No. 36. Vijfenzeventigste Jaargang. 1873. ZONDAG 7 SEPTEMBER. (Officieel 05cbccÜf. Wil rou? ilSïckclijkschc Berichten Eluitselilanri. Helgic. Frankr)]k. A I S6HE e A T. Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag avond te 7 uren. Prjjs per kwartaal O,6 5, franco per post f O, HO, afzonderlijke nommers A Cents. Brieven franco aan de Uitgevers ÏÏERM". COSTER ZOON. De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15 Centsgroote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag 1 uur, wordt voor de plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan; ingezonden berichten een dag vroeger. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen in herinneringdat bij raadsbesluit van 11 Aug. 1869 No. 11 is bepaald, dat de ingezetenendie zich van puin wenschen te ontdoendagelijksuitgezonderd Zon- en algemeen erkende Christelijke feestdagenvan zons opgang tot des namiddags te vier ure het puin kunnen brengen op de plaatsen waar zulks door een bord met het woord puin- plaats wordt aangewezendoch dat het verboden is asch vuilnis of andere stoffen op die plaatsen te werpeningevolge artikel 75 der algemeene politieverordening. Zij brengen verder ter kennis der ingezetenendat bij raadsbesluit van 20 Augustus 1873 bepaald is, dat het puin niet verder dan twee meters ter weerszijden van de paal, waarop het bord met hel woord puinplaats is beves tigd op de straat mag worden geworpen en noodigen hen dringend uitdeze verschillende bepalingen optevolgen ter voorkoming der toepassing van de straffen op de overtreding daarvan gesteld. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 21 Aug. 1873. De Secretaris, NUHOUT van der VEEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis vau de ingezetenendat de gemeente- begrooting voor 1874, heden door den gemeenteraad aange boden gedurende de eerstvolgende veertien dagen, ter lezing op de gemeente-secretarie is nedergelegd en in afschrift verkrijgbaar is tegen betaling der kosten. Burgemeester en IV,et houders voornoemd. Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 2 Sept. 1873. De Secretaris, NUHOUT van der VEEN. POLITIE. Ter terugbekoming aan het commissariaat van politie voor handen het navolgende gevondeneals een boezelaareen diamant, eene damesstrik. Verder zijn aldaar information te bekomen omtrent een gouden oorbel. Lijst, van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn, verzonden gedurende de 1". helft der maand Augustus 1873. J. A. SCHUMANN. Amsterdam; C. SINNIGE, Dordrecht; J. ZONNEVELD, NieuwediepC. J. CLAUSING, Nie- dorper-Verlaat; M. KOPPES, de Rijp; OOYKAAS, Ursem Van de Hulpkantoren: Egmond aan Zee: J. GIJSBREGT, Rotterdam. AoordscharwoudeC. SPAANDER, Amsterdam. Schoor/dam: KAATJE SMIT, Berkhout. Spanbroek: P. WITTENBERG, Mijdrecht. Wijdenes: JANTJE VRIENT, Oterleek. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR maken naar aanleiding van art. 54 der gemeentewet bij deze bekenddat in de raadsvergadering van hedende heer J. G. A. k erhoe/f op nieuw is benoemd tot lid en voorzit ter der vaste commissie van financiënen tot lid der vaste commissie voor de verordeningen tegen welker overtreding straf is bedreigdvan w elke commissiën door zijne aftre ding als lid van den raadhij opgehouden had deel uit te maken. Burgemeester en Ikethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 2 Sept. 1873. De Secretaris, NUHOUT van der VEEN. Wat nu? Die vraag stond in de laatste jaren reeds boven zoo menig opstel aan de beschouwing van onzen staatkun digen toestand gewijddat zij tot de versleten en banale, opschriften gerekend moet worden. Trad er een Ministerie af, «wat nu? werd gevraagd. Werd een belastingwet verwor pen al wederom de vraag«wat nu Een wet op de rechterlijke organisatie, die reeds tien jaren in het Staatsblad had gestaanwerd er eenvoudig weer uitgescheurd. «Wat vroegen belangstellenden en belanghebbenden. «Een BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen bij deze ter algemeene kennis, het volgende door Z.E. den minister van oorlog bepaalde, ten aanzien der vrij willige dienstneming van miliciens bij de Oost-Indische troepen: 1°. dat Z. M. besluit van 29 Julij j.l. voorshands niet van toepassing is op de miliciens der bereden korpsen, die zich in werkelijke dienst bevinden of bun eersten oefeningstijd nog niet hebben volbragt 2». omtrent de toelating der miliciens tot, detachering bij de landmagt dienende in Nederlandse!; Oost-Iudie, gelden in het algemeen de voorschriftendie voor de vrijwillige werving daarbij zijn vastgesteld; in stede van een engage- ments-acte zal door eiken betrokken milicien een bewijs in tweevoud worden geteekend, ingerigt, volgens het hierbij ge voegd model, terwijl voorts geen aanbrengpremie wordt toegekend 3°. de miliciens die, in voege voorschreven, bij de landmagt dienende in Nederlandsck Oost-Indie gedetacheerd zijn, zul len op de stamboeken der korpsen waartoe zij behooren, als gedetacheerd gevoerd worden, moetende enz.; 9». overeenkomstig het bepaalde in art. 123, 4'. der rnili- tiewet, zal bij de korpsen voor ieder milicien die in voege voorschreven wordt gedetacheerd, een man minder voor het blijvend gedeelte, onder de wapenen gehouden of geroepen worden 10°. de bestaande voorschriften omtrent het inleveren van kleeding en uitrustingstukken, het sluiten der rekening in het kleeding- en reparatiefonds en het verrekenen der saldo's schuld, en te goed bij overgang van militairen naar het leger in Indie, blijven van kracht voor de miliciens die op grond van voornoemd besluit bij het leger in Nederlandseh Oost- Indie worden gedetacheerd. De miliciens die bij terugkomst in Nederland in het genot van groot verlof worden gesteld, worden, wanneer zij later bij hunne korpsen onder de wapenen komenop nieuw van kleeding en uitrusling voorzien. De minister beeft nog medegedeeld dat de milicien-ver lofgangers die zich tot detacheering naar Nederlandseh Oost- Indie wenschen te verbinden, zich daartoe, voorzien van de noodige bescheiden, oehooren aanteinelden, bij den provincia len adjudant in de hoofdplaats van het gewest waaruit zij herkomstig zijn of hij den kommanderenden officier van het korps waarbij zij zijn ingelijfd, en dat aan hen na definitieve bekrachtiging van hunne verbindtenis bij het koloniaal werf depot even als aan de vrijwilligers eene gratificatie van f 200,zal worden uitbetaald. Burgemeester en Ik ethouders voornoemd. Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 4 Sept. 1873. De Secretaris NUHOUT van der VEEN. Vóór 16 September as. worden ten st.adhuize ingewacht inschrijvingsbilletten naar eene partij afgekeurde schoolboeken en schrijfboeken. Inlichtingen zijn te bekomen ter gemeente secretarie. De volgende personen worden verzocht, zich ter gemeente secretarie, afdeeling Bevolking, aantemelden Gerardus HooftmanEemmina van RooijenPhilippus Schuyleman, Geertruida Hendrika Hoekstra, Cornelia Heilgeest. nieuwe wet, een andere, een betere,""was het, antwoord. Er werd er een voorgesteld en verworpen. Wat nu werd de vraag, die in den mond van den belangstellenden Neder landschep burger bestorven lag. Is het wonder, dat de be langstelling allengs verminderde en achtereenvolgens plaats maakte voor gemelijkheid ongeduld wrevel Dat die vraag zoo aan de orde is gekomenis op zich. zelf reeds een veeg teeken. Dat er een Ministerie aftreedt of een wet verworpen wordt, is een vrij alledaagsche zaak in een land met een parlementairen regeeringsvorm. Die re geeringsvorm de conservatieven zien dit te weinig in en zijn er niet dankbaar genoeg voor is in den regel een hechte waarborg voor het behoud van liet bestaande °en een groot bezwaar voor de invoering van nieuwe zaken. Waar een alleenheerscher op den troon zitis zijn wil voldoende om alle veranderingen in te voeren die hij goedvindt. De Keizer van Japan schrijft zijn onderdanen eenvoudig een nieuwe kleederdracht en een nieuwe godsdienst voor. Wie weet wat, de hoog gevierde Sjaoh (Schach, SchahChah, Shahof hoe men den titel van dien «Koning der Konin gen" wil schrijven), als hij tot zijn verhongerde landgenoo- ten is teruggekeerdzal verordenen en tot stand brengen Waar de zaken bij decreet, koninklijk besluit, ministeriëele beschikking of anderen regeeriugsmaatregel worden geregeld, ook daar kan het soins verbazend vlug toegaan; maar waar een wet noodig is die door de raadslieden der Kroon moet worden voorgedragenwaarop de Raad van State moet worden gehoord, die de kritiek der geheele dagbladpers moet doorstaan en de goedkeuring moet verwerven van de meerderheid in twee verschillende Kamers, daar gaat het wat moeilijker en wat minder snel, het bestaande door iets anders te vervangen. Daar is het inderdaad noodig, dat zich vooraf de openbare meening, die haar tolk vindt in de Vertegen woordiging ten gunste van den nieuwen maatregel heeft verklaard. De wetsontwerpen, waarbij de nieuwe zaken worden voorgesteld zijn even zoovele proefnemingen die i bij mislukkingde voorstellers in hun val medesleepen. Aan j hoeveel wetsontwerpen en ministeriën kostten in Engeland de emancipatie der Katholiekende parlementshervorming en de herziening der wetgeving omtrent Ierland niet het leven 1 Het verbond tegen de graanwetten werd reeds in 1831 te Manchester opgericht, in 1839 kwam de zaak voor het eerst in het Parlement, en eerst in 1846, geholpen door de mislukking van den graanoogst en de ziekte onder de aardappelen werd de wettot afschaffing van de in\ oer- reehten op de granen na al.erheftigsten tegenstand aangeno men. Niet dat een Minister zijn ontslag vraagt of dat een wetsvoorstel valt, kan ons daarom ernstige redenen tot be kommering geven, maar wel dat herhaaldelijk, schier wan hopig vragenwat nu zonder dat daarop een voldoend antwoord schijnt gegeven te kunnen worden. De uitslag van menige beraadslaging die met verwerping eindigtis toch geen andere dan dezedat het duidelijk is wat men niet wildoch dat niet is gebleken wat men wel wil. En als daar een Ministerie reden meent te hebben om zijn ont slag te vragendan staat daar geen overwegende oppositie gereed om de regeeringstaak over te nemendan ontbreken de aangewezen personen voor het, nieuwe Kabinet. Ook thans heeft het Ministerie den Koning zijn ontslag gevraagden de verschillende dagbladen houden zich bezig met pogingen om een antwoord te geven op de vraag wat nu De moeilijkheid van het antwoord is ongetwijfeld hieraan te wijten, dat de ministeriëele crisis niet is veroorzaakt door een verplaatsing van de meerderheidmaar door het verdwijnen van de meerderheid die de liberale partij in de Kamer bezat. Het aantal leden op wier steun een liberaal Kabinet zou kunnen rekenen, vroeger reeds niet zeer over wegend, is na de laatste verkiezingen gelijk geworden aan dat der tegenstanders. Welk ministerie behoort thans aldus luidt, de vraag naar parlementair gebruiknaar de eischen van den parlementairen regeeringsvorm, het tegen woordige te vervangen Welk advies zou hij behooren te gevendie door den Koning over de samenstelling van een nieuw Kabinet werd geraadpleegd Eigenlijk staan de kansen nog het gunstigst voor een li beraal Ministerie; want staan al de tegenstanders in aantal met de liberalen gelijkdie tegenstanders zijn geen tegen partij. 't, Zal wel niet worden ontkend, dat de staatkundige beginselen der zoogenaamde Katholieke tractie, zooals die, niet door de Tijd of een of ander dagbladmaar onder anderen door het lid der Tweede Kamer den heer Heyden- rijck zijn ontwikkeldbezwaarlijk door de conservatieven kunnen worden onderschreven; toeh zal het die beide par tijen niet moeielijk vallenzich onderling te verstaan over den weg, dien zij, vooreerst althans, gemeenschappelijk kunnen bewandelen. Eenmaal zullen haar wegen uit elkander loopen, ongetwijfeldmaar dat oogenblik ligt allicht niet binnen den gemiddelden duur van een ministeriëel leven. De Katho lieke fractie is altijd bereid bevonden een eind wegs samen te gaan met een reisgenootwiens gezelschap haar een tijd lang van nut kon zijn. Niet zoo bereidvaardig is de antirevolutionaire partijniet zoo meegaande zijn de antirevolutionaire Kamerleden, voor zoover zij kunnen aan gemerkt worden in te stemmen met het gevoelen van de Stan daard en bereid te zijn diens raad te volgen. Volgens dit orgaan is een triple alliantie een onmogelijkheid, en verlaat de antirevolutionair, die met de conservatieven samengaat, zijn eigen vaandel. Wat in 1866 kans van slagen bad, of schoon het weldra bleek niet te kunnen slagen heeft thans zelfs geen kansen meer. «In '66*'— zegt de Standaard had men nog geen verleden bedorven. Men had zulk eeu Kabinet nog niet aan het werk gezien, en kon derhalve over zijn eigenaardige wijs van het land te regeeren nog niet oor- deelcn. I)at was een voordeel, een voordeel dat men thans mist. De droeve herinneringen van 66 tot 69 slapen nog niet. Nog als de dag van gisteren heugt ons de mystf ficatie Mijer. Nog levendig staat ons voor den geest, hoe de eisch van het constitutioneele staatsleven miskend werd.' Die taal laat voor 1 minst aan duidelijkheid niets te wen schen over. en bewijst, dat de Christelijk-historische richting nog van dezelfde meening is als vóór eenige maanden, toen de Standaard schreef: «Heel het land weet thans, dat alge- heele echtscheiding tusschen ons en de conservatieven, bij wettig vonnis, is uitgesproken. Met Rome gaan wij even min saam." Men zal zich daarentegen herinnerendat dit blad nog voor weinige dagen zijn geestverwanten aan spoorde om voorloopig het tegenwoordig liberaal ministerie, ook bij wijziging van personeel, te ondersteunen. Al moge dan ook de Noordstar van een andere meening zijn, „aaneensluiting van de drie fractiën der oppositie" schijnt weinig hoop op een goeden uitslag te geven. Hoe men 't verhele, er zijn onwilligen. En nu moge bet waar zijn dat een bezadigd conservatief Kabinet eenige wetsvoordrach- tem zou kunnen indienendie goeóe kans hadden van aan genomen te zullen wordenalleen door een buitengewone mate van welwillendheid bij de andere partijen zou het een dag kunnen leven. Dat sommige conservatieve organen evenwel den moed hebben om bun partij tot aanvaarding van het bewind aan te sporen, is inderdaad zeer vleiend voor de liberalen. Het bewijst, dat, zij hun genoeg zelfverloochening toeschrijven om een Ministerie uit de tegenpartij te laten leven. Maar vreemd klinkt het in elk geval, dat dezelfde partij, die den liberalen toeroept: doet afstand van de mi nisteriëele zetels, want slechts de helft der Kamer is bereid u te steunen, er zelf geen bezwaar in ziet de ledige plaatsen in te nemen, ofschoon vooraf wetende dat minder dan de helft aan hare zijde staat. Wien het aan moed moge ontbrekenhet Dagblad zeker meten daarvoor heeft het goede redenen. Een conservatief bestuur zou alles op den weg des bebouds terugbrengen wat door de «liberalistische" "politiek den weg des verderfs is opgevoerd. Natuurlijkwaar men zoo goede verwachting heelt van eigen vermogen, kan het aan goeden moed met talen. «Er valt een ware Augiasstal te zuiveren," zegt het Dagblad, en het laat niet den minsten twijfel blijken, dat het aan den Hercules niet zal ontbreken, die dezen stal zal zuiveren. Wien echter het Ministerie van 1866 heugt, weet ook wat hij van die zuivering heeft te denken, en is tevens overtuigd, dat geen Ministerie 's lands zaken in een andere richting kan leidendan in 1848 is aangewezen, en sinds dien tijdwillens of onwillensmet geestdrift of weerstre vend met vasten tred of strompelend en wankelendis ge- volgd tenzij met verbeurte van zijn leven. Hij ziet zon der vrees de teugels in andere banden overgaanwetende dat de wagen het vastgelegde ijzeren spoor moet volgen derailleert. Hij weet tevensdat dit derailleeren op een paardenspoor niet gevaarlijk is, maaralleen eenig opont houd geeften dat,, als bet een paar malen is gebeurd, den voerman de teugels weer worden ontnomen. W. v. d. K. De regeering heeft moeite om het voor de uitvoering der nieuwe muntwet noodige nikkel te verkrijgen. Zij heeft in J? "llii0en pond tegen 5 th. per pond besteld. De „synodale en gemeentewet voor de oud-catkolieken van tiet Duitsche Rijk,' ontworpen door de in de vergadering van 4 Juni benoemde commissie, is geheel in overeenstem ming met de nieuwe kerkelijke wetten. Het ultramontaacsche hoofdorgaan Germania bestrijdt liet denkbeeld om den 2 September, den gedenkdag der gebeur tenissen van 1870 en 71, tot een jaarlijkschen algemeenen nationalen feestdag te maken. Het acht liet, vieren van fees- ten op een dag, waarop een bloedige veldslag verjaart, onge past. n el heeft de strijd de overwinning gegeven, waarvoor men dankbaar behoort te zijnmaar in de gevolgen eeen zegen, integendeel een vloek, als in geen 200 jaren is gekend eene godsdienstvele. Terwijl de Kerk in boeien geslagen is en in de diepste droefheid verkeert, kunnen hare trouwe zonen niet jubelen en feestvieren. Pruisen. De minister van eeredienst heeft eene instructie uitgevaardigd, waarhij het technische en het wetenschappelijke gedeelte van het in de kerkelijke wet van 11 Mei bedoelde staatsexamen voor aanstaande geestelijken geregeld worden. De cat.kolieke geestelijkheid heeft zich. reeds herhaaldelijk verzet tegen de begrafenis van oud-catholieken op de catlio- lieke begraafplaatsen. Daar het hoog gerechtshof echter be slist heeft, dat de oud-catholieken als leden der catholieke Kerk beschouwd moeten worden, wordt de geestelijkheid in de meeste gevallen door de burgerlijke overheid gedwongen om de begrafenis te doen plaats hebben. Den 28 is de aartsbisschop van Posen, wegens de aan stelling van geestelijken in strijd met de wet, tot eene boete van 200 th. of subsidiair tot 4 maanden gevangenisstraf ver oordeeld. Het openbaar ministerie had eene boete van 500 th. geëisckt. De bisschop van Eulda is denzelfden dag, om der gelijke reden, tot 400 th. boete veroordeeld. De Keizer is den 29 te Rerlijn teruggekeerd. Den 1 Sept. heeft de Keizer, vergezeld van alle leden van het vorstelijk Huis, den eersten steen gelegd voor het nieuwe centrale kadettenhuis te Lichterfelde. Hij heeft den heer Carsten, die het terrein voor de inrichting heeft afgestaan in den adelstand verheven. Beieren. Het bijeenroepen van den Landdag is door liet uitbreken der cholera te Munchen onmogelijk geworden. ^jKiSuN- Leipzig in de laatste avonden her haaldelijk m de afgelegen wijken buitensporigheden gepleegd en sommige huizen geplunderd waren (een herberg, werd zelfs tot op de muren na vernield), trokken den 27 patrouilles de straten door. 3 Militairen zijn door de volksmenigte met steenen geworpenen hebben haar daarop uiteengedreven waarbij met de bajonetten en kolven verscheidene verwon dingen zijn veroorzaakt. Schoten zijn niet gevallen. Ei,zas-Lotharingen. In de kerken der nog tot het bis dom Nancy behoorende kreitsen Chateau-Salins en Saarburg worden de herderlijke brieven afgelezen van den bisschop van Nancy, die geene gelegenheid verzuimt om staatkundige onderwerpen te behandelen; de ontruiming van het fransche grondgebied wordt kerkelijk gevierdde maagd Maria als beschermvrouw van Erankrijk aangeroepen. De 3 Algemeene Raden van het Rijksland zijn den 28 bij eengekomen. Yoor dien van Lotharingen, te Metz, zijn 31 leden opgekomen, waarvan slechts 10 den voorgeschreven eed aflegden. In dien van den Beneden-Elzaste Straatsburg a leden verschenen, die allen den eed hebben afgelegd; 11 leden waren zonder kennisgeving afwezig. Van de 26 le den van dien van den Boven-Elzas, te Colmar, hebben van de 13 opgekomenen 11 den eed afgelegd. Van de 13 overige leden was 1 overledenhadden 3 hun ontslag ingediend schriftelijk den eed geweigerd en 5 verklaard dit jaar niet aan de zitting te zullen deelnemen. De Raad heeft zich on bevoegd verklaard tot het nemen van besluiten en is daarop gesloten. r Den 23 heeft de Koning uit Ostende een bezoek gebracht aan het stadje Tourhout, ter gelegenheid eener aldaar ge- landbouwtentoonstelling, waarvoor niet minder dan stuks vee en een groot aantal landbouwwerktuigen wa ren aangevoerd. Z. M. nam aan een banket van 200 per sonen deel, en was getuige van een optocht der vermaarde vlaamsehe „Ruiters van Hooglede", gevolgd door 200 ver sierde, met mannen, vrouwen en kinderen volgeladen boeren rijtuigen. Van een dier wagens werden bij het passeeren van aen Koning een lOOtal met nationale linten versierde duiven opgelaten. Mevr. Langrand-Dumonceau beeft zich van bet vonnis van i brnsselsche hof van appèl, waarbij zij, wegens medeplich tigheid aan het frauduleus bankroet van haren echtgenoot, 0 m Pjar oevangenisstraf is veroordeeld, in cassatie voorzien. e Antwerpen is door het onweder in den avond van den 25 op 9 plaatsen brand ontstaan. De voornaamste brand was van „de oude waag" een groot gebouw uit de 14«. eeuw, behoorende aan den heer Ceulemans, dat met vetwaren, geest rijke vochten, wol, katoen en koffie gevuld was en geheel vernield is. De schade wordt op 800,00 fr. begroot. Alles was tegen brandschade verzekerd. Het heeft groote moeite gekost, tiet door een slop van de waag gescheiden sehilderijen- muzeum, m welks expositiezalen zich op het oogenblik 1400 a 1500 schilderijen bevinden, te behouden. - Bij de poort van Eeekeren zijn 3 nieuw opgetrokken buizen, bij bet fort r rederickx 2 woningen, en tusschen Aertselaer en Boom is eene groote hoeve in de asch gelegd. Ie Ostende is de bliksem den 25 geslagen op den toren der rieter- en PauLskerk, maar heeft daar en op 5 en 6 andere gericht'1 Waar ingeslagen is, weinig of geene schade aan- De maarschalk Mac Mahon heeft aan het hoofd van den atncaanschen opstand van 1871, den kaïd Bou-Mezragop aandrang zijner hoogbejaarde moeder, die daartoe uit Algiers naar Versailles is gereisdgratie van de tegen hem uitge sproken doodstraf verleend, en die straf veranderd in depor tatiezoodat bij naar Nieuw-Caledonie zal overgebracht worden. De doodstrafwaartoe de postbode Mano door het hot van Agen veroordeeld was, is door den President veranderd in levenslangen dwangarbeid, waartoe hij aanvankelijk door het hot der Gironde veroordeeld was. De parijsche polieie heeft beslag gelegd op een aantal ge denkpenningen die betrekking hadden op de onder de Com mune voorgevallen gebeurtenissen en in een winkel verkocht werden. Zulks heeft aanleiding gegeven tot bet ontdekken der labnek, waar de gebezigde werktuigen en 1100 exem plaren van lood of brons en gedeeltelijk verguld of verzil verd, gevonden zijn. De vervaardiger heeft bij een voorloopig verhoor verklaarddat de penningen niet bestemd waren de vermelde gebeurtenissen te verheerlijken, maar alleen om er het aandenken van te bewaren. Het rechtsgeding in de zoogenaamde „zaak-Gélinier," of van de eemgen tijd geleden in hechtenis genomen bende jonge parijsche dieven, is den 27 voor het hof van assises der Seine afgelbopen. DavidJacquet, Rtchard eneenel9ja- nge vrouwelijke beschuldigde zijn vrijgesproken. Gélinier (15 jaren oud) is veroordeeld tot eene gevangenisstraf van twintig jaren in een buis van correctie; Mouret en Teuzard en 27 jaren oud) tot vijftien jaren dwangarbeid; Re nault (nog geen 17 jaren) tot tien jaren opsluiting. Ier gelegenheid van den 35,n verjaardag van den graaf v. Parijs bevatte de legitimistische Gazette de Dimes een.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1873 | | pagina 1