1 t No. 34. Zesenzeventigste Jaargang. 1874. f- 23 A U (i L S T U S. Geen interventie. O N D A G K- (ftffictccl (Qcbcclïc SSISckeltjkecStc öcriehlcn. ikuiiscliland. Hclgie. Frankryk. *1 .1 A c; A T Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag avond te 7 uren. Prijs per kwartaal O,5. franco per post 1 O.HO. afzonderlijke nommers .5 Cents. Uneven franco aan de Uitgevers HERM'. CUSTER ZOON. De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15 Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag 1 uur, wordt voor de plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan; ingezonden berichten een dag vroeger. p)e BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR. Gezien art. 3 der politieverordening op herbergen en loge menten van 21 Januari] 1874- Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de komjkuizen, tapperijen enz., van 22 tot en met 26 Augustus, des nachts tot 2 ure, en van 27 tot en met 30 Augustus, gedurende den seheelen nachtmogen geopend blijven. Alkmaar, De 22 Aug. 1S74. A. MAGLAINE PON i. VERGADERING van den RAAD der gemeente ALK MAAR, op Woensdag, 26 Augustus 1874, des middags tpn 12 ure A aniens den Voorzitter van den Ha ad ten li ure. NUHOUT van der VEEN. De ondergeteekende, directeur der burgeravondschool maakt bekend, dat hij Dinsdag, den 1 September, des avonds te 7 uren, in het gfebonw dier school inschrijving zal houden van degenen, die wenschen'gedurende den aanstaanden cur sus het onderwijs aan genoemde inrichting te volgen. Alleen dezulken die een bewijs van inenting kunnen overleggen worden ingeschreven. A. van UVEN. P O L I T IÉT Ter terugbekoming aan het commissariaat van politie voor handen het navolgende gevondene als: een pies een arm van een nop, een koralen beursje met knipje, een bril. Verder zijn aldaar inlichtingen te hekomen omtrent een hondje en een Te Bergen gevonden een vrouwenzak, waarin eenige waarde. De voorwerpen zijn gemerkt met de letters II.B.; ter te rugbekoming vervoege men zich ter secretarie aldaar. Liist van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn, gedurende de maanden April, Mei en Juni 1874 verzonden üuitschlandJ. Holsterman. Halter; J. Scholz, Mainz. Engeland: van het Hulpkantoor te Sint Pattern: „Ganders Horti culture," Londen. Frankrijk Joseph Langlois Paris. Wat heeft men te denken van den toestand van Spanje en meer in 't bijzonder van de gezindheid van het Spaansche volkIs het waar, dat don Carlos alleen in het noorden des lands, in Navarre en de Baskiselie provinciën, een over- we"enden aanhang vindt bij de bevolking De berichten van den laats ten tijd schijnen het tegendeel aan te toonen. De correspondent van het Handelsblad schrijft, thans, dat de tocht door Galicië en Asturias hem op nieuw heeft doen zien, hoe onjuist de bewering van vele Spanjaardenis, dat het Carlisme slechts in Navarra en Biskaie de meerderheid heeft. Hp vond in vele plaatsen de proclamatie van don Carlos openlijk ver spreid of althans verkrijgbaar gesteld.^ Hij gewaagt van de belangrijke geldsommen, die uit verschillende oorden des lands don Carlos worden toegezonden, en herinnert, hoe onlangs in alle steden leden van Carlistische comité's of aanzienlijke personen dier partij in hechtenis zijn genomen, Volgens zijne meenin" zouden alle fraotiën der republikeinen met halt zoo veel leden tellen als het aantal aanhangers van don Carlos bedraagt. In vele streken hebben zij de overhand, en dat zii daar de wapenen niet opvatten en de pogingen tot gere- eelden opstand" er mislukken, schrijft de correspondent toe aan het minder krijgshaftig karakter der bevolking. Die berichten zijn nieuw, en de onverschilligheid die het Spaansche volk in het algemeen ten aanzien van don Carlos strijd om den troon aan den dag legde kon zeker niet doen onderstellen dat het aantal zijner aanhangers zoo groot was. Alle Spanjaarden zijn echter niet zoo strijdlustig als die van Biskaie en Navarrazegt de correspondent, tot, opheldering van dit verschijnsel. Weinigen zullen zich ongetwijfeld bevoegd achten tot bet, maken van vergelijkingen tusschen den meer of minder krijgshaftigen aard van de bewoners der verschillende spaansche provinciën maar dat er duizenden en honderdduizenden aanhangers van don Carlos kunnen bestaan, die zich evenwel niet geroepen achten om dienst te nemen in zijn leger, valt zeker moeilijk te ontkennen. Niet voor alle Spanjaarden is bet vechten een behoefte of een vermaak, en de rustige burger, die zijn wenschen bij zijn huis en hof be paalt, is°er evenmin een zeldzaamheid als overal elders. Nu kan die rustige burger zijn wenschen ook verder uitstrekken, tot don Carlos bij voorbeeld, en toch niet ophouden een rus tig burger te zijn. Tusschen hét wenschen naar een Koning en het vechten voor een Koning ligt, nog een breede kloof, en de geestdrift van de meeste mensehen is niet sterk genoeg bevleugeld om hen over die kloof heen te voeren. Daaren boven zijn in Spanje in deze eeuw zoovele en zoo langdurige burgeroorlogen gevoerd, dat niemand zich er over behoeft te verwonderen, indien de lust om te wapen te snellen ook bij dit krijgshaftig volk langzamerhand bekoelt. Een feit is het, dan ook, dat de laatste omwentelingen en veranderingen in de regeering bijna uitsluitend van militairen uitgingen en door leger en vloot werden volbracht, terwijl do burgerij rustig toezag. Niet waarschijnlijk is het voortsdat de ul- tramontaansche partij die de onderneming van don Carlos steunt, in een land als Spanje betrekkelijk weinig aanhangers zon tellen, en eindelijk is het, niet onmogelijk, dat de zeer talrijke aanhangers van het laatst verdreven koningshuis, van Izabella en haar zoon Alphonsus, nu het de keus geldt tus schen don Carlos en de Republiek, voor het grootste deel partij kiezen voor de Kroon, al zou zij dan ook niet rusten op het hoofd van den Koning hunner keuze. Waarschijnlijk zal Spanje het voorbeeld van Erankrijk volgen schreef onlangs het Journal des Débats, en voorloopig het, gezag aan Serrano toevertrouwengelijk 1 rankrijk bet, in handen van Mac-Mahon heeft gesteld. Niet onmogelijk. Als "■een van de partijen zich met een eenigszms gegronde hoop op de overwinning durft vleien en, bij die onzekerheid van den uitsla?, de ellende van den strijd wil vermijden, dan komt men allicht tot een wapenschorsing, als die thans in I rankrijk is aangenomen. Maar in Spanje staan de zaken ten opzichte van don Carlos anders. Daar is nu eenmaal de strijd begon nen en heeft hij zich zoover uitgebreiddat er een beslis- sin" moet volgen. Zooals de zaken thans staan, moet don Carlos den Spaanscben troon veroveren of totaal verslagen en over de grenzen teruggedreven worden. Hij kan niet, capituleeren, en de strijd zal dus uitgevochten moeten worden. Maar moet er dan geen einde komen aan dat dagelijks bloedvergieten, rooven branden en plunderen ZalEuropa mecdoogsnloos blijven toezien, boe lang de strijd ook moge duren Moet het den duur van den burgeroorlog ia,en af hangen van de schier tegen elkander opwegende krachten van beide partijen, waardoor de evenaar m voortdurend wis selende beweging blijft,, nu naar deze, dan naar gene zijde, of moet, het door krachtige tusschenkomst den strijd beslissen en doen eindigen? Dergelijke vragen worden dagelijks meni"vuldiger, en liet schijnt, dat dc besliste aanhangers van het stelsel van non-interventie terrein verliezen. Ongetwij feld heelt dit stelsel een grooten schijn van hardheid en ze 11- zucht, en misschien is hier meer dan schijn. Toch mag gevraagd worden, of dan wanneer vreemde mogendheden m bmnen- landsche "eschillen tusschen beide kwamen, die tusschenkomst plaats' had uit liefde en medelijden met de strijdende partijen en zonder baatzuchtige oogmerken. De hoofdzaak is echter wat is meer in liet belang van de strijdende partijen zeiven Wat zou, om ons tot Spanje te bepalen, meer in het belang van land en volk zelf zijn, vreemde tusschenkomst of strenge onzijdigheid? Wanneer men alleen let op tijdelijke verademing op liet doen eindigen van den tegenwoordigen gruwelijken oorlog, dan zou elke tusschenkomst. alleen omdat zij een einde aan den oorlog zou maken, goedkeuring verdienen. Maar die tusschenkomst moet noodzakelijk aan ééne der strijdende par- tijen de overwinning bezorgen; en nu is de vraagneett een vreemde mogendheid liet recht om partij te kiezen en gewa penderhand tusschen beide te komen in binnenlandsche ge schillen, omwentelingen en burgeroorlogen? Tot nog toe blijven afdoende erronden voor dat recht ontbreken. Dat wij vrij zijn iu het uitspreken van onze ingenomenheid en onzen at keer, in het verlangen naar de overwinning van den een en de besliste nederlaag van den ander, en dat, ieder van gansclier harte de zegepraal mag wenschen van dat stelsel van regee- rin" waarvan hij de beste vruchten wacht, behoeft wel geen betoog maar iets anders is het,, zelf zijn zwaard in de schaal te werpen en daardoor den evenaar voor goed naar eene zijde te doen overslaan, misschien want die mogelijkheid hlptt bestaan naar de zijde die bij het volk zeil den ™nsten aanban" telt. Als men uitgaat van het stelsel dat elk volk be voel is zelf de wijze van zijn regeering te bepalen kan bezwaarlijk zulk een recht aan een vreemde mogendheid worden toegekend. Van dat standpunt zou men zich moeten bepalen tot het streng en nauwlettend weren van alle vreemde hulp in geld, in wapenen of in manschappen. Dat bijvoor beeld eenig pretendent met een in vreemde landen geworven legermacht die met vreemd geld wordt betaald, m het land valt en tegen het nationale leger oorlog voert,, is evenzeer in strijd met elk denkbeeld van internationale po htie als vrij buiterij en zeeroof. Maar bestaan er misschien hoogere be langen die hier moeten gelden en den doorslag geven bij twijfelachtig recht? Gebiedt, het belang der menschheid,ons menschelijk gevoel ons niet een einde te maken aan den bloe- dirreu strijd, tusschen Spanjaarden ongetwijfeld, maar behalve aiueu Stri u, buasoucii y Spanjaarden ook onze medëmenschendie ons daarom met onverschillig mogen wezen? En is het belang van het eene onverscmuig mogen o volk niet aan het belang van het andere volk verknocht Bestaan er dan geen algemeen Europeesche belangen? Al beantwoordde men al die vragen onvoorwaardelijk toestem mend, wat zou het ter beslissing van de vraag die hel hier geldt afdoen, wanneer het len eenen male onzeker blijtt, ot men met de tusschenkomst meer goed dan kwaad doetEn dat is voor het minst onzeker. Vreemde tusschenkomst doet gewoonlijk kwaad aan de zaak die zij kemt steunen omdat het altijd vernederend is voor het nationaal gevoel, vreemden den baas te zien spelen en -onze zaken regelen. Voor hel oo"enblik, ja, beslist de vreemde tusschenkomst de overwin ning; maar wee de regeering die door vreemde bajonetten is gevestigd, of vreemden steun heeft noodig gehad. De Oranje- partii in onze voormalige Republiek is nooit dieper gedaald in de schatting des volks, dan toen de Pruisen waren geko men om Prins Willem V in zijn waardigheden te herstellen, en niets heeft later den Patriotten zooveel kwaad gedaan als liet verwijt dat zij de Franschen in het land hebben gehaald. En wat nu Spanje betreft, alleen hij die overtuigd isdat vreemde tusschenkomst tot handhaving der tegenwoordige re"eering tegen don Carlos vroeger of later niet door een geweldige reactie ten voordeele van don Carlos zou worden gevolgdheeft vrijheid zulk een tusschenkomst te wenschen en te verdedigen W. v. P. K. I)e Times geeft, een verslag van den inhoud der circulaire, door de duitsche regeeringter zake van de erkenning van het spaansche gouvernementaan hare gezanten in het bui tenland gezonden. Daaruit blijkt, dat Duitschland alleen op moreele wijze in Spanje interveniëeren wil. Tot nu toe maakten de onlusten in Spanje eene afwachtende houding noodig. Maar de wreedheden der carlisten zouden het conservatieve monarchale beginselwaarvan zij zich ais ver tegenwoordigers opwerpen iu kwaden reuk kunnen bren genèn de"krijgstucht van het republikeinsche leger èn de onderdrukking van het communistische element bewijzen dat de regeering te Madrid genoeg vastheid bezit. De ver- leefsche pogingen der carlisten bewijzen hunne machteloos- leid. Europa kan alleen van eene bevestiging van de regee- rin" te Madrid rust voor Spanje verwachten. Door dit gouvernement te erkennen kunnen de mogendheden het steunenop moreele wijze interveniëeren en er iets toe bijdragen om een einde t,e maken aan eenen toestand die gevaarlijk zon kunnen worden voor de rust van Europa. Pruisen. Daar de cholera in de kreitzeu Grosz-Sirehlitz en Beuthén toeneemt, heeft de regeering het houden van processiën naar de sileezische hedevaartspl latsen in Grosz- Strehlitz BeuthenKattowitzZabrzeTarnowitz en Glei- witz voorloopig verboden. De landverhuizing in de oostelijke provinciën blijft nog altijd in grooten omvang voortduren, niettegenstaande er in de Ver. Staten thans overvloed van arbeidskrachten, is en er te Nieuw-York schier geen seheepsruirnte te bekomen is voor de vele landverhuizers die bij gebrek aan werk naar Europa terugkeeren. De Kurger-Poznanski, het hoofdorgaan der ultramontanen in Posenklaagt over de „flauwe en zelfs anti-kerkelijke houding der beschaafde polen." De ultraiuontaansche partij vindt n.l. in haar conflict met het staatsgezag niet den min sten steun bij de poolsch-nationale partij. De prijzen der levensmiddelen, vooral van vleesch en meel, zijn te Berlijn tot zulk eene hoogte gestegen, dat zich eene maatschappij gevormd heeft met het doel om groote scheeps ladingen vleesch en granen uit America te ontbieden en zoodoende door de rekening der speculanten een streep te Prins Bismarck is te Berlijn teruggekeerd en heeft zich den 15 naar Yarzin begeven. Hij heeft eene strafvervolging ingesteld tegen het beiersche Vdterlandwegens de daarin telkens tegen hem voorkomende schaamteloozc aanvaden en insinuation. Vóór zijn vertrek heeft hij in den Reichs-Anzeiger zijnen dank betuigd voor de bewijzen van deelneming uit alle oorden van Duitschlaud en uit het buitenland ontvangen. De onderhandelingen der spaansche regeering met berlijn- sche leveranciers van militaire uitrustingen zijn voorloopig afgebroken, omdat de laatstgenoemden de door hen ver langde zekerheid van betaling niet konden verkrijgen. De gewezen maarschalk Bazaine heeft den 15, na daags te voren te Keulen gekomen te zijnden militairen com mandant genl. Hummereen bezoek gebracht, hetgeen deze met een tegenbezoek heeft beantwoord. Uit Keulen heelt Bazaine aan den franschen minister van binn. zaken geschre ven, dat zoo min de kolonel Villette als zijne bediende Aug. Bateau en de directeur en agenten der gevangenis eenig deel aan zijne ontvluchting hebben gehad, en dat hij daartoe niet zou zijn overgegaanindien men hem meerdere ruimte oor lichaamsbeweging gelaten en eenvoudig aan de bewaking an den militairen commandant van S. Marguerite toever trouwd had. Nu het burgerlijk huwelijk met 1 Oct. wordt ingevoerd hebben sommige provinciale synoden verklaard, dat de gees telijkheid zich alsdan niet meer te belasten heeft met de in vordering der belasting, welke van elk jong paar ten be hoeve van de opleiding van vroedvrouwen geheven wordt. De evangelische opperkerkeraad heeft echter te kennen gegeven dat deswege met den minister van eeredienst on derhandelingen gevoerd zijnen dat het om verschillende redenen niet mogelijk is vóór I Oct. verandering in den bestaanden toestand te brengen. Zoodra mogelijk zal bij den Landdag een wetsontwerp tot afschaffing der belasting worden ingediend. De oud-catholieke bisschop Reinkens heeft op Laurentius- dag de eerste priesterwijding in de slotkapel te Bonn vol trokken. 2 Priesters zijn gewijd: de heer Peter Harnau uit de provincie Pruisen, die voorloopig ter verdere opleiding nog te Bonn blijft, en de heer Fridolin Troxler uitLuzern, die benoemd is tot hulp-geestelijke in de zwitsersche ge meente Olt.en. Van goederhand verneemt mendat Rusland en Oosten rijk reeds voordat de duitsche circulaire werd rondgezonden zich bereid hadden verklaard om de spaansche regecring te erkennen. DuitschlandOostenrijk en Rusland behandelen, overeenkomstig het bepaalde bij de samenkomst der 3 Keizers, alle belangrijke diplomatieke aangelegenheden in overleg met elkander. De Nordd. Allg. Zeitung constateert, op grond van sedert ingekomen ambtsberichtendat de door de carlisten gefusil leerde kapitein Schmidt reeds te Logrono van het duitsche gezantschap te Madrid de papieren ontvangen had, waardoor hij op afdoende wijze zijne identiteit, kon bewijzen. Beieren. Dr. üiruf, in wiens woning prins llismarck te Kissingen verblijf gehouden heeft en onder wiens behande ling hij geweest isheeft van de regeering den hofraadstitel ontvangen. Het gemeentebestuur van Kissingen laat in den gevel van genoemde woning een marmeren steen aanbrengen, waarop te lezen staat: „Den 13 Juli 1874 werd op deze plaats door Gods genadige beschikking Z. D. prins v. Bis marck uit de band eens moordenaars gered. Dezen gedenk steen wijdt de stad Kissingen aan bet duitsche volk." Elzas-Lotharingen. Den 1 8 heeft de opening der drie „Bezirkstage" op provinciale Landdagen plaats gehad. Die van den Beneden-Elzas, te Straatsburg, heeft den heer Klein tot voorzitter verkozen en alle leden hebben den eed afge legd. De Landdag van den Boven-Elzaste Colmar, mist thans nog slechts 1 liden die van Lotharingente Metz is met 26 beëedigde leden geopend. In het diocees Mechelen is gedurende 1873 voor den Pieterspenning 232,722 en voor „de nieuwjaarsgift" aan Pius IX 105,004 fr. opgebracht, te zamen alzoo 337,777 fr het hoogste cijfer tot dusver in genoemd aartsbisdom in één jaar verzameld. Ter gelegenhefd der kermis zijn te Antwerpen vele feest vieringen, tentoonstellingen (van tuinbouw en van schilde rijen van oude meesters) en wedstrijden gehouden. Den 15 is het achtste congres der belgische gymnastiek-vereenigin- gen jmet veel plechtigheid geopendwaartoe 25 genoot schappen uit België9 nit Nederland6 uit Duitschland 1 uit Londen en 1 uit Rijssel opgekomen en op het stads huis verwelkomd waren. De nederlandsche en vlaamsche let terkundigen door de rederijkerskamer „de Olijftak" tot een congres genoodigdwerden mede feestelijk ontvangen, 's A- vonas werd de nieuwgebouwde prachtige vlaamsche schouw burg ingewijd, waarbij het gemeentebestuur voorging en de burgemeester deffaeldo feestrede heeft uitgesproken. Den 16 hadden er wedstrijden van 24 genootschappen en gezelschappen plaats, van boogschutters scherpschutters balspelers kege laars, duivenafrichters, biljartspelers, hengelaars enz. Nadat ge delegeerden uit ongeveer 200 gezelschappentot de bedoelde 24 categoriën behoorendeop het raadhuis de van stadswege uitgeloofde prijzeu (36 prachtige pendulesvele zilveren voorwerpen en een groot aantal medaljes) ontvangen had denhebben de onderscheidene vereenigingen met 10 mu ziekcorpsen een optocht gehouden. Den 17, 's morgens, zijn de Koning, de Koningin en prinses Louise, vergezeld van de ministers Malou, Beernaert en Thiebauldin de stad ge komen en met geestdrift door de bevolking toegejuicht. Na, begeleid door "de burgerwacht te paardop het paleis te zijn aangekomen en aldaar eene receptie te hebben gehouden, hebben de koninglijke gasten zich weldra ten gevolge van den regenin een gesloten rijtuig naar den vlaam sehen schouwburg begeven, waar zij door den heer de Gegier, voorzitter van de rederijkerskamer „de Olijftak", met eene vaderlandsche toespraak begroet zijnwaarna HH. MM. de voorlezing der bekroonde prijsvragen van de Kamer hebben aangehoord. Van daar zijn de vorstelijke bezoekers naar de nieuwe arbeiderswijken van den Stuyvenberg en van Geelhand gegaanwaar den Koning o. a. een zijner pete kinderen, den zevenden zoon van een antwerpsehen werkman, is voorgesteld. Vervolgens heeft de Koning, nadat, de bur gemeester eene uitvoerige en belangrijke rede gehouden had, de eerste spade gestoken voor de wegruiming der zuider citadel (in 1567 door Alva gesticht en in 1832 door Chassé tegen de franschen verdedigd), welke handeling door de ministers nagevolgd werdterstond waarop verscheidene mijnen zijn ontstoken ter vernieling van het bastion Eernandos. Tegen den avond zijn de vorstelijke bezoekers naar Brussel teruggekeerd, 's Avonds is de stad algemeen en schitterend verlicht geweest. De gewezen maarschalk Bqzaine is den 18 met zijnen behuwdbroeder te Spa aangekomen en aldaar in het „Hotel du Midi" afgestapt, waarin zijne echtgenoot en zijne kinde ren hunnen intrek genomen hadden. Volgens de berlijnsche Post hebben de gedelegeerden ter brusselsche conferentie het russische programma terzijde gesteld en hunne regeeringen uitgenoodigd. om de resultaten hunner beraadslagingen over eene uitbreiding van de conven tie van Genève te ratificeeren. Le Nord zegt echter, dat het congres niet aanneemt en niet verwerpt, maar enkel bouwstoffen aan dc regeeringen verschaft voor hare toekom stige besluiten. De turkscbe gedelegeerden hebben den 19 voor het eerst aan de beraadslagingen deelgenomen. Volgens le Gaulois is de maarschalk Bazaine ontkomen langs een kabelwelke hij van de touwenwaarmede zijne koffers vastgebonden waren geweest, gevlochten bad, en is er veel moed en beleid noodig geweest om daarlangsen zon der door de schildwachten bemerkt te worden, van eene aan merkelijke hoogte tot de zee af te dalen. Volgens dat blad was hij opgenomen door eene boot van het jacht Baron Bi- casoli, van de genuëesche Maatschappij Genaro-Denovaro, aan boord van welk jacht mevr. Bazaine en haar broeder zich bevonden. Andere bladen bewerendat Bazaine onmogelijk langs het gevonden touw heeft kunnen ontvluchtendat slechts heeft moeten dienen om de polieie op het dwaalspoor te brengen. De Kolnische Zeitung verzekert van Bazaine zelf, die van Genua over MilaanComoChur, Constanz Areneuberg (waar hij de Keizerin en den Keiz. prins heeft bezocht), Bazel en Mainz in den avond van den 14 met zijne vrouw en zijnen neef te Keulen is aangekomen en al daar overnacht heeft, de ware toedracht der ontvluchting te hebben vernomen, en is deze werkelijk langs het touw ter diepte van 80 voeten, langs scherpe rotspunten geschied. Toen Bazaine het einde van het touw maar nog niet het strand bereikt 'had, was hij in zee gesprongen, waar zijne krachten hem begavenmaar Alvarez de Rul, die met mevr. Bazaine in een bootje wachtte, was hem te hulp gekomen. Mevrouw Bazaine had de stoomboot Baron Ricasoli voor een plezier tocht gehuurd, en was over dag met de sloep naar wal ge gaan om een kamerdienaar te huren, in welke rol haar echtgenoot 's nachts met een bootje aan boord van de sloep en vervolgens van de stoomboot kwam. Bazaine had in een door hem0op een terras aangelegd tuintje een oude, toege- metselde waterloop ontdekt en deze opengemaaktom met behulp van ijzeren bouten tot ophangpunt voor zijn touw te dienen; zijne echtgenoot had hem met zoogenaamde too- verinkt het tijdstip voor het wagen der ontvluchting doen weten. Aan den franschen minister van binn. zaken beeft mevr. Bazaine geschrevendat niemand dan zij en haar neef den vluchteling behulpzaam zijn geweest, juist om te voor komen dat deze of gene daarvoor zou moeten boeten. Van gouvernementswege zijn in alle richtingen telegrammen afgezonden om den vluchteling, indien men hem op'het spoor kwamte arresteeren. Ten gevolge daarvan hebben verscheidene vergissingen plaats gehad. De genl. d Aurelles de Paladines is aan de spoorwegstation van Moulms aange houden en daar hij geene papieren bij zich had om zijne indentiteit uit te makennaar de prefectuur der polieie gebracht, waar men hem herkend heetl. Volgens la Gazette des Tnbunaux heeft de soldaat, die in den nacht van 10 op 11 dezer van II tot 1 en van 3 tot 5 uren op St. Marguérite op post stondbeide keeren met een wachter gepraat en zich door dezen naar het schilderhuis laten brengen. De wachter is in hechtenis genomen. La

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1874 | | pagina 1