:r No. 31. Vierenzeventigste Jaargang. 1872. Z O N 1) A G 4 AUGUSTUS. )R- >111- HI len zeep s. 'enen it op ddel. over- bloed i alle ;nau- bloed sven chen. veer- heid, ezon- i ver- lden- ndere ;den zeker volgt: 6,75, 8, en bij f •esse, n bij Hol- xford 96 (£>fficiccl Olcbccltc Wacht op onze daden. W. v. d. K. SOckclijïi0chc Berichten. Iliiilwhlanil Siclgic. Frankrijk. jan. itl. ees- ^ene 'lijk ver- olle het loe- 3ut, sche van ■den :ieid 31) t- izoo het izit- )hu- het aan kie- ;eeft en het t en lzoo 'rijs en der Am- ban s; te 'Joola I ir, van JAR IGEN [elder, :kend eerst- t. skster, A C 0 R X T, Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag avond te 7 uren. Prijs per kwartaal f 0,65, franco per post f t),*h O. afzonderlijke nommers 5 Cents. Brieven franco aan de Uitgevers HERM". COSTER ZOON. RfAN De Advertentiën kosten van 15 regels f 0,75, voor elke regel meer 15 Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag 1 nur, wordt voor de plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan; ingezonden berichten een dag vroeger. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR; Gezien art. 40 der algemeene politie-verordening te Alk maar, zoo als dat artikel is gewijzigd bij raadsbesluit van 11 October 1871 (Gem. blad No. 95, ik serie); Brengen ter algemeene kennisdat het, met ingang van heden, gedurende de maand Augustus 1872, verbodenis honden te laten losloopen, tenzij goed gemuilband zijnde het niet langnr geoorloofd de honden aan eene kettingtouw, band of eenig ander voorwerp te laten loopen. Burgemeester en Wethouders voornoemd. Alkmaar, J. G. A. VERHOEEE, 1°. B., 2 Augustus 1872. De Secretaris NUHOUT van der VEEN. VERGADERING van den RAAD der gemeente ALK MAAR', op Woensdag, 7 Augustus 1872 des namiddags ten 1 ure. Namens den Voorzitter van den Raad, NUHOUT VAN DEK VEEN. Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn, verzonden in de maanden April, Mei en Juni 1872 naar Aoord-Amerikavan het Hulpkantoor te Schoorldam, P. JONGEJAN. Po Cook. BelgieMade. D. D. SMITS, Luik. Duitschland: Made. BANCK SPRINGER, Dieten lluhlen; CL. JANSEN Haselune. (Van het Hulpkantoor te Heilo A. BUSCHER, Overlingen. Hoeveel malen, nadat Thorbeckeals Minisicr optreden de, die woorden voor het eerst tot onze Vertegenwoordiging richttezijn zij bij de optreding van andere ministeriën her haald. Dat klinkt inderdaad goedwacht, op ouzo daden dat is een manlijk woordhet woord van iemand die vreest zijn tijd te verspillen in ijdel gepraat, en hunkert naar dc daaden zoo zijn die woorden een betrouwbaar schild ge worden voor elk nieuw Kabinet, een dilatoire exceptie togen eiken eiseh tot mededeeling van plannenvoornemens en inzichtenook voor hen die alles behalve hunkeren naar de daaden een rechtmatige exceptie tevens want moet niet voor allen betzelfde gelden en heelt, zelfs Thorbecke haar niet gebruikt? Door de ondervinding geleerddat bet, eigenlijk nog het verstandigste woord is dat aan een driftige Vertegenwoor diging kan worden toegevoegd, hebben leden der Vertegen woordiging zelveheeft ook dc pers die woorden overgeno men. Men heeft ingezien hoe gemakkelijk het is en tevens hoe weinig het beteekent,een programma mede te deelen hoe rekbaar het woord iste rekbaar om te kunnen binden, hoe nevelachtig de schels van inzichten en plar.ne n, zoolang die niet zijn uitgedrukt in het korte en beslissende woord van een wetsontwerp. Laat ons ook wachten op 8e daden van dit Ministerie heeft men daarom dezer dagen gezegd en de voorzichtigheid heeft zelfs den vrienden van het Ka binet geraden een afwachtende houding aan te nemen. Tegen het opvolgen van dien raad bestaat geen bezwaar. Tevens mag echter opgemerkt wordendat men niet langer het Ministerie alleen verantwoordelijk stelt voor hetgeen het tot stand brengt of niet tot stand brengt. Of dit Ministerie ons veelliever of het ons iets belangrijks zal schenkenof het gewichtige kwestiën tot beslissing brengen en in groote nationale behoeften zal kunnen voorziendat zal ook voor een groot deel afhangen van |de Kamer, is van meer dan ééne zjjde gezegd en met recht gezegd. De ondervinding heeft alweder geleerd dat er neg iets meer noodig^ isdan dat de politieke richting van de meerderheid der Kamer en van het Kabinet dezelfde is. Er moet bij de uitvoering van hetgeen door beide verlangd wordt, gemeen overleg bestaan en een helder besef van het onderscheid tusschen hetgeen als hoofdbeginsel steeds gehandhaafd en nooittot geen prijs, verloochend mag worden, en hetgeen opgeofferd kan worden als prijs van dat gemeen overlegdat onmisbaar is voor het bereiken der hoofdzaak. Van dat beleidvan dat politiek inzicht en dien parlementairen tact hangt het af, of de Wetgevende Machtdie door den Koning en dc Staten- Generaaï gezamenlijk wordt uitgeoefendinderdaad bij machte is om ons wetten te geven. Van die gave der on derscheiding heeft, het zij hier in 't voorbijgaan opgemerkt, de tegenwoordige Minister van Financiën als lid der Kamer, bij de behandeling der wet tot invoering «ener algemeene inkomstenbelasting, evenzeer blijk gegeven als zijn voor ganger, de toenmalige Minister Blussé. Evenals toch de laatste zich bereid verklaarde om nader te overwegen of zijn ontwerp na aanneming van het, amendement-Tak, door hem gehandhaafd en overeenkomstig de eischen van dat amer dement omgewerkt zou kunnen worden werd ook de heer van Delden" door de verwerping van zijn amendement op art. 1 der wet niet weerhouden om voor dit artikel te stemmen. Men moet van hetgeen dit Ministerie zal tot stand brengen geen overdreven maar overdreven is altijd een ver- oordeelend woord geen te groote, geen groote noch grootsche verwachtingen hebbenwordt ons volk geraden. Het kan dien goeden raad aannemen ook zonder eenige geringschatting van dit Ministerie als geheel of van zijn leden. "Vooreerst mag hier herinnerd worden wat zoo even over de onmisbare medewerking van de Kamer is gezegd; maar daaren boven is de taak die men aan het Ministerie wil opleggen, waarvan velen de vervulling verwachtenongewoon zwaar. Is nietniet slechts de in! omstenbelasting van den lieer Blussémaar die wijze van belastingheffing zelve in beginsel verworpen? Kan de nieuwe Minister van Financiën met een nieuw ontwerp van een soortgelijke belasting in de Kamer verschijnen Al wil menen te rechtniet op de hande lingen van het Ministerie vooruitloopenen zich bevoegd noch verplicht achten om in deze hoogst moeilijke aangele genheid vingerwijzingen te geven, toch is het raadzaam, zich de ernstige vragen voor oogen te stellen die zich aan het Ministerie opdringen. Is er een andere weg tot belasting- li e r v o r m i n g want niets anders schijnt de cisch van het oogenblikdan cle invoering eener inkomstenbelasting Ook hier moet worden gewaarschuwd tegéii liet haastig uitspreken van een beslissend neenmaar loopt men daarentegen door te groote bereidwilligheid om ijverig te zoeken naar een anderen weg, nu deze schijnt afgesneden, geen gevaar met een minder goeden vrede te nemen en allengs daarvoor zelfs eenige ingenomenheid te gevoelen? Wat de Kamer zou wil len, is vooralsnog zelfs niet te raden. De Minister zal daarom, dunkt ons vooreerst bezwaarlijk eenige van die aanwijzingen kunnen vinden, waarvan een staatsman, met behoud van zijn volkomen zei standigheid, nooit zal verzuimen bij zijn onder zoek en de ontwikkeling zijner plannen gebruik te maken tenzij misschien een alle beweging stremmenden overvloed van aanwijzingen van wat men niet wil. Eu zoo is er althans alle reden voor het stellen van de vraagis liet niet het ver standigst, het meest praktisch, dat onze belastinghervorming, iu den veel omvatt,enden zin van het woord, in den eersten tijd een open vraagstuk blijft, ter bespreking in en buiten het parlementzonder al dadelijk naar de oplossing te streven De tegenwoordige Minister van Financiën staat, overigens op een tamelijk vrij standpunt, Hij heeft zich niet zoo sterk voor een algemeene inkomstenbelasting verklaarddat hij bezwaarlijk met andere voorstellen in de Kamer zou kunnen verschijnen. Immers in de zitting van 30 April zeide hij onder anderen het volgende„Ik ben ook van meeningdat, het zoogenaamde kapitaal in portefeuille billijkerwijze wat meer in de belasting kan betalen dan het nu doeten door deze inkomstenbelasting wordt dit kapitaal mede getroffen. Maar overigens. Mijnheer de President, wil ik wel bekennen, dat, ik niet met groot entkusiasme tot het nemeA van die proef overga. Men kan van eene inkomstenbelasting veel kwaad vertellen zonder bij mij tegenspraak te ontmoeten; maar geene belasting is volmaakttegen elke kunnen allerlei bedenkingen worden gemaakt uit het oogpunt der billijkheid en bij het groote verschil van meeningen wil ik mijne mede werking niet onthouden tot, zulk eene proefneming. Wij zullen zien hoe die maatregel werkt, en hoe ver wij daarmede komen. Daarom zou ik gaarne in den beginne de belasting tot een zeer matig bedrag willen heffen. Bij de onbekendheid en onbemindheid eener nieuwe belasting en de moeilijkheden en misslagen, die altijd aan de invoering daarvan verbonden zijn, is het wenschelijk dat zij niet terstond te zwaar drukke." Hij vereenigde zich alzoo met de voorgestelde wetdoch zonder bijzondere voorbeldezou zich blijkbaar verklaard hebben voor een minder bedrag dan de voorgestelde 2 per cent, en toonde, door hetgeen hierover bij de beraadslaging door hem werd gezegd en door zijn stemmen voor het amen- dement-TAKaan verschillende belastingen naar de verschil lende bronnen van inkomsten (op de Engelsche wijze) de voor keur te geven boven een algemeene inkomstenbelasting. De verbetering onzer verdedigingsmiddelen is te zeer op den voorgrond geschoven en met, volle recht, om haar thans op den achtergrond te kunnen dringen. Geen Regeering mag zich van die taak ontslagen rekenen. Ook van de tegenwoor dige kan daarom een ernstig ter harte nemen van dit lands belang verwacht worden. Maar als zij wil raadplegen wat de Kamer wenscht,voor zoover dit althans uit haar openlijke handelingen is geblekenzal zij vrij wel in het duister rond tasten. Zou zij door vertrouwelijke gedachtenwisseling met invloedrijke leden veel wijzer worden Wat denkt bij voorbeeld de Kamer van de afschaffing der plaatsvervanging? Hier vooral zal de Regeering den moed barer overtuiging moe ten bezitten, en met een juist omschreven, helder toegelicht plan en een warm beroep op de vaderlandsliefde der Vertegenwoor diging het ver brengen ook al zijn de offersdie daartoe van de natie gevergd moeten wordenbelangrijk. Een nieuwe rechterlijke inrichting eischt de Grondu et, reeds sinds drie en twintig jarenwel te vergeefsmaar de eiseh blijft, bestaan, en met, recht. Staan wij hier voor het on bereikbare Het is dezer dagen beweerdmaar wij mogen met die bewering niet instemmen. Was een Thorbecke voor zulk een hopeloosheid vatbaar geweest, hoo schraal zou de oogst zijn, zelfs in vergelijking van het betrekkelijk weinige dat, verkregen isMaar waaromtrent wij wel zouden kunnen instemmen is dit,: laat het groote werk geen schipbreuk lijden op de afschaffing van een paar rechtbanken en kantongerech ten. Een nieuwe rechterlijke inrichting is wel een belangrijke zaakvooral voor zoover daarmede wijziging in den vorm van het burgerlijk en strafproces verbonden ismaar niet in alle opzichten het belangrijkst, onderdeel eener noodzake lijke vernetering onze rechtsbedeeiing. Zij is dc eerste stap om tot verbetering te komen. De Grondwet zelve heeft haar daarenboven vooraan geplaatst. Zijn wij reeds bij dezen eersten stap te veel eischend, dan versperren wij den geheelen weg tot verbetering. Is zelfs censusverlaging, hoezeer ook binnen zekere grenzen tamelijk algemeen gewenscht, zoo zij althans tevens verbete ring zal zijn en niet alleen uitbreiding van den kring der bevoegdheideen eenvoudige zaaknu zij beheerscht wordt door een grondwettige bepaling en verbonden is aan ons belastingstelsel Doch genoeg om te doen ziendat men bij het wachten op de daden van dit Kabinet rekening dient te houden met de moeilijke omstandigheden waaronder het optreedt, en het ernstige en tevens alles behalve eenvoudige der volksbelangen waarin men voorziening wenscht,. Eu nu spraken wij nog maar alleen van de onderwerpen die door het vorig Ministerie op den voorgrond waren geplaatstenofschoon dit Kabinet geenszins verplicht is ze evenzeer op den voorgrond te plaatsentoch aan de orde blijven. En dan de wet, op het hooger onderwijs en waaraan bij een Ministerie - de Vries terstond gedacht wordt de wet op de waterschappen! De fransche gevangenen-, die dezer dagen van Z. M. den Keizer kwijtschelding van hunnen nog overigen straftijd ont vangen hebben, zijn niet 73, ge'ijk indertijd gemeld is, maar slechts 41 in getal. De eenige fransche gevangene, die nog eenigen tijd in Duitschland blijven zal, is een soldaat, die, even als al de overige 41 gedurende zijne krijgsgevangen schap wegens het een of ander misdrijf veroordeeld was, maar bovendien nog zeer onlangs wegens eene poging om duitsche Soldaten te vergiftigen eene tweede veroordecling te zijnen laste gekregen had. Het verzoek om gratie ook voor dezen gevangenen is door den Keizer nog niet bepaald atgewezen maar eene nadere beschikking is door Z. M. nog voorbehouden. Pruisen. De bezoekers der badplaats Wiesbaden onder vinden in den laatsten tijd groot ongerief van eene strike der koetsiersdie zich niet naar het door de politie vastgestelde tarief, hoewel dit eerst onlangs verhoogd was, wilden voegen. Zij vergenoegden zich evenwel niet met eene lijdelijke houding aantermmenmaar lieten die weinge koetsiers, welke nog rei zigers van de station naar de hotels brachten, niet ongemoeid eu wierpen steenen naar de rijtuigen, die passagiers inhielden. Aan deze en dergelijke gewelddadigheden echter heeft de politie spoedig een eipde weten te maken; bovendien heeft zich een stalhouder te Berlijn bereid verklaard om binnen weinige dagen 200 nette rijtuigen te leveren en daarmede volgens het oude tarief in de behoefte van het reizend publiek te voorzien. Dit aanbod is aangenomen en aan dezen ondernemer is uit sluitend concessie voor het rijtuigverkeer te Wiesbaden verleend. De mijnwerkers te Essen enz. hebbenna bijna 6 weken het werk gestaakt, te hebben den arbeid hervat, zonder langer op hunne eischen te blijven staan, op 1500 na, die bij het begin der strike naar elders vertrokken zijn en waarschijnlijk niet zullen terugkeeren. Te Berlijn zijn dezer dagen herhaaldelijk vrij ernstige on geregeldheden voorgevallendie uit eene nietige oorzaak ontstaan zijn. Een vrachtrijder geraakte in verschil met een berlijnsch burger, die verhuizen moestover den prijs waar voor hij diens inboedel zou overbrengen en zette de reeds opgeladen meubelen op de straat neder. Spoedig was eene volksmenigte bijeen, die den vrachtrijder te lijf wilde, zoodat deze door de politie beschermd moest worden. Het is daarop, niet bij ééne worsteling tusschen de politie en het gepeupel geblevenmaar telkens op nieuw vonden op het tooneel van den eersten strijd zamenscholingen plaatsdie met geweld uiteengedreven moesten worden. Er zijn aan beide zijden verscheidene personen meer en minder ernstig gekwetst en aan de omliggende woningen nog al schade toegebracht, die volgens de wet uit de stedelijke kas aan de eigenaren moet worden vergoed. De belhamels der rustverstoorders zijn in hechtenis genomen. Reeds sedert 4 of 5 weken is geheel Noord-Duitschland in opschudding ter zake van het verdwijnen van een kind liet, 4Jjarig: dochtertje van een pachter der domeinen, den heer Böckler, uit den omtrek van Stettin. Het kind is hoogst waarschijnlijk gestolen door eene bende zigeunersen in weerwil van de ijverigste pogingen der politie is men er nog niet, iu geslaagd het kind terug te vinden. Prins en prinses von Bismarck hebben den 28 te Yarzin hun zilveren bruilofsfeest gevierd. Daarbij zijn hun door enkele muziek- en zang-vereenigingen uit den omtrek serenades gebracht. De feestviering heeft zich overigens tot den hui- selijken kring bepaald. Ook aan de soldaten van het garnizoen te Posen is in de afgeloopen week hoofd voor hoofd door de sergeanten afge vraagd of zij oud- dan wel nieuw-catholieken waren. Een groot gedeelte der manschappen verklaarde oud-catholiek te zijuanderemeerendeels boven-sileziërs, antwoordden, dat zij geloofden wat. de (oud-catholieke) pastoor Raminski te Kattowitz leert; maar ook zeer vele beleden openlijk hun geloof aan 's Pausen onfeilbaarheid. De bevolking van „Barackia" zoo noemt men de bijna tot eene voorstad van Berlijn sedert het, voorjaar aangegroeide verzameling van barakken, lepten en andere geïmproviseerde woningen dreigde dezer dagen uit haar verblijf verdreven te worden. Het schijnt,dat de politie eindelijk van haar reeht gebruik wilde makenniet alleen om het opslaan van nieuwe dergelijke woningen te belettenmaar ook om de zonder haar verlof indertijd opgerichte barakken te doen af breken. Den 30 heeft zich echter eene deputatie van genoemde bevolking tot den eersten burgemeester Hohrecht gewend, om het haar dreigende gevaar aftewenden. De burgemeester heeft daarop aan de bewoners der barakken vergund om voorloopig nog in hunne tegenwoordige woningen te blijven, totdat op een door de stad met dit, doel algestaan terrein regelmatige houten woonhuizen voor hen zouden zijn opge richt waarin zij dan zoolang verblijf zouden kunnen nemen, totdat door de vele nieuwe bouw-ondernemingen eindelijk voor gced een, einde gemaakt zou zijn aan het bestaande gebrek aan huizen. Beieren. De feestviering ter gelegenheid van het 400jarig bestaan der hoogesehool te Munchen heelt den-31 een aan vang genomen met de ontvangst der verschillende deputatiën. Professor von Sylel, uit Bonn, namens de duitsche, professor Max Muller, uit Oxfordnamens de buitenlandsche hooge- scholenprofessor Ernst Curtiusnamens de bij het feest vertegenwoordigde geleerde genootschappen, hielden toespraken van gelukwensching. De minister von Lutz bracht de geluk- wenschen des IConings over en deelde mededat Z. M. bij deze gelegenheid eene beurs gesticht, had voor studenten in de geschiedenis. Het brusselsche gemeenteraads-lid Bochart is den 24 door de rechtbank van eersten aanleg te Brussel veroordeeld om 1 aan curatoren in het faillissement-Langrand uittebetalen eene som van 6000 fr., met de daarop verschenen interestenin restitutie van door hem indertijd van genoemde bankier ge leende sommen. In het vonnis wordt verklaard, dat de heer Bochart zich van een onder vermeld bedrag begrepen post van 2000 fr. door laakbare practijken in het bezit heeft gesteld. Gedep. Staten van Limburg hebben de op 1 J uli gehouden verkiezingen te Tongeren waar de cathoiieke candidaten en Ged. Staten van Namen die te Namenwaar de liberale candidaten de bovenhand behouden hebbenvernietigd. De gouverneur van Namenhoezeer even als de Ged. Staten tot de clerikale partij behoorende, is tegen deze uitspraak bij den Koning in hooger beroep gekomen. Te Antwerpen heerschte door de vrees, dat de verkiezingen door de Gedep. Staten vernietigd zullen worden, eene groote agitatie, waarom een aantal gensdarmes derwaarts gezonden zijn. Ged. Staten hebben echter zoowel daar als te Mechelen de verkiezingen goedgekeurd. Tegen den afloop van een den 24 te Brugge gehouden roeiwedstrijd is eene overzetpontwaarop zich een veertigtal personen mannenvrouwen en kinderen bevonden omge kanteld waardoor al de passagiers in het water zijn geraakt. Toen dit plaats hadstonden de leden der brusselsche roei club Royal sport nautique) gereed een wedstrijd aantevangen. Zonder zich een oogenblik te bedenken sprongen allen in de rivier en mochten zij de voldoening smaken ombijgestaan door eenige leden van de vreemden-club, binnen een betrek kelijk kort tijdsbestek al de passagiers der pont te redden. Het brusselsche Hof van Appèl heeft den 27 de in eersten aanleg uitgesproken vonnissen tegen de in de zaak van het krankzinnigengesticht van Evere betrokken personen nagenoeg in hun geheel bekrachtigd. Het heeft alleen de tegen de 2 directeuren llenri en Hugo van Leemc en den geneesheer van Holsheeck ingebrachte beschuldiging van valschheid in geschrifte verworpenomdat de registers van het gesticht naar zijne meening niet onder „openbare geschriften" be grepen kunnen worden. De 3 beschuldigden hadden zich volgens het inzien van het Hof, enkel aan het doen van „logenachtige mededeelingen" schuldig gemaakt. Deze wij ziging in het vonnis heeft eene vermindering der gevange nisstraf van Hugo van Leeuw van 32 tot 17 maanden ten gevolge gehad. Zij heeft echter op den duur der gevange nisstraf van dr. van Holsheeck (18 maanden) geen invloed uitgeoefend. De andere van Leeuw, de vader, is, zooals men weetvoortvluchtig. De straffen der overige beschuldigden den oppasser Spellekens en de 2 vrouwelijke suppoosten zijn bevestigd. De opgelegde boeten hebben geene verandering ondergaan. De Koningin is den 30 bevallen van eene prinseszoo voorspoedigdat de hooge beambtendie volgens de wet het proces-verbaal der geboorte moeten teekenente laat aan het paleis zijn gekomen. Bij kon. besluit is de onteigening ten algemeenen nutte toegestaan van al de perceelennoodig voor den bouw der maritieme etablissementendie, ingevolge de aan dr. Strous- herg verleende concessiegrootendeels op het terrein der zuider-citadel van Antwerpen zullen worden opgericht. De regeering is overgegaan tot het opheffen der maatregelen van voorzorg,.nagenoeg 2 jaren geleden tegen het doordringen der veepest over de zuidelijke grenzen des lands verordend. Tegen zekeren pater Smaelen te Yperen is eene rechtsver volging ingesteldhij was van daar naar Brussel gekomen en ondanks het verzet der dienstbodendoorgedrongen tot het ziekenvertrek van prof. Altmeyerdie in de zitting van den gemeenteraad door eene beroerte getroffen wasen als vrijdenker willende sterven reeds 2 malen den pastoor der minnebroeders had doen afwijzen. De professor is aan de betere hand. De rechtbank te Dendermonde heeft den kolenhandelaar Podevyn, wegens 46 vergrijpen, als lid der weldadigheids commissie te Aalst gedurende 5 of 6 jarenten koste der aan zijne zorg toevertrouwde bedeelden, door inhouding van onderstand gepleegdveroordeeld tot, 1 jaar gevangenisstraf en tot geldboetenten bedrage van 700 a 800 fr. De rechtbank te Mechelen heeft zekeren Perbaet wegens laster tot 8 dagen gevangenisstraf en 26 fr. boete veroordeeld. Na als getuige in de enquête ter zake der verkiezingen al daar geboord te zijnhad hij openlijk verklaard 5 fr. van een candidaat der liberalen ontvangen te hebben om voor de candidaten dier partij te stemmenmaar dat hij desniettemin zijne stem aan de clericalen had geschonken. Volgens le Siècle, zullen de gewezen genl. Cremer en de heer de Serres van het door den krijgsraad te Lyon tegen hen geslagen vonnis niet in revisie komen. De burgers van Petite Pierre hebben gemeendook van hunne zijde een eerbewijs aan den moedigen verdediger dier vesting, den sergeant-majoor Boeit zte moeten schenken, en hebben hem eene uit vrijwillige bijdragen bekostigde eere sabel aangeboden. Aan den maaltijd bij den President Thierswaarbij aan Boeltz het ridderkruis is overhandigd hebben verscheidene generaals en hooge burgerlijke staats beambten aangezeten. Gelijktijdig met de grève in het mijndistrict in Henegouwen is ook in verscheidene noordelijke departementen van Frankrijk, Pas-de-CalaisSomme en het Noorden, eene werkstaking onder de bevolking der kolenmijnen aangevangendie spoe dig eene groote uitbreiding erlangde en ten slotte eene veel ernstiger karakter dan de grève der Borinage aangenomen heeft. Op verscheidene plaatsen zijn de mijnwerkers met de troependie naar de in verzet verkeerende punten waren afgezondenin botsing gekomen. Te Denain, bij Valencien nes en te Billy-Mont.igny is een mijnwerker om het leven gekomen. Een aantal belhamels zijn in hechtenis genomen. Ook op andere plaatsen zijn buitensporigheden en oproerige daden gepleegd en er is zelfs een regiment uit Parijs naar het tooneel der onlusten gezonden. De President Thiers heeft den prefecten der genoemde gewesten en den militairen bevelhebbers daarvan nadrukkelijk gelast de orde te hand-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1872 | | pagina 1