overweging
dat die slooten geen eigendom der gemeente zijnzij geene
maatregelen kunnen nemen of voorstellen daartoe kunnen in
dienen om verbetering te brengen in den voor de gezondheid
nadeeligen toestand dier slooten. Zij laten dus aan den Raad
de beslissing over omtrent de voortaan te nemen maatrege
len, te meer omdat altijd nog beschikt; moet worden op het
bij den Raad aanhangige adres van den heer Engelen van
Pijlsweertbetreffende die sloot. (Zie verslag raadszitting van
28 Junij 1871 No. 22).
Ter visie gebleven in verband met de in deze zitting be
treffende de Baansloot ingekomen adressendie ook ter visie
zijn gelegd.
26. Mededeeling, dat Burg. en Weth. besloten hebben de
40 lantaarnsbij den aanvang van het nieuwe contract be
treffende de gemeente-verlichting onder den aannemingsprijs
begrepen, te plaatsen op den Geester- en Kennemer Singel
in de Lindelaan op Ropjeskuilop den Nieuwlander Singel,
op de Kanaalkade tegenover de Doelenstraat en tegenover de
gedempte Nieuwesloot. op den Heiloërstraatweg, op de Kar-
nemelksbuurt buiten de Eriesche draaibrugop den Geest
aan het huis bewoond door de wed. L. Berger, op de Baan
gracht aan de westzijde, zoodanig dat ook de oostzijde dier
gracht daardoor worde verlichtin de Augustijnersteegin
de Achterstraat,op den Frieschen- en Hoornschen weg, op
den hoek van den Doodenweg en Singelop de Oudegracht
voor dc steenwerf, aan de zuidzijde tussehen de Baangracht
en de Zilverstraat en aan de noordzijde tussehen liet Ruiter-
steegje en de Brillensteegop de Breestraat ter verlichting
van de Pastoorsteeg en de Breestraat zelve, welke mededee-
ling geschiedt ten einde den Raad in de gelegenheid te stel
len zijne eventuële bezwaren daartegen medetedeelen, terwijl
magtiging wordt gevraagd om 11 lantaarns gedurende den
duur van het bestaande contract tegen den prijs van het
nieuwe contract bepaald, gedurende 1871 en 1872 nog te la
ten branden, eene uitgave veroorzakende van 137,50 per jaar.
Door verschillende leden wordt de aandacht van Burg. en
Weth. gevestigd op de slechte verlichting van het Achter-
fnidsen, het Verdronkenoord bij de Nieuwstraat, de Span
jaardstraat en aanbevolen of de verlichting in sommige gedeelten
der stad niet beter kan worden verdeeld. De plaatsing van
een lantaarn bij den ingang van den Munnikenweg werd
mede aanbevolen. De Voorzitter zegt toe, dat Burg. en Weth.
bereid zijn al deze punten in overweging te nemen.
27. Het rapport der commissie voor de verordeningen op
het voorstel van den heer Mr. W. van der Kaay om art. 40
der politieverordening te wijzigen als volgt. //Het is ver
boden gedurende den tijd, telken male door Burg. en Weth.
bekend te maken, honden te laten losloopen in strijd met de
bij de bekendmaking bepaalde voorzorgsmaatregelen."
Zonder beraadslaging met algemeene stemmen aangenomen,