No. 8
Zesenzeventigste
Jaargang.
1874
ZONDAG
22 FEBRUARI.
<5>fficicel (Bcbeeltc.
Ter gemeente-secretarie is tegen beta
ling van 10 Centen te verkrijgen: DE
VERORDENING OP HERBERGEN EN
LOGEMENTEN, die in alle koffljhuizen,
herbergendraDkwinkelskroegen enz.
op eene zigtbare plaats moet zijn aan
geplakt.
Aanwerving van jeugdig scheepsvolk
Aan weerszijden van hel Kanaal.
2©lckclijïiöchc Berichten.
Diiitsclilaml.
Itclgie.
Frankrijk.
4 L k II A A li S II H E C 0 i
A 14 T.
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag
avond te 7 uren. Prijs per kwartaal f O,OS, franco per post O.&ff,
afzonderlijke nommers 5 Cents.
Brieven franco aan de Uitgevers KELIM'. COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15
Centsgroote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag
1 uur, wordt voor de plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan;
ingezonden berichten een dag vroeger.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de ingezetenen dat de derde sup-
pletoire begrooting, dienst 1873, {heden den gemeenteraad
aangeboden, gedurende de eerstvolgende veertien dagen, ter
lezing op de gemeente-secretarie is nedergelegd en in afschrift
verkrijgbaar is tegen betaling der kosten.
Burgemeester en W cthouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLA1NE PONT.
17 Febr. 1873. Be Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR
brengt op verzoek van den heer provincialen inspecteur der
directe belastingenin- en uitgaande regten en accynsen
voor Noord-Holland en Utrecht, ter keunis van de ingeze
tenen dat de commissie voor de herziening van de belast
bare opbrengst van de gebouwde eigendommen volgens de
wet van 22 Julij 1873 (Staatsblad No. 116), Maandag 16
dezer hare werkzaamheden heeft aangevangen en dat de leden
der bedoelde commissie volgens art. 15 dier wetdagelijks,
Zon- en algemeen erkende christelijke feestdagen uitgezon
derd van des voormiddags acht uren tot zonsondergang
tot de gebouwde eigendommen toegaag hebben.
Alkmaar, Be Burgemeester voornoemd
18 Feb. 1874. A. MACLA1NE PONT.
KENNISGEVING.
Het HOOÏD van het Plaatselijk Bestuur te ALKMAAR
brengt op grond van art. 1 der wet van 22 Mei 1845 (Staats
blad n°. 22) bij deze ter kennis van de ingezetenen der ge
meente, dat het zesmaandsch kohier voorde belasting op het
Personeel, No. 5, dienst 1873/74, op den 17 February 1874,
door den Heer Provincialen Inspecteur der directe belastin
gen in Noordholland executoir verklaard op heden aan den
Heer Ontvanger der Rijks directe belastingen binnen deze
gemeente ter invordering is overgegeven.
Ieder ingezeten, die daarbij belang heeft, wordt vermaand
op de voldoening van zijnen aanslag behoorlijk acht te geven,
ten einde alle geregtelijke vervolgingen, welke uit nalatigheid
zouden voortvloeijen te voorkomen.
Alkmaar, het Hoofd van het Restaur voorn,
den 19 FeAr. 1874. A. MACLA1NE PONT.
De BURGEMEESTER van ALKMAAR herinnert de
belanghebbenden dat hij op Vrijdag 27 February e.k., des
namiddags ten 6 ure, zitting zal houden, tot het ontvangen
der getuigen voor broederdienst en een teen zoon, voor zoover
het opmaken dier stukken ter gemeente-secretarie is verzocht,
Alkmaar, Be Burgemeester voornoemd
20 Febr. 1874. A. MACLAINE PONT.
Indien ouders ouders of voogden verlangen dat hunne zo
nen of pupillen, alvorens op voormelde voorwaarden^ bij de
Marine eene verbindt.enis aan te gaan, eene voorloopige op
leiding ontvangen, dan bestaat daartoe de gelegenheid bij
de Kweekschool voor Zeevaart te Leiden. Tot opname van
hunne zonen of pupillen bij die inrigting belmoren zij zich
betrekking te stellen tot de Commissie van oppertoezigt
en beheer over die Kweekschool of tot, eene harer Sub-Com-
miën in de voornaamste plaatsen des Rijks.
Laatstbedoelde maatregel wordt den ouders of voogden in
het, belang der knapen aanbevolen. Deze genieten op de
Kweekschool tegen eene geringe vergoeding, eene goede op
voeding en komen daardoor beter voorbereid aan boord van
het, oorlogschip. Zij worden geleidelijk aan zindelijkheid,
orde en tucht gewend, terwijl het te Leiden aangeleerde hun
den weg baant om, eenmaal in dienst getreden spoedig in
graad op te klimmen. Be Minister van Koloniën,
t Gravenhage, od interim yiintstcv van j\lftfincy
den 4 February 1874. FRANSEN van de PUTTE.
Burgemeester en W ethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
20 Febr. 187 4. De Secretaris
NUHOUT VAN DER VEEN.
DIRK HILDERING en PETRUS JACOBUS KOPS
worden verzocht zich ter gemeente-secretarie aantemelden.
VERGADERING van den RAAD der gemeente ALK
MAAR, op Woensdag, 25 February 1874, des middagsten
12 ure Namens den Voorzitter van den Raad,
NUHOUT van der VEEN.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
over de maanden October, November en December 1873,
verzonden geweest naar N oord-America
J. J. van LEEUWEN, Minneapolis; 1). ZIJP, Lenson.
Duitschland: Mevr. LODEESEN, geb. Kaiser, Emmerich.
Engeland: Mevr. J. W. SCHWARTS, Londen.
Zwitserland: J. J. SCIIRIEKE (2 stuks), Bazel.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
vestigeu bij deze de aandacht der belanghebbenden op de
bekendmaking van Z.E. den minister van marine, betreffende
de aanneming van vrijwilligers bij de marine, terwijl omtrent
de opleiding van jongelieden aan de kweekschool te Leiden,
inlichtingen bij het bestuur dier inrigting kunnen verkregen
worden.
De bekendmaking van Z.E. den minister, luidt als volgt:
De Minister van Koloniën, ad interim Minister van Marine,
brengt ter kennis van de ouders en voogden, die verlangen
hunne zonen of pupillen bij de Marine in dienst te doen treden,
dat de belanghebbenden zieh daartoe kannen aanmelden bij
een der kantoren van aanneming voor de Marine op 's Rijks
werven te Amsterdam, Willemsoord Hellevoetsluis, den Commies
van aanneming te Rotterdam. Nieuwehaven, wijk 12, n°. 21,
en bij den Commies van aanneming te Vlissingen, onder over
legging van
a. eene geboorte-acte
b. een bewijs van goed gedrag, afgegeven door den Bur
gemeester hunner woonplaats; en
c. een bewijs van toestemming van hunne ouders of voogden
tot hunne indiensttreding.
Voorts strekke het navolgende tot toelichting:
a. om voor aanneming in aanmerking te kunnen komen
wordt vereischt eene lengte van minstens
1,4 meter voor jongens van 14 tot 15 jaren
1,45 15 16
1,48 16 17
1,51 ff ff 16 17 ff
1,55 ff ff 18 jaren en daarboven;
b. Jongens moeten bij hunne aanneming den ouderdom
van 14 jaren bereikt hebben. Zij kunnen, bij uitzondering,
ook op 13jarigen leeftijd tot eene verbindtenis worden toe
gelaten, wanneer zij wegens oogenschijnlijken aanleg en een
krachtig gestel bijzonder geschikt geoordeeld worden;
c. Ligtmatrozen moeten den ouderdom van 17 jaren bereikt
hebben
d. Jongens moeten zich verhinden voor den tijd van 10 jaren,
aanvang nemende met het 16'< levensjaar; zij ontvangen bij
het tot stand komen van hunne verbindtenis eene premie van
dertig gulden 30);
e. Ligtmatrozen worden aangenomen voor den tijd van 8
jaren; zij ontvangen eene premie van veertig gulden (f 40),
en een aanbrenggeld van zestien gulden 16) wordt ver
strekt, dat den aanbrenger, of bij gebreken van dezen, den
belanghebbende zeiven wordt uitbetaald.
Engeland en Frankrijk bieden ons op dit oogenblik het
schouwspel aan van twee volken onder moeilijke omstandig
heden, waarvan het een gewoon is op parlementaire wijze
het andere op zeer onparlementaire wijze geregeerd t,e worden.
Gladstone het tegenwoordig hoofd der liberale pari ij in En
geland en bij gevolg eerste minister in liet liberale Kabinet,
niet altijd voorspoedig in het Parlement, en de meerderheid
die hem steunde allengs ziende afnemen, begreep niet langer
aldus te moeten voortsukkelenmaar door ontbinding en
nieuwe algenieene verkiezingen een gezonder toestand in het
leven te moeten roepen, waardoor öf hij een vasteren parle
mentairen steun, ol de tegenpartij een meerderheid zou ver
krijgen. Volgens Engelsch gebruik heeft hij, op een leege
ton staande, zijne kiezers in de open lucht, toegesproken en
hun zijn regeeringsplannen ontvouwd. Zoo deed ook zijn
tegenstander Benjamin Disraëli; hij deed het met heftigheid
en gaf den eersten Minister van Engeland namen, waarvan
men het gebruik onder beschaafde mannen niet zou vermoe
den. De verkiezingen vielen in het nadeel van het Minis
terie Gladstone uit, en bij gevolg verzocht het zijn ontslag,
en Disraëli zal met de samenstelling van een ministerie
worden belast. Zoo zegt men, alsof er geen andere uitkomst
mogelijk is. En in Engeland, waar het parlementaire stelsel
in zijn grootste zuiverheid wordt, toegepast,, kan men ook
wel niet anders verwachten. Dat spreekt, immers van zelf.
Gladstone en Disraëli twee kundige, beproefde, voor den
strijd geharde en door de ervaring volleerde aanvoerders op
staatkundig gebied. Beide mannen van meer dan gewone
bekwaamheid, studie en talenten. Gladstone in 1833 lid van
het Parlement, in 1834 Minister, in 1838 schrijver van een
werk, dat Maeaulay aanleiding gaf om hem voor te stellen
als den. aangewezen leider der Tories. Der Tories: want
het tegenwoordig hoofd der liberale partij in Engeland begon
als streng behoudsman, verzette zich tegen het verleenen der
staatkundige rechten aan de Israëlieten en het toelaten van
studenten die niet tot de Staatskerk behoorden aan de En-
gelsche hoogescholen. In zijn door Maeaulay bestreden werk
trad hij op als een verdediger der Staatskerk en eischte de
uitsluiting van andersdenkenden uit, alle openbare ambten en
betrekkingen. Toch werd hij de apostel van den vrijen handel,
de verdediger der hervorming van het stemrecht, de afschaffer
der Staatskerk in Ierland! Gedurende veertien jarennam hij
bijna onafgebroken, hetzij als lid van het Ministerie, hetzij
als lid en weldra als leider der oppositie aan den parlemen
tairen strijd een belangrijk deelen was meer dan eens zijn
optreden beslissend.
Disraëli heeft zich onderscheiden als letterkundige, als
redenaar en als staatsman. In de eerste hoedanigheid maakte
hij reeds met zijn eerste werk, in 1827, grooten opgang, en
als hij in den hoofdpersoon, een jongeling zonder familie en
zonder vriendenmaar vol eerzucht en met groote talenten,
die allengs tot eersten Minister van Engeland opklimt, zich
zelf heeft geschetst, gelijk beweerd is. dan is zijn voorspelling
bewaarheid. Als staatsman zocht hij om zich een plaats
in het, Parlement te bezorgen, beurtelings den steun van de
radicalen de onafhankelijke partij en de Tories, doch aan
vankelijk steeds te vergeefs. Aan de Tories bleef hij zich
vasthouden, en die brachten hem in 1837 in het Parlement,
waar hij zich als een echten behoudsman deed kennen; en
dat is hij gebleven tot op dezen dagnu hij gereed staat
op nieuw 't is reeds de vierde maal als Minister op
te treden. Hij bestreed hevig het tractaat met I rankrijk
dat op het beginsel van vrijen handel gegrond was, verweet
tijdens den Duit,sell-Deenschen oorlog in 1864 aan de toen-
maliïe Engelsehe Regeering liaar politiek van onthouding
en verklaarde zich tegen de Italiaanscke eenheid. Geen wonder
dat de thans in Frankrijk bovendrijvende partijdie zooveel
mogelijk het beschermende handelsstelsel heeft hersteld, Italië
vijandig isen bondgenooten tegen Pruisen zoektzich met
de optreding van Disraëli geluk wenseht. Of zij daarbij wel ge
noeg let op het verschillend standpuntdat deze staatsman
als akoofd van de oppositie en als hoofd van het Kabinet
voor zich gepast schijnt te achten, mag betwijfeld worden.—
Als redenaar werd hij bij zijn eerste redevoering in het
Parlement uitgelachenen vrienden en vijanden waren het
er over eens dat. zij volkomen mislukt was. Wie er echter
twijfelde i^an zijn toekomst, Disraëli zelf niet. Hij eiudigde
die eerste oneelukkige proef met de stoute woorden„gij
zult van mij hooren," en hij heeft woord gehouden. Men
heeft van hem gehoord en naar hem gehoordin en buiten
het Parlement,en wij staan gereed weer van hem te hooren.
Sinds de geheime stemming liet loud-Engelsche gebruik
van in het openbaar zijn stem uit, te brengen heeft vervan
gen meent men te kunnen opmerkendat er een ongewone
wisseling is in den uitslag der verkiezingen op dezelfde
plaats. Tot verrassing van den aanschouwer komt heden een
liberaal uit de bus waar voor eenige maanden een conser
vatief werd gekozen, en omgekeerd. Hoe is dat mogelijk?
vraagt menen men zoekt de verklaring van het raadsel in
de geheime stemming. Maar waarborgt dan de geheime
stemming den kiezer niet de meeste vrijheid om te kiezen
wien hij wil? Zeker, en ook om niet te kiezen dien hij
niet wil. Tegen den invloed van anderen wordt de kiezer
bij geheime stemming volkomen beschermd; maar ook tegen
dén invloed van eigen kleingeestigheid, eigen wangunst en
persoonlijke beweegredenen?" Vroeger stemde de Engelsehe
kiezer, in liet openbaar, ten aanhooren van zijn medeburgers
en van zijn eigen partij. Hij zou hem zijn stem niet heb
ben durven onthouden, omdat hij hem een minder aange
naam menseh vond omdat hij verleden jaar een personeele
kwestie met hem had gehad, omdat de candidaat hem min
der beleefd had behandeld en anderen boven hem scheen
voor te trekken en te begunstigen, omdat de candidaat
zijner partij nu juist niet zijn candidaat wasomdat die
candidaat naar zijn oordeel te jong of te oud, te geleerd
of te onkundigte hoog of te laag geplaatst,te aristocra
tisch of te burgerlijk was. Al die persoonlijke beweegrede
nen moest-en noodzakelijk zwijgen, wanneer de kiezer open
lijk optrad om zijn burgerplicht te vervullen.
Handel altijd zoo alsof honderd oogen naar u zagen, hon
derd ooren naar u hoorden, honderd vingers naar u wezen,
heeft een wijze gezegd. En inderdaad, de mensch schijnt
het voortdurend toezicht van zijn medemenschen noodig te
hebben om in het rechte spoor te blijven, en bij ontziet zich
niet, in het geheim en dikwijls in het bijzijn zijner huisge
noten aan allerlei wanhebbelijkheden, verkeerdheden en klein
o-eest-igheden t,oe te geven, waarvoor hij zich in tegenwoor
digheid van vreemden zou wachten, omdat hij ze eigenlijk
zelf afkeurt. De Engelsehe kiezer bracht vroeger werkelijk
zijn stem uit onder honderd waakzame oogen, honderd luis
terende ooren en honderd wijzende vingers. Het openbare
der handeling verhief hem tot een hooger standpunt; hij werd
als het ware gedwongen het oog gericht te houden op het
algemeen belang, en afgeleid van liet bijzondere en personeele.
De geheime stemming daarentegen maakt het toegeven aan
geheime beweegredenen en aan den luim van het oogenblik
gemakkelijker en herstelt de heerschappij der persoonlijke
grieven. Aan haar dan ook meent men de verrassende uit
komst van enkele verkiezingen in Engeland te moet,en toe
schrijven. Wat die verkiezingen echter buiten allen twijfel
hebben gesteld, is dit, dat Gladstone niet aan de regeering
kan blijvenen daarom heeft hij zijn plaats ingeruimd voor
Disraeli.
Hoe geheel anders is het schouwspel dat Frankrijk ons
aanbiedt. Daar zien wij een meerderheid in de Nationale
Vergadering, die niet wil aftreden, omdat, zij vreest niet als
meerderheid te zullen terugkomen. Bijna elke plaats die
docr den dood. de eenige macht die de leden der meerder
beid niet ontziet, of door het bedanken van een lid openvalt,
is een verlies voor haar, want het nieuwe gekozen lid schaart
zich gewoonlijk niet, in hare gelederen. Allengs verminderen
dus haar macht en invloed, en evenwel heeft zij de uitvoering
harer zamenzwering ten behoeve van den graaf van Chambord
moeten opgeven en genoegen nemen met den zevenjarigen
wapenstilstand voor welks stipte handhaving Mac Malion
heeft beloofd te zullen zorgen. De gravin van Chambord
verklaart desniettemin overtuigd te zijndat de kroon van
Frankrijk nog eenmaal haar hoofd zal drukken. De Bona-
partisten zijn onder elkander verdeeld, of zij dit voorbeeld
van berusting zullen volgen. Prins Napoleon is van meening,
dat geen Bonopartist een regeering kan erkennen, zij het ook
een voorloopige, die niet op het algemeen stemrecht steunt.
Rouher heeft minder haast, de aanstaande Napoleon IV
is immers jong en wil met het zevenjarig tusschenbest,uur
vrede nemendaarna zal de natie hebben te beslissen tusschen
de Republiek en het Keizerrijk, zegt, hij, tot groote ergernis
van de meerderheid der regeeringspartij het Koningschap
zelfs niet noemende.
En de Regeering? Door het evenwicht te bewaren tusschen
ultramontanenBonapartisten en Koningsgezindentracht
zij zich zeiven te handhaven. Gelukt het één dezer partijen
zich wat veel op den voorgrond te plaatsendan dringt de
Regeering haar zooveel het noodig schijnt terug, echter zorg
dragende haar niet tot vijand te maken. Naarmate zij deze
of gene partij meer of minder noodig heeft, gedraagt, zij zich
tegenover haar minder of meer onafhankelijk. En zoo leeft
men van den eenen dag in den anderen, wel overtuigd, dat
geen der partijen zich zou ontzien zich van het gezag mees
ter te maken, als zij er kans toe zag, doch voor het oogen
blik zeker, dat niet eene daartoe machtig genoeg is, en dat
de eene partij dé andere in toom houdt. W. v. d. K.
rijk 't welk Bismarck aan Benedetti zou gedicteerd hebben
hoewel het op papier der fransche ambassade gescheven was!—
meldt de Nordd. Allg. Zeitung thans, dat tijdens den oorlog
in handen der pruisische regeering zijn gekomen: 1°. eene
instructie van 16 Aug. '66, uit Parijs aan Benedetti te Berlijn
gezonden, waarin hem gelast werd voorstellen betreffende de
annexatie van Belgie te doen2". een rapport dienaangaande
van Benedetti met een door hem geschreven ontwerp-tractaat;
3°. amendementen op dit tractaat, op den rand van het ont
werp geschreven door Keizer Napoleon met potlood en door
den heer Rouher met inkt. Het aldus geamendeerde ontwerp
is dat, 't welk de Times heeft openhaar gemaakt. De Nordd.
zegt, dat men tijdens het leven van Keizer Napoleon deze
ophelderingen niet heeft willen geven, maar er thans door
het schrijven der Germania aanleiding toe heeft gevonden.
Bij de laatste verkiezingen voor den Rijksdag heeft de
nat ionaal -liberale partij nog 2 ledep gewonnen zoodat zij
van de 397 Afgevaardigden 147 tot de hare telt, de voor
zitter v. Forckenbeck niet medegerekend.
De Bondsraad heeft een wetsontwerp vastgesteldwaarhij
de Rijkskanselier gemaclitigd wordt om voor 120 miljoen
mark aan Rijkspapiergeld uit te gevenin briefjes van 5,25
en 50 mark. Vóór 1 Jan. '75 zullen al de duitsche Staten
hun papier buiten omloop moeten stellen, en zij, welker papier
het bedrag van 3 mark per hoofd (de aangenomen maatstaf
voor het bedrag van het Rijks-papier) te boven gaat, zullen
voor de helft van dat meerdere een voorschot in Rijkspa
piergeld ontvangen, in 10 jaariijksche aflossingen te restituëeren.
Yoor dit verschot zal een afzonderlijk bedrag in papier uit
gegeven en binnen 10 jaren weder ingetrokken worden.
Rijksdag. Den 12 is het jaarlijks door den heer Schulze
(Delitzsch) ingediend wordende voorstelom in de Rijks
constitutie het beginsel van vergoeding voor reis- en ver
blijfkosten der leden van den Rijksdag op te nemen, met
229 tegen 79 st. aangenomen.
Den 13 is een voorstel van den heer Windthorst (van het
centrum) om de zoogenaamde redenaarslijst weder in te voe
ren in handen der commissie voor het reglement van orde
gesteld. Daarna is de van regeeringswege op het budjet
van 1874 voorgestelde supplementaire post van 14000 th.
voor het kosteloos spoorwegvervoer der leden goedgekeurd.
De democratische Afgevaardigde Sonnemanndie de voor
hem bestemde vrijkaart niet had willen aannemen, sprak
tegen het voorstel, 't welk hij in strijd met de constitutie
achtte.
Pruisen. Den 11 heeft graaf Stolberg-Stolberg zich in
het Huis der Afgevaardigden beklaagd over eene den 5 op
zijn kasteel Gimborn plaats gehad hebbende gerechtelijke
huiszoeking; hetgeen, volgens de grondwet, tijdens het hij-
eenzijn van den Landdag ten opzichte vau een Afgevaardigde
niet geoorloofd is. Het Huis heeft besloten, een onderzoek
te doen instellen naar den tijd, waarop de strafvervolging
tegen graaf Stolberg begonnen is en den minister van justitie
te verzoeken haar onmiddelijk te schorsen.
Het gerechtshof, waaraan het voorloopig onderzoek der
zaak van den aartsbisschop Ledochowski is opgedragen, heeft
besloten, dien prelaat mededeeling te doen van de acte van
beschuldiging en hem te gelasten, zich persoonlijk voor de
rechtbank te komen verantwoorden. Hij heeft, 8 nieuwe dag-
aardingen ontvangen, wegens overtredingen der Mei-wetten,
vóór zijne gevangenneming gepleegd.
Aangezien de Germania terugkomt op het veel besproken
ontwerp-tractaat betreffende de inlijving van Belgie bij Frank
De schorsing van betalingen, welke de Banque de l'Union
te Brussel (firma Jacobs Freres 8r C.) ten gevolge der frau
duleuze handelingen van het bestuur harer antwerpsche suc
cursale gevraagd en erlangd had, welke den 7 Maart zou
zijn vervallen, is op haar verzoek nu reeds opgeheven.
De inschrijving op de leening, door de stad Brussel met
de Banque de Paris, de Banque de Bruxelles enz. aangegaan,
is den 12 gesloten. Het bedrag der inschrijvingen is onge-
er het dubbele van dat der leening.
De Kamer van Vertegenwoordigers heeft den 14 de begroo
ting van binn. zaken met 65 tegen 26 st. aangenomen en is
daarop tot den 24 uiteengegaan.
In eene te Rijssel gehouden bijeenkomst van gedelegeerden
nit de catholieké notabelen van de noordelijke departementen
met alg. st. op 2 na, van de 3 mededingende steden
Amiens, Atrecht en Rijssel, de laatstgenoemde tot zetel voor
ae opterichten catholieke hoogeschool gekozen.
De parijsche gemeenteraad heeft den 10 den heer Vautrain
tot zijnen voorzitter herkozen met 32 van de 62 uitgebrachte
stemmen. Hij heeft zich deze keus laten welgevallen. De can
didaat der radicalen, de heer Floquetverwierf 25 stemmen.
Den 7 's avonds is de tunnel van den parijsehen ringspoorweg
in de wijkMenilmontant over 20 ellen lengte met groot gedruisch
ingestort en wel onder de begraafplaats Père-Lachaise, waar
door 24 grafsteden ingestort en de helft der daarin geplaatste
kisten verbrijzeld zijn. Terstond zijn ai de graven rondom
het punt van instorting geledigd. Den 9 heeft bij een der
stations van genoemden spoorweg, te Courcelles, eene bot
sing plaats gehad tusschen een aankomenden personentrein
en eenige wagensdie van een aangekomen goederentrein
waren losgehaakt en met snelheid den op dit punt sterk
hellenden weg afdaalden. Door dit onheil is de stoker on
middelijk gedood, de treinchef gekneusd en heeft de machi
nist een arm gebroken.
De ontslagen ma ire van Bordeauxde radicale Afgevaar
digde Foureandheeftin antwoord op de ontvangen ken
nisgeving van het ontslag van het gemeentebestuur, aan den
prefect Pascal geschrevendat hij niet kon berusten in de
bewering van dien beambtedat „dit ontslag het voorziene
gevolg van de toepassing der wet van 20 J an. was. De
minister had bij de discussie over die wet verklaarddat
daardoor enkel getroffen zouden worden de onbekwame, 0%!;
zedelijke of weerspannige gemeentebesturenen jm#
één dezer categoriën kon het afgezette bestuur r
worden; maar men heeft het willen treffen oirJ-Iiö uzoon.
verknocht was aan de republikeinsche begii