No. 25.
Zesenzeventigste Jaargang.
1874.
ZO IV DAG
21 JUNI.
(Officieel (Scbcclte
©Hckclijksclic BcctefoJcss
aiuiischfamll
3Sc3gie.
I<Vankr$fii.
N T.
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag
avond te 7 uren. Prijs per kwartaal O.G&, franco per post t
afzonderlijke nommers 5 Cents.
Brieven franco aan de Uitgevers HBRM". COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15
Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag
1 uur, wordt voor de plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan;
ingezonden berichten een dag vroeger.
De COMMISSARIS des KONINGS in Noordholland
brengt ter kennis van belanghebbendendat wegens liet
vernieuwen van de beschoeiing langs de Kanaalkade te Pur-
mereud, benoorden de Schutsluis, van den 2ü Juni e.k. tot
aan de voltooiing van dat werk, aldaar geene vaartuigen, hoe
ook genaamd, ligplaats zullen mogen nemen.
Haarlem, De Commissaris des Ilonings voornoemd,
13 Juni 1874. RÖELL.
SCHUTTE R, IJ
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
verwittigen de belanghebbende ingeschrevenen voor de Schut
terij van dit jaar, dat. de alphabetische naamlijst van de per
sonen. die aan de loting van dit jaar zullen deelnemen, voor
een ieder ter visie ligt ter gemeente-secretarievan heden
tot den dag der lotingdes morgens van 9 tot 2 uur, ten
einde een ieder in staat zoude zijn, om, iugeval hem op die
lijst eenige personen of omstandigheden mogten voorkomen
die daarop nog zouden behooren te worden aangeteekend
of daarvan moeten worden weggelaten, daarvan aan de Com
missie van art. 11 bij de loting kennis t.e geven met, uit-
noodiging om op Donderdag 25 Junij e.k., namiddags
t.en zes ure, op het Raadhuis dezer gemeente te verschijnen,
ten einde aldaar voor den dienst der Schutterij te loten
en redenen van vrijstelling hebbendedie alsdan optegeven
alsmede om de bewijzen tot staving daarvan en bij de wet
gevorderd, voor zooveel noodig, uiterlijk binnen drie dagen
na de loting overteleggen aan het Bestuur der Gemeente.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar. A. MACLAINE PONT.
9 Juni 1871. De Secretaris,
NUHOUT van dek VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de belanghebbenden
dat overeenkomstig art. 17 der Wet van 14 September 1866
(Staatsblad No. 138), door ben is herzien en vastgesteld de
lijst, bevattende de namen der inwoners, die in aanmerking
komen voor het. verieenen van inkwartiering en onderhoud
van militairen en paardenwelke lijst is aangeplakt en ter
inzage voor een ieder is ïiedergelegd ter gemeente-secretarie
gedurende 14 dagen na heden. Bezwaren tegen die lijst
kunnen bij hen schriftelijk worden ingediend binnen eene
maand na heden. Burgemeester en W ethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
15 Junij 1874. De Secretaris
NUHOUT van der VEEN.
Sollicitanten naar de betrekking van noodhulp-kaasdrager
worden verzocht zich aantemelden ter gemeente-secretarie.
De volgende personen worden verzocht zich ter gemeente
secretarie te vervoegen: Karll Eredrik Groot, Jac". van Aardt,
T. J. van der Blij, Jobanues de Groot, Jan Krammer,
Arie de Ruiter, Eranciscus Smit en Elisabeth Steils.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de 2e. helft der maand Mei 1874.
H. Langedijk, Alkmaar; H. A. Amelsbeek W. de Laat
Mej. Schuurman, J. Goossende Vreede, Amsterdam;
H. B. Bierman, Arnhem; K. B. van Ophemert, Brummen;
J. Stierp, Koedijk; J. Hoogland, Kolhorn; D. Iloogenboom,
A. Kool, Limmen; J. G. Corino's Gravenliage; J. Sgegers,
SchagenJ. de Veer Clausing, Utrecht; Antje de Geus,
Zuid-Schermer.
Van het Hulpkantoor Egmond aan Zee: A. Vrolijk,
Scbeveningen.
De Bondsraad beeft den 11 de door den Rijksdag aange
nomen wet op het burgerlijk huwelijk verworpenmaar den
Rijkskanselier verzochtzoo spoedig mogelijk eene volledige
rijkswet tot regeling van dit onderwerp in te dienen, waarbij
de behoeften der afzonderlijke Staten in het oog gehouden
en bij wier bewerking de duitsche Staten geraadpleegd zullen
worden.
Pruisen. Den 8 is gelijktijdig bij den president der Al-
gemeene Duitsche Arbeiders-vereeniging, den heer Hasencle-
ver, op bet bureau van de Neue Socialdemocrat en bij de
voornaamste te Berlijn wonende sociaal-democraten eene huis
zoeking gedaan. Bij den president en op het bureau der
courant werden 13 bundels papieren in beslag genomen. De
beer llasenclever maakt in het genoemde blad bekend, dat de
zetel der vereeniging van Berlijn naar Bremen verplaatst is.
Den 11 is te Hagen door den bisschop Rein/eens de eerste
steen gelegd voor het eerste oud ■catliolicke kerkgebouw in
Noord- D uitsch land.
De voormalige minister van financiën v. d. Beidt is den 13
te Berlijn aan eene beroerte overleden. Zijne begrafenis, op
den 16, is door den kroonprins, den genl.-maarsehalk Wrongel
en verscheidene pruisische en Rijks-ministex-s bijgewoond.
De lijkkoets werd gevolgd door gala-koetsen van den Keizer,
de Keizerin en den kroonprins en door een lOOtal andere
koetsen.
Keizer Wilhelm is den 15 te Ems aangekomen en aan de
spoorwegstation door Keizer Alexander en den grootvorst
Nicolaas hartelijk ontvangen. De bevolking legde veel geest
drift aan den dag. Den 16 is ook de Keizerin Augusta van
Baden-Baden te Ems aangekomen, na den vorigen dag te
Jngenheim, bij Darmstadt, een bezoek bij de Keizerin van
Rusland gebracht en 1e Coblenz overnacht te hebben. Den 18
zijn de Koning van Nederland en de Groothertog van Wei-
mar almede te Ems aangekomen, en door de beide Keizers
aan het hoofd van bun gevolg en van de plaatselijke over
heden aan de spoorwegstation ontvangen.
De vice-president der regeering te Posen, de heer Steinman,
is tot definitief administrateur van het vermogen der bisdom
men van Gnesen en Posen benoemd. Het vermogen bedraagt
r miljoen th„ waarvan 123,000 in papieren van waarde,
100,000 in hypotheken en het overige in onroerende goederen.
Uit kracht der wet van 21 Mei is in de provincie Posen
in 2 pastorieën beslag gelegd op het vermogen der gemeente,
alwaar de pastoor, wegens onwettigheid zijner benoeming
niet erkend was.
De menigte die den 9 te Brussel, in den omtrek van het
locaal der liberale kiesvereenigingen, berichten omtrent den
uitslag der verkiezingen stond aftewachtenis, teleurgesteld
door de ongunstige tijding uit Gent, in optochten met mu
ziek door de stad getrokken, waarbij het vooral gemunt was
op de liotels Ier ministers Malou en Beernuert, en de bu
reaux van le Courrier de Bruxelles en le Journal de Bruxelles;
maar de overheid had op de bedoelde punten of in de nabijheid
daarvan de wachtposten versterkt, ten gevolge waarvan het
niet tot baldadigheden of botsingen gekomen is. Te Luik
hadden de „Unie der catholieke studenten" en verscheidene
andere vereenigingen den avond te voren eene serenade ge
bracht aan msgr. Mermillodwaarbij de kreet „weg inet de
liberalen!" aangeheven en met een contra-leuze beantwoord
was. De liberale jeued was daardoor in gisting gebracht en
den 9 brachten eenige duizenden personenvan vlaggen
voorzien en onder het aanheffen van „weg met de papisten!"
en van andere anti-clerikale leuzen, eene ketelmuziek aan de
voornaamste catholieke sociëteiten, het bisschoppelijk paleis,
de woning van den heer Cornessehet jezuieten-collegede
bureaux der Gazette de Liège enz., terwijl aan de liberale
bladen en Vertegenwoordigers serenades gebracht werden.
De militaire macht en de polieie verhoedden botsingen. Ook
te Charleroi hebben de liberalen charivari's aan de hun vij
andige bladen gebracht. Voora' was de menigte gebelgd te
gen den directeur van bet Journal de Charleroi, den heer
Bufquin, een franschrnan en clerikalen bonapartist. Eene pop,
die hem moest voorstellen, is de stad rondgedragen en, van
honende opschriften voorzienaan eene galg opgehangen
vervolgens geguillotineerd en door middel van" peterolie
verbrand.
In antwoord op een schrijven van den heer Victor Mousty,
waarin hij den pauselijken zegen verzoekt voor zijn te Brus
sel verschenen nieuw ultra-clerikaal blad la Croix, heeft. Z. H.
den 21 Mei eene breve geteekendwelke eene nieuwe ver
oordeeling der liberale catholieken bevat.
Het Imkercentrum heeft besloten, zijn programma te hand
haven door in de Nat. Vergadering op eene onverwijlde behan
deling van het eerste artikel van het ontwerp-Dufaure aan
te dringen. Zoo dat plan mislukt, zal het linkercentrum zich
voegen bij de voorstanders van de ontbinding der Nat. Ver
gadering.
De spoorwegen hebben in het eerste kwartaal dezes jaars
8,185,000 fr. minder opgebracht dan in dat van 1873, welke
vermindering bijna geheel het oude net betreft, dat de be
langrijkste lijnen bevat en Parijs met de grenzen in gemeen
schap brengt.
Den 8 isin de voor die gelegenheid met zwart laken
behangen kapel van het lyceum St. Louis te Parijs, metveei
plechtigheid onthuld eene marmeren plaat, waarin met ver
gulde letters de namen gebeiteld staan van 50 gewezen
kweekelingen dier inrichtingdiein verschillende rangen,
gedurende den jongslen oorlog of in den strijd tegen de Com
mune gesneuveld of aan hunne wonden overleden zijn.
De genl. op non-activiteit l'leury heeft bij de door Keizer
Alexander II te Woolwich gebonden revue, in zijne generaals
uniform naast den keizerlijken prins gereden waarvoor hij
van de regeering eenfe ernstige berisping heeft ontvangen.
Den 10, bij het vertrek van den parlementairen spoortrein
uit Parijs naar Versailles, beeft een heer. die zieh als een
bonapartist deed kennen en de gewezen kapitein der keiz.
garde Casanova bleek te zijn, van den heer Gambetta ver
langd, dat hij het in de Nat. Vergadering tegen zijne partij
gebezigde woord persoonlijk tegen hem zou herhalen. De
tijdige tusseheukomst der polieie voorkwam eene hooggaande
twist. Den 11 waren ongeveer 1000 personen op het stati
onsplein vereenigd, waarvan een aantal den heer Gambetta
verwelkomden met. den kreet „le"e Gambetta die door de
bonapartisten met gefluit en gejouw beantwoord werd. De
policie-agenten beijverden zich om de circulatie vrij te houden,
hetgeen aan de radicale Afgevaardigden, die zich onder de
menigte bevonden, zeer mishaagde, zoodat zij er zieh luide
over beklaagden, de agenten beleedigden, sommigen zieh zelfs
tegen hen te weer stelden. De agenten achtten het noodig
eenige arrestatiën te doen, en onder de arrestanten bevond
zich ook een zuidelijk Gedeputeerde, den heer Lefevre, die
echter, zoodra zijne hoedanigheid gebleken wasweder in
vrijheid is gesteld, 's Namiddags, bij de terugkomst der Af
gevaardigden, beeft de markies de S. Croix den heer Gambetta
een vuistslag in het aangezicht toegebracht en den heer Or
dinaire, die een rottingslag wilde afwenden, aan de hand ge
raakt. De aanvaller werd in hechtenis genomen en naar liet
naastbij zijnde commissariaat van polieie overgebracht, terwijl
de heer Gambetta door de menigte, onder het geroep van
„leve Gambetta! Leve de republiek!" naar zijn rijtuig werd
geleid. Den 12 hadden aan de station weder luidruchtige
manifestatiën plaats, ten gevolge waarvan een lOtal personen
gearresteerd en aldaar troepen geplaatst werden om verdere
ongeregeldheden te voorkomen.Bij de terugkomst der Af
gevaardigden was de 1 alrijke menigte door de polieie en de
militaire macht verwijderd.
Ter zake van zeer heftige en honende artikelen van den
heer Paul de Cassagnac tegen den heer Gambetta en de radi
calen en van eene door hem tot de sergents de ville gerichte
opruiing, is een gerechtelijke vervolging ingesteld. De lieeren
Schoelcher en Testelin zijn aan het bureau van le Pays genoeg
doening komen vragen uit naam van den republikeinscken j
Afgevaardigde Clémenceaudie aanbood tegenover eiken redae- j
teur van dat blad een republikein te stellen. De beer de Cas
sagnac was afwezig en heeft op eene schriftelijke uitdaging
van den leer Clémenceau met minachting een weigerend ant
woord gegeven.
De prefect van de Gironde heeft den gemeenteraad van
Bordeaux voor 2 maanden gesehorst. Een der leden had
zich de uitdrukking veroorlootd, dat het nieuwe gemeente
bestuur zijn bestaan verschuldigd was aan een „avontuurlijk
gezag," en in eene volgende vergadering dat bestuur gro
velijk gehoond en de verwijdering daarvan geëischt, zonder
dat de raad daartegen geprotesteerd had; en de vergadering
had zich eenparig vereenigd met het voorstel van een ander
lid, tot vernieuwing van den wensch omtrent de benoeming
der gemeentebesturen door de gemeenteraden.
Reeds den 13 is de markies de S. Croix, wegens handtas
telijke beleediging van den beer Gambetta, veroordeeld tot
6 maanden gevangenisstraf en 200 fr. boete. Hij erkende
met voordracht gehandeld en geeue medeplichtigen te hebben.
Volgens la République Franqaise is bij in Africa, wegens
het toebrengen van een baj onetsteek aan een onderofficier,
ter dood en bij revisie tot levenslangen dwangarbeid veroor
deeld geweest. Vóór hij bij de zouaven in dienst trad, was
bij door zijne ouders naar de kolonie Mettray gezonden.
Na afloop dezer zaak zijn twee kantoorbedienden en 1 leeraar
in de wiskunde wegens het aanheffen van oproerige kreten
tegen de agenten der openbare macht,, tot gevangenisstraffen
van 8 15 en 20 dagen en geringe geldboeten veroordeeld.
Nationals Vergadering. Verschillende Afgevaardigden
hebben wetsvoorstellen ingediend tot opheffing van den Staat
van beleg in hunne departementen, zoodat deze zaak weldra
op regelmatige wijze bij de Vergadering aanhangig zal worden
gemaakt.
Den 8 is, bij de voortzetting der tweede beraadslaging over
de wet_op de gemeentelijke verkiezingen, een amendement der
oppositie, om de commissie voor het samenstellen der kiezers
lijsten, nevens den maire en den gedelegeerde van den pre
fect, uit 3 leden van den gemeenteraad te doen bestaan (de
voordracht spreekt slechts van één gedelegeerde van den raad),
nadrukkelijk bestreden door den minister de Fourtou en met,
eene meerderheid van 56 st. verworpen, en daarna het re-
geeringsartikel aangenomen met 3S2 tegen 279 st. Den 9
is een amendement om in de samenstelling der commissie
voor de reclames eene soortgelijke wijziging te brengen, met
eene meerderheid van 32 st. verworpen.
De Afgevaardigde Girerd bracht eene, door een republi-
keinsch blad van Nevers openbaar gemaakte, circulaire „van bet
centrale comité van het beroep op het volk", d.d. 2 Mei, ter
spraak, waarin den kiezers belooningen werden toegezegd, die
de candidatuur van den bn. de Bourgoing ondersteunden, met
name aan de officieren in activiteit of op nonactiviteit, aan
wie het uitzicht op eene voordeelige plaatsing in de kaders
van het territoriale leger werd geopend. Spreker wenschte
te weten, of er werkelijk een bonapartistisch comité te Parijs,
met of zonder machtiging der regeering, bestond. De mi
nisters de Tailhand, de Fourtou en de Cissey verklaarden
eenstemmig, dat de regeering zoomin kennis droeg van het
bestaan van het comité als van de circulaire, en beloofden
het instellen eener enquête en de strenge bestraffing der
schuldigen. De heer Rouher verklaarde, dat liet comité niet
bestond en dat hij de circulaire voor een ondergeschoven
stuk hield, waarvan hij de strekking veroordeelde. De bn.
de Bourgoing verzekerde eveneensdat het document hem
onbekend was en niet van zijne vrienden was uitgegaan. De
heer Gambetta hield het voor echt, en beschuldigde naar aan
leiding daarvan den minister Magne, dat hij „de administratie
met bonapartisten bevolkte." Hij noemde dezen ellendelin
gen, waardoor eene geweldige opschudding ontstond; hij werd
2 malen tot de orde geroepen en, even als andere leden der
uiterste linkerzijde, met de eensuur bedreigd, indien zij hunne
aanrandingen niet staakten.
[Toen de heer Rouher na den afloop der zitting door de
buffelzaal ging, riep de heer Jules Ferry: „het eoinité van
liet, beroep op het volk bestaat! Het wordt ten huize van
den heer Rouher gehouden." De heer Rouher antwoordde:
„ik verklaar u, mijnheer! dat er ten mijnent geen enkel co
mité gehouden wordt." „Dat zal dan nu moeten blijken
zeide de heer Gambetta. A ndere radicalen riepen„Geef
ons den E.zas en Lotharingen liever terug De oploopende
bonapartist Galloni d'lstria mengde zieh in het gesprek en
wierp den heer Gambetta herhaaldelijk het woord „ellendeling"
naar het hoofd. De tusschenkomst van eenige Afgevaardig
den verhoedde, dat het tot handtastelijke beleedigingen kwam].
Den 10 is op art. 5de mondigheid der gemeentelijke
kiezers op 25 jaren bepalende, na afwijzing met 382 tegen
279 st. van een amendement, waarbij, zonder vermelding
van ouderdom, alle franschen in het bezit hunner burgerlijke
en staatKundige rechten kiezers werden verklaard, 3 een, ook
door den heer Bethmont verdedigd en door den rapporteur
en een ander conservatief lid bestreden amendement, van den
heer Oscar de Lafayette, strekkende om het kiesrecht aan
alle 2ijarige burgers, het genot der genoemde rechten heb
bende, toe te kennen, met 348 tegen 337 st. aangenomen.
De regeering had het artikel niet opzettelijk verdedigd noch
het daartegen gerichte amendement, bestredenmaar al de
9 ministers hebben tegen het amendement gestemd. Een
aantal leden van het rechtercentrmn stemden met de meer
derheid.
Den 11 en 12 is de beraadslaging over de wet voortgezet
en ten einde gebracht en zijn 2 van conservatieve zijde voor
gestelde additioneele bepalingen, de eene van deil heer Lucien
Brun, de andere van den burggraaf de Meaux, met eene aan
zienlijke meerderheid verworpen, alsmede met 314 tegen
296 st. een amendement van den heer Raudot om aan hoofden
van huisgezinnen eene dubbele stem toe te kennen.
Den 1 i is rondgedeeld de voordracht van den minister
van financiën tot dekking van bet, na verwerping van alle
'««-li 11 v^., lit* Vt>l vvoi J'lllp Vflll ttlll
vroeger voorgestelde middelen, op het budjef voor 1874 be
staande tekort van ruim 24] miljoen. Hij stelt voor, op de
indirecte belastingen 5 opcenten te beffen, hetwelk over de
tweede helft des jaars 19,371,000 zal opleveren. De Raad
van State bad de reeds bovenmatig hoog opgevoerde regi
stratierechten willen uitzonderen, maar de minister heeft aan
dit verlangen niet toegegeven. Door den questor BazewerA
de regeering geïnterpelleerd over de arrestatie van den heer
Lefevie, waarop de minister de Fourtou antwoordde, dat die
heer reeds ontslagen (hij was in de Kamer tegenwoordig),
en dat door hemminister, eene enquête naar het voorge
vallene gelast was.
Den 12 hebben de heeren de Malleville, Duclerc en Jules
Gazot eene interpellatie aangevraagd over „de houding, die
het gouvernement denkt aan te nemen tegenover eene"partij,
welke de souvereine bèsiissing der Vergadering (de vervallen
verklaring der napoleontische dynastie) miskent en braveert."
Die interpellatie is dadelijk aan de ordqgesteld. De minister
de Fourtou heeft gezegd, dat hij niets had in trekken van of
toe te voegen aan hetgeen hij den vorigen dag had gezegd.
De in hechtenis genomen Afgevaardigde was niet mishandeld.
Indien de polieie-agenten hunne macht te buiten gingen,
zouden zij gestraft worden. Men moest niet vergeten, dat
de gebeurtenissen van den 11 haren oorsprong hadden in het
Parlement, waar betreurenswaardige woorden gesproken waren.
De minister voegde er bij„Wij zijn de ministers van den
maarschalk Mac-Mahon gedurende 7 jaren. Wij moeten de
orde handhavenen wij zullen geenen aanval op het gezag
van den President of op de openbare rust dulden. Degenen,
die ons in de uitvoering dier taak willen belemmeren, zullen
ondervinden dat wij vastberaden te werk gaan." De rechter
zijde en het rechtereentrum juichten den minister zeer toe,
maar verscheidene leden van de linkerzijde en het linker
centrum vielen hem herhaaldelijk in de rede om te vragen,
waarom hij van den „maarschalk Mac Mahonn en van „het
land" sprak en niet van den „President der republiek" en
-de republiek. Hij antwoordde, dat hij de woorden bezigde,
die allen moesten vereenigen, üp de verklaring van den
heer Ern.Picard, dat het bewind het vertrouwen der lin
kerzijde niet bezat,antwoordde hij dit wel te weten en dat
vertrouwen ook niet te vragen. Door den heer Bethmont
werd eene motie van orde voorgesteld, inhoudende, dat de
Vergadering, de mededeelingen van den minister onvoldoende
oordeelende, overgaat tot de orde van den dag. De Verga
dering beeft echter, op voorstel van eenige leden der rech
terzijde, met 370 tegen 318 stemmen besloten, ten aanzien
der interpellatie eenvoudig over te gaan tot de orde van den
dag. De minister van j ustitie kondigde daarop aan, dat de
regeering le Rappel en le XIXme Siècle voor 14 dagen geschorst
en tegen le Pays eene vervolging ingesteld had, wegens de
hartstochtelijkede gemoederen opwindende polemiek dier
bladen.
Den 13 is andermaal beraadslaagd over het voorstel van
den heer Tirard, strekkende tot het vrij verklaren van het
gehalte van voor den uitvoer bestemde gouden en zilveren
werken. Een door den minister van oorlog ingediend voor
stel, waarbij de overgang van den voet van vrede tot dien
van oorlog gereglementeerd wordt, werd urgent verklaard.
Den 15 beeft de heer Casimir-Périer bet voorstel van het
linkercentrum ontwikkeld, strekkende tot bevestiging der re
publiek door aanneming van liet eerste artikel der op 19 Mei
1873 door den heer Dufaure ingediende constitutioneele wet
ten bekrachtiging der wet, waarbij aan den maarschalk Mac
Mahon der Presidentschap der republiek voor 7 jaren is op
gedragen; en erkenning van liet recht van geheele of ge
deeltelijke herziening der constitutie in zoodanigen vorm en
met zulk een tussohenverloop, als bij de constitutioneele wet
ten zullen worden vastgesteld. Als drangredenen hiervoor
voerde hij aan de onzekerheid van den tegenwoordigen toe
stand, de gebleken onmogelijkheid van het herstel van het
Koningschap en de toenemende stoutheid der tot 2 malen
toe door de Vergadering veroordeelde bonapartistische partij
Het septennaat was een gewichtige stap geweest, maar niet
voldoendehet land heeft behoefte aan een vast en duurzaam
gouvernement en een blijvenden regeeringsvorm. Een man
kon niet de plaats eener instelling bekleeden. De constitu-
oneele commissie had bet niet verder kunnen brengen dan
tot eene kieswet, een vasten grondslag voor haren arbeid
missende was zij onmachtig. De heer Périer eindigde met
de urgentie voor zijn voorstel te vragen. De lieer Lambert
de S. Croix steldeuit naam van een aantal leden van bet
rechtereentrum, als contra-project eene motie voor, strek
kende om de wet van 20 Nov. (het Septennaat) en het door
den minister de Broylie ingediende voorstel tot grondslag
voor den arbeid der constitutioneele commissie te leggen.
De genl. Changarnier ondersteunde dit voorstel nadrukkelijk
en bezwoer de Kamer, de urgentie aan liet voorstel-Péricr
niet te verieenen. De heer Laboulaye daarentegen verdedigde
dit voorstel met klem. De heer Audren de kerdrel noemde
het voorstel overbodigomdat het project-Dufaure reeds bij
de constitutioneele commissie aannangig was gemaakten
hij stelde dus voor, de bevoegdheden dier commissie te
bandhaven. De heer Raoul Duval betoogde de onmogelijkheid
om met eene zoo verdeelde Kamer een definitief gouverne
ment tot stand te brengen, en verklaarde dat, alleen een be
roep op het volk tot eene oplossing zou voeren. Met 345
tegen 341 st. werd daarop de urgentie verleend. De ministers
hebben tegen gestemd de 18 leden der groep-Target van bet
linkercentrum, die in den laatsten tijd met het reehtercentrum
stemden, vóór; 11 leden van laatstgenoemde partij hebben zieh
onthouden 't welk ook geschied is door 3 leden der uiterste
rechterzijde, omdat zij tegen bet toekennen van eenige consti
tutioneele bevoegdheid aan de Vergadering zijn. Vervolgens
is liet besloten bet contra-project Lambert de S. Croix mede
naar de constitutioneele commissie te verzenden. De heer
de Kerdrel trok zijn voorstel in. De hertog de Larochefoucauld-
Bisacctagezant te Londendeed uit naam van 53 leden
der uiterste rechterzijde het volgende voorstel: „de monar
chie is het gouvernement van Frankrijk. De troon behoort
aan het hoofd van liet koninglijk Huis van Erankrijk. De
maarschalk Mac Mahon voert den titel van luitenant-generaal
des Koningrijks. De staatsinstellingen van Erankrijk zullen