1
t
No. 34.
Zesenzeventigste Jaargang.
1874.
f-
23 A U (i L S T U S.
Geen interventie.
O N D A G
K-
(ftffictccl (Qcbcclïc
SSISckeltjkecStc öcriehlcn.
ikuiiscliland.
Hclgie.
Frankryk.
*1
.1 A
c;
A
T
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag
avond te 7 uren. Prijs per kwartaal O,5. franco per post 1 O.HO.
afzonderlijke nommers .5 Cents.
Uneven franco aan de Uitgevers HERM'. CUSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15
Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag
1 uur, wordt voor de plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan;
ingezonden berichten een dag vroeger.
p)e BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR.
Gezien art. 3 der politieverordening op herbergen en loge
menten van 21 Januari] 1874-
Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de komjkuizen,
tapperijen enz., van 22 tot en met 26 Augustus, des nachts
tot 2 ure, en van 27 tot en met 30 Augustus, gedurende
den seheelen nachtmogen geopend blijven.
Alkmaar, De
22 Aug. 1S74. A. MAGLAINE PON i.
VERGADERING van den RAAD der gemeente ALK
MAAR, op Woensdag, 26 Augustus 1874, des middags
tpn 12 ure A aniens den Voorzitter van den Ha ad
ten li ure. NUHOUT van der VEEN.
De ondergeteekende, directeur der burgeravondschool
maakt bekend, dat hij Dinsdag, den 1 September, des avonds
te 7 uren, in het gfebonw dier school inschrijving zal houden
van degenen, die wenschen'gedurende den aanstaanden cur
sus het onderwijs aan genoemde inrichting te volgen. Alleen
dezulken die een bewijs van inenting kunnen overleggen worden
ingeschreven. A. van UVEN.
P O L I T IÉT
Ter terugbekoming aan het commissariaat van politie voor
handen het navolgende gevondene als: een pies een arm van
een nop, een koralen beursje met knipje, een bril. Verder zijn
aldaar inlichtingen te hekomen omtrent een hondje en een
Te Bergen gevonden een vrouwenzak, waarin eenige waarde.
De voorwerpen zijn gemerkt met de letters II.B.; ter te
rugbekoming vervoege men zich ter secretarie aldaar.
Liist van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
gedurende de maanden April, Mei en Juni 1874 verzonden
üuitschlandJ. Holsterman. Halter; J. Scholz, Mainz.
Engeland: van het Hulpkantoor te Sint Pattern: „Ganders
Horti culture," Londen.
Frankrijk Joseph Langlois Paris.
Wat heeft men te denken van den toestand van Spanje en
meer in 't bijzonder van de gezindheid van het Spaansche
volkIs het waar, dat don Carlos alleen in het noorden
des lands, in Navarre en de Baskiselie provinciën, een over-
we"enden aanhang vindt bij de bevolking De berichten van
den laats ten tijd schijnen het tegendeel aan te toonen. De
correspondent van het Handelsblad schrijft, thans, dat de tocht
door Galicië en Asturias hem op nieuw heeft doen zien, hoe
onjuist de bewering van vele Spanjaardenis, dat het Carlisme
slechts in Navarra en Biskaie de meerderheid heeft. Hp vond
in vele plaatsen de proclamatie van don Carlos openlijk ver
spreid of althans verkrijgbaar gesteld.^ Hij gewaagt van de
belangrijke geldsommen, die uit verschillende oorden des lands
don Carlos worden toegezonden, en herinnert, hoe onlangs
in alle steden leden van Carlistische comité's of aanzienlijke
personen dier partij in hechtenis zijn genomen, Volgens zijne
meenin" zouden alle fraotiën der republikeinen met halt zoo
veel leden tellen als het aantal aanhangers van don Carlos
bedraagt. In vele streken hebben zij de overhand, en dat
zii daar de wapenen niet opvatten en de pogingen tot gere-
eelden opstand" er mislukken, schrijft de correspondent toe aan
het minder krijgshaftig karakter der bevolking.
Die berichten zijn nieuw, en de onverschilligheid die het
Spaansche volk in het algemeen ten aanzien van don Carlos
strijd om den troon aan den dag legde kon zeker niet doen
onderstellen dat het aantal zijner aanhangers zoo groot was.
Alle Spanjaarden zijn echter niet zoo strijdlustig als die van
Biskaie en Navarrazegt de correspondent, tot, opheldering
van dit verschijnsel. Weinigen zullen zich ongetwijfeld
bevoegd achten tot bet, maken van vergelijkingen tusschen
den meer of minder krijgshaftigen aard van de bewoners der
verschillende spaansche provinciën maar dat er duizenden en
honderdduizenden aanhangers van don Carlos kunnen bestaan,
die zich evenwel niet geroepen achten om dienst te nemen in
zijn leger, valt zeker moeilijk te ontkennen. Niet voor alle
Spanjaarden is bet vechten een behoefte of een vermaak, en
de rustige burger, die zijn wenschen bij zijn huis en hof be
paalt, is°er evenmin een zeldzaamheid als overal elders. Nu
kan die rustige burger zijn wenschen ook verder uitstrekken,
tot don Carlos bij voorbeeld, en toch niet ophouden een rus
tig burger te zijn. Tusschen hét wenschen naar een Koning
en het vechten voor een Koning ligt, nog een breede kloof,
en de geestdrift van de meeste mensehen is niet sterk genoeg
bevleugeld om hen over die kloof heen te voeren. Daaren
boven zijn in Spanje in deze eeuw zoovele en zoo langdurige
burgeroorlogen gevoerd, dat niemand zich er over behoeft te
verwonderen, indien de lust om te wapen te snellen ook bij
dit krijgshaftig volk langzamerhand bekoelt. Een feit is het,
dan ook, dat de laatste omwentelingen en veranderingen in
de regeering bijna uitsluitend van militairen uitgingen en
door leger en vloot werden volbracht, terwijl do burgerij
rustig toezag. Niet waarschijnlijk is het voortsdat de ul-
tramontaansche partij die de onderneming van don Carlos
steunt, in een land als Spanje betrekkelijk weinig aanhangers
zon tellen, en eindelijk is het, niet onmogelijk, dat de zeer
talrijke aanhangers van het laatst verdreven koningshuis, van
Izabella en haar zoon Alphonsus, nu het de keus geldt tus
schen don Carlos en de Republiek, voor het grootste deel
partij kiezen voor de Kroon, al zou zij dan ook niet rusten
op het hoofd van den Koning hunner keuze.
Waarschijnlijk zal Spanje het voorbeeld van Erankrijk volgen
schreef onlangs het Journal des Débats, en voorloopig het,
gezag aan Serrano toevertrouwengelijk 1 rankrijk bet, in
handen van Mac-Mahon heeft gesteld. Niet onmogelijk. Als
"■een van de partijen zich met een eenigszms gegronde hoop op
de overwinning durft vleien en, bij die onzekerheid van den
uitsla?, de ellende van den strijd wil vermijden, dan komt
men allicht tot een wapenschorsing, als die thans in I rankrijk
is aangenomen. Maar in Spanje staan de zaken ten opzichte
van don Carlos anders. Daar is nu eenmaal de strijd begon
nen en heeft hij zich zoover uitgebreiddat er een beslis-
sin" moet volgen. Zooals de zaken thans staan, moet don
Carlos den Spaanscben troon veroveren of totaal verslagen
en over de grenzen teruggedreven worden. Hij kan niet,
capituleeren, en de strijd zal dus uitgevochten moeten worden.
Maar moet er dan geen einde komen aan dat dagelijks
bloedvergieten, rooven branden en plunderen ZalEuropa
mecdoogsnloos blijven toezien, boe lang de strijd ook moge
duren Moet het den duur van den burgeroorlog ia,en af
hangen van de schier tegen elkander opwegende krachten
van beide partijen, waardoor de evenaar m voortdurend wis
selende beweging blijft,, nu naar deze, dan naar gene zijde,
of moet, het door krachtige tusschenkomst den strijd beslissen
en doen eindigen? Dergelijke vragen worden dagelijks
meni"vuldiger, en liet schijnt, dat dc besliste aanhangers van
het stelsel van non-interventie terrein verliezen. Ongetwij
feld heelt dit stelsel een grooten schijn van hardheid en ze 11-
zucht, en misschien is hier meer dan schijn. Toch mag gevraagd
worden, of dan wanneer vreemde mogendheden m bmnen-
landsche "eschillen tusschen beide kwamen, die tusschenkomst
plaats' had uit liefde en medelijden met de strijdende partijen
en zonder baatzuchtige oogmerken. De hoofdzaak is echter
wat is meer in liet belang van de strijdende partijen zeiven
Wat zou, om ons tot Spanje te bepalen, meer in het belang
van land en volk zelf zijn, vreemde tusschenkomst of strenge
onzijdigheid?
Wanneer men alleen let op tijdelijke verademing op liet
doen eindigen van den tegenwoordigen gruwelijken oorlog,
dan zou elke tusschenkomst. alleen omdat zij een einde aan
den oorlog zou maken, goedkeuring verdienen. Maar die
tusschenkomst moet noodzakelijk aan ééne der strijdende par-
tijen de overwinning bezorgen; en nu is de vraagneett een
vreemde mogendheid liet recht om partij te kiezen en gewa
penderhand tusschen beide te komen in binnenlandsche ge
schillen, omwentelingen en burgeroorlogen? Tot nog toe blijven
afdoende erronden voor dat recht ontbreken. Dat wij vrij zijn
iu het uitspreken van onze ingenomenheid en onzen at keer,
in het verlangen naar de overwinning van den een en de
besliste nederlaag van den ander, en dat, ieder van gansclier
harte de zegepraal mag wenschen van dat stelsel van regee-
rin" waarvan hij de beste vruchten wacht, behoeft wel geen
betoog maar iets anders is het,, zelf zijn zwaard in de schaal
te werpen en daardoor den evenaar voor goed naar eene zijde
te doen overslaan, misschien want die mogelijkheid hlptt
bestaan naar de zijde die bij het volk zeil den ™nsten
aanban" telt. Als men uitgaat van het stelsel dat elk volk be
voel is zelf de wijze van zijn regeering te bepalen kan
bezwaarlijk zulk een recht aan een vreemde mogendheid
worden toegekend. Van dat standpunt zou men zich moeten
bepalen tot het streng en nauwlettend weren van alle vreemde
hulp in geld, in wapenen of in manschappen. Dat bijvoor
beeld eenig pretendent met een in vreemde landen geworven
legermacht die met vreemd geld wordt betaald, m het land
valt en tegen het nationale leger oorlog voert,, is evenzeer
in strijd met elk denkbeeld van internationale po htie als vrij
buiterij en zeeroof. Maar bestaan er misschien hoogere be
langen die hier moeten gelden en den doorslag geven bij
twijfelachtig recht? Gebiedt, het belang der menschheid,ons
menschelijk gevoel ons niet een einde te maken aan den bloe-
dirreu strijd, tusschen Spanjaarden ongetwijfeld, maar behalve
aiueu Stri u, buasoucii y
Spanjaarden ook onze medëmenschendie ons daarom met
onverschillig mogen wezen? En is het belang van het eene
onverscmuig mogen o
volk niet aan het belang van het andere volk verknocht
Bestaan er dan geen algemeen Europeesche belangen? Al
beantwoordde men al die vragen onvoorwaardelijk toestem
mend, wat zou het ter beslissing van de vraag die hel hier
geldt afdoen, wanneer het len eenen male onzeker blijtt, ot
men met de tusschenkomst meer goed dan kwaad doetEn
dat is voor het minst onzeker. Vreemde tusschenkomst doet
gewoonlijk kwaad aan de zaak die zij kemt steunen omdat
het altijd vernederend is voor het nationaal gevoel, vreemden
den baas te zien spelen en -onze zaken regelen. Voor hel
oo"enblik, ja, beslist de vreemde tusschenkomst de overwin
ning; maar wee de regeering die door vreemde bajonetten is
gevestigd, of vreemden steun heeft noodig gehad. De Oranje-
partii in onze voormalige Republiek is nooit dieper gedaald
in de schatting des volks, dan toen de Pruisen waren geko
men om Prins Willem V in zijn waardigheden te herstellen,
en niets heeft later den Patriotten zooveel kwaad gedaan als
liet verwijt dat zij de Franschen in het land hebben gehaald.
En wat nu Spanje betreft, alleen hij die overtuigd isdat
vreemde tusschenkomst tot handhaving der tegenwoordige
re"eering tegen don Carlos vroeger of later niet door een
geweldige reactie ten voordeele van don Carlos zou worden
gevolgdheeft vrijheid zulk een tusschenkomst te wenschen
en te verdedigen W. v. P. K.
I)e Times geeft, een verslag van den inhoud der circulaire,
door de duitsche regeeringter zake van de erkenning van
het spaansche gouvernementaan hare gezanten in het bui
tenland gezonden. Daaruit blijkt, dat Duitschland alleen
op moreele wijze in Spanje interveniëeren wil. Tot nu toe
maakten de onlusten in Spanje eene afwachtende houding
noodig. Maar de wreedheden der carlisten zouden het
conservatieve monarchale beginselwaarvan zij zich ais ver
tegenwoordigers opwerpen iu kwaden reuk kunnen bren
genèn de"krijgstucht van het republikeinsche leger èn de
onderdrukking van het communistische element bewijzen
dat de regeering te Madrid genoeg vastheid bezit. De ver-
leefsche pogingen der carlisten bewijzen hunne machteloos-
leid. Europa kan alleen van eene bevestiging van de regee-
rin" te Madrid rust voor Spanje verwachten. Door dit
gouvernement te erkennen kunnen de mogendheden het
steunenop moreele wijze interveniëeren en er iets toe
bijdragen om een einde t,e maken aan eenen toestand die
gevaarlijk zon kunnen worden voor de rust van Europa.
Pruisen. Daar de cholera in de kreitzeu Grosz-Sirehlitz
en Beuthén toeneemt, heeft de regeering het houden van
processiën naar de sileezische hedevaartspl latsen in Grosz-
Strehlitz BeuthenKattowitzZabrzeTarnowitz en Glei-
witz voorloopig verboden.
De landverhuizing in de oostelijke provinciën blijft nog
altijd in grooten omvang voortduren, niettegenstaande er in
de Ver. Staten thans overvloed van arbeidskrachten, is en er
te Nieuw-York schier geen seheepsruirnte te bekomen is voor
de vele landverhuizers die bij gebrek aan werk naar Europa
terugkeeren.
De Kurger-Poznanski, het hoofdorgaan der ultramontanen
in Posenklaagt over de „flauwe en zelfs anti-kerkelijke
houding der beschaafde polen." De ultraiuontaansche partij
vindt n.l. in haar conflict met het staatsgezag niet den min
sten steun bij de poolsch-nationale partij.
De prijzen der levensmiddelen, vooral van vleesch en meel,
zijn te Berlijn tot zulk eene hoogte gestegen, dat zich eene
maatschappij gevormd heeft met het doel om groote scheeps
ladingen vleesch en granen uit America te ontbieden en
zoodoende door de rekening der speculanten een streep te
Prins Bismarck is te Berlijn teruggekeerd en heeft zich
den 15 naar Yarzin begeven. Hij heeft eene strafvervolging
ingesteld tegen het beiersche Vdterlandwegens de daarin
telkens tegen hem voorkomende schaamteloozc aanvaden en
insinuation. Vóór zijn vertrek heeft hij in den Reichs-Anzeiger
zijnen dank betuigd voor de bewijzen van deelneming uit
alle oorden van Duitschlaud en uit het buitenland ontvangen.
De onderhandelingen der spaansche regeering met berlijn-
sche leveranciers van militaire uitrustingen zijn voorloopig
afgebroken, omdat de laatstgenoemden de door hen ver
langde zekerheid van betaling niet konden verkrijgen.
De gewezen maarschalk Bazaine heeft den 15, na daags
te voren te Keulen gekomen te zijnden militairen com
mandant genl. Hummereen bezoek gebracht, hetgeen deze
met een tegenbezoek heeft beantwoord. Uit Keulen heelt
Bazaine aan den franschen minister van binn. zaken geschre
ven, dat zoo min de kolonel Villette als zijne bediende Aug.
Bateau en de directeur en agenten der gevangenis eenig
deel aan zijne ontvluchting hebben gehad, en dat hij daartoe
niet zou zijn overgegaanindien men hem meerdere ruimte
oor lichaamsbeweging gelaten en eenvoudig aan de bewaking
an den militairen commandant van S. Marguerite toever
trouwd had.
Nu het burgerlijk huwelijk met 1 Oct. wordt ingevoerd
hebben sommige provinciale synoden verklaard, dat de gees
telijkheid zich alsdan niet meer te belasten heeft met de in
vordering der belasting, welke van elk jong paar ten be
hoeve van de opleiding van vroedvrouwen geheven wordt.
De evangelische opperkerkeraad heeft echter te kennen
gegeven dat deswege met den minister van eeredienst on
derhandelingen gevoerd zijnen dat het om verschillende
redenen niet mogelijk is vóór I Oct. verandering in den
bestaanden toestand te brengen. Zoodra mogelijk zal bij
den Landdag een wetsontwerp tot afschaffing der belasting
worden ingediend.
De oud-catholieke bisschop Reinkens heeft op Laurentius-
dag de eerste priesterwijding in de slotkapel te Bonn vol
trokken. 2 Priesters zijn gewijd: de heer Peter Harnau uit
de provincie Pruisen, die voorloopig ter verdere opleiding
nog te Bonn blijft, en de heer Fridolin Troxler uitLuzern,
die benoemd is tot hulp-geestelijke in de zwitsersche ge
meente Olt.en.
Van goederhand verneemt mendat Rusland en Oosten
rijk reeds voordat de duitsche circulaire werd rondgezonden
zich bereid hadden verklaard om de spaansche regecring te
erkennen. DuitschlandOostenrijk en Rusland behandelen,
overeenkomstig het bepaalde bij de samenkomst der 3 Keizers,
alle belangrijke diplomatieke aangelegenheden in overleg met
elkander.
De Nordd. Allg. Zeitung constateert, op grond van sedert
ingekomen ambtsberichtendat de door de carlisten gefusil
leerde kapitein Schmidt reeds te Logrono van het duitsche
gezantschap te Madrid de papieren ontvangen had, waardoor
hij op afdoende wijze zijne identiteit, kon bewijzen.
Beieren. Dr. üiruf, in wiens woning prins llismarck te
Kissingen verblijf gehouden heeft en onder wiens behande
ling hij geweest isheeft van de regeering den hofraadstitel
ontvangen. Het gemeentebestuur van Kissingen laat in den
gevel van genoemde woning een marmeren steen aanbrengen,
waarop te lezen staat: „Den 13 Juli 1874 werd op deze
plaats door Gods genadige beschikking Z. D. prins v. Bis
marck uit de band eens moordenaars gered. Dezen gedenk
steen wijdt de stad Kissingen aan bet duitsche volk."
Elzas-Lotharingen. Den 1 8 heeft de opening der drie
„Bezirkstage" op provinciale Landdagen plaats gehad. Die
van den Beneden-Elzas, te Straatsburg, heeft den heer Klein
tot voorzitter verkozen en alle leden hebben den eed afge
legd. De Landdag van den Boven-Elzaste Colmar, mist
thans nog slechts 1 liden die van Lotharingente Metz
is met 26 beëedigde leden geopend.
In het diocees Mechelen is gedurende 1873 voor den
Pieterspenning 232,722 en voor „de nieuwjaarsgift" aan
Pius IX 105,004 fr. opgebracht, te zamen alzoo 337,777 fr
het hoogste cijfer tot dusver in genoemd aartsbisdom in één
jaar verzameld.
Ter gelegenhefd der kermis zijn te Antwerpen vele feest
vieringen, tentoonstellingen (van tuinbouw en van schilde
rijen van oude meesters) en wedstrijden gehouden. Den 15
is het achtste congres der belgische gymnastiek-vereenigin-
gen jmet veel plechtigheid geopendwaartoe 25 genoot
schappen uit België9 nit Nederland6 uit Duitschland
1 uit Londen en 1 uit Rijssel opgekomen en op het stads
huis verwelkomd waren. De nederlandsche en vlaamsche let
terkundigen door de rederijkerskamer „de Olijftak" tot een
congres genoodigdwerden mede feestelijk ontvangen, 's A-
vonas werd de nieuwgebouwde prachtige vlaamsche schouw
burg ingewijd, waarbij het gemeentebestuur voorging en de
burgemeester deffaeldo feestrede heeft uitgesproken. Den 16
hadden er wedstrijden van 24 genootschappen en gezelschappen
plaats, van boogschutters scherpschutters balspelers kege
laars, duivenafrichters, biljartspelers, hengelaars enz. Nadat ge
delegeerden uit ongeveer 200 gezelschappentot de bedoelde
24 categoriën behoorendeop het raadhuis de van stadswege
uitgeloofde prijzeu (36 prachtige pendulesvele zilveren
voorwerpen en een groot aantal medaljes) ontvangen had
denhebben de onderscheidene vereenigingen met 10 mu
ziekcorpsen een optocht gehouden. Den 17, 's morgens, zijn
de Koning, de Koningin en prinses Louise, vergezeld van
de ministers Malou, Beernaert en Thiebauldin de stad ge
komen en met geestdrift door de bevolking toegejuicht. Na,
begeleid door "de burgerwacht te paardop het paleis te
zijn aangekomen en aldaar eene receptie te hebben gehouden,
hebben de koninglijke gasten zich weldra ten gevolge
van den regenin een gesloten rijtuig naar den vlaam
sehen schouwburg begeven, waar zij door den heer de Gegier,
voorzitter van de rederijkerskamer „de Olijftak", met eene
vaderlandsche toespraak begroet zijnwaarna HH. MM. de
voorlezing der bekroonde prijsvragen van de Kamer hebben
aangehoord. Van daar zijn de vorstelijke bezoekers naar
de nieuwe arbeiderswijken van den Stuyvenberg en van
Geelhand gegaanwaar den Koning o. a. een zijner pete
kinderen, den zevenden zoon van een antwerpsehen werkman,
is voorgesteld. Vervolgens heeft de Koning, nadat, de bur
gemeester eene uitvoerige en belangrijke rede gehouden had,
de eerste spade gestoken voor de wegruiming der zuider
citadel (in 1567 door Alva gesticht en in 1832 door Chassé
tegen de franschen verdedigd), welke handeling door de
ministers nagevolgd werdterstond waarop verscheidene
mijnen zijn ontstoken ter vernieling van het bastion Eernandos.
Tegen den avond zijn de vorstelijke bezoekers naar Brussel
teruggekeerd, 's Avonds is de stad algemeen en schitterend
verlicht geweest.
De gewezen maarschalk Bqzaine is den 18 met zijnen
behuwdbroeder te Spa aangekomen en aldaar in het „Hotel
du Midi" afgestapt, waarin zijne echtgenoot en zijne kinde
ren hunnen intrek genomen hadden.
Volgens de berlijnsche Post hebben de gedelegeerden
ter brusselsche conferentie het russische programma terzijde
gesteld en hunne regeeringen uitgenoodigd. om de resultaten
hunner beraadslagingen over eene uitbreiding van de conven
tie van Genève te ratificeeren. Le Nord zegt echter, dat
het congres niet aanneemt en niet verwerpt, maar enkel
bouwstoffen aan dc regeeringen verschaft voor hare toekom
stige besluiten. De turkscbe gedelegeerden hebben den 19
voor het eerst aan de beraadslagingen deelgenomen.
Volgens le Gaulois is de maarschalk Bazaine ontkomen
langs een kabelwelke hij van de touwenwaarmede zijne
koffers vastgebonden waren geweest, gevlochten bad, en is er
veel moed en beleid noodig geweest om daarlangsen zon
der door de schildwachten bemerkt te worden, van eene aan
merkelijke hoogte tot de zee af te dalen. Volgens dat blad
was hij opgenomen door eene boot van het jacht Baron Bi-
casoli, van de genuëesche Maatschappij Genaro-Denovaro, aan
boord van welk jacht mevr. Bazaine en haar broeder zich
bevonden. Andere bladen bewerendat Bazaine onmogelijk
langs het gevonden touw heeft kunnen ontvluchtendat
slechts heeft moeten dienen om de polieie op het dwaalspoor
te brengen. De Kolnische Zeitung verzekert van Bazaine zelf,
die van Genua over MilaanComoChur, Constanz
Areneuberg (waar hij de Keizerin en den Keiz. prins heeft
bezocht), Bazel en Mainz in den avond van den 14 met
zijne vrouw en zijnen neef te Keulen is aangekomen en al
daar overnacht heeft, de ware toedracht der ontvluchting te
hebben vernomen, en is deze werkelijk langs het touw ter
diepte van 80 voeten, langs scherpe rotspunten geschied.
Toen Bazaine het einde van het touw maar nog niet het strand
bereikt 'had, was hij in zee gesprongen, waar zijne krachten
hem begavenmaar Alvarez de Rul, die met mevr. Bazaine
in een bootje wachtte, was hem te hulp gekomen. Mevrouw
Bazaine had de stoomboot Baron Ricasoli voor een plezier
tocht gehuurd, en was over dag met de sloep naar wal ge
gaan om een kamerdienaar te huren, in welke rol haar
echtgenoot 's nachts met een bootje aan boord van de sloep
en vervolgens van de stoomboot kwam. Bazaine had in een
door hem0op een terras aangelegd tuintje een oude, toege-
metselde waterloop ontdekt en deze opengemaaktom met
behulp van ijzeren bouten tot ophangpunt voor zijn touw te
dienen; zijne echtgenoot had hem met zoogenaamde too-
verinkt het tijdstip voor het wagen der ontvluchting doen
weten. Aan den franschen minister van binn. zaken beeft
mevr. Bazaine geschrevendat niemand dan zij en haar neef
den vluchteling behulpzaam zijn geweest, juist om te voor
komen dat deze of gene daarvoor zou moeten boeten.
Van gouvernementswege zijn in alle richtingen telegrammen
afgezonden om den vluchteling, indien men hem op'het
spoor kwamte arresteeren. Ten gevolge daarvan hebben
verscheidene vergissingen plaats gehad. De genl. d Aurelles
de Paladines is aan de spoorwegstation van Moulms aange
houden en daar hij geene papieren bij zich had om zijne
indentiteit uit te makennaar de prefectuur der polieie
gebracht, waar men hem herkend heetl.
Volgens la Gazette des Tnbunaux heeft de soldaat, die in
den nacht van 10 op 11 dezer van II tot 1 en van 3 tot
5 uren op St. Marguérite op post stondbeide keeren met
een wachter gepraat en zich door dezen naar het schilderhuis
laten brengen. De wachter is in hechtenis genomen. La