iSHtlaxigc en Ëcrlnmi. BliitiEaml. Turkije. Oosteiirffk- iSwïignrijc. Italic. Spanje. verlichting, van kristal, glas, aardewerk en porcelein5 p.c. van geweven goederen. De gemeenteraad van Nancy heeft met eenparige stemmen besloten, den heer Thiers met aandrang uittenoodigen, gevolg te geven aan zijne vroeger aan den maire gedane toezegging, om de stad te bezoeken, zoodra de vreemde krijgsmacht het land ontruimd en Nancy een fransch garnizoen bekomen zou hebben. In eene volgende raadzitting heeft een der leden voorgesteld, ook den maarschalk Mac Mahon in de uitnoo- diging te begrijpen, maar na langdurige discussie is besloten, dat daarvoor geene termen bestonden, dewijl de oorspronkelijke noodiging van den heer Thiers tot een vroeger tijdperk be hoorde. De raad heeft echter tevens verklaard, dat hier aan geenerlei daad van oppositie, noch aan eene staatkundige manifestatie gedacht moest worden, en dat hij voor den per soon van den President den meesten eerbied koesterde. De heer Ihiers heeft intusschen voor de uitnoodiging bedankt om alle aanleiding tot spanning te vermijden. De Schach is den 8 met zijn gevolg, in 9 door cavallerie geëscorteerde rijtuigen gezeten, naar Versailles gereden. Hij droeg een eenvoudig zwart costuum en het grootkruis van het Legioen van Eer. Het eerste bezoek legde hij af bij den voorzitter der Nat. Vergadering, bij wien de verdere leden van het bureau der Kamer tegenwoordig waren het tweede bij den maarschalk Mac Mahondie hem de ministers en verscheidene officieren van zijnen staf voorstelde. Na met den President het park van het kasteel rondgereden te hebben, nam hij in de Spiegel-gaanderij deel aan een gala-diner van 150 personen, dat gevolgd werd door eene fête de nuit, waartoe eene prachtige verlichting van de Neptunus-kom en een groot vuurwerk, eindigende in een bouquet van 5000 vuurpijlen behoorde. Het voorlaatste nummer van het vuurwerk be stond in een kolossalen leeuw, omgeven van eene schitterende zon de 2 perzische zinnebeelden. Tegen 11 keerde de Schach naar Parijs terug. Den 9 heeft hij het corps diplomatique ten gehoore ont vangen, waarbij eene oostersche pracht ten toon gespreid en het oostersche ceremonieel gevolgd is; en vervolgens een be zoek gebracht aan het Hotel der Invalieden, waar hij alles nauwkeurig bezichtigd en zich een geruime poos bij de graf tombe van Napoleon I opgehouden heeft. De Schach arbeidt dagelijks met zijnen grootvizier, en dicteert zijne opmerkingen aan een zijner secretarissen, met het doel om na zijne tehuis komst een reisverhaal samen te stellen en door het regeerings blad van Teheran wereldkundig te doen maken. Den J0 is op de vlakte van Longekampsin het Bosch van Boulogne, ter eere van den Schach eene wapenschouwing gehouden over het leger van Parijs en Versailleswaarbij 80000 man van 's middags 3 tot 7 uren onder de wapenen waren. De maarschalk-President en de Schachbeide door een schitterenden staf gevolgdhebben de gelederen langs geredenwaarna de Schach en zijn gevolg plaats namen in eene prachtige tribunenaast die der leden van de Nat. Vergaderingen de maarschalk met zijnen staf daar tegenover. Het defileeren had met de meeste orde plaats zonder dat door de krijgslieden eenige kreten zijn aangeheven. De hertog v. Aumale bevond zich als oudste divisie-generaal bij den staf van Mac Mahon. De Schach heeft den voor zitter der Nat. Vergadering zijne verwondering over de voortreffelijke houding der troepen betuigden na zijne terugkomst te Parijs den maarschalk-President door zijner voornaamste beambten zijne gelukwenschen daarmede, alsmede het grootkruis der perzische orde in diamanten doen aanbieden. Gelijke onderscheiding is ook aan de heeren de Broglie en Buffet verleend. Den 11 heeft de Schaeh het paleis van het Luxembourg de hoofdkerk Notre-Dame en de Mijn- of Ingenieursschool, en het Diorama in de Champs-Elysées bezochtwaarin een tafereeel van het bombardement van Parij^ is tentoongesteld, bezocht. In de sacristie der hoofdkerk heeft hij met veel belangstelling de bebloede gewaden der 3 achtervolgens op gewelddadige wijze omgekomen aartsbisschoppen van Parijs bezichtigd, 's Namiddags heeft hij in het Palais-Bourbon een tegenbezoek van den President-maarschalk en van den hertog de Broglieen bezoeken van verscheidene deputaliëno.a. van den israëlietischen kerkeraad van Parijsontvangenen 's avonds eene voorstelling in het Cirque van de Champs-Ely sées bijgewoond. Nog later heeft hijdoor den minister van onderwijs en schoone kunsten geleid, de antieke zalen en de beeldengalerijen van de Louvre, die electrisch verlicht waren, bezocht. Den 12 heeft hij op de vlakte van Longckamps de ter zijner eere door de Maatschappij tot veredeling van het paardenras gehouden wedrennen bijgewoond. Het feest, door de stad Parijs aangebodenis door hevige windvlagen en regenbuien ten deele mislukt. De draperiën der 3, voor deu Schach en de verdere hooge genoocligdenop het Tro- cadero opgerichte reusachtige tenten hebben veel geleden en de illuminatiehoewel in sommige opzichten prachtig heeft niet het effect opgeleverd dat er van verwacht was. De verlichting van eenige hoofdgebouwen met bengaalsch en electrisch licht is echter volkomen geslaagd. De toortsen en giorno-lantaarnswaarmede de monster-taptoe van onge veer 5000 tamboershoornblazers en muzikanten begeleid werdzijn meerendeels uitgewaaid. Een eigenlijk gezegd vuurwerk is niet afgestoken, maar er zijn gestadig vuurpijlen opgegaan en op vele punten cascades ontstoken, en ten slotte is een bouquet van verscheidene duizenden vuurpijlen opgelaten. De graaf v. Parijs is gedurende dit feest door Mac Mahon voorgesteld aan den Schach, die het verlangen had te kennen gegeven om hem te ontmoeten. Den 13 heeft hij de schilderijzalen van de Louvre be zichtigd en 's avondsafgehaald door den maarschalk Mac Mahon (die 's middags zijne residentie van Versailles naar het Elysée had verplaatst), eene gala-voorstelling in de Opera bijgewoondbestaande uit de derde acte van la Juive en voorts uit eene keur van balletten waaraan hij boven dra matische voortbrengselen of zangspelen de voorkeur gaf. Den 11 heeft de Schach de generaals en verdere hoofd officieren van het leger van Parijs en Versailles, op zijn ver langen, bij zich ontvangen en hen vele inlichtingen gevraagd omtrent de inrichting van den generalen staf, van de gens- darmerie, van de pompiers enz. Voorts heeft hij den Jardin des Plantes, het Muzeiim van Natuurlijke Historie en de fa briek der Gobelins en 's avonds het Palais-Royal bezocht, in welk laatste hij in verschillende winkels aankoopen heeft ge daan. Sommige zijner hovelingen deden in den Acclimata- tie-tuin aankoopen van dieren en planten, bestemd voor de stichting eener gelijksoortige inrichting te Teheran. De duitsche militaire overheden en de prefecten in de nog bezette departementen hebben de bevolking vermaand om gedurende de weinige dagen, welke de occupatie nog duurt, hare kalmte te bewaren en alle botsingen te vermijden. De lyonsche prefect Ducros is naar Versailles ontboden en heeft aldaar een onderhoud met den minister Beulé gehad. Dien ten gevolge heeft hij de raadsleden gemachtigd om ter zitting te komen op vertoon van hun convocatie-biljet. In de eerst gehouden vergadering is eene credietaanvraag van 100000 fr. ingediend, ter bestrijding der kosten van ontvangst van den Schach vau Perzie. In een brief van den president der departementale com missie aan den president van den Algemeenen Raad der Rhöne wordt de bijeeuroeping van dien Raad, als dringend noodzakelijkgevraagd. De lyonsche bladen la France Républicaine en le Progrès zijn het een opgeheven, het ander voor den tijd van 2 maan den geschorstop last van den genl. Bourbakiwegens artikelen welke daarin den 7 zijn opgenomen geweest. Nationale Vergadering. Den 7 is. op voorstel van graaf de Vouhet, besloten om ter gelegenheid van het verblijf van den Schach tot den 11 uiteentegaan. Het crediet voor de kosten van ontvangst van dien Vorst is met alg. st. aangenomen. Een voor stel van den heer Villain, om de wapenschouwing op den 10 en corps en voorzien van de officiëele insigniën bijtewonen, en wel, om niet door het publiek verdrongen te worden, in eene afzonderlijke tribune, is, na een langdurig debat en na 2 twij felachtige stemmingen met zitten en opstaan, met 317 tegen 249 st. aangenomen. De aanvraag van den heer Lanty, om de regeering te interpelleeren over het voortduren van den staat van beleg in een aantal departementen werd dooi de rechterzijde begroet met het geroep„over 3 maanden Na de vacantie De minister Beulé liet het aan de wijsheid der Vergadering over om te beslissen, of het niet wenschelijk was om die interpellatie tot na de terugkomst der Kamer uittestellen. De voorsteller wenschte haar daarentegen op den 14 bepaald te zien. Zulks werd echter verworpen en de tijd van behandeling op 15 Nov. bepaald. Tot de tweede lezing van de wetsvoordracht omtrent de legerorganisatie werd zonder discussie besloten. De minister Magne heeft den 9 aan de budj et-commissie de volgende mededeelingen gedaan: hij en zijne ambtgeuqoteu hadden op de door het vorige bewind in Maart ingediende project-begrootingen 40j miljoenwaarop 23 m. op die van ■oorlogweten te bezuinigen. Het eindcijfer der uilgaven zou evenwel slechts eene geringe vermindering ondergaan omdat hij 33J. wilde besteden voor het voldoen van den waar borg van interest aan de spoorwegen, welk bedrag het vorige gouvernement door eene leening had willen verkrijgen, 4 mil joen ter bestrijding der na Maart aan de departementen en aan Parijs toegekende schadevergoeding, en 968,000 fr. voor eene transactie met het zoogenaamde Deposito-fondsten gevolge waarvan het zich weder zou kunnen belasten met de uitbetaling der staatspensioenenwelke over de loopende dienst, bij uit zondering rechtstreeks door de schatkist geschiedt. De regeering trekt de belasting op de grondstoffen, welke 93 m. moest opbrengen, in en ziet af van de door de vorige regeering, ten bedrage van 39j m., voorgestelde heffing van opcenten op de grond- en andere voorname directe belastingen, üaat- voor stelt zij voorverhooging der registratierechten met 20, eene belasting op de geweven goederen van 60, op verschil lende andere artikelen van 32 op de dagbladen van 10, op de assignatiën van 10 en op de brievenposten) van 1TV miljoen. Den 11 heeft de voorzitter, na de lezing der notulen, eenige woorden gewijd aan het militaire schouwspel van den vorigen dag, waarbij hij de organisatie en de houding van het leger roemde en daarvoor „in de eerste plaats" hulde bracht aan den maarschalk-Yoorzitter der republiek. Deze toespraak werd herhaaldelijk toegejuicht, maar den volgenden dag heeft de hertog de Choiseul-Praslin zich er over beklaagd, dat de heer Buffet in zijne lofspraaak den heer Thiers geheel over het hoofd gezien en dus slechts uit naam eener enkele partij gesproken had. De heer Baragnon verklaarde hierop, dat de bewondering der Kamer voor het leger eenparig was geweest, en dat de heer Thiers te veel vaderlandsliefde bezat om te willen, dat zijn naam tot een fakkel van tweedracht gebezigd werd. Den 11 is nog beraadslaagd over de tweede lezing van het door de vorige regeering ingediende wetsontwerp tot invoering der rechtspraak door gezworenen in de koloniën. De conservatieve meerderheid vreest, dat de crimineele recht spraak daardoor in handen der kleurlingen zal geraken en in denzelfden radicalen geest zal uitgeoefend wordendien de vertegenwoordiging der koloniën in de Nat. Vergadering ken merkt. De voorstanders der wet noemen dit overdrijving en beweren, dat de voordracht voldoende waarborgen tegen de gevreesde gevaren aanbiedt. Op voorstel van den minister van marine en koloniën is besloten de verdere beraadslaging te verschuiven, totdat door eene intestellen enquête meer licht over deze kwestie zal zijn opgegaan. Door den minister van handel en landbouw werd een wetsontwerp ingediend tot intrekking der belasting op de grondstoffen, welke, vol gens zijne verklaring, in plaits van 93 miljoen, weinig meer dan 2 miljoen zou opbrengen. Omtrent de middelen, waar door de regeering de intetrekken belasting wenscht te ver vangen' {zie hier boven), heerschte eenstemmigheid tusschea haar, den Raad van State en den Hoogen Raad van Handel. Door de, intrekking zouden de laatstelijk met Engeland en Belgie gesloten, maar nog niet geratificeerde handelsverdra gen vervallen. Er zouden met die Rijken onderhandelingen worden aangeknoopt om de vroeger bestaan hebbende ver dragen tot 1876 van kracht te doen verklaren. DeD 12 zijn de koloniale Afgevaardigden Bloncourt en Mahy, bij het voorlezen van de notulen der vorige zitting, in he- vigen twist geraakt met den heer de K erdrel, die gezegd had, dat eene partij in het moederland tweedracht en muiterij in de koloniën aanstookte, terwijl zich uit het zittingsverslag liet afleiden, dat hij van eene in de koloniën zeiven bestaande oproerpartij had gesproken. Bij dien twist zinspeelde de heer de Rerdrel op de door den heer Oambetia te Grenoble ge bezigde uitdrukking „maatschappelijke sferen" waarop laatst genoemde, onder het reeds hevig tumult, het woord nam. De heer Benoist d'Azy, die het voorzitterschap waarnam (de heer Buffet was den Schach gaan bedanken voor het hem vereerde grootkruis der perzische orde), trachtte te vergeefs stilte te erlangen en schorste ten laatste de zitting. Na de hervatting nam den heer Gambetta weder het woord, om zijne uitdrukking, waarvan men volgens hem geheel teu onregte „eene roode vlag trachtte te maken", toe te lichten. Hij verwierp de tegen zijne partij gerichte aanklacht, dat zij tot burgeroorlog aanzette, beschuldigde de Kamer van den toeleg om het algemeene stemrecht opteheffen, en voorspelde aan de tegenpartij een gelijk lot op dien weg als harer voorgangster, de Wetg. Vergadering. Deze taal verwekte een nieuwen en geducht en storm. De minister Ernoul, den heer Gambetta beantwoordende, heeft geconstateerd, dat het tegenwoordige gouvernement zijn ontstaannietzooals zijne tegenstanders beweerdenaan een coup d'Etatmaar aan de stemming eener wettige meerderheid te danken heeft gehad. Den 14 heeft de voorzitter Buffet gezegd, dat hij meende de tolk van allen te zijn, toen hij hulde bracht aan het leger. Indien hij de verdiensten in het licht had willen stellen van de hervormers van het leger, dan zou hij naast den heer Thiers den maarschalk niet vergeten hebben die sedert 5 weken aan het hoofd van het bewindmaar sedert 2 jaren aan het hoofd van het leger staatnoch de Vergaderingnoch de generaals. Maar waarschijnlijk zou hij geaarzeld hebben om deu heer Thiers recht te doen wedervarenindien hij zicli te binnen brachtdat hij op 24 Meieene hulde aan den aftredenden President willende brengendaarvan door het afkeurend geroep der linkerzijdevan den heer de Choiseul niet het minst, weerhouden was, terwijl die zelfde heer hem nu ondankbaarheid verwijt. Na de levendige toejuichingen der Vergadering, heeft de heer de Choiseul geantwoord, dat zijne verwondering op 24 Mei over het spreken van den heer Buffet over den heer Thiers even natuurlijk wasals zijne verbazing en smart op j.l. vrijdag over het stilzwijgen over dien staatsman. Overigens verklaarde hij en zijne vrienden van de linkerzijde den maarschalk Mac Mahon zeer genegen te zijndewijl deze zich boven de kuiperijen der partijen plaatst De heer Bertauld stelde voor om de ministers te verbie den door hen uitgesproken redevoeringen zonder machtiging der Kamer te doen aanplakken; de urgentie, door de uiterste rechterzijde met kracht bestredenwerd niet verleend. Zij werd wel toegestaan voor een voorstel van den heer Paris om den 27 de zitting te schorsen en het tijdstip van her vatting door de te benoemen Permanente Commissie te doen bepalen. De minister Ernoul diende daarop eene voordracht inten doel hebbende om aan de Permanente Commissie de bevoegdheid toe te kennen tot het verleenen van mach tiging tot vervolging van hen die zich aan hoon en belee- diging jegens de Nat. Vergadering schuldig maken. Al de fractiën der linkerzijde kwamen met heftigheid tegen dit voorstel en het verleenen van urgentie daarvoor opzoodat men den minister geen tijd liet zijne korte toelichting voor telezenen deze de vrijheid van het spreekgestoelte in zijnen persoon op de verregaandste wijze geschonden verklaarde. De heeren de PressenséEmm. AragoVillain en Gambetta bestreden met kracht liet voornemen om een prerogatief der geheele Vergadering op eene commissie over le brengen, en de grot heden der rechterzijde, die vooral den heer de Pressensé hevig aanviel en het voorstel aanmerkte als een middel om gedurende het reces den ontbiudingskruistoebt. der radicalen tegen te gaan. De urgentie is ten laatste met eene groote meerderheid toegestaan. De voorzitter deelde mede, dat door een SOtal leden (meerendeels van de uiterste linkerzijde) eene aanvraag was ingediend om de regeering over hare binnenlandsche staatkunde te interpelleeren. Het voorlezen van den naam van Jules Favre deed aan de rechterzijde een luid gemor opgaan, waarover de linkerzijde zich heftig be klaagde. De minister de Broglie verklaarde zich bereid, de interpellatie tegen den 21 aan te nemen. Prins Alfred, hertog v. Edinburgh, de 29jarige, tweede zoon der Koningin, is den 9 naar het vasteland vertrokken en den 11 te Jugenheira, het lustslot van den Groothertog van Hessen, verlootd met de 20jarige, eenige dochter van den Keizer van Rusland. De prins v. IVales en de russische troonopvolger hebben den ll te Woolwich eene wapenschouwing gehouden over de aldaar in garnizoen liggende artillerie, en daarna de ge schutgieterijen, constructiewinkels en tuighuizen bezichtigd. De Schach van Perzie heeft aan de Evangelische Allian tie aan de te Londen en te Bombay gevestigde parsi's en aan sir Mozes Montetioredie hem ten behoeve hunner ge- loofsgenooten in Perzie adressen toegezonden haddendoen antwoordendat in zijn Rijk reeds algemeene godsdienst vrijheid bestaaten dat hij met groote zorg en nauwlettend heid op den weg van rechtvaardigheid tegenover allen zal blijven voortgaan Lagerhuis. Den 15 heeft de minister Gladstone mede gedeeld dat de regeering voor dit jaar afziet van haar voorstel om de appeilen uit Schotland en Ierland ook te brengen voor het in te stellen opperste hof van appèl. Als reden daarvoor haalde hij de woorden van de Times aan dat het beter was de aanneming van eene onvolkomen wet te verzekeren, dan de kans te loopen van eene volkómen wet te zien verwerpen. KoLONiëN. Van de Goudkust zijn ernstige tijdingen ont vangen. Den 11 of 12 Juni is een troep ashantijnen openlijk in de straten van Elmina verschenen en door de inwoners van alles voorzien wat hij verlangde. De gouverneur, vreezeude dat de vrij groote en goedgebouwde stad eene schuilplaats zou worden voor eene tegen het kasteel optrekkende macht, heeft daarop gedreigddat hij haar zou verwoestenindien niet binnen één uur alle daarin aanwezige vijandelijke wapens uitgeleverd werden; maar aan alle goedgezinden, die den eed van trouw wilden afleggen, bood hij eene schuilplaats in het kasteel aan. De stad is vervolgens door de engelsche troepen en zeelieden in brand gestoken en door de booten der oorlogschepen be schoten. Den 4 en 6 zijn te Donquah, een dorp, 15 mijlen van Cape Coast, hevige gevechten geleverd tusschen de ashantijnen en fantijnen, met het gevolg, dat de laatste met groot verlies uit hunne stellingen en naar Cape Coast Castle op de vlucht gedreven werden. Die stad, waarin meer dan 30000 menschen eene toevlucht gezocht hebben, was door fantijnen overstroomd. Er heerschte groote ellendedoor gebrek aan voedsel en drinkwater, en het groot aantal zieken, zoodat er 140 poklijders in het burgerhospitaal lagen. 2 Stoom- bootendie leeftocht zouden aanvoeren hebben schipbreuk geleden. De Barracouta is den 8 ter reede gekomen met den kolonel Festing en detachementen marine-artillerie en infanterie. Deh 13 zijn 3'00 in het kreupelhout verborgen geweest zijnde ashantijnen tegen het fort van Elmina op gerukt maar door de met de Barracouta aangebrachte ma riniers en die der ter reede geposteerde oorlogsvaartuigen en door hoessa's met een verlies van 300 dooden en vele gekwetsten teruggeslagen. Van de engelsehen sneuvelde 1 marinier en werden 7 man gekwetst. Rondom Cape Coast Castle waren 50000 ashantijnen samengetrokkendie een aanval beraamden. De Khan van Khiva is in het russische leger gekomen en heeft verklaard, dat hij een vazal was van den Keizer. Hij is daarop door den genl. Ka/iffmam in zijne waardigheid hersteld, en heeft den 24 Juni een manifest uitgevaardigd, waarin hij uit dankbaarheid de slavernij in zijn gebied voor eeuwig afgeschaft. Voor den duur van het verblijf der russen zijn buitengewone administratieve ambtenaren in Khiva aan gesteld. De genl. Kauffmann heeft naar Perzie getelegrafeerd, opdat aldaar toebereidselen zouden gemaakt worden voor de ontvangst der uit Perzie afkomstige slaven, die naar hun va derland wenschen terug te keeren. De regeering heeft aan de grieven van den nationalen raad en de bevolking van Candia recht laten wedervaren door den gouverneur naar Brussa te verplaatsen en een ander staatsbeambte in zijne plaats te benoemen. Het dagblad Bassiret is wegens het mededeelen van valsche nieuwstijdingen (het had het vertrek eener turksche flotille naar Sumatra aangekondigd) geschorst. Oostenrijk. De Keizer heeft den directeur-generaal der wereldtentoonstelling, bn. v. Schwarztot grootkruis der Erans-Josef-orde benoemd. Het door verscheidene Weener bladen gemelde en door buit.enlandsche couranten overgenomen bericht, als zou de directie der Weener tentoonstelling geldgebrek hebben, wordt in Augburgsche Allgemeine Zeitung tegengesprokenonder verzekering, dat genoemde directie van de 1e harer beschik king gestelde 17 miljoen gulden nog 4 miljoen over Reeft. Een officier der reserve teWeenen, de jonge baron Heine, iswegens feitelijk verzet tegen en beleediging van een schildwacht, veroordeeld tot 15 maanden zware kerkerstraf, 100 gulden boete en verlies van zijnen adel. De ministeriëele crisis, ontstaan door het op 25 Juni door de Kamer van Afgevaardigden genomen besluit om de be handeling der door het kabinet-Lanza-Sella voorgestelde finuneiiele weiten tot November te verdagen, is den 10 Juli geëindigd. Het nieuwe bewind bestaat uit de heeren Minghelti voorzitter en financiën, Cantelh binn. zaken, Figliatd justitie, Spaveata openbare werkenFinali landbouw en koophandel, kapt, ter zee (bevorderd tot s. b. n.) Saint-Bon marine benevens de ledeu van het vorige ministerie Visconti- Venosta, Ricoiti en Scialoja voor buit. zaken, oorlog en onderwijs Ming- hetti was reeds voorzitter van het ministerie van 186264, dat door een volksoploop te Turijnter zake van de overbren ging der regeering naar Elorence, omvergeworpen werd; Cantelli is een voortreffelijk administrateur en behoort in Modena te huis, Spaventa, eem voormalig napolitaansch balling, was secretaris generaal van het pasgenoemde ministerie, Vigliar.i heeft zich in zijne langdurige rechterlijke loopbaan in Piemont als een uitstekend rechtsgeleerde doen kennen. Het ministerie zal in de eerste plaats zijne aandacht wijden aan den financiëelen toestand, zoowel in verband met de budjetten van oorlog en openbare werken, als met het oog op den gedwongen koers van het papieren geld. De zitting der Kamer en van den Senaat is verdaagd. De heer Berdtez de Tugovoorzitter der finaneiëele com missie, heeft in de Cortes betoogd, dat de natie met een jaarlijksch inkomen van 19(10 miljoen realen en met eeue schuld, die een dergelijk bedrag aan rente draagt, onmogelijk aan hare verplichtingen kan voldoen, en er dus. naar de meening van hem en vele Afgevaardigden, niets anders overschoot dan de tegenwoordige schuld als tegen haar nominaal bedrag aflos baar te beschouwen, daarvoor jaarlijks 600 a 710 miljoen realen uittetrekken en inmiddels geene rente te betalen. De minister van financiën arvajal is hiertegen terstond nadrukkelijk op gekomen en heeft, onder luide toejuiching, namens de regeering verklaard, dat Spanje's financiën, ofschoon in moeilijke, ech ter niet in wanhopige omstandigheden verkeeren, omdat de Staat de middelen bezit om op waardige en ridderlijke wijze zijne verplichtingen na te komen. Waren de orde maar her steld en het vertrouwen herleefd, dan zou de schatkist, zon der de natie te zware lasten opteleggen, aan al hare verplich tingen kunnen voldoen. Men verzekertdat de ministerraad de finaneiëele plannen van den minister Carvajal heeft goedgekeurdwelke bestaan in het sluiten eener leening van twee miljard realenge waarborgd door de uitgifte van hypothecaire schuldbrieven ten bedrage van één miljard rialendoor de opbrengst der nieuwe belastingen ten bedrage van 700 miljoen realen en voor het overige door het oorlogsmateriëel en de mijnen van Riotinto. De Gaceta van den 9 behelsde eene circulaire van de re geering aan de natie, waarin gezegd werd, dat eene uiter ste poging werd voorbereid om aan den burgeroorlog een einde te maken. De regecring deed een heroep op alle Spanjaarden en verklaardedat zij de soldaten onder de wapenen zou houden totdat de binnenlandsche vrede geheel hersteld zou zijnen dat zijindien noodigde reserve onder de wapenen roepen zou. De heeren Castelar en Salmeron hebben met de aanvoerders der intransigentes onderhandeld. De generaal Bouvilas heeft zijn ontslag genomen. De heer Ardanaz, voormalig minister, is overleden. Eene 3000 man sterke kolonne carlisten onder Saballs heeft bij Repoll eene 1000 man sterke kolonne regeerings- troepen onder Cabrinetty overrompeld. Cabrinetty is gesneuveld en het grootste gedeelte zijner kolonne is gevangen genomen. De kolonne Vega en een detachement van het garnizoen van Vich hebben de carlisten, die zich van Sanquirde hadden meester gemaakt, aangevallen en met, den bajonet-verdreven. De republikeinen staken er de fabriek in brand, mishandelden de vrouwen, plunderden de stad en namen zooveel zij slechts dragen konden mede, een en ander onder voorwendsel dat de bevolking carlistisch gezind was. Te Alcoy hebben 3000 werklieden den arbeid gestaakt. De internationalisten aldaar hebben den 11 het stadshuis waarin eenige civiele garden en vrijwilligers de wijk genomen hadden, belegerd, den alcade gefusilleerd, een lütal huizen verbrand en gedreigd de gijzelaars te fusilleeren, indien de troepen hen aantastten. Eene sterke troepenmacht, onder den genl. Ripoll, is derwaarts gezonden, en de Cortes hebben een votum van vertrouwen in de regeering uitgebracht, met aan beveling oin de bewerkers der ongeregeldheden zonder genade te straffen. Den 14 is de genl. Vilarde de oproerige stad binnengerukt en de militie aldaar door hem ontwapendde voornaamste hoofden van den opstand zijn ontkomen. De internationalistenaangevoerd door zekeren Galvez hebben zich ook meester gemaakt van Carthagena en aldaar een comité van algemeen welzijn ingesteld. De troepen heb ben geen deel aan den opstand willen nemen en de stad verlaten. Genl. Contreras heeft het bevql over de opstande lingen op zich genomen. Er is eene voldoende krijgsmacht tegen hen afgezonden, maar de minister van oorlog Aie mede naar Carthagena vertrokken washeeft niet verder kunnen komen dan tot Palma. Te Barcelona is eene manifestatie tegen de carlisten op touw gezet. De burgerlijke gouverneur gaf aan de deelnemers te kennen, dat men niet door dergelijke rustverstoring de car listen ten onder kan brengen, maar door hen op het slagveld te bestrijden. De internationalisten hebben echter den 14 de fabrieken en werkplaatsen doen sluiten en de werklieden bijeengeroepen tot. eene groote op het plein van Catalonie te houden manifestatie. Aldaar hebben verschillende personen het woord gevoerd waarbij zij de werklieden opruiden om het voorbeeld, door Alcoy gegeven, te volgen en in kerken en gemeentehuizen brand te stichten. De meeste daar aan wezige werklieden hebben hen echter uitgefloten, en de ge wapende macht heeft hun het noodige ontzag weten inte- boezeinen. Het detachement van Puenta Ren ia heeft- zich aan de car listen overgegeven en de wapenen en 2 kanonnen in de han den van laatstgenoemden overgeleverd. De carlisten hebben in Cuenya 40 vrijwilligers gefusilleerd. Nog wordt gemeld dat zij Berga "ermeesterd en het garnizoen van 500 man krijgsgevangen gemaakt hebbenen dat Tristany met zijne legermacht in Arragon den Ebro is overgetrokken. De Cortes hebben in eene geheime zitting besloten, onver wijld de federale constitutie te behandelenaan de regeering vergunnendehierbij niet tegenwoordig te zijnopdat deze zich gansch aan het handhaven der openbare orde zou kunnen wijden. Den 15 heeft de heer Pi y Margall in de vergade- riug erkend eene bijeenkomst gehad te hebben met Afgevaar digden der linkerzijde, en verklaard, dat zijne geestverwanten de formatie van een ministerie uit liet centrum van de linker zijde wenschten. De ministers van binn. zaken, justitie en financiën hebben hun ontslag gevraagd om de formatie van een homogeen kabinet gemakkelijker te maken. De meerder heid der Cortes wil een krachtig ministerie met den heer Salmeron als president. In den nacht van 15—16 Juli is don Carlos op spaansck gebied teruggekomen. Te Hugurnamundy heeft hij de vrij willigers van Lizzaraga verzameld. In eene proclamatie zegt hij„Gehoorgevende aan de roepstem van het zielto gende Spanje kom ik strijden voor mijn vaderland en mijnen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1873 | | pagina 2