No. 12.
Vierënzeventigste Jaargang.
1872.
ZONDAG
ART.
©ffictctl ©cbccltc
Wat dunkt u van de algemeene
inkomsten-belasting?
denWEterT te brengei1 tegen vaQ
€®lckcltjk0cïic Berichten.
Belgie.
Duitscliland
Binnenland.
Al, kMAAKSCHE co
A V I
Deze Courant wordt wekeljjks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag
avond te 7 uren. Prijs per kwartaal f O,OS, franco per post t O,SO,
afzonderlijke nommers 5 Cents.
Brieven franco aan de Uitgevers HERM'. COSTElt ZOON.
De Advertentiën kosten van 1-5 regels 0,75, voor elke regel meer 15
Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag
1 uur, wordt voor de plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan;
ingezonden berichten een dag vroeger.
Bij deze Courant behoort een Bijblad.
De COMMISSARIS des KONINGS in de provincie
NOORD-HOLLAND herinnert alle autoriteiten en een
ieder die daarbij belang heeft, aan de bepalingen der wet van
den 8 November 1815 (Staatsblad No. 51), en aan den in
houd van art. 29 der wet van den 5 October 1841 (Staats
blad No. 40), betreffende de verevening van schuldvorderi i-
gen ten laste van het Rijk,met, aanmaning om zoodanige
schuld vorderingen zoo spoedig mogelijkimmers vóór den eersten
Julij aanstaande in te dienenaangezien aan die wetsbepalingen
zoo nu als in het vervolg stiptelijk de hand zal worden gehouden.
Haarlem De Commissaris des Konings voorn.
den 1 Maart 1872. ROELL.
PROVINCIALE WATERSTAAT VAN N00RDII0LLAND.
AANBESTEDING.
Op Donderdag den 11 April 1S72, des namiddags ten half
drie urezal aan het lokaal van het provinciaal bestuur van
Noordholland te Haarlembij enkele inschrüving worden
n tl 11 ft n,. I
a. Het verbeteren van het beslag vóór het paal-
Écherm der Pettemer Zeewering.
b. Het leveren van brikset- en stortsteen en
het bestorten dor Heldersche Zeewering in
twee pareeelen.
De bestekkeu zijn, tegen betaling van 20 cents per exem
plaar, verkrijgbaar aan bet lokaal van het provinciaal bestuur
voornoemd en aan bet bureau voor buitenlandsche paspoorten
op de O. Z. Achterburgwal over liet Walepleintje te Amster
dam en bij den Opzigter van den Provincialen Waterstaat
W. Ph. de Krui)ff te Helder.
Nadere inlichtingen kannen worden verkregen bij den
Hoofdingenieur van den Waterstaat te Haarlem, bij den In
genieur JM. IIPellan te Alkmaar en bij den Opzigter
ff. Ph. de A mij ff te Helder.
KIEZERS L IJ STEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de ingezetenen:
Dat de lijsten der kiesgeregtigden voor de leden van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, van de Provinciale Staten
en van den Gemeenteraad, voor de dienst van 1872/3, bene
vens de lijsten dergenenwelke van die des vorigen jaars
zijn gescbraotop heden door hen voorloopig zijn vast.ge-
steldgedurende 14 dagen in het portaal van het Raadhuis
aangeplakten dagelijks (zon- en feestdagen uitgezonderd)
van 10 tot 2 ureter secretarie der gemeente ter inzaefc
zullen liggen.
Bezwaren daartegen kunnen gedurende dien tijdop on
gezegeld papier, mits gestaafd door de noodige bewijsstukken,
worden ingezonden aan den Gemeenteraad.
Burgemeester en II ethouders voornoemd
Mkmactr, A. MACLAINE PONT
12 Maart 187 2. De Secretaris
NUHOUT van der VEEN.
PATENTEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de belanghebbenden
dat de patentenaangevraagd in de maanden November,
December en January j.L, ter gemeente-secretarie kunnen
worden afgehaald van Maandag 18 tot en met Zaturdag 30
Maart aanstaande. Burgemeester en IP ethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
16 Maart 1872. De Secretariss
NUHOUT VAN DER VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de ingezetenen, dat zij besloten heb
ben op I April a.s., ter nagedachtenis van bet derde eeuw
feest van Nederlands onafhankelijkheid onder de regering
van bet Stamhuis van Oranjevan de gemeentegebouwen
de vlag uit te stekenhet carillon te laten bespelenen
na afloop van de parade der dienstdoende schutterij eene
muzijkuitvoering door het stedelijk muzijkcorps te doen
houden op het Doelenveld.
Zij noodigen verder alle ingezetenen uitvan hunne deel
neming in die heugelijke gebeurtenis te doen blijken door
bet uitsteken der vlaggen van hunne bijzondere woningen
en door alles wat de feestvreugde op gepaste wijze kan
verhoogen. Burgemeester en Wethouders voornoemd.
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
21 Maart 1872. De Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de belanghebbenden
dat bet kohier der directe belasting over de dienst van
1872 op 20 dezer door den Gemeenteraad is vastgesteld
en gedurende 8 dagen, van af beden ter gemeente-secretarie
alhier is nedergelegd, binnen welken tijd bij Gedeputeerde
Staten van Noordholland op ongezegeld verzoekschrift in
hooger beroep kan worden gekomen
alsmede
dat het kohier voor de belasting op de honden over ge
melde dienst in dezelfde zitting van den Gemeenteraad is
vastgesteld, met bepaling van 1 July 1872, als den dag
vóór of waarop de aauslag in eens moet zijn voldaan, ter
wijl gemeld kohier op heden ter invordering aan den ge
meente-Ontvanger is afgegeven.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
Jen 2} Maart 1872. De Secretaris
NUHOUT van der VEEN.
BRANDWEER.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis
dat de loting van de ingeschrevenen van dit jaar voor de
brandweer, benevens van de reserve nummers van 1871 in
het openbaar door ben zal worden gehouden op Eingsdag
26 Maart e.k., 's namiddags ten 1 uur, ten raadbuize der
gemeentealsmede dat de afkoop van die dienst alsnog kan
geschieden tegen betaling van f 3ten kantore van den
gemeente-ontvanger.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar. A. MACLAINE PONT.
18 Maart 1S72. pe Secretaris.
NUHOUT van der VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen in herinnering, dat bij art. 1 der verordening van
politie op het begraven en het vervoeren van lijken van 27
October en I December 1869 (Gem. blad No. 69), de ge
wone tyd van begraven van 1 April tot 1 September is gesteld
van des morgens 7—8 ure en van des namiddags 6—9 ure.
Burgemeester en H ethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
20 Maart 1872. J)e Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
Lijst van brieven waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de 2'. helft der maand Februari 1872.
O JL™t7*ÏSS^R- Amsterdan» K- SMIT. Grootschenner;
C. CONIJN Hensbroek R. de JONGE Zwartsluis.
Van de Hulpkantoren:
Dirlshorn J. LEEWENBURG, Monteren.
lleiloA. L. KRAMER, de Beemster.
Op die vraag zal weldra elk lid onzer Tweede Kamer niet
alleen voor zich zelf, maar voor het gelieele Nederlandsche
volk een zeer bepaald antwoord moeten geven in den vorm
van een uitdrukkelijk voor of tegen. Als men bet versla**
van bet onderzoek in de sectiën leest, wordt, men door grooten
twijfel bevangen, of de meerderheid wel voor zal zeggen. Als
men opmerkt, wie gestemd hebben voor de behandeling van
bet wetsontwerp in de openbare zitting en tegen vernieuwd
onderzoek in de sectiën, als men bedenkt, dat tot het nemen
eener beslissing is besloten op voorstel van een lid dat een
rechtstreekse!: votum van wantrouwen in den Minister van
Financiën had uitgesproken, wordt het vooruitzicht op de
aanneming van het ontwerp zeer gering. Toch bestaan er
redenen om het voorgestelde wetsontwerp tot invoering eener
algemeene belasting op de inkomsten in hoofdzaak meer en
meer als een aller aanneming waardig voorstel te beschouwen.
Meer dan bij zijn eerste verschijning in de Tweede Kamer.
Velen zullen zich over deze woorden verbazen. Toen de
nood ons scheen te dringen zullen zij zeggen toen
wij schenen te moeten kiezen tusschen vermeerdering van
lasten en bet, vooruitzicht op een staatsbankroet, ja. toen was
er iets te zeggen voor een nieuwe belasting. In de behoefte
moet voorzien worden; en bestaat er onvermijdelijke nood
zakelijkheid tot uitbreiding onzer staatsinkomstendan is
misschien een algemeene inkomstenbelasting nog een der
minst verwerpelijke middelenmaar nu komt de Minister
van Financiën ons verzekeren dat de nood is geweken dat
men zich vergist heeft in de waarneming van de weersge
steldheid want. dat het weer allergunstigst is. Hij haalt de
stormsignalen in en toch zouden wij een noodtuig gaan
opzettenWie denkt in ernst aan zulk een dwaasheid
ZjOÓ wordt er gesproken, en zoo zal er gesprokeu worden,
ook in de Kamer. Ken lid zal de aandacht vestigen op den
somberen aanhef van de Memorie van Toelichting. Hoort.
zal hij zijn medeleden toeroepen hoort wat de Minister
ons op 25 September 1871 schreef: «Reeds bij de aanbieding
der jongste staatsbegrooting was gebleken, dat het evenwicht
tusschen de ontvangsten en uitgaven niet langer is te hand
haven met de gewone Rijksmiddelen en werd door den
vorigen Minister van Financiën de noodzakelijkheid betoogd
om op nieuwe hulpbronnen bedacht te zijn." enz. De ge
achte spreker zal daartegenover plaatsen wat dezelfde Mi
nister op 12 Februari J872 durft schrijven." //Wat niemand
tijdens het opmaken der Memorie van Toelichting tot deze
wet kon voorzien, althans niet in die mate, is gebeurd. De
opbrengst onzer middelen heeft een ongewone vlucht geno
men. De raming der middelen is met circa 4 millioen over
troffenen de werkelijke opbrengst van het vorige jaar, dat
reeds gunstig was, met nagenoeg 2 millioen. Er bestaat
dus g^en reden meer om te duchten, dat niet de gewone
uitgaven door de gewone ontvangsten zullen gedekt worden,
en betgeen nog voor den aanleg van spoorwegen op deze
begrooting mocht te kort komen, behoeft niet door belas
tingen gevonden te worden." Dan zal de geachte spreker
de vergadering met zekere plechtigheid rondzien en zijn me
deleden de vraag voorleggen, of deze Minister een staats
man is. Zonder bepaald antwoord af te wachten zal hij
verklarendat hij voor zich die vraag ontkennend moet be
antwoorden; dat toch een Minister, zonder zich op buiten
gewone omstandigheden te kunnen beroepen, zich niet in
die mate mag vergissen; dat een Minister moet „voorzien,"
omdat hij de man is die op den uitkijk staat. Waarschijnlijk
zal de geachte spreker eindigen met de gemoedelijke betui
ging. dat hij voor zich zulk een bedrieglijken gids niet kan
volgen en dus wel genoodzaakt is den Minister zijn ver-
trouwen te ontzeggen.
Er bestaat geen plan om hier een verdediging van den
Minister van Financiën te schrijven; er zal zelfs geen poging
gedaan worden om te onderzoekenin boeverre inderdaad
de Minister had kunnen en moeten voorzien wat gebeuren
zouof daartoe profetische gaven noodig waren of wel de
bekwaamheid van een goed financier. Hier zal alleen de
Z Si ke'lande'd worden het wetsontwerp zooals het thans
na de Memorie van Beantwoording, daar ligt. Nu eerst be
antwoordt het volkomen aan zijn titel, nu hebben wij te
doen met een algemeene belasting op de inkom-
V,n r -V Tl 3 n g 1 v a n *wdere belastingen.
Van de b e i d e beweegredenen tot indiening van liet, wets
ontwerp aanvankelijk door den Minister aangegeven blijft
nu alleen deze over: „de behoefte dat worde voortgegaan
met de opheffing van bestaande klemmende en onrechtvaar
dige belastingen. Zoo kan 's Ministers plan met recht een
„hervorming heeten zoo kan, gelijk de Minister schrijft
inderdaad „een goede grondslag worden gelegdwaarop
verder kan worden voortgebouwd." Zoo hebben wij hier
met te doen met een „greep in het sameustelsel onzer be
lastingen, maar met een stelselmet een plan tot herzie
ning waaraan door dit wetsontwerp een eerste, maar te
gelijk reeds een belangrijke toepassing wordt gegeven af
schaffing van het recht van patent en den accijns op het
geslacht en de zeep De Minister acht liet waarschijnlijk
dat de inkomstenbelasting zelfs meer zal opbrengen dan tot
vergoeding van het gemis dezer belastingen noodig is; en
hierin zal wel iedereen zijn meening deelendat niet voor
zien kan worden hoeveel dit zal zijn. Gaarne zal ieder on
derschrijven wat bij daaromtrent zegt: „Eerst moet de uit
komst der nieuwe belasting afgewacht worden en dan zal
men kunnen oordeelen of in verband met den financiëelen
toestand en de eischen der openbare dienst verder zal kun
nen worden gegaan met afschaffing of verlichting van
accijnsen.
nïini.ster beeft. alzo° gelijkals bij zegt: „Het blijkt
oldoende in welke richting de Regeering zich wil bewegen."
De vraag is: mag de Kamer hem in die richting ondersteunen?
Is de meerderheid in beginsel voor een inkomstenbelasting
dan bestaat daarvoor meer reden dan vroeger, juist omdat
wij niet, uit nood tot een inkomstenbelasting behoeven over
te gaan Men lierinnere zich wat de lioogleeraar Vissering
in zijn Handboek van praktische staathuishoudkunde over de
invoering eener algemeene inkomstenbelasting schreef: Zoo
zal het nog wel langen tijd eene waarheid blijven, dat
er maar twee wegen zijn om de belasting naar het
v e r m og e n i n h a r e n z u i v e r s t e n v o r m in de be
lastingstelsels der volken te doen opnemen; of de groote nood
van den staat die met ter zijde stelling van elke andere
overweging dwingt, baar als uiterste toevlugt, aan te grijpen-
of de overtuiging, bij de beschaafde klassen des volks ge
vestigd dat zij met voordeel dienen kan om eene andere
slechtere te vervangen. Den feersten weg zijn onze vaderen
menigmalen gedwongen geweest te bewandelen. Moge het
ons en onzen nakomelingen beschoren zijn, dat wij met vol-
komen vrijen wil den tweeden volgen."
Vervanging van andere slechtere belastingen is de grond
waarop het tegenwoordig wetsvoorstel steunt. Zijn de belas-
slechter ?WaarVaU d® vervan?ing wordt voorgesteld, werkelijk
Dat de patentbelasting, zooals die thans bestaat, zich
moeilijk laat verdedigen, werd, blijkens het voor
loopig verslag, bij het onderzoek in de afdeelingen met al
gemeene^ stemmen erkend. „Ook nu weder kwam men daarin
overeen. Maar de wet is voor verbetering, misschien voor
uitbreiding vatbaarbeweerden „verscheidene leden" De
Minister is geheel van dezelfde meening. Wie zou ook het
tegendeel durven beweren? Maar al werd de wet vol
maakt de belasting die volgens die wet, werd geheven
zou altijd een eenzijdige en daarom onbillijke, onverdedigbare
belasting blijven Zonder twijfel, men kan de wet uitbreiden
vp3r.P-njS VaD rundvleesch is in de laatste dertig of
SmerktJareT nagenoef..'t;erd"bbeldwordt in het verslag op-
hete rrO» J Van geheel vrÜ verkeer en ver
beterde gemeenschap regelt zich de prijs van het rundvee
met naar binnenlandsche behoefte of aanvraagmaar naar
hetgeen op de groote markten van ons werelddeel, te Parijs
te Brussel en vooral ook te Londen is te bedingen."— Juist
m,inmp i6"' 611 daaroni zal de marktprijs van het, vee misschien
vnnr i lJfenJ I£aar [s dat nu een reden om voor het vee dat
voor binnenlandsch gebruik wordt gekocht, dien reeds zoo
ïoogen marktprijs nog eens met 10 percent te verhoogen
Men zin n Percent er eindelijk eens af te nemen?
i7NZLn7'Peri ilgZeg?e"' datde Priisvan hetvleesck
worden P k n?g kuastma,ig verhoogd behoeft te
en /te h' bt7ermg als,omtre"t den accijns op het zout
van W ffi ®?ns gedaan wordt, dat namelijk de prijs
j ,lkel z°o laag 18 dat de belasting nauw merkbaar
m'Jr teZï? n°g ?ren' al kan men er uiet mee instemmen;
maar te beweren de prijs van het vleeseh is zóó hoos
dat een verhooging van 10 percent er niet op aan komt,
Ja dat. beeft, geen weerlegging noodig.
Van de belasting op de zeep gelooven wijdat men vrii
algemeen van meening zal zijn, dat zij afgeschaft moet wor
den zoodra zij kan gemist worden.
L een| man.' 'net bet oog op de lioogere opbrengst onzer
stenhX belaStmg®n' da' men voorloopig met een inkom
stenbelasting van een percent kan volstaan men wijzige in
wordt Te U arflkel Waar,bij een hefBnS van twee percent
voor de rt ~T ralss?bl,en n°K beter men bepale dat
van Mnn nng |Töelastmg van elk inkomen de som
haar Jh T' 1 bedrag vrijstelling wordt verleend, in
haar geheel zal worden afgetrokken. Het niet vaststellen
Tj®1?1 Pwwaten. maar de jaarlijksche bepaling daarvan
lS U 0St °P de begrooting zou de voorkeur verdienen
oohrene-t Y C1jff-.. Bbjbt. eenmaal hoeveel de belasting
opbrengtdan geeft zy een uitmuntend middel aan de hand
begrootingen de uitgaven altijd door onze ont-
f>™ io dekkenVoor elke belasting waarvan de afschaf-
stondggevönden 1S' ZO°noodig' bet requivalent dan ter-
leid1™ fe ""J®®" ver,tr°vwen heeft in bet financiëel be-
eid van dezen Minister, kan die voor de wet stemmen
Zou hy met beter doenin plaats van de wet te helpen
tv, Tv, mu uc wei uuoremen
en bij voorbeeld het boerenbedrijf er in brengen. Dat zou
TPfronnror na nn/lna» 1 1 j i v
-- v/i in uicugeii. L/tli ZOU
zelis tegenover de andere wel belaste bedrijven zeer billijk
zijn. Maar waarom zich bepaald bij de bedrijven? Waarom
alleen belasting geheven van de inkomsten die met zorg en
inspanning verkregen wordenen zoovele gemakkelijk ver
kregen inkomsten vrijgelaten P Want dat zou toch bij een
verbetering en uitbreiding van de patenbelasting zoo blijven
totdat men alle soorten van inkomsten in haar had opge
nomen. Eerst dan zou de patentbelasting billijk zijnmaar
dan zou zij ook zijn geworden „een algemeene belasting op
de inkomsten. r
In het voorloopig verslag wordt nog een flauwe pogin**
gewaagd om een uitsluitende belasting op de inkomsten van
handel en nijverheid te verdedigen. Men wees er opdat
in ons land jaarlijks hoogst aanzienlijke sommen voor open
bare werken worden besteed die wel tot bevordering van
bet algemeen belang strekkenmaar waarvan handel en nij
verheid toch meer bijzonder de vruchten zouden plukken.
Zij mochten daarom ook wel iets extra betalen, meende men
als een kleine bijdrage tot bestrijding van de hooge kosten
dier werken. Te recht komt de Minister tegen die bewering
op De verbetering en vermenigvuldiging der middelen van
verkeer zijn inderdaad m het algemeen belang. De eige
naars van vaste goederen, vooral van landerijen, trekken°er
wel de eerste rechtstreeksche winsten van door liet stijgen
van de waarde hunner bezittingen. De concurrentie wordt
er krachtig door verlevendigd, de afstanden vallen weg half
Europa wordt één markt. Het is alweer het algemeen
dat er de vruchten van plukt. Om de concurrentie te kun
nen volhoudenmoet de prijs van het fabrikaat of het han
delsartikel zoo laag mogelijk worden gesteld; men moet zich
met, een kleinere winst vergenoegen en zijn vergoeding trach
ten te vinden m levendiger en grooter omzet. De tijd van
beschermende rechten en hooge tarieven is voorbij, de kunst
middeltjes om aan sommige takken van nijverheid een zeke
ren bloei te geven worden als verboden geneesmiddelen ter
zijde gesteldhet eene monopolie vervalt na het andere alle
hinderpalen en tollmiën worden allengs weggenomen, tarie
ven verlaagd differentiëele rechten vermindert of afaéschatd
men klaagt dat de vaderlandsche handel en de vaderlandsché
nijverheid dien steun nog niet kunnen missen en in de con
currentie zullen ondergaan en te gelijker tijd beweert
men dat handel en nijverheid zeer goed een extra aandeel
kunnen dragen in de algemeene lastenHet onhoudbare
van zulk een bewering springt bij eenig nadenken in het oog.
Het hoofdbestuur der Liberale Kiezersvereeniging te Ant-
;y;rp™. "let ket oog °P de Jum-verkiezingen, in eene
circulaire aan liet hoofdbestuur der Liberale Associatie te
Brussel de noodzakelijkheid betoogd, dat de liberale partij
zie omtrent de zaak vau het onderwijs versta en hare can-
clidaten het verwerven van eene herziening der wet van 1842,
i an de organisatie van het middelbaar onderwijs voor meisjes
en van het verplichte onderwijs ten taak stelt. De doctri
naire party ziet tot dus ver tegen deze doortastende hervor
mingen op.
De redactie van le Courier de Rruxelles heeft den graaf
Chandoord, vóór zijn vertrek uit Antwerpen, een adres van
belgische eathoheken aangebodentot, betuiging hunner ver-
ontwaardiging over den hoon, hem aldaar aangedaan.
ie Luik is de heer Bracomier tot lid van den Senaat en
de heer Ptedboeuf tot lid der Kamer verkozen. Er waren
van de clenlcale zijde geene tegencandidaten gesteld
De Kamer van Afgevaardigden heeft den 19 de voordrach
ten tot ontbinding der Provinciale en gemeenteraden en tot
invoering eener nieuwe classificatie der gemeenten met eene
groote meerderheid aangenomen.
Het hof van cassatie heeft eene uitspraak van het brussel-
sche hof van appel bevestigd, volgens welke geene straf
bepaling kan worden ingeroepen tegen ingezetenen, die aan
op marscli zijnde of gekantonneerd wordende krijgslieden
buisvesting weigeren.
Den 18 heeft op de Groote Markt te Brussel, onder eene
grooten toevloed van nieuwsgierigen, door scherprechtershan-
den de openbare tentoonstelling in effigie plaats gehad van
„raaf Langrand- Dumonceau en van 3 andere bij verstek ver
oordeelde personen.
De Keizer heeft de dotatie van 4 miljoen th. volgender
wyze verdeeld: prins Fredenk Karei, graaf v. Moltke, genl.
o. Manteujfel en de minister v. Boon ieder 300.000, de genls.
v. troben en v. Werder en de minister üelbrück ieder 200.000.
de genls. v Voigts-Rhetzv. Fransecky Alcensleber, II en
v. Blmtenfhal ieder 150,000, prins August van Wurtemberg,
de genls. v Alvensleben 1, v. Zaslrow, v. Manstein, v. Kirch-
baeh v Bose, v Stuipnagelv. Kameckev. Podlielski
o. otosch en v. Oberrats (aanvoerder der wurtembergsclie
troepen) en de saksisehe en wurtembergsche ministers van
Zl';/^'ee en Suckow ieder 100.000 th. Eindelijk
300.000 til t.pr VtP«nltilrlnri«Tp mn r> l
Met 1 Jan. 1873 wordt elk bataljon van het leger met 4
onderofficieren en 40 man versterktdewijl in October
15889 man uit alle corpsen genomen in Elzas en Lotha
ringen in dienst moeten treden en een afzonderlijk elzas-
lothanngsch legercorps vooreerst niet gevormd zal worden.
Vervolg der Buitenlandsche Berichten in het Bijblad.
Staten-Generaal. 2' Kamer. De minister van oorlog heeft
eene nota tot, wijziging van het vestingontwerp ingediend, waarbij
afgezien wordt van het vroegere denkbeeldom de positie