- -
Groolc Koemarkt te Alkmaar,
No. 46.
Achtende veiiligste Jaargang.
1876
ZONDAG
12 NOVEMBER.
2x2 4,
Provincie Noordholland.
Het driejarig- onderhoud van de haven Beoos
ten het Oude Schild op Texelloopende vau
1 Januari 1877 tot 31 December 1S70.
PROVINCIE NOORDIIOLLAND
AANRESTEDING.
NUHOUT van der VEEN.
Woensdag 33 November iSSö.
iflavkl- e« ficucabKvichlKu.
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag
avond te 7 uren. Prijs per kwartaal O,SS, franco per post 9,80,
afzonderlijke nwnmers S Cents.
Brieven franco aan de Uitgevers HERM'. COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 1—5 regels f 0,75, voor elke regel meer 15
Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag
1 uur, wordt voor de plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan;
ingezonden berichten een dag vroeger.
Bij deze Courant behoort een Bijblad.
AANBESTEDING.
Op Donderdag, den 23 November 1-876, des namiddags
te half' drie urenzalaan het locaal van het Provinciaal
Bestuur van Aoordholland te Haarlem, bij enkele inschrijving
worden aanbesteed
De bestekken zijn, tegen betaling van 20 cents per exem
plaar, verkrijgbaar aan het locaal van het Provinciaal Bestuur
voornoemd, aan het bureau voor buitenlandsche paspoorten
op den O. Z. Achterburgwal tegenover het Walepleintje
te Amsterdam, en ter secretarie van de gemeente Texel.
Nadere inlichtingen kunnen worden verkregen bij den
Hoofdingenieur van den Waterstaat te Haarlem, bij den In
genieur J. M. F. Wellan te Alkmaar en bij den opzichter
IC. Ph. de Kruy/f te Helder.
Op Donderdag, den 23 November 1876, des namiddags
te hat* drie urenzalonder nadere goedkeuringaan het
locaal van het Provinciaal Bestuur te Haarlemnamens en
voor rekening van de besturen der bierna te noemen gemeenten,
worden overgegaan tot de aanbesteding van
het bouwen van eene school en het inrichten
van een gebouw voor onderwijzerswoning te
Krommenie, en het bouwen van eene school
en het verbeteren van de ondarwijzerswoning
te Graft.
De aanbesteding zal plaats hebben bij enkele inschrijving
ingevolge art. 23 der bestekken.
Ieder bestek met de teekeningen istegen betaling van
Een Gulden, te verkrijgen aan het locaal van bet Provinciaal
Bestuur voornoemdaan bet bureau voor buitenlandsche
paspoorten gevestigd in het raadhuis te Amsterdam, en aan
de gemeente-secretarieën van Rrommenie en Graft, voor zoo
veel het bestek die gemeenten aangaat.
Gegadigden worden er aan herinnerddat de biljetten van
inschrijving uiterlijk vóór drie uren des namiddags van den dag.
die de besteding voorafgaatin de Bus moeten gestoken zijn
zoo als art. 68 441 der algemeene voorschriften bepaalt.
Nadere inlichtingen zijn te bekomen bij de Burgemeesters
der gemeenten Krommenie en Graftvoor zooveel ieder der
genoemde werken aangaat, en bij de ontwerpers der bestekken
(van bet werk te Krommenie) den lieer F. Krieger, (van
het werk te Graft) den heer T. C. van der Slerr, Provinciale
Opzichters van den Waterstaat, respectievelijk te Alkmaar
en te Hoorn.
He aanwijzing in loce zal geschieden te Krommenie op Za
terdag en te Graft op Maandag vdór de besteding.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengennaar aanleiding van art. 11 van het reglement be
treffende de Kamers van Koophandel en Eabrieken, vastge
steld bij K.K. besluit van 9 November 1851 (Staatsblad
No- 142), ter kennis van de belanghebbenden:
dat op Donderdag 16 November 1876, des morgens van
10 tot 1 ureten raadhuize dezer gemeentede verkiezing
zal plaats hebben van drie leden voor de Kamer van Koop
handel en Fabrieken alhier, in vervanging van de met ultimo
December e.k. periodiek aftredende leden
terwijl de vastgestelde lijst van kiesgeregtigden van af
heden ter gemeente-secretarievan des morgens 9 tot des
namiddags 2 ure, ter inzage voor de belanghebbenden is
nedergelegd. Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar A. MACLAINE PONT.
10 Oct. 1876. He Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennisdat zijnaar aanleiding van
het bij de behandeling der gemeente-begrooting voor 1877
aangenomen beginsel «om net aan de gemeente behoorende
gebouw aan de Oudegracht, wijk D, n°. 332, gebruikt wor
dende bij bet burg. armbestuur tot, turfschuur voor de arme-
te verkoopen hedeu den Raad ter vaststelling hebben aan
geboden: a. een ontwerp-besluit, waarbij dat, gebouw verklaard
wordt niet meer ter openbare dienst bestemd te zijn; b. een
ontwerp-besluit voor den openbaren verkoop van dat. gebouw;
kunnende zijdie bezwaar mogten hebben tegen de onttrek
king daarvan aan de publieke dieust, zich te dier zake tot
den Gemeenteraad wenden vódr 15 November 1876.
Burgemeester en ff'ethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
3 November 1876. Be Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
BURGEMEESTERen WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van belanghebbendendat de Gemeente
raad bij de behandeling der gemeentebegrooting voor 1877,
besloten heeft tot het bestraten van de Laat, van de Choor-
straat tot de Kapelsteegdat, ben wenschelijk ister voor-
kommer van het opbreken dier straal, kort nadat zij gelegd
is, vódr den aanvang dier bestrating de daarin gelegen riolen,
welke niet in voldoenden staat verkeeren en heistelling be
hoeven te herstellen; dat zij hen daarom uitnoodigenzoo
spoedig mogelijk tot die herstel ing overiegaan.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
6 Nov, 1876. Be Secretaris
P O L I C 1 E.
Aan bet bureau aldaar zijn inlichtingen te bekomen omtrent
een blauwbonte koeeen portemonnaieeen ijzeren waterketel
en een grauw paardendek.
Onthoud u van de toepassing van Westersche begrippen
op Oostersche toestandenontzie de eeuwen-oude gebruiken
en instellingen van den Javaan, eerbiedig de adat. Zoo
luidde steeds en zoo luidt nog de gemoedelijke raad van den
kolonialen conservatief tegen wat bij noemt de revolutionaire
maatregelen en de sloopingspolitiek der liberalen. Ook wan
neer het grondbezit van den Javaan ter sprake kwam, beriep
men zich op de oude instellingen, waaraan de Javaan gehecht
isen die de grondslagen uitmaken der Indische maat
schappijen verkondigde, als een feit, dat alleen de onkun
dige of de kwaadwillige kon betwistendat gemeenschappe
lijk landbezit van de gezamenlijke bewoners der dessa's op
Java de natuurlijke toestand is, zooals die zich in den loop
der tijden overeenkomstig de eischen der samenleving en de
begrippen des volks had gevormd. Dien toestand" vooral
moest men eerbiedigeu. Werd hij al niet overal op Java
aangetroffendan had men met uitzonderingenmet afwij
kingen van den regel te doen, die men moest toeschrijven
aan noodlottige hinderpalen, schadelijke invloeden, inmen
gingen van vreemdelingen van Europeanen. Het gemeen
schappelijk grondbezit te vervangen door individueel bezit,
zou hetzelfde zijn als den Javaau een ongeweuschtenhem
geheel vreemden maatschappelijken toestand opdringen en hem
overleveren aan armoede en gebrek.
Van liberale zijde werd in alle opzichten bet tegendeel
beweerd. Individueel bezit, zeide men, is op Java inheemsch,
en wordt door den Javaanoveral waar hij werkelijk vrij is
in zijn keus, gewenscht en gezocht,. Particulier grondbezit
zal zijn ontwikkeling en zijn welvaart grootehjks bevorderen.
Treft men het op Java niet overal als regelmaar hier en
daar als uitzondering aandan moet dit toegeschreven wor
den aan den in dit opzicht zeker zeer keilloozen invloed
van het eultuursteldat groot belang had bij bet gemeen-
scttappelijk grondbezit, omdat het vrije beschikking noodig
had over een deel der gemeenschappelijke dessa-gronden
Men wees et\op, dat, waar de gedwongen cultuur was in
gevoerd het individueel grondbezit bijna geheel was verdwe
nen. In sommige streken scheen zelfs het, gemeenschappelijk
bezit der dessa (gemeente) niet voldoende, en had men liet
uitgebreid tot een gemeenschappelijk bezit van geheele dis
tricten. Zoo hadden de dessa- en districtshoofden vrije be
schikking over bijna alle landen en nten had ze immers noo
dig voor de culturesToch hadden mannenwier meening
groot gezag had het bestaan van het individueel bezit op
Java erkend en het wenschelijk genoemd daarenboven. Van
den Bosch had reeds in 1834 geschreven„Het recht van
den Souverein strekt zich niet verder uit dan tot het heffen
van het aandeel dat hem volgens de adat toekomt, ot tot
het' bezwaren van den bezitter met een op nbare dienst, aan
de verschuldigde schatting geëvenredigd. Voor het overige
gaan de gronden op de leden der familie van den eigenaar
over; zij verkoopen of verhuren die onderling volgens de
adat, en deze gebruiken bestaan nog overal waar dezelve
niet door de willekeurige bemoeienissen van de Europeanen
met, de huishoudelijke aangelegenheden van den inlander zijn
vervallen." En waar het gemeenschappelijk bezit bestond
daar had ook J. C. Baud het gaarne door individueel bezit
zien vervangen. „Een maatschappelijke hervorming", schreef
hij in 1840, „waaronder elk Javaan eigenaar worden zou
van het rijstveld, hetwelk hij thans in gebruik of in erfpacht
heeft, zou ik in de toekomst met welgevallen kunnen tege
moet zien". Zoo meende dan ook de heer Eransen van "de
Putte in 1865 dat een goede staatkunde medebracht, „den
overgang van gemeenschappelijken t,ot individueelen grond
eigendom zooveel dit met eerbiediging van ieders rechten
geschieden kante bevorderen", en in het destijds door hem
ingediende ontwerp eener cultuurwet werd daarom bepaald
dat, de gemeenschappelijke dessa- of gemeentegronden tus-
sclten de rechthebbenden zouden worden verdeeldzoodra
de meerderheid van hen het verlangde. In die verdeeling
zouden niet, begrepen zijn de grondenwaarvan het bezit
behoort verbonden te blijven aan de waarneming van betrek
kingen bij het bestuur der gemeente, noch de gronden die
tot gemeene weide bestemd worden, of waarvan de opbrengst
moest strekken tot onderhoud van scholenbegraafplaatsen
of inrichtingen ten algemeenen nuttetenzij op uitdrukkelijk
verzoek der gemeente door den Gouverneur-Generaal tot die
verdeeling bijzondere machtiging werd verleend.
Het ontwerp van den heer van de Putte is geeu wet ge
worden. Voor die ramp zijn Indië en Nederland gelukkig
bewaard gebleven, getuigden de koloniale conservatieven
met dankbaar gemoed. De kwestie van het landbezit bleef
echter aan de orde. Wat is op Java de regelmatige, de
natuurlijke toestand: gemeenschappelijk of individueel bezit,P
bleef men vragenen waarbij bevindt zich de bevolking het
best Toen voor twee jaren de berichten omtrent de ver
wisseling van gemeenschappelijk in individueel' bezit zich
vermenigvuldigdenwerd op sterken aandrang van conser
vatieve zijde door den Minister van Koloniën per telegram
bevel gezonden tot staking van de dienstreis van den Alge
meenen Secretarisaan wiens tusschenkomst men de voor
liefde voor het individueel bezit toeschreef. De regeering
zeide men, moest zich van alle tusscüenkomst onthouden
mocht geenerlei invloed doen gelden maar zich volkomen
onpartijdig houden. Geen medewerking tot een maatregel
die Java ten ondergang zou voeren, en waartoe de Javaan
liet men hem inderdaad vrij wel nimmer zou overgaan.
De toenmalige Minister van Koloniën is door een ander ver
vangen maar nog altijd is hetzelfde ministerie aan het be
wind dat bij zijn optreden „remmen in Indië" tot, leus had.
Nu werd in de zitting der Tweede Kamer van 27 October 11.
aan den tegenwoordigeu Minister van Kolomen de vraag ge
daan of de regeering zich verzet tegen het individueel grond
bezit en daarop werd door dien bewindsman geantwoord
„Die vraag beantwoord ik in vollen zin ontkennend. De
regeering is volkomen overtuigd dat het individueel bezit
den inlander op een beteren voet zal brengen, en dat dus
het induvidueele landbezit, ook op Javawenschelijk is." Her
haaldelijk en zoo beslist mogelijk liet, de Minister zich vervol
gens over de?e zaak uit.,, Dit staat vast" zeide hij, „dat overal
waar op Java communaal bezit bestaat, dit kan worden be
schouwd als een abnormale toestand en de conclusie, waar
toe men bij liet onderzoek is gekomen, is deze dat overal
waar een normale toestand in het leven getreden isook in-
duvidueel grondbezit, bestaat." En nog eens: „Individueel
bezitdit is geconstateerd was eigenlijk op Java de oor
spronkelijke toestandmaar nadat de heerên- en cultuur-
diensten en vooral de suikercultuur er zijn ingevoerdis
door sommige residenten zij worden genoemd in het rap
port het communaal grondbezit ingevoerd geworden. Het
bestond nietmaar het is van regeeringswege tot stand ge
bracht en bet, zal zich weder oplossen naar mate die cul
tuur- en heerendiensten afgeschaft, worden." En eindelijk
„Nu zegt i en, dat men de zaak niet moet overlaten aan
de deelgerecktigden zeiven. Ik geloof dat men dit gerust
kan doen. Zoodra de oorzaak van de kwaal weggenomen
zal zijnzal zij ook wel genezen. Ieder inlander zal dan
begrijpendatwanneer hij eigenaar is van een afzonderlijk
stuk grond, zijn maatschappelijke toestand beter zal wezen,
dan wanneer hij het grondbezit deelen moet met zijne des-
sagenooten. Daarover is dan ookzoo ik meen op Java
geen kwestie meer."
Daarover is op Java geen kwestie meer.
Zoo is dan door een lid van een conservatief ministerie de
waarheidde onbetwiste en onbetwistbare waarheid erkend
van hetgeen jaren lang werd voorgesteld als een valsehe
theorie, een Westersch begrip, een verzinsel om de sloo-
perspolitiek te kunnen invoeren en den Javaan van zijn grond
te kunnen berooven. Geen kwestie meer. Wat men steeds
had ontkendwordt, voorgesteld als een feit, door een naauw-
keurig en opzettelijk onderzoek gestaafd, door niemand in
Indië meer betwist. Wat men als de grootste ramp voor
J ava had voorgesteldverklaart deze Minister een zegen te
achten. Wat wonder, dat de geheele conservatieve partij
tegen den Minister in opstand is gekomen endaarna zijDe
verklaringen rustig overwegende en al het gewicht er van
steeds levendiger beseffendemet ongeduld verlangt te we
ten, of hier nog misverstand mogelijk is, dan wel of zij in
dezen Minister een onverbiddelijken tegenstander moet be
strijden-
Een drenkeling klemt zich aan een stroohalm vast. Deze
waarheid verklaarthoe bet mogelijk isdat men nog nadere
inlichtingen verlangt. Immers de woorden van den Minister
zijn zoo duidelijkzoo ondubbelzinnigdat zij inderdaad
elke toelichting kunnen ontberen. Ja maar, zal men zeggen,
ja maar de Minister heeft toch ook gezegd, dat de regeering
zich van alle tusschenkomst behoort te onthoudenen de
zaak haar natuurlijken loop moet laten. Hij heeft daarbij
gewezen op een schier onoverkomelijken hinderpaal tegen den
overgang van het gemeenschappelijk in individueel bezit
een hinderpaaldie in menige dessa de bevolking terug
houdt of zelfs op haar eenmaal uitgesproken wensch tot ver
deeling der dessa-gronden doet terugkomen. In den regel
brengt namelijk grondbezit heerendienstplichtigheid mee. Be
slaat er nu in een dessa gemeenschappelijk grondbezit, dan is
ook de geheele manlijke bevolking verplicht tot het vervul
len van de heerendiensten mede te werkenen elke nieuwe
inwoner krijgt aandeel in den gemeenschappelijken grond
maar moet daarentegen ook zijn deel dragen in de heenen
diensten. Wordt de gemeenschappelijke grond verdeeld, dan
komen de cultuur- en lieerendienslen uitsluitend ten laste
van de grondbezitters. Daarenboven zijn de vrouwen en
kinderenook al worden zij door erfopvolging eigenaren
van een st.uk grond van deze diensten vrijgesteldde druk
komt alzoo ten laste van weinigen en wordt te zwaar. Daarom
zal op vele plaatsen net gemeenschappelijk grondbezit door
de bevolking worden gehandhaafdwanneer altüans dit, be
zwaar niet wordt uit den weg geruimd. Maar ook in dit
opzicht zijn de mededëelingen van den Minisl er voor den te
genstander van het individueel grondbezit niet zeer gerust
stellend. Want wel meende hij dat alles aan de deelgercch-
tigden zeiven moest worden overgelaten en dat de tusschen
komst der regeering onnoodig wasmaar onder zekere
voorwaarde. „Die tusschenkomst acht ik onnoodig," zeide
hij„wanneer slechts de belemmeringen, die bet individueel
bezit tegenhouden, opgeheven worden. En wanneer men mij
vraagt, of grondbezit en heerend ienstplichtigbeid van elkander
kunnen losgemaakt worden, of heerendiensten moeten worden
losgemaakt van den grondof de landrente moet zijn een
reëel statuut dan antwoord ikal deze onderwerpen zijn
in behandeling in Indië, de adviezen zullen daarover inkomen,
en ik acht mij niet gerechtigd daarop overuit te loopen."
Z. M. heeftop verzoekeervol ontslag verleend aan dr
B. Huid als officier ran gezondheid 2". kl. bij de d. d schut
terij alhier,, en in zijne plaats benoemd dr. J Ch. M. Simon
Thomas
üp Donderdag aanst., van 10 tot 1 uur, zal de ver
kiezing plaats hebben van 3 leden voor de kamer van koop
handel in plaats van de aftredende heeren G. Jvan Leeu
wen H. J. Conijn en C. Bosman.
De tweeue algemeene vergadering der Verteniging tot
ontwikkeling van den landbouw in Hollands Noorderkwartier,
den 1 Nov. in „de Toelast" gehouden, heeft besloten: in 1877
een wedstrijd van graanmaaimachines uit te schrijven; in het
voorjaar van 1879 op nieuw eene keuring van schapen en
runderkudden uit te schrijven en daarvoor eene gouden
medalje met eere-diploma uit te loven; voor de in Sept. 1877
hier te houden tentoonstelling der Maatschappij van Landbouw
uit te loven de volgende prijzen: 100 voor den zwartbonten
stier van inlandsch ras, geboren in 1876, die de meeste en
beste kenmerken van melkgevend ras vertoont, 50 voor
de zwartbonten kuispink in 1876 geboren, van ras- en
kenmerken als voren 50 voor den besten ram, hier te
lande gefokt en geboren in 1876, en 50 voor de 4 beste
ooien, in Nederland gefokt. Tot bestuursleden zijn benoemd
de heeren K. Rezelman te Winkel, Th. J. Waller te Anna
PaulownaJ. Bulleman te Twisk3A. Haarselhorst te
ObdamIf. Sluis te Beemster, K. Winkel te Sijbecar'spel
tot tweeden voorzitter de heer Bezelman en tot secretaris-
penningmeester de heer J. Zijp Kz. te Abbekerk. Voor de
volgende algemeene vergadering, in Maart 1877 is Span
broek aangewezen.
In de op 7 dezer gebonden vergadering der afdeeling
van de Ned. Maatschappij ter bevordering van Nijverheid is
eene subcommissie benoemd voor de in 1877, in het Paleis
voor Volksvlijt te Amsterdam, te houden tentoonstelling van
kunst toegepast op nijverheid, met daaraan verbonden inter
nationalen wedstrijd, welke commissie bestaat, uit de heeren
A. Conijn Az., A Siebert Coster, J. HoltzT. H. de Lange,
H. P. Ibink Melenbriuh, L. C. J. v. Ooereem en ff. F. Stoel.
De heerlijkheid Callantsoog, ongeveer 1296 bunders
grootden 8 door den notaris v. Leeuwen alhier in veiling
gebrachtheeft, bij inzetin 37 perceelen mogen gelden
349.619; de finale verkoop heeft a.s. Woensdag plaats.
- Den 10 is een jongeling, die aan toevallen leed
aan het visschen zijnde op Ropjeskuil, voorover in de sloot
gevallen cn verdronken.
Ook de arrondissements rechtbank alhier heeft zich in
vereeniging met het kantongerecht aangesloten bij het adres
van de arrondissements rechtbank te Brielle, en zich tot de
Tweede Kamer gewend met het verzoek de wetsontwerpen
houdende regeling van de inrichting en het rechtsgebied der
arrondissements rechtbanken en kantongerechten zoo spoedig
mogelijk in openbare beraadslaging te nemen.
Wekelijksche berichten in het Bijblad.
BURGERLIJKE STAND.
ONDERTROUWD.
2 Nov. Frederik Clermor.t Rikewedr. van Aaltje van Triest
en Arijaentje Ruiter.
9 n Stephanas Martinus van Wijck, te Heterenen
Helena Jacoba Johanna Conijn, te Alkmaar.
GEBOREN.
3 Nov. Ferdinanda Wilhelmina van Abraham Crefeld en
Maria Klasina Hillegonda Holtsmuller.
5 Cornelia, D. van Nicolaas Johannes Tholen en Ma
ria Catharina Adriana Meijne.
6 e Keeltje, D. van Pieter Kuit en Neeltje Goed.
Elisabeth Wuhelmina, D. van Abraham Johan Bruin
en Anna Volkers.
9 Alida Johanna, 1). van Johannes Tros en Helena Koppe.
10 Gerbrand, Z. van Gerbrand Siebrands en Elisabeth
Hagman.
OVERLEDEN.
19 Oct. Pieter, L. van Arie Bouter en van wijlen Maartje
Muller, 13 j. overleden te Amsterdam.
4 Nov. Matje, D. van Cornells de Jong en van wijlen Catha
rina Margaretha de Vries, bijna 2 j.
7 Aart, Z. van wnlen Aart Eikenboom en Petronella
Adriana Klein 7 m.
8 Ameliar Abbinkwed. van Dirk Nieuwjaar, 77 j.
Jan Koster, 48 j., wonende te Avereest.
9 Elisabeth Visser, echtg. van Erans Vermeulen, 43 j.
HendrikZ. van Gerrit Stolker en Susanna van den
Berg5 j. en ruim 10 m.
10 u Simon Kuit, 22 j.
In dank ontvangen voor den 77jarigen oud-onderwijzer: van
K. Jte O., een postwissel groot f 3,
Koedijk, 11 Nov. '76. A. HARTLAND.
Alkmaar 6 Nov. Aangevoerd 25 vette Kalveren f 50 a
125 2 nucht. dito 18 106 Schapen f 24 a 3453 vette
Varkens f 0,58 a 0,68 per kgr.
Op de groote naj aars-koemarkt zijn aangevoerd 4750 stuks
Runderen.
8 Nov. Aangevoerd 195 Paarden f 65 a 625. 22 Veu
lens f 81 a 127.
10 Nov. Kleine kaas f 39,50, commissie f 41, middelbare
f 42, laagste prijs 1 20, aangevoerd 480 stapels, wegende
104438 kilogr. Ter graanmarkt aangevoerd 3336 heet.,
Tarwe t 9 a 12,37%, Rogge f 8,50 a 9,' Gerst,/5,60 a 6,80,
idem Chev. f 7 a 7,75 Haver f 3,25 a 6 Paarden! •oonen
f 7,50 a 8,25, bruine dito 9 a 13, Kanariezaad wit,/12 a
13,50, geel Mosterdzaad f 20 a 22,75, blauw Maanzaad ƒ17,50,
Erwten: Groene f 40 a 20, grauwe /19a 22, vale/14a 18.
11 Nov. Aangevoerd 5 Paarden 65 a 125, 14 nucht.
Kalveren 14 a 21, 21 Schapen 10 a 32, 10 Geiten 3
a 8, 57 magere Varkeus f 14 a 24, 217 Biggen 3 a 8,
Boter per kop 115 a 115 cents.
Beverwijk 4 Nov. Aangevoerd 400 Runderen.
Edam 3 Nov. Kleine kaas 33 a 38,75, verkocht 41 st.(
wegende 8710 kilogr.
4 Nov. Aangevoerd 530 Lammeren 18 a 27.
9 Nov. 214 St.ukl.en Boter 1,70 a 1,78 per kgr., Kip
peneieren /7a 7,59 për 100.
Enkhuizen 8 Nov. Kleine kaas 38,50, verkocht 22 sta
pels, wegende 5578 kilogr., Karweizaad 24 a 24,25, blauw