No. 2.
Vier enz event igsl Jaargang
1872.
ZONDAG
!4 .1 M R 1.
#fftciccl (Bcbceltc
Dillenburg en den Briel.
ïïffiïcïiclijfiSfcïtc Berichten,
llcigic.
l<Yankrijk.
.1 L
A A M S il
C 0
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag
avond te 7 uren. Prijs per kwartaal f 0,65, franco per post O,SO,
afzonderlijke nommers 5 Cents.
Brieven franco aan de Uitgevers 1IERM'. COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meei Ij
Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag
1 uur, wordt voor de plaatsing in bet eerstvolgend nommer ingestaan;
ingezonden berichten een dag vroeger.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
verzoeken de ingezetenenhunne rekeningen ten laste der
gemeente, over 1871 ten spoedigste in te leveren bij den
gemeente-architect. Burgemees/er en voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE 10N1.
5 Jan. 1872.
De Secretaris,
NUHOUT van dek VEEN.
NATIONALE MILITIE.
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER enWÈTBOUDERS van ALKMAAR;
Gezien art. 26 der Wet op de Nationale Militie, dato la
Augustus 1861 (Staatsblad No. 72).
Brengen bij deze ter kennis van de belanghebbenden
Dat het register der in het jaar 1871 alhier voor de Na
tionale Militie ingeschreven personen benevens de alphabetische
naamlijst ter inzage zullen liggen ter Secretarie dezer ge
meentevan at heden tot en met den 22 dezer maand, van
des voormiddags 10 tot des namiddags 2 ure, binnen welken
tijd tegen voormelde registers bezwaren kunnen ingeleverd
worden bij den Heer Commissaris des Komngs in deze Pro
vincie. Alsmede
Dat ten aanzien van het inleveren dezer bezwaren bij
art. 09 der gemelde wet zijn gemaakt de volgende bepalingen.
„De bezwaren worden bij Gedeputeerde Staten ingediend
„door middel van een door dè nooaige bewijsstukken gestaafd
.verzoekschrift op ongezegeld papier, onderteekend door hem
„die ze inbrengt. Deze brengt het verzoekschrift m tegen
„bewijs van ontvang, bij den Burgemeester zijner woonplaats,
„die het terstond aan Gedeputeerde Staten opzendt.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
A. MACLAINE PONT.
Alkmaar,
12 Jan. 1872.
De Secretaris.
NUHOUT van der VEEN.
POSTERIJEN.
Aan belanghebbenden wordt ter kennis gebragtdat de
verzending der Indische brievenmalen over Triestvoor t
vervolg om de 14 dagen zal plaats vinden.
De brieven moeten aan het kantoor bezorgd zijn uiterlijk
ten 10 u. 's avondsen in de bijbussen ten 8 u. 30 min.
's avondsvan
Januarij
Eebruarij
Maart
April
Mei
Junij
29.
9, 23. Julij 9, 23.
6? 20. Augustus 6, 20.
5^ 19. September 3, 17.
i, 16, 30. October 1, 15-
J4.' 28. November 12, 26.
11, 25. December 10. 24.
De Directeur van het Postkantoor te Alkmaar,
GOUWE.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de 1'. helft der maand December 1871.
JOSEPH ALER, P. BRUIN H. KLIJN, Amsterdam;
Wed TINK, Egmondaan den Hoef; Mevr. BOELE--
CRAP HELLINGMAN, Rotterdam; G. KEIZER. West-
graftdijk Wed. van RIJSZEL (niet vermeld)
Van het lmlkantoor te lieer Hugo Waard:
M. van BERGEN Amsterdam.
Ik ben blijdat ik niet gezwegen heb over het artikel
in het Nieuws van den dag tegen de aansporing tot deelne-
ming aan den DiUenburgscken torenbouw. Wij zijn het veel
minder oneens dan aanvankelijk het geval scheen Dat open
baart zich wer meer, als men maar eens vriendschappelijk
met elkander over de zaak heelt gesproken.
„Ik heb alleen beweerd dat 't geen schande ismet aan
eene buitenlandsche onderneming ter eere van onzen grooten
Zwijger deel te nemen, en ik heb het plan bovendienv ontijdig
genoemd." Zoo lees ik thans tot mijn groote vreugde in het
Nieuws van den dag van 12 Januari. Ik heb dus met goed
gelezen en niet goed begrepen. Nu, zooveel te beter. Ik
meende in de woorden „ik moet uw plan afkeuren g
iets meer te lezen dan een waarschuwing tegen overdrijving.
Gij hadt niet noodig wordt mij geantwoord met
een reeks van zeker zeer fraaie heusch maar volmaak
overbodige volzinnen te betoogen dat de herinneringen aan
Dillenburg verbonden ons wel degelijk aangaanen de toren
aldaar volstrekt niet gelijk staat met honderd andere monu
menten. Waarlijk dat wist ik ook wel Op mijn
woorddaar heb ik nooit aan getwijfeldmaar men
kan toch op een gegeven oogenblik zich wel eens iets
niet herinneren, iets voorbij zien wat men overigens heel goed
weet, niet waar? Althans mij gebeurt dat wel eens. t is
dan net of ik er geen erg in heb; maar nauwelijks heeft men
mij er op gewezen, of ik moet zelf uitroepenhoe drommel
is het mogelijk dat ik daaraan met dadelijk gedacht heb
Dat er vergelijkingen gemaakt werden tusschen de naald in
Torbav en den toren te Dillenburg en tusschen de betrekkinD
van de Dillenburgers tot de graftombe te Dellt en de onze
tot den te bouwen toren, dat zal mij in de war gebracht
hebben; ja dat heeft mij de moeite doen nemen om er op te
wijzen, dat er nog al een tamelijk verschil tusschen deze za
ken bestaat. Die moeite was overbodig. Dat wist men zeil
wel Nu 't was ook maar een herinnering. De plaats waar
het'monument staat doet er ook zooveel niet toeantwoordt
het Nieuwsmaar toch Dillenburg ligt wel wat ver. Dat is
waar; maar den Briel ligt ook voor de meeste Nederlanders
niet bijster gelegen, 't Is jammer dat Prins Willem met
te Amsterdam is geboreuen dat Rotterdam bij voorbeeld
niet door de Watergeuzen is genomen. Doch dat is nu
eenmaal niet anders. Men moest voor groote gebeurtenissen
geschikte plaatsen uitkiezen en daarbij denken aan de monu
menten die ze later moeten vereeuwigen. Dit wordt te veel
uit het oog verloren. Toch zou ik nog wel durven wedden,
dat er meer Nederlanders naar Dillenburg zullen gaan om
er de bouwvallen van den burg der Nassaus te zien en den
gedenktoren te beklimmen dan naar den Briel om" het
vrijheidsbeeld of welk ander gedenkteeken ook te bewonderen.
Maar het blijft dan toch maar waar, Dillenburg li0t buiten
onze grenzenen daarom kan die torenbouw nooit een «afiw-
nale zaak worden. - Waarom met, als Prins Willem Ier
is geboren en er als balling en vogelvrijverklaarde verblijf
hield, peinzende op middelen tot onze bevrijding,
is meer Juist omdat Dillenburg buiten onze grenzen ligt,
moeten wij ons aan de zaak gelegen laten liggen. Alexandre
Dumas laat een zijner landgenooten die zich op een ïeis buiten
's lands bevindt zeggen, dat ieder Eranschman m den vreemde
ziin land vertegenwoordigt en er de eer van moet ophou
den. Nu, die Eranschman doet dat op zijn manieren
die manier vind ik weinig aanbevelenswaardig. Jj
beginsel vind ik mooien ik wenschte dat menig Neder
lander buiten 's lands ook van dat beginsel uitging. V e
len schijnen geen beter middel te kennen om hun vry
heidszin aan den dag te leggen dan lompheid en onge
manierdheid en anderen doen hun uiterste best mtoè
vooral niet voor Hollanders te worden aangezien. Nederlan
ders kent men buiten 's lands met Toch hebben wijwat
waardeering van ons volkskarakter, onZe groote mannen en
onze geschiedenis aangaatover de vreemden met te klagen
Schiller schetst onzen opstand tegen bpanje, Goethe ïes
Egmond tot het onderwerp van een drama, Macaulay
maakt onzen Willem III tot zijn held Motley schrijft
de opkomst van de Nederlandsche republiek en cte
burgers van Dillenburg bouwen een gedenktoren voor Prins
Willem I.
Als wij nu van dat bouwplan mets wisten en men er ons
niet over gesproken haddan ging de zaak buiten ons om.
Maar nu wij het weten nu de Duitschers er ons over ge
sproken hebbennu zij ons om ondersteuning vragen nu
zii ons schrijven; „Gaarne naderen wij als bedelaais (gueux)
tot de Nederlanders om een gave ter eere van liern, wien de
Nederlandsche bedelaars (geuzen) voor 300 jaren van hier
kwamen roepen te hunner bevrijding, nu verandert de
zaak nu zijn wij er in betrokkennu moeten wij antwoor
den toestaan of weigeren, en weigeren ja, dat zou toch
wel een beetjemaar daar zou ik zelf in de fout verval
len van den heer Erancken en wij hebben immers afge
sprokendat het in elk geval geen schande is als iemand met
meedoet. Toch zou ik het heel flink vinden, als wij wel
meededen. Ik geloof nog altijd een illusie misschien
dat het goed iswanneer de volken wat meer met elkander
in aanraking komen en elkander wat beter leeren kennen.
Als er punten van aanraking zijn, als zich een gelegenheid
tot kennismaking, tot vereeDigd handelen, tot gemeenschap
pelijke waardeering van een feit, een persoon, een beginsel
voordoet, laat ons haar niet verzuimen. Vooral met Geheel
West-Europa heeft verplichting aan Willem van Oranje,
getuigen onze naburen. Het kan geen kwaad, dat m het mach
tige Duitsche Rijkwelks ongehoorde voorspoed zoo licht
tot overmoed zou kunnen voerendie erkentenis eens wordt
gehoord. Laat ons er acte van nemen. Het kan geen kwaad,
dat men in Duitsehland er eens aan herinnerd wordt, wat ons
volk onder Oranje's leiding heeft gedaan, wat wij voor de vrij
heid over hebben gehad, hoe wij haar eerlijk hebben verdiend en
met ons bloed betaald. Maar als daar een woord gesproken
zal worden bij den plechtigen aanvang der werkzaamheden
te Dillenburg, dan zou het toch nog al eigenaardig zijn, dat
er ook vertegenwoordigers uit Nederland waren, die daar echt
Nederlandsche beginselen van volksrecht en vrijheid deden
hooren die recht hadden daar te zijn en uit naam hunner
landgenooten te sprekenals deelgenooten aan het werk en
niet alleen als onpartijdige toeschouwers. Het zou dunkt
mij goed zijn, door woord en daad te toonen dat hier de
geest van den grooten Zwijger, van de Nederlanders van lo72
voortleeft, dat wij geen „dood volk zijn geworden.
Maar onze eigen feestviering mag door dien torenbouw met
gedrukt worden. Neen, zeker niet. Dat zou inderdaad schande
ziin Daarvoor kan gezorgd worden door van duizenden een
kleinigheid te vragenjuist door er een nationale zaak van
te maken en door al dadelijk te verklaren, dat men geen
penning zou willen aannemen, waarvan men kon vermoeden dat
lui op de Brielsche zaak beknibbeld zou worden De toren
bouwers willen werken door de macht van het kleine,
zeggen zij. Juist, zód moet het ook, zoo kan liet geen
kwaad. Laat ons hen aan hun woord houden. Als ik op
de vergadering te Utrecht kwam, zou ik den schrijver van
het artikel in liet Nieuws v. d. Dag in de commissie willen
hebben om de heeren in het rechte spoor te houden; maar
hij moest eerst tot het compromis toetreden en op de gestelde
voorwaarden zijn ijverige medewerking beloven. Ik geloof
werkelijkdat hij dit zonder inconsequent te zijn zou kunnen
doen. Ziedaar hoe goed wij elkander m deze zaak zouden
kunnen verstaan en samenwerken. En het Nieuws v. d.dag
de verdienste hebben van ons het eerst te hebben toe
geroepen wel wat al te kras en te eenzijdig aanvankelijk,
maar zoo doet men als men met warme ingenomenheid spreekt:
verbeet toch in 's hemels naam om Dillenburg ons Bnelle
ujet. Ik stel mijn landgenooten voor, het protest m de
Kleine Courant in dien zin op te vatten.
Want de Brielsche zaak mag geen schade lijden; daarom
trent ziin wij allen eenstemmig. Het verschil bestaat hierin,
dat het Nieuws in de bijdragen voor den Dillenhurgsehen ge
denktoren een gevaar ziet voor de giften voor den Briel, en
de A/km. Ct. van meening is. dat het een het ander zal steunen,
dat de twee denkbeelden bij elkander hoorenelkander aan
vullen onzen blik op de groote beweging van voor 30(1 jaar
verruimen, onzen vaderlandschen zin zullen verhoogen en
onzen ijzer prikkelen, omdat wij ons te gelijk ]egens ons zei
ven en jegens onze buren verantwoordelijk zullen gevoelen.
Hoe booger bet standpunt is waarop wij geplaatst worden,
hoe meer de algemeene aandacht op ons gevestigd isdes
te sterker gevoelen wij onze verplichtingen. Zoo onder ons
mo-en wij ongegeneerdachteloos en traag zijn tegenover
vreemden dienen wij onze eer op te houden. Het verlies
van Alva's bril op den eersten April is geen feit dat door
de Briellenaars alleen herdacht mag worden. Het was de
vermeestering van het eerste vaste punt waaruit de vijand
bestookt kon worden, vanwaar de groote omwenteling kon
uitgaan. Tot nog toe scheen alleen de zee den Nederlander
vrijheid te waarborgen, in den Briel zette hij voor het
eerst weer den voet op vasten bodem, en hield stand. Van
dat oogenblik af geen wijken meer, maar voort, steeds voort,
totdat de laatste Spanjaard liet land bad ontruimd. De in
neming van dien Briel was de overgang van doffe moede
loosheid tot blijde hoop de schemering van den dageraad
na den bangsten nacht. Zij klonk als een opwekking ten
strijde als de krijgstrompet in een slapend kamp. De over
winning bleek mogelijk, en die overtuiging was voldoenae om
onze vaderen onoverwinnelijk te maken. De vermoeide genius
der vrijheid badna lang zwervens te land en ter zee, ein
delijk een rustplaats gevonden hem door ruwe en onreine
handen bereid maar het was de genius der vrijheiden hij
is ons volk ten zegen geweest. Toen de vrouw van Jacob
Simonszoon de Rijk te Amsterdam boordedat de stoute
zeeschuimers in den Briel stand hieldenkwam zij bij naar
vader sebreieu alsof haar man een onvermijdelijken dood te
gemoet was gegaan. Doch, zegt Hoopt, d' ouwde man vol
moeds en 't stuk bezeffendespaartzeyd' hy uw traanen
dochterzy liehbeu de koe hy de hoornen. W. v. d. K.
KNiitschluiifl.
De Aordd. Allg. Zeitung antwoordt op de afwijzing door het
Maimer Journal van de beschuldiging, dat sommige duitsche
clerikale dagbladen door Napoleon III zijn bezoldigd geweest,
door het openbaar maken van een briefgedagteekeud I arijs
■21 Mei 1868, van zekeren Curtis aan dien Keizer, waarbij
bijovereenkomstig den lastdoor den Keizer hem opge
dragen eene raming opgeeft van de sommen waarvoor de
personenmet welke bij onderhandeld beeftgewonnen kun
nen worden. Zij betreffen bet Maimer-Journal (Ar. Sausen),
de Neue Zeitung le Spiers, de Echo der Gegenwart te Aken
en de Rheinische Zeitung te Keulen (S. Burgers), welke ge
zamenlijk zouden genieten 35000 a 37000 fr. per jaar, vol
gens gemaakte overeenkomst met de betrokken personen in
driemaandelijksche termijnen aan verschillende adressen in
Engeland te voldoen.
De beer Burgers verklaart thansdat de voormalige en-
gelscke consul Curtis hem iu 1868 aan zijn bureau opgezocht
en van eene geldelijke toelaag des Keizers gesproken heeft,
ingeval hij zich in den strijd tusschen Bismarck en Napoleon
onzijdig wilde houden; dat hij den man heeft laten praten
om hem uittehooren en vervolgens afgewezen heeft.
De Admiraliteit heeft afgezien van het in dienst stellen
van het gepantserde fregat Inedrich Carl en van het advies
jacht Albatros, benevens van het uitrusten der voor eene
expeditie uaar den Atlantischen Oceaan bestemde schepen
de opgeroepen mariniers der reserve keeren weder huiswaarts.
Pruisen. Het gemeentebestuur van Kattowitz, m buezie,
heeft van de regeering aanschrijving ontvangen, dat het niet
meer bevoegd is om bij wege van executie de kerkelijke be
lasting te innen van de „catholieken, die wegens verwerping
van het leerstuk der pauselijke onfeilbaarheid geëxcommuni
ceerd zijn, moetende de kerkelijke gemeenten voortaan tegen
hendie weigeren de kerkelijke belasting te betalenden
weg van rechten inslaan.
Den 8 heeft de minister van oorlogin antwoord op de
interpellatie van den beer Richter in bet Huis der Atge-
vaardigden verklaard, dat van 14 legercorpsende garde
en de badensche en bessiscbe divisiën vermist zijn 3241 man
schappen, waaronder een groot aaDtal in fransche gevangen-
^hap gestorvenen begrepen is. Hij erkende, dat de duitsche
gevangenen en gekwetsten ten deele zeer menschlievend be
handeld werdendoch dat het met bewijzen te staven was
dat eenige hunner vermoord zijn geworden. Geruchten om
trent manschappen, die tegen hunnen wil in Frankrijk werden
teruggehoudenwaren bij onderzoek door daartoe gezonden
agenten onwaar gevonden. Nog een lOOtal gekwetsten, die
niet vervoerd konden wordenwaren daar te landemaar
werden goed verpleegd.
Beieren. De bisschop van Augsburg en eemge mgeze
tenen van Mering hebben zich. bij adres aan de 2« Kamer
beklaagd over de houding der regeering in de mermgsclie
kerkelijke geschillen en over de beschermingdoor baar den
pastoor RenftU verleend.
Op bet verzoek van dien pastoor om den oud-catkoheken
aartsbisschop van Utrecht te vergunnen, te Mering bet vorm
sel toetedienen, vermits de bisschop van Augsburg zulks
weigert aan kinderen, wier ouders zich niet schriftelijk aan
de besluiten van het concilie onderwerpen, beeft de regee-
ring geantwoord, dat zij zicli niet bevoegt acht om eene
vergunning te verleenen tot het verrichten van geestelijke
handelingen, die den bisschoppen zijn voorbehouden
Elzas-Lotharingen. Den 28 is bij S. Privat het ge
denkteeken ingewijd, hetwelk de Keizerin ter eere van liet
naar baar genoemde 4«. regiment der garde en ter nagedach
tenis der in den veldtocht gesneuvelden van dat regiment,
te midden der grafheuvels op het slagveld van 18 Aug.,
beeft doen oprichten. De plechtigheid geschiedde in tegen
woordigheid van eene uit Coblenz overgekomen deputatie van
bet regiment, van de militaire autoriteiten en een deel van
het garoizoen uit Metz en van vele civiele ambtenaren en
belangstellenden. „-rnn
Volgens nadere opgaaf telt Straatsburg thans 8552J in
woners, zoodat de bevolking sedert 1866 met 1200 zielen
is toegenomen.
Te Antwerpen zijn in 1871 binnengeloopen 5160 en uit
gezeild 6309 schepen; bet aantal aangekomen schepen over
treft dat van 1870 met 1035, met eenen meerderen tonnen
inhoud van 438,000. Gent is door 458 en Ostende door 180
schepen meer bezocht dan in 1870.
Men wil in 1874 te Brussel eeue wereldtentoonstelling
houden. Er heeft zich eene maatschappij gevormddie zich
met het oprichten eu exploiteeren van eeu nijverheidspaleis
op eene hoogte in het kon. park van Koekelberg, wil belasten.
Te VezinT provincie Luik, hebben 1300 a 1400 tabriek-
arbeiders het werk gestaakthunne houding heeft het zendeu
van troepen uit Namen en elders noodig gemaakt.
Den 23 Dec. is in den omtrek van Megoub in Algiers
eene beslissende nederlaag toegebracht aau Si kaddour 4e»
Hamza een der weinige stamhoofden, welke tot nu toe het
veld behouden hadden. Hij zelf is ontkomenmaar zijne
vrouw en zijn zoon en eeu rijke buit zijn in handen der
overwinnaars gevallen, en de stammen, die zijne vaau volgden,
zijn in onderwerping gekomen.
De bankiers der loudensche City hebben ter gelegenheid
van het nieuwjaar den markies de Ploeuconderdirecteur
der Eransche Bankten blijke huuner waardeering zijner
moed eu geestkracht onder de Commune betoond waaraan
het behoud van 3 miljarden aan specie en geldswaardig papier
te danken is geweesteen sierlijken bokaal van gedreven
zilver aangeboden.
De regeering heeft besloten om aan zoodanige olhcieren
van het leger, als door de commissie voor de herziening der
bevorderingen aan het burgerlijke leven teruggegeven zijn
eene gratificatie van eene maand toe te leggen, zonder meer.
Het hof van appèl te Bastiaop Corsicaheeft ue von
nissen der rechtbank aldaar en te Corte, waarbij verscbeideno
inwoners, wegens de door ben bij bet vertrek van prins Na
poleon aangeheven kreten van „leve Rapoleon! Leve de Keizer,
tot geldboeten van 50 fr. veroordeeld warenvernietigd, en
aannemendedal die kreten geen oproerig karakter, maar
alleen de nachtrust der ingezetenen verstoord haddennun
ieder eene boete van 15 fr. opgelegd.
De terugkomst vau den heer Gambetta uit loulouwaar
hem door de radicale partij vele ovatiën waren gebracht, te
Marseille heeft aanleiding tot een volksoploop gegevendie
de tusschenkomst der policie en ook der gewapende macht
heeft noodig gemaakt. Gambetta, die onpasselijk wasbeett
zich niet aan het voor zijn hötel saamgesekoolde volk kunnen
vertoonen. maar het door eenige vrienden doen aanmanen,
zich rustig in zijne clubs te vereenigen. Bij decreet der
militaire overheid aldaar zijn de kiezersvereemgiugen den
2 Jan. gesloten verklaard.
De Eransche Academie heeft den 4 geweigerd, liet ontslag
van den bisschop van Orleans aantenemenen is met 2b
tegen 2 st. ten aanzien van zijn schrijven overgegaan tot de
orde van den dag.
Tegen generaal Cremer is eene vervolging ingesteld ter
zake van het fusilleeren van Arbinet, kruidenier te Dijon
die onder verdenking stond een pruisisch spion te zijn. Hij
heeft geweigerd voor den rechter van instructie te Beaunc
te verschijnen en verklaarddat de executie vau Arbinet op
bevel van het gouvernement is geschied. Deze was, 8 dagen
vóór zijne arrestatie, bij hem geweest, om hem door valsche
informatiën tot eenen aanval op Dijon te bewegen hij had
verzekerd met levensgevaar het fransche hoofdkwartier bereikt
te hebbenmaar na zijne executie bleek bij van een vrijge
leide van den genl. v. Werder voorzien te zijn geweest. Den
8 is Cremer te Parijs gearresteerd en naar Beaune overgebracht.
Het geruchtdat Pruisen opmerkingen betreffende het oor-
logsbudjet zou hebben gemaakt, is van allen grond ontbloot.
De crimineele kamer van het hof van cassatie beett den 5
en 6 verworpen de voorzieningen van de 7 wegens den moord
der genls. Lecomte en Thomas ter dood veroordeelden en
van de tot deportatie in eene vesting veroordeelden Amouroux,
CatonChastelMarchetteTamet en Thibuud en van de
15 overige tot lichtere straffen veroordeelden, wegens den in
Maart te S. Etienne gepleegdeu aanslag tot omverwerping
der regeering en wegens bet vermoorden van deu preteet
de l'Espée.
De 2-, krijgsraad van revisie beeft bet door den commu-
nistischen kolonel Lisbome gedaan verzoek om revisie van
zijn doodvonnis afgewezen.
De minister Périer heeft de prefecten aangeschreven, zieti
van alle inmenging in de verkiezingen, die op eemgerlei
wijze de vroegere officiëele candidaturen in herinnering zou
kunnen brengen, te onthouden, maar om niets te verzuimen
wat strekken kan om het jammerlijke euvel der onthouding
bij de verkiezingen tegen te gaan.
De beer Pautrainvoorzitter van den gemeenteraad te
Parijs heeft de candidatuur aanvaard in eeu zeer gematigd
en verzoenend manifest, hetwelk op de democratische partij
geen gunstigen indruk gemaakt heeftmaar hem daarentegen
den bijval heeft doen verwerven van het Journal des Debats
en van de gematigde partij. Hij is met 121,185 st. tot lid
der Nat. Vergadering verkozen, terwijl 93423 st. op Pt ct or
Hugo waren uitgebracht. Vau de 459,000 kiezers hebben
slechts 214,600 gestemd; de conservatieve Constitutionnel en
Patriehet orleanistische Journal de Parisde bonapartis-
tische Ordre, al de clerikale bladen en de rechtskundige bla
den le Droit en la Gazette des Tribunaux hadden dan ook
on!pcOU1^"|s WMezik«!Besan9on, Rijssel en Oran zijn verkozen
7 republikeinen, te Limoges, Chambéry, Amiens Rijssel en Eau
5 conservatieven te Atreckt 1 bouapartist en te Draguignan,
Marseille en Grenoble 4 radicalen.
Pictor Hugo beeft eene proclamatie aan het „volk van ra
rijs" gerichtwelke tot protest tegen de verkiezing van zijnen
mededinger moet dienen. „Indien hij overwonnen is, schryft
lui dan moet dit hieraan worden toegeschreven, dat bet ge
weid alleen het woord gevoerd beeft, waarover hij zich ech
ter troosten kan, omdat „eene crisis, door vrees ontstaan,
nooit lang aanhoudt", eu dat, „hetgeen Parijs wilde amnes-
tie, ontwijfelbaar zal geschieden, want dit is thans de eerste
voorwaarde voor het behoud der rust. s
De luitenant van het 6*. poraraersche regiment mlanterie
Lucas is een paar weken geleden, bij het doen van een
wandelrit in den omtrek van Dijon, spoorloos verdwenen