No. 25. Zesenzeventigste Jaargang. 1874. ZO IV DAG 21 JUNI. (Officieel (Scbcclte ©Hckclijksclic BcctefoJcss aiuiischfamll 3Sc3gie. I<Vankr$fii. N T. Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag avond te 7 uren. Prijs per kwartaal O.G&, franco per post t afzonderlijke nommers 5 Cents. Brieven franco aan de Uitgevers HBRM". COSTER ZOON. De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15 Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag 1 uur, wordt voor de plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan; ingezonden berichten een dag vroeger. De COMMISSARIS des KONINGS in Noordholland brengt ter kennis van belanghebbendendat wegens liet vernieuwen van de beschoeiing langs de Kanaalkade te Pur- mereud, benoorden de Schutsluis, van den 2ü Juni e.k. tot aan de voltooiing van dat werk, aldaar geene vaartuigen, hoe ook genaamd, ligplaats zullen mogen nemen. Haarlem, De Commissaris des Ilonings voornoemd, 13 Juni 1874. RÖELL. SCHUTTE R, IJ BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR verwittigen de belanghebbende ingeschrevenen voor de Schut terij van dit jaar, dat. de alphabetische naamlijst van de per sonen. die aan de loting van dit jaar zullen deelnemen, voor een ieder ter visie ligt ter gemeente-secretarievan heden tot den dag der lotingdes morgens van 9 tot 2 uur, ten einde een ieder in staat zoude zijn, om, iugeval hem op die lijst eenige personen of omstandigheden mogten voorkomen die daarop nog zouden behooren te worden aangeteekend of daarvan moeten worden weggelaten, daarvan aan de Com missie van art. 11 bij de loting kennis t.e geven met, uit- noodiging om op Donderdag 25 Junij e.k., namiddags t.en zes ure, op het Raadhuis dezer gemeente te verschijnen, ten einde aldaar voor den dienst der Schutterij te loten en redenen van vrijstelling hebbendedie alsdan optegeven alsmede om de bewijzen tot staving daarvan en bij de wet gevorderd, voor zooveel noodig, uiterlijk binnen drie dagen na de loting overteleggen aan het Bestuur der Gemeente. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar. A. MACLAINE PONT. 9 Juni 1871. De Secretaris, NUHOUT van dek VEEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis van de belanghebbenden dat overeenkomstig art. 17 der Wet van 14 September 1866 (Staatsblad No. 138), door ben is herzien en vastgesteld de lijst, bevattende de namen der inwoners, die in aanmerking komen voor het. verieenen van inkwartiering en onderhoud van militairen en paardenwelke lijst is aangeplakt en ter inzage voor een ieder is ïiedergelegd ter gemeente-secretarie gedurende 14 dagen na heden. Bezwaren tegen die lijst kunnen bij hen schriftelijk worden ingediend binnen eene maand na heden. Burgemeester en W ethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 15 Junij 1874. De Secretaris NUHOUT van der VEEN. Sollicitanten naar de betrekking van noodhulp-kaasdrager worden verzocht zich aantemelden ter gemeente-secretarie. De volgende personen worden verzocht zich ter gemeente secretarie te vervoegen: Karll Eredrik Groot, Jac". van Aardt, T. J. van der Blij, Jobanues de Groot, Jan Krammer, Arie de Ruiter, Eranciscus Smit en Elisabeth Steils. Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn, verzonden gedurende de 2e. helft der maand Mei 1874. H. Langedijk, Alkmaar; H. A. Amelsbeek W. de Laat Mej. Schuurman, J. Goossende Vreede, Amsterdam; H. B. Bierman, Arnhem; K. B. van Ophemert, Brummen; J. Stierp, Koedijk; J. Hoogland, Kolhorn; D. Iloogenboom, A. Kool, Limmen; J. G. Corino's Gravenliage; J. Sgegers, SchagenJ. de Veer Clausing, Utrecht; Antje de Geus, Zuid-Schermer. Van het Hulpkantoor Egmond aan Zee: A. Vrolijk, Scbeveningen. De Bondsraad beeft den 11 de door den Rijksdag aange nomen wet op het burgerlijk huwelijk verworpenmaar den Rijkskanselier verzochtzoo spoedig mogelijk eene volledige rijkswet tot regeling van dit onderwerp in te dienen, waarbij de behoeften der afzonderlijke Staten in het oog gehouden en bij wier bewerking de duitsche Staten geraadpleegd zullen worden. Pruisen. Den 8 is gelijktijdig bij den president der Al- gemeene Duitsche Arbeiders-vereeniging, den heer Hasencle- ver, op bet bureau van de Neue Socialdemocrat en bij de voornaamste te Berlijn wonende sociaal-democraten eene huis zoeking gedaan. Bij den president en op het bureau der courant werden 13 bundels papieren in beslag genomen. De beer llasenclever maakt in het genoemde blad bekend, dat de zetel der vereeniging van Berlijn naar Bremen verplaatst is. Den 11 is te Hagen door den bisschop Rein/eens de eerste steen gelegd voor het eerste oud ■catliolicke kerkgebouw in Noord- D uitsch land. De voormalige minister van financiën v. d. Beidt is den 13 te Berlijn aan eene beroerte overleden. Zijne begrafenis, op den 16, is door den kroonprins, den genl.-maarsehalk Wrongel en verscheidene pruisische en Rijks-ministex-s bijgewoond. De lijkkoets werd gevolgd door gala-koetsen van den Keizer, de Keizerin en den kroonprins en door een lOOtal andere koetsen. Keizer Wilhelm is den 15 te Ems aangekomen en aan de spoorwegstation door Keizer Alexander en den grootvorst Nicolaas hartelijk ontvangen. De bevolking legde veel geest drift aan den dag. Den 16 is ook de Keizerin Augusta van Baden-Baden te Ems aangekomen, na den vorigen dag te Jngenheim, bij Darmstadt, een bezoek bij de Keizerin van Rusland gebracht en 1e Coblenz overnacht te hebben. Den 18 zijn de Koning van Nederland en de Groothertog van Wei- mar almede te Ems aangekomen, en door de beide Keizers aan het hoofd van bun gevolg en van de plaatselijke over heden aan de spoorwegstation ontvangen. De vice-president der regeering te Posen, de heer Steinman, is tot definitief administrateur van het vermogen der bisdom men van Gnesen en Posen benoemd. Het vermogen bedraagt r miljoen th„ waarvan 123,000 in papieren van waarde, 100,000 in hypotheken en het overige in onroerende goederen. Uit kracht der wet van 21 Mei is in de provincie Posen in 2 pastorieën beslag gelegd op het vermogen der gemeente, alwaar de pastoor, wegens onwettigheid zijner benoeming niet erkend was. De menigte die den 9 te Brussel, in den omtrek van het locaal der liberale kiesvereenigingen, berichten omtrent den uitslag der verkiezingen stond aftewachtenis, teleurgesteld door de ongunstige tijding uit Gent, in optochten met mu ziek door de stad getrokken, waarbij het vooral gemunt was op de liotels Ier ministers Malou en Beernuert, en de bu reaux van le Courrier de Bruxelles en le Journal de Bruxelles; maar de overheid had op de bedoelde punten of in de nabijheid daarvan de wachtposten versterkt, ten gevolge waarvan het niet tot baldadigheden of botsingen gekomen is. Te Luik hadden de „Unie der catholieke studenten" en verscheidene andere vereenigingen den avond te voren eene serenade ge bracht aan msgr. Mermillodwaarbij de kreet „weg inet de liberalen!" aangeheven en met een contra-leuze beantwoord was. De liberale jeued was daardoor in gisting gebracht en den 9 brachten eenige duizenden personenvan vlaggen voorzien en onder het aanheffen van „weg met de papisten!" en van andere anti-clerikale leuzen, eene ketelmuziek aan de voornaamste catholieke sociëteiten, het bisschoppelijk paleis, de woning van den heer Cornessehet jezuieten-collegede bureaux der Gazette de Liège enz., terwijl aan de liberale bladen en Vertegenwoordigers serenades gebracht werden. De militaire macht en de polieie verhoedden botsingen. Ook te Charleroi hebben de liberalen charivari's aan de hun vij andige bladen gebracht. Voora' was de menigte gebelgd te gen den directeur van bet Journal de Charleroi, den heer Bufquin, een franschrnan en clerikalen bonapartist. Eene pop, die hem moest voorstellen, is de stad rondgedragen en, van honende opschriften voorzienaan eene galg opgehangen vervolgens geguillotineerd en door middel van" peterolie verbrand. In antwoord op een schrijven van den heer Victor Mousty, waarin hij den pauselijken zegen verzoekt voor zijn te Brus sel verschenen nieuw ultra-clerikaal blad la Croix, heeft. Z. H. den 21 Mei eene breve geteekendwelke eene nieuwe ver oordeeling der liberale catholieken bevat. Het Imkercentrum heeft besloten, zijn programma te hand haven door in de Nat. Vergadering op eene onverwijlde behan deling van het eerste artikel van het ontwerp-Dufaure aan te dringen. Zoo dat plan mislukt, zal het linkercentrum zich voegen bij de voorstanders van de ontbinding der Nat. Ver gadering. De spoorwegen hebben in het eerste kwartaal dezes jaars 8,185,000 fr. minder opgebracht dan in dat van 1873, welke vermindering bijna geheel het oude net betreft, dat de be langrijkste lijnen bevat en Parijs met de grenzen in gemeen schap brengt. Den 8 isin de voor die gelegenheid met zwart laken behangen kapel van het lyceum St. Louis te Parijs, metveei plechtigheid onthuld eene marmeren plaat, waarin met ver gulde letters de namen gebeiteld staan van 50 gewezen kweekelingen dier inrichtingdiein verschillende rangen, gedurende den jongslen oorlog of in den strijd tegen de Com mune gesneuveld of aan hunne wonden overleden zijn. De genl. op non-activiteit l'leury heeft bij de door Keizer Alexander II te Woolwich gebonden revue, in zijne generaals uniform naast den keizerlijken prins gereden waarvoor hij van de regeering eenfe ernstige berisping heeft ontvangen. Den 10, bij het vertrek van den parlementairen spoortrein uit Parijs naar Versailles, beeft een heer. die zieh als een bonapartist deed kennen en de gewezen kapitein der keiz. garde Casanova bleek te zijn, van den heer Gambetta ver langd, dat hij het in de Nat. Vergadering tegen zijne partij gebezigde woord persoonlijk tegen hem zou herhalen. De tijdige tusseheukomst der polieie voorkwam eene hooggaande twist. Den 11 waren ongeveer 1000 personen op het stati onsplein vereenigd, waarvan een aantal den heer Gambetta verwelkomden met. den kreet „le"e Gambetta die door de bonapartisten met gefluit en gejouw beantwoord werd. De policie-agenten beijverden zich om de circulatie vrij te houden, hetgeen aan de radicale Afgevaardigden, die zich onder de menigte bevonden, zeer mishaagde, zoodat zij er zieh luide over beklaagden, de agenten beleedigden, sommigen zieh zelfs tegen hen te weer stelden. De agenten achtten het noodig eenige arrestatiën te doen, en onder de arrestanten bevond zich ook een zuidelijk Gedeputeerde, den heer Lefevre, die echter, zoodra zijne hoedanigheid gebleken wasweder in vrijheid is gesteld, 's Namiddags, bij de terugkomst der Af gevaardigden, beeft de markies de S. Croix den heer Gambetta een vuistslag in het aangezicht toegebracht en den heer Or dinaire, die een rottingslag wilde afwenden, aan de hand ge raakt. De aanvaller werd in hechtenis genomen en naar liet naastbij zijnde commissariaat van polieie overgebracht, terwijl de heer Gambetta door de menigte, onder het geroep van „leve Gambetta! Leve de republiek!" naar zijn rijtuig werd geleid. Den 12 hadden aan de station weder luidruchtige manifestatiën plaats, ten gevolge waarvan een lOtal personen gearresteerd en aldaar troepen geplaatst werden om verdere ongeregeldheden te voorkomen.Bij de terugkomst der Af gevaardigden was de 1 alrijke menigte door de polieie en de militaire macht verwijderd. Ter zake van zeer heftige en honende artikelen van den heer Paul de Cassagnac tegen den heer Gambetta en de radi calen en van eene door hem tot de sergents de ville gerichte opruiing, is een gerechtelijke vervolging ingesteld. De lieeren Schoelcher en Testelin zijn aan het bureau van le Pays genoeg doening komen vragen uit naam van den republikeinscken j Afgevaardigde Clémenceaudie aanbood tegenover eiken redae- j teur van dat blad een republikein te stellen. De beer de Cas sagnac was afwezig en heeft op eene schriftelijke uitdaging van den leer Clémenceau met minachting een weigerend ant woord gegeven. De prefect van de Gironde heeft den gemeenteraad van Bordeaux voor 2 maanden gesehorst. Een der leden had zich de uitdrukking veroorlootd, dat het nieuwe gemeente bestuur zijn bestaan verschuldigd was aan een „avontuurlijk gezag," en in eene volgende vergadering dat bestuur gro velijk gehoond en de verwijdering daarvan geëischt, zonder dat de raad daartegen geprotesteerd had; en de vergadering had zich eenparig vereenigd met het voorstel van een ander lid, tot vernieuwing van den wensch omtrent de benoeming der gemeentebesturen door de gemeenteraden. Reeds den 13 is de markies de S. Croix, wegens handtas telijke beleediging van den beer Gambetta, veroordeeld tot 6 maanden gevangenisstraf en 200 fr. boete. Hij erkende met voordracht gehandeld en geeue medeplichtigen te hebben. Volgens la République Franqaise is bij in Africa, wegens het toebrengen van een baj onetsteek aan een onderofficier, ter dood en bij revisie tot levenslangen dwangarbeid veroor deeld geweest. Vóór hij bij de zouaven in dienst trad, was bij door zijne ouders naar de kolonie Mettray gezonden. Na afloop dezer zaak zijn twee kantoorbedienden en 1 leeraar in de wiskunde wegens het aanheffen van oproerige kreten tegen de agenten der openbare macht,, tot gevangenisstraffen van 8 15 en 20 dagen en geringe geldboeten veroordeeld. Nationals Vergadering. Verschillende Afgevaardigden hebben wetsvoorstellen ingediend tot opheffing van den Staat van beleg in hunne departementen, zoodat deze zaak weldra op regelmatige wijze bij de Vergadering aanhangig zal worden gemaakt. Den 8 is, bij de voortzetting der tweede beraadslaging over de wet_op de gemeentelijke verkiezingen, een amendement der oppositie, om de commissie voor het samenstellen der kiezers lijsten, nevens den maire en den gedelegeerde van den pre fect, uit 3 leden van den gemeenteraad te doen bestaan (de voordracht spreekt slechts van één gedelegeerde van den raad), nadrukkelijk bestreden door den minister de Fourtou en met, eene meerderheid van 56 st. verworpen, en daarna het re- geeringsartikel aangenomen met 3S2 tegen 279 st. Den 9 is een amendement om in de samenstelling der commissie voor de reclames eene soortgelijke wijziging te brengen, met eene meerderheid van 32 st. verworpen. De Afgevaardigde Girerd bracht eene, door een republi- keinsch blad van Nevers openbaar gemaakte, circulaire „van bet centrale comité van het beroep op het volk", d.d. 2 Mei, ter spraak, waarin den kiezers belooningen werden toegezegd, die de candidatuur van den bn. de Bourgoing ondersteunden, met name aan de officieren in activiteit of op nonactiviteit, aan wie het uitzicht op eene voordeelige plaatsing in de kaders van het territoriale leger werd geopend. Spreker wenschte te weten, of er werkelijk een bonapartistisch comité te Parijs, met of zonder machtiging der regeering, bestond. De mi nisters de Tailhand, de Fourtou en de Cissey verklaarden eenstemmig, dat de regeering zoomin kennis droeg van het bestaan van het comité als van de circulaire, en beloofden het instellen eener enquête en de strenge bestraffing der schuldigen. De heer Rouher verklaarde, dat liet comité niet bestond en dat hij de circulaire voor een ondergeschoven stuk hield, waarvan hij de strekking veroordeelde. De bn. de Bourgoing verzekerde eveneensdat het document hem onbekend was en niet van zijne vrienden was uitgegaan. De heer Gambetta hield het voor echt, en beschuldigde naar aan leiding daarvan den minister Magne, dat hij „de administratie met bonapartisten bevolkte." Hij noemde dezen ellendelin gen, waardoor eene geweldige opschudding ontstond; hij werd 2 malen tot de orde geroepen en, even als andere leden der uiterste linkerzijde, met de eensuur bedreigd, indien zij hunne aanrandingen niet staakten. [Toen de heer Rouher na den afloop der zitting door de buffelzaal ging, riep de heer Jules Ferry: „het eoinité van liet, beroep op het volk bestaat! Het wordt ten huize van den heer Rouher gehouden." De heer Rouher antwoordde: „ik verklaar u, mijnheer! dat er ten mijnent geen enkel co mité gehouden wordt." „Dat zal dan nu moeten blijken zeide de heer Gambetta. A ndere radicalen riepen„Geef ons den E.zas en Lotharingen liever terug De oploopende bonapartist Galloni d'lstria mengde zieh in het gesprek en wierp den heer Gambetta herhaaldelijk het woord „ellendeling" naar het hoofd. De tusschenkomst van eenige Afgevaardig den verhoedde, dat het tot handtastelijke beleedigingen kwam]. Den 10 is op art. 5de mondigheid der gemeentelijke kiezers op 25 jaren bepalende, na afwijzing met 382 tegen 279 st. van een amendement, waarbij, zonder vermelding van ouderdom, alle franschen in het bezit hunner burgerlijke en staatKundige rechten kiezers werden verklaard, 3 een, ook door den heer Bethmont verdedigd en door den rapporteur en een ander conservatief lid bestreden amendement, van den heer Oscar de Lafayette, strekkende om het kiesrecht aan alle 2ijarige burgers, het genot der genoemde rechten heb bende, toe te kennen, met 348 tegen 337 st. aangenomen. De regeering had het artikel niet opzettelijk verdedigd noch het daartegen gerichte amendement, bestredenmaar al de 9 ministers hebben tegen het amendement gestemd. Een aantal leden van het rechtercentrmn stemden met de meer derheid. Den 11 en 12 is de beraadslaging over de wet voortgezet en ten einde gebracht en zijn 2 van conservatieve zijde voor gestelde additioneele bepalingen, de eene van deil heer Lucien Brun, de andere van den burggraaf de Meaux, met eene aan zienlijke meerderheid verworpen, alsmede met 314 tegen 296 st. een amendement van den heer Raudot om aan hoofden van huisgezinnen eene dubbele stem toe te kennen. Den 1 i is rondgedeeld de voordracht van den minister van financiën tot dekking van bet, na verwerping van alle '««-li 11 v^., lit* Vt>l vvoi J'lllp Vflll ttlll vroeger voorgestelde middelen, op het budjef voor 1874 be staande tekort van ruim 24] miljoen. Hij stelt voor, op de indirecte belastingen 5 opcenten te beffen, hetwelk over de tweede helft des jaars 19,371,000 zal opleveren. De Raad van State bad de reeds bovenmatig hoog opgevoerde regi stratierechten willen uitzonderen, maar de minister heeft aan dit verlangen niet toegegeven. Door den questor BazewerA de regeering geïnterpelleerd over de arrestatie van den heer Lefevie, waarop de minister de Fourtou antwoordde, dat die heer reeds ontslagen (hij was in de Kamer tegenwoordig), en dat door hemminister, eene enquête naar het voorge vallene gelast was. Den 12 hebben de heeren de Malleville, Duclerc en Jules Gazot eene interpellatie aangevraagd over „de houding, die het gouvernement denkt aan te nemen tegenover eene"partij, welke de souvereine bèsiissing der Vergadering (de vervallen verklaring der napoleontische dynastie) miskent en braveert." Die interpellatie is dadelijk aan de ordqgesteld. De minister de Fourtou heeft gezegd, dat hij niets had in trekken van of toe te voegen aan hetgeen hij den vorigen dag had gezegd. De in hechtenis genomen Afgevaardigde was niet mishandeld. Indien de polieie-agenten hunne macht te buiten gingen, zouden zij gestraft worden. Men moest niet vergeten, dat de gebeurtenissen van den 11 haren oorsprong hadden in het Parlement, waar betreurenswaardige woorden gesproken waren. De minister voegde er bij„Wij zijn de ministers van den maarschalk Mac-Mahon gedurende 7 jaren. Wij moeten de orde handhavenen wij zullen geenen aanval op het gezag van den President of op de openbare rust dulden. Degenen, die ons in de uitvoering dier taak willen belemmeren, zullen ondervinden dat wij vastberaden te werk gaan." De rechter zijde en het rechtereentrum juichten den minister zeer toe, maar verscheidene leden van de linkerzijde en het linker centrum vielen hem herhaaldelijk in de rede om te vragen, waarom hij van den „maarschalk Mac Mahonn en van „het land" sprak en niet van den „President der republiek" en -de republiek. Hij antwoordde, dat hij de woorden bezigde, die allen moesten vereenigen, üp de verklaring van den heer Ern.Picard, dat het bewind het vertrouwen der lin kerzijde niet bezat,antwoordde hij dit wel te weten en dat vertrouwen ook niet te vragen. Door den heer Bethmont werd eene motie van orde voorgesteld, inhoudende, dat de Vergadering, de mededeelingen van den minister onvoldoende oordeelende, overgaat tot de orde van den dag. De Verga dering beeft echter, op voorstel van eenige leden der rech terzijde, met 370 tegen 318 stemmen besloten, ten aanzien der interpellatie eenvoudig over te gaan tot de orde van den dag. De minister van j ustitie kondigde daarop aan, dat de regeering le Rappel en le XIXme Siècle voor 14 dagen geschorst en tegen le Pays eene vervolging ingesteld had, wegens de hartstochtelijkede gemoederen opwindende polemiek dier bladen. Den 13 is andermaal beraadslaagd over het voorstel van den heer Tirard, strekkende tot het vrij verklaren van het gehalte van voor den uitvoer bestemde gouden en zilveren werken. Een door den minister van oorlog ingediend voor stel, waarbij de overgang van den voet van vrede tot dien van oorlog gereglementeerd wordt, werd urgent verklaard. Den 15 beeft de heer Casimir-Périer bet voorstel van het linkercentrum ontwikkeld, strekkende tot bevestiging der re publiek door aanneming van liet eerste artikel der op 19 Mei 1873 door den heer Dufaure ingediende constitutioneele wet ten bekrachtiging der wet, waarbij aan den maarschalk Mac Mahon der Presidentschap der republiek voor 7 jaren is op gedragen; en erkenning van liet recht van geheele of ge deeltelijke herziening der constitutie in zoodanigen vorm en met zulk een tussohenverloop, als bij de constitutioneele wet ten zullen worden vastgesteld. Als drangredenen hiervoor voerde hij aan de onzekerheid van den tegenwoordigen toe stand, de gebleken onmogelijkheid van het herstel van het Koningschap en de toenemende stoutheid der tot 2 malen toe door de Vergadering veroordeelde bonapartistische partij Het septennaat was een gewichtige stap geweest, maar niet voldoendehet land heeft behoefte aan een vast en duurzaam gouvernement en een blijvenden regeeringsvorm. Een man kon niet de plaats eener instelling bekleeden. De constitu- oneele commissie had bet niet verder kunnen brengen dan tot eene kieswet, een vasten grondslag voor haren arbeid missende was zij onmachtig. De heer Périer eindigde met de urgentie voor zijn voorstel te vragen. De lieer Lambert de S. Croix steldeuit naam van een aantal leden van bet rechtereentrum, als contra-project eene motie voor, strek kende om de wet van 20 Nov. (het Septennaat) en het door den minister de Broylie ingediende voorstel tot grondslag voor den arbeid der constitutioneele commissie te leggen. De genl. Changarnier ondersteunde dit voorstel nadrukkelijk en bezwoer de Kamer, de urgentie aan liet voorstel-Péricr niet te verieenen. De heer Laboulaye daarentegen verdedigde dit voorstel met klem. De heer Audren de kerdrel noemde het voorstel overbodigomdat het project-Dufaure reeds bij de constitutioneele commissie aannangig was gemaakten hij stelde dus voor, de bevoegdheden dier commissie te bandhaven. De heer Raoul Duval betoogde de onmogelijkheid om met eene zoo verdeelde Kamer een definitief gouverne ment tot stand te brengen, en verklaarde dat, alleen een be roep op het volk tot eene oplossing zou voeren. Met 345 tegen 341 st. werd daarop de urgentie verleend. De ministers hebben tegen gestemd de 18 leden der groep-Target van bet linkercentrum, die in den laatsten tijd met het reehtercentrum stemden, vóór; 11 leden van laatstgenoemde partij hebben zieh onthouden 't welk ook geschied is door 3 leden der uiterste rechterzijde, omdat zij tegen bet toekennen van eenige consti tutioneele bevoegdheid aan de Vergadering zijn. Vervolgens is liet besloten bet contra-project Lambert de S. Croix mede naar de constitutioneele commissie te verzenden. De heer de Kerdrel trok zijn voorstel in. De hertog de Larochefoucauld- Bisacctagezant te Londendeed uit naam van 53 leden der uiterste rechterzijde het volgende voorstel: „de monar chie is het gouvernement van Frankrijk. De troon behoort aan het hoofd van liet koninglijk Huis van Erankrijk. De maarschalk Mac Mahon voert den titel van luitenant-generaal des Koningrijks. De staatsinstellingen van Erankrijk zullen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1874 | | pagina 1