i\o. 3.
Tachtigste Jaargang.
1878.
Z O M D A G
20 JANUARI.
®fficiccl (?$cbccUc
NATIONALE MILITIE.
Loting' voor de Nationale ÏStlifie.
Engeiand's voorzorgsmaalregelen.
£21ckclijkscüc üevidttcu
Frankr||k.
4«rout 83rit(an|e e» Ierland.
liirklje.
A l
A AKS
E E
A
T.
Deze Courant wordt, wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag
avond te 7 uren. Prijs per kwartaal franco per post f 0,H0
afzonderlijke ne-mmers 5 Cents.
Brieven franco aan de Uitgevers HERM'. COSTER ZOON.
De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15
Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag
1 uur, wordt voor de plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan
ingezonden berichten een dag vroeger.
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR.
Gezien art. 26 der wet op de Nationale Militie, dato 19
Augustus 1S61 (Staatsblad No, 72).
Brengen bij deze ter kennis van de belanghebbenden
Dat het register der in bet jaar 1877, alhier voor de Na
tionale Militie ingeschreven personen benevens de alphabe-
tische naamlijst, ter inzage zullen liggen ter secretarie dezer
gemeente, van den 15 Januari tot den 25 Januari van des
voormiddags 9 tot des namiddags 2 ure, binnen welken tijd
tegen gemelde registers bezwaren kunnen ingeleverd worden
bij den Heer Commissaris des Konings in deze Provincie.
Alsmede
Dat ten aanzien van het inleveren dezer bezwarenbij
art. 99 der gemelde wet zijn gemaakt de volgende bepalingen
De bezwaren worden bij Gedeputeerde Staten ingediend
«door middel van een door de noodige bewijsstukken ge-
«staafd verzoekschrift, op ongezegeld papier, onderteekend
«door hem die ze inbrengt Deze brengt het verzoekschrift
«in tegen bewijs van ontvangbij den Burgemeester zijner
«woonplaats, die het terstond aan Gedeputeerde Staten
«opzendt."
Burgemeester en Wethouders voornoemd,,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
II Jan. 1878.' De Secretaris,
NU 110UT vas der VEEN.
KENNISGEVING.
Het HOOED van bet Plaatselijk Bestuur te ALKMAAR
brengt op grond van art. 1 der wet van 22 Mei 1815 (Staats
blad n°. 22) bij deze ter kennis van de ingezetenen der ge
meentedat het, kohier der grondbelasting op de gebouwde
en ongebouwde eigendommen over het jaar 1878, op den
15 Januari 1S78 door den Heer Provincialen Inspecteur der
directe belastingen in Noordholland executoir verklaard op
heden aan den Heer Ontvanger der Rijks directe belastingen
binnen deze gemeente ter invordering is overgegeven.
Ieder ingezeten, die daarbij belang heeft, wordt vermaand
op de voldoening van zijnen aanslag behoorlijk acht te geven,
ten einde alle gereg'telijke vervolgingen, welke uit nalatigheid
zouden voortvloeijente voorkomen.
Alkmaar, het hoofd van het Bestuur voorn.'
den 17 Jan. 1878. A. MACLAINE PONT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van de belanghebbenden
dat de loting der in het vorige ja'ar in deze gemeente
voor de Militie ingeschrevenen zal geschieden op Dingsdag,
den 12 Eebruari 1878, ten raadlmize der gemeente Alkmaar.
Zij worden mitsdien opgeroepenom op dien dag des
voormiddags ten 9). ure zich aldaar te bevinden om te loten
en opgave te doen van de redenen van vrijstelling die zij
ter zake van de Militie vermeenen te moeten inbrengen.
Indien zij vermeenen vrijstelling te kunnen erlangen wegens
broederdienst of op grond van te zijn eenige wettige zoon,
zullen zij bovendien op Vrijdag, den 1 Maart e.k., des na
middags ten zes ure, in bet. gemeentehuis moeten verschijn
nen vergezeld van twee bij den Burgemeester bekende en
ter goeder naam en faam staande meerderjarige ingezetenen,
die de rereischte getuigenis kunnen afleggen en bet aldaar
optemaken getuigschrift; onderteekenen.
Burgemeester en Ik et houders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
18 Jan. 1878. De Secretaris,
NUHOUT vak der VEEN.
TRIJNTJE MAY wordt verzocht zich ter secretarie
alhier aantemelden.
REKENINGEN wegens leverantiën enz. ten dienste der
gemeente Alkmaar, over 1877, worden ten spoedigste in
gewacht bij den gemeente-architect of ter gemeente-secretarie.
VERGADERING van den RAAD der gemeente ALK
MAAR op Woensdag, den 23 Januari 1878, 's middags
ten 12 ure. A aniens den Voorzitter van den Raad,
De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
P O L I C I E.
Ter terugbekomiug is aan liet Commissariaat van Policie
het navolgende voorhanden alsetn vrouwenzak.
Verder zijn aldaar inlichtingen te bekomen omtrent een
zilveren naaldenkoker, een kleine icitte met qeel gevlekte hond,
een groen geschilderd ijssleetje, een stuk van een goud oorbelletje.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de 2'. helft der maand December 1877.
Wed. Baan, Naber, S. Kapper, AmsterdamP Bakker,
HaringcarspelAntje Hoek. Oudendijk; Prins, Oudkarspel;
P. van Raap. SchagenP. Rous. SchermerS. Nolijn,
Wieringen; Mej. J. SchriekenStolpe-VlotbrugJ. Groot,
Tuitjeborn.
Van do Hulpkantoren:
heer Hugo Ik aardA. S'ovisAmsterdam.
Noordschancoude W. Zeeren, Warmenbuizen.
Petten, C. Keten, Amsterdam; J. van BerkelSchagen.
Woqnum, K. KoolAmsterdam P. KalisSliedrecht.
ZuidscharwoudeA. Slot'ves, Amsterdam.
te eindigen, wendde zij zich tot de ueutrale mogend
heden, die echter weigerden tusschen beide te treden
Daarop richtte de Porte zicli tot de Engelsche Re
geering alleen. Deze was bereidvaardig genoeg om
van de gezindheid der Porte mededeeling te doen
aan de Russische Regeering. De Czaar verklaarde
van zijne zijde niets liever te wenschen dan vrede
te sluiten, en deen de wijze kennen, waarop door
Engeiand's bemiddeling, onderhandelingen tusschen
Rusland en Turkije konden worden aangeknoopt
daarbij de hoop uitdrukkende, dat zij tot een vreed
zame oplossing der geschillen zouden leiden. Di
Engelsche Regeering heeft, volgens de troonrede,
alle pogingen aangewend om dit gewensebte gevolg
te verkrijgen, zonder eene der partijen te krenken
Zij blijft baar onzijdigheid handhaven, maar, zegt zij
wanneer de vijandelijkheden mochten worden voort
gezet zou er iets kunnen gebeuren dat voorzorg»
maatregelen van hare zijde noodzakelijk zou maken
en zulke maatregelen kunnen niet zonder voldoende
voorbereiding worden genomen. De Regeering richt
zich daarom tot het Parlement om de gelden t<
vragen, die daartoe noodig zijn.
Alzoo: een verzoek om geld, tot voorbereiding van
de voorzorgsmaat'egelen die noodig zouden zijn, al-
de onderhandelingen mislukten, en er bij voortzet
ting van den oorlog iets gebeurde, dat die voorzorgs
maatregelen noodig maakte. Wat is dat iets? De
Regeering zegt het niet, m;.ar, zooals de zaken than-
-taan, denkt ieder aan een bedreiging van Konstan-
tinopel door de Russen Inderdaad zou de hoofdsta-
van bet Turksehe Rijk wel eens spoedig in gevaar
kunnen zijn. Zou de Engelsche Regeering haar in
dit geval willen bezetten, voordat de Russen baar
kunnen bemachtigen? Wil zij zich van éenige pun
ten in Egypte verzekeren, om meesteres te kunnen
blijven van het kanaal van Suez? Kan zij Kandia
koopen zooals onlangs beweerd werd en wil zij
daarvoor geld vragen? Wij weten het niet. Zij wil
in 't algemeen gereed zijn. als er iets gebeurt, dat
zij vreest dat weidra gebeuren kan.
Dat de Turksehe Regeering van begeerte brandt,
om uit de beraadslaging in het Parlement de ge
zindheid der Regeering niet alleen, maar vooral ook
van de Vertegenwoordiging te vernemen, laat zich
denken. Maar zal het haar veel batente hoorei
wat Engeland in zijn belang in het oosten verlangt?
Zij heeft reeds overvloedige gelegenheid gehad om
tot de wetenschap te komen dat Engeland prij.-
stelt op een vrijen en veiligen weg naar Indiii
Maar die wetenschap geeft haar alle reden om ti
verwachten dat Engeland geen bezwaar zal maken
tegen de eiscben van Rusland, wanneer die meei
bepaald met Turkije's belangen in botsing komen,
inaar tot verzet zal aansporen, wanneer Engeland zijn
veiligen weg naar Indië bedreigd ziet. Moet Turkije
dan voor Engeland blijven vechten, om misschiei-
bij het sluiten van den vrede, tot de grootste opoffe
ringen genoodzaakt te zijn? Is de sluiting van Bos
phorus en Dardanellen een zaak, waarbij in de eerstt
plaats Turkije belang heeft? De vraag blijlt
daarom nog altijdof de groote belangstelling van
Engeland ten slotte voor de Porte wel een voordeel
s. Dit alleen is zeker, dat Ru-dand er belang bij
heeft, zoo spoedig mogelijk voorwaarts te dringen en
geen wapenschorsing te sluiten tenzij men teven.-
tot overeenstemming komt omtrent de grondslagen
van het vredesverdrag. Schorsing van de vijandelyk-
heden zou de Turken in staat stellen, om zich sterk
te maken bezuiden den Balkan en daar wellicht een
nieuw Plevna te stichten. Te gelijker tijd kunnen
de Engelsehen zich voorbereiden tot die maatregelen,
die haar Regeet'ing noodzakelijk acht, als zeker „iets"
gebeurt. De eerstvolgende dagen kunnen ons daar
om allergewichtigste tijdingen brengen Wil Enge
land nog iets doen, dan behoort het zich althans te
haasten. Naar hetgeen wij van het oorlogstooneei
hooren, schijnt het niet tot de onmogelijkheden tt
behooren dat de Russen binnen een dag of vijf t<
Adnanope! zijn, en dan diende toch de Engelsche
Regeering gereed te wezen om oogenblikkelijk du
maatregelen te nemen, waarover het thans het Par
lement gaat raadplegen.
Nog altijd verkeeren wij in het onzekere omtrent
de onderhandelingen, die tot wapenschorsing, en
zoo wij hopen, tot vrede zuilen leiden Turkije heeft
nog altijd zijn laatste hoop gevestigd op Engeland
en er bestaat eenige kans, dat hij eindelijk met eenige
zekerheid zal vernemen, wat het van die zijde heeft
te verwachten. Het Engelsche Parlement is bijeen,
en de troonrede, waarmede het werd geopend, is in
hoofdzaak door de telegraaf' medegedeeld. Zj geelt
aan Turkije geen licht De Regeering verklaart raa
en hulp noodig te hebben van het Parlement, nadat
zij pogingen in het werk heeft gesteld om den oor
log te doen eindigen. De beraadslaging onder de
Engeisehe vertegenwoordiging zal ons omtrent de
pogingen ongetwijfeld veel nadere bijzonderheden
doen kennen, doch de troonrede zelve deelt ze reeds
in hoofdzaak mede Engeland heeft, volgens dit re-
geeringsstuk, van den aamang af verklaard, dat het
zich streng onzijdig zou houden, zoolang zijne eigene
be angen niet wefden bedreigdmaar dat het de
eerste de beste gelegenheid wenschte aan te grij
pen om tot een schikking te komen. Toen de over
winningen de Russen de Porte tot de overtuiging
brachten, dat het wenschelijk was de vijandelijkheden
Het is met de gezondheid van Prins Bismarck als met
den loop van de maan elke week een andere stand.
De dagbladen vervoegen het werkwoord komen ten opzichte
van zijne Hoogheid in eenige tijden zóó bij herhalingdat
de Kanselier welhaast zijn geduld moet verliezen over
dat voortdurend informeeren naar zijne gezondheid en de
heeren journalisten in de gelegenheid zal stellen zijne komst
te Berlijn t.e berichten.
Mist Berlijn sedert, eenigen tfjd de tegenwoordigheid van
Prins iiismarek, weldra zullen ten liovealda-.r vele andere vorste
lijke personen verschyneu o, a. de Koning en de Koningin
ian Belgie en de Prins van Ik ales. enz. Er is namelijk op
handen de viering van een dubbel huwelijkvan Prinses
Charlotte, oudste dochter van den Kroonprins, met, den
Erfprins van Saksen-Meiningenen van Prinses Elisabeth.
oudste dochter van Prins triedrich Carl, met den Erfgroot-
liertog van Oldenburg.
Wat de hervormingen betreft, die de lieer von Bismark
in de njksregeering zou willen brengen men kan volgens
de te Weenen verschijnende' Presse deze aldus omschrijven
de rijkskanselarij houdt geueel op te bestaan
De Kykskanselarij, zoo windt daar gezegd, is een samen
stel van aigeineene takken van rijksbestuur, die met elkander
niets gemeens hebben. Aan het hoofd van elk dier takken
van bestuur, die njksmiaisteriën zullen worden zat öf een
Minister of een ambtenaar met ministerëel bevoegdheid
worden geplaatst.
De beweging van uitramontaansclie zijde heeft weinig succes
Bij den Keizer was ingezonden eene peiitie, onderteekeud
door 158UÜU personen. De bladenwaarop deze handteeke-
nmgen gesteld warenvormden 7 dikke foliodeelen. De
petitie had de strekking den Keizer te overreden tot wijzi
ging der zoogenaamde Mei-wetten. Namens den Keizer is
aan petitionarissen te kennen gegevendat zij naar Z. M.
overtuiging wijzer en beter hadden gehandeld door, in plaats
van den Keizer een dergelijk document, toe te zendenzich
te wenden tot de kerkelijke autoriteit, welke in staat, is om
door haar gezag paal en perk te stellen aan den tegenstand,
die geboden wordt tegen de wetten van den staat.
Ook de interpellatie betreffende Marpingen in ket Huis
der Afgevaardigden te Berlijn door het centrum, bij monde
van den lieer Bachem, is geëindigd met verwerping van het
voorstel tot restitutie uit de schatkist van de gelden, welke
genoemde gemeente heeft moeten betalen wegens het handha
ven der openbare orde.
Ernstige mannen hebben bedenkelijk opgezien over de ge
jaagdheid en de onrust onder de repubhkein.il, gedurende
de dagen, die het bijeenkomen vanJSenaat en Kamer voor
afgingen.
Dank zij den invloed van de voortreffelijksten onder hen,
heeft thans ernstig plichtbesef de vroegere onbestemdheid
bij hunne partij vervangen.
Overeenstemming is verkregen omtrent het noodzakelijke.
Er is bezadigdheid gekomen onder de republikeinen,
Vernemen wij wat Gambettavan zijne buiteiilandscke
reis te Marseille aangekomen, aldaar den 8 dezer heeft
gesproken «Ik ben niet geheel en al gerustgesteld. Zij
die mij kennen weten dat zoo luchthartig als ik ben ge
durende den strijd, in de ure des gevaarsik des te meer
bekommerd ben na den slagwanneer het bestand gesloten
is. Waarom Omdat ik bovenal voor den roes der over
winning voor eenen of anderen misslag onzer partijvoor
eene onbesuisdheid van dezen of genen voor eene trouwe-
looze kuiperij eener intrigantenbent beducht ben. Mijne
waarde vrienden, laten wij geduldig zijn en aan onze krijgs
plannen ons houdenOik maak mij geene illusion.
De overwinning is nog niet beslissend en ik begrijp bet
ongeduld dezer strijdbare democratie, waaraan ik mijn leven
gewijd heb. Maar voor het. weizijn der Republiek zelve en
van mijn land zal ik steeds deze politiek der redede
methode der zekere en werkelijke uitkomsten voeren welke
bestaat in bet te baat nemen van alle omstandigheden, het
vermijden van alle valsch alarm Zietdaar, waarom de
tegenwoordige meerderheid der Kamer, welke, gelooft mij,
ernstigonberispelijk republikeinsch istevens ministerieel
behoort te zijn opdat wij zonder schokken zonder tegen
spoed Januari 1889 bereiken en de kaap der verkiezingen
voor den Senaat, omzeilen. Tot dat tijdstip, ik herhaal het,
geene vermetelheden geene oneenigheden geene misslagen!"
Den dagdat Gambetta de rede hield waarin bovenstaan
de zinsnede voorkomen zijn de zittingen van Senaat en
Kamer geopend. De hertog d?Audiffret Pasquier is in den
Senaat en de lieer Jules Grévy in de Kamer als Voorzitter
herkozen. In eene korte toespraak waarmede laatstgenoem
de het, voorzitterschap wederom aanvaardde verklaarde hij
o.a., dat de Kamer «door een boven allen lof verheven
gedrag, Frankrijks wil had weten 1e doen zegevieren en in een
oedenkelijk conflict een einde had weten te maken door de
vreedzame vestiging van het. parlementaire stelsel." Dat de
Kamer, vervolgde hij«door den geest der wijsheid bezield
blijvewaarvan zij tot dusver blijk gegeven heeft dat zij
steeds gematigd zij, inschikkelijk, rechtvaardig, aller rech
ten eerbiedigende, de waakzame hoedster van de rechten der
Republiek dat zij harerzijds zich beijvere om de noodige
eensgezindheid tusschen de staatsmachten te bewaren welke
alleen de rust, de veiligheid, den arbeid verzekeren kan.
Aldus zal zij aan de verwachting des lands beantwoorden
en het vertrouwen rechtvaardigenhetwelk dit in haar ge
steld heeft."
Deze woorden zijn door de linkerzijde en het centrum
zeer toegejuicht. Een oogenblik heeft de Kamer gehad
dat het debat min of meer onstuimig was, en wel bij ge
legenheid, dat de verkiezing van den heer Combes mot SO
tegen 139 stemmen nietig werd verklaard; doch overigens
kenmerken hare zittingen zich door groote kalmte.
Het Journal Officiel, van Vrijdag den 10 dezer, berichtte
dat generaal Gamier benoemd L tot, bevelhebber van het
achtste legercorps, in de plaats van generaal Ducrot, die tot
lid van de commissie vosr de openbare werken is benoemd,
ter vervanging van den heer Borel. Volgens de conserva
tieve bladen heeft zich de minister Borel eerst na'lang tegen
stribbelen tot dezen maatregel laten vinden en is de Regeering
in liet algemeen daartoe slechts overgegaan ten einde eene
tiaar onaangename interpellatie over het bekende „incident
van Limoges" en den aankleve van dien af te koopen.
Volgens de liberale organen daarentegen is het ontslag
van generaal Ducrot eene daad van gerechtigheid tegen den
voornaamst.en drijver tot een coup d'Etat, welke zich reeds
te lang had laten wachten.
Vóór liet ontslag moet de generaal bij den maarschalk de
Mac-Alahon ontboden zijn die hem uitnoodigde het te vra
gen i.etgeen gene weigerde, tenzij er een onderzoek naar
hetgeen hem werd toegedicht plaats had. De generaal moet
begrepen hebben, dat zoodanig onderzoek ol tot, niets leiden
zou daar er geene getuigendie de waarheid sprakeu
zouden te vinden zijnof dat mannen m de zaak betrokken
zouden worden, die Frankrijk liever sparen wilde. Toen
stapte de maarschalk over den vorm heen en ontsloeg hem
zonder meer. Zondag had op Père-Lachaise eene indruk
wekkende, vreedzame demonstratie plaats ten gunste van de
Republiek. Het was de begrafenis van Raspailoudste lid
der Kamer, bekend als geleerde, maar bovenal als ijverig
republikein, geëerd otn zijne goede hoedanigheden meermalen
gevangen man en onder liet Keizerrijk banneling. Op 84-ja-
rigeu leeftijd was hij overleden. Zeer ordelijk plaatste men
zich op bet kerkhof, dat duizenden toeschouwers bevatle,
in de nabijheid van het graf. Louis Blanc nam het eerst
het woord en bracht hulde aan den burster en geleerde Hij
schetste liet staatkundig leven van Raspail, wees op zijn
verdiensten als geleerde en mensch en bracht in de narten
zijner hoorders eene diepe ontroering te weeg, (oen hij het
delinoedisr gedrag der oudste dochter van Raspail in her
innering bracht., die geheel voor haren vader had geleefd,
uem tu de gevangenis was gevolgd en hier de kiemen opdeed
«ter ziektewaaraan sij spoedig daarna in het Zuiden is
gestorven. Louis Blunu zinspeelde op den toestand van een
der zonen van RaspailAaoier, die 'do.or uit het land te
wijken een veroordeeling ontgingen die thans, alleen omdat
nem een vrijgeleide was verleend, bij het graf van zijn vader
kon staan. Toen Louis Blanc vroeg, zal hij in ballingschap
lerugkeeren? nepen tienduizenden: leve do amnestie! Nadat
Louis Blanc met spreken had geëindigdvoerden nog ver-
sehillende andere kamerleden het woord. Alle deputatiën
trokken hierop langs het graf en legden daar bloemenkransen
neer. Te halfeen had de lijkstoet de woning van Raspail
e Arcueil verlaten. Kerst, te zeven uur was het, kerkhof
ontruimd de plechtigheid geëindigd.
Het overlijden van kictor Emmanuel heeft in Frankrijk
meer indruk gemaaktdan men verwacht zou hebben.
Het Journal Officid schrijft: «Dit zuo smartelijk en onver
wacht voorval zal niet in Italië alleen algemeen en diepge
voeld leedwezen verwekken. Het verlies van een Souverein,
die eene zoo groote plaats in Europa innam zal in Frank
rijk levendig treffen. De President der Republiek heeft,
reedsin naam der Fransche natieden nieuwen Koning
zijne deelneming in Lalie's rouw doen betuigen."
Het hier bedoeld rouwbeklag van den President aan Ko
ning Humbertper telegraaf aangeboden was van den vol
genden inhoud «Ik bied Uwe Majesteit de oprechte bettiiging
aan van mijne persoonlijke gevoelens en de hartelijke sym
pathie der Fransche natie, welke de oude wapenbroedersciiap,
waardoor het aan uwen roemruchten vader verbonden werd,
niet vergeten is."
De maarschalk Canrobert is zaterdag-avond, 12 dezer,
naar Rome vertrokkenom aldaar met een gevolg van offi
cieren waaronder een zoon van den President der Repu
bliek de Fransche regeering bij de uitvaart van Koning
kutor Emmanuel te vertegenwoordigen.
De Kamer heeft, op den dag der begrafenis van Koning
Victor Emmanuel geen zitting gehouden. In de kerk Ma
deleine werd eene lijkdienst voor den overleden Koning ge
vierd welke mis door den generaal d'Abzacals vertegen
woordiger van den President, den voorziter en vele leden
der Kamer, alsook door Fransche officieren van den veld
tocht van 18,39 werd bijgewoond, daartoe door de te Parijs
verblyfhoudende Italianen uitgenoodigd.
De toon die door de Daily News en de Engelsche bladen
in bet algemeen als ook die op de meetings en in rede
voeringen van Parlementsleden wordt aangeslagen geeft er
de blijken van dat men ten opzichte van het, behoud van
den vrede in Engeland eenigszins geruster is dan eenige
dagen geleden.
Zaterdag 12 dezer, heeft de heer Bright te Birmingham
op eene meeting eene toespraak gebondenom eene motie
ten gunste van Engelands onzijdigheid te ondersteunen Het
deed den heer Bright leed, dat er zooveel afgunst jegens
Rusland in Engeland wordt gevonden. H(j achtte Rusland
minder te vreezen dan cenig ander land. Ook kan Engeland
van zijnen kant voor Rusland niet gevaarlijk worden. Hij
verklaarde, den Czaar persoonlijk hoog te achten. Dat. verre
weg liet grootste deel der Britsche natie de handhaving van
Engelands onzijdigheid wenschtedaaraan zeide hij niet te
twijfelen. Hij werd zeer toegejuicht.
Dien dag heeft de ministerraad een zeer langdurige zit
ting gehoudenter bijwoning waarvan zelfs de Iersche mi
nister Hicksbench naar Londen was overgekomen.
In de troonrede, waarmede de Koningin, Donderdag 17
dezerbet parlement beeft, geopendzegt H.M. omtrent de
gebeurtenissen in het Oosten, het volgende:
„De bespoedigde bijeenroeping van het Parlement heeft
ten doel, mededeeling te duen van de aangewende pogingen
om een einde aan den oorlog te maken en den raad en den
bijstand van liet, Parlement in te roepen. Nadat de oorlog
onvermijdelijk was geworden gaf ik mijn voornemen te ken
nen om eene slipte onzijdigheid in aebt te nemen zoolang
Engelands belangen dit zouden veroorloven, en uitte ik den
welgemeenden wenscb om elke gelegenheid tot eene vreed
zame schikking aan te grijpen.
„De zegepraal der Russische wapenen noopte de Porte
aan de vijandelijkheden een einde te maken. De Regeering
des Sultans wendde zich daartoe tot de neutrale mogendhe
den maar deze wezen haar verzoek van de hand De Porte
besloot daarop, een afzonderlijk verzoek aan mij te richten.
Ik stemde daarin toe en vroeg den Keizer van Rusland
of vredesvoorstellen aanneembaar zouden ziin. De Czaar
gaf zijn vurig verlangen naar den vrede te kennen en wees
den weg aandie daartoe ingeslagen behoorde te worden.
De door mijne bemiddeling tussclien Rusland en Turkije
gewisselde mededeeling zullen naar ik hooptot een vreed
zame oplossing van het vraagstuk en het einde van den
oorlog voeren Mijnerzijds wordt het mogelijke gedaan om
dat resultaat te verkrijgen.
„Tot dusver heeft geene der twee oorlogvoerende partijen
de voor mijne onzijdigheid gestelde voorwaarden geschonden.
Ik geloof, dat zij van beiden zijden bereidwilliglijk geëer
biedigd worden.
„Er is dus voorhands geene reden om verandering in
mijne houding 1e brengen. Ik mag echter niet verhelen
dat, als de vijandelijkheden nog langer mochten voortduren,
zekere gebeurlijkheden maatregelen van voorzorg mijnerzijds
nuodig maken. Zoodanige maatregelen kunnen niet zonder
de noodige toebereidselen genomen worden. Ik vertrouw
dat, de vrijgevigheid van mijn Parlement mij de middelen voor
dit doel zal toestaan. De hierop betrekkelijke stukken zul
len u onverwijld worden aangeboden.Mijne betrekkingen
met de vreemde mogendlieden zijn bij voortduring van vriend-
schappelijken aard."
Te oordeelen naar dit staatsstukhebben de Engelsche
dagbladen de toekomst wel wat. somber ingezientoen zij
met zooveel gerucht de vervroegde bijeenkomst, van het Par
lement aankondigden.
Sedert de oogen iets minder op het buitenland gericht
zijn kan men weder meer aan binnenlandsche toestanden
denken.
Zuid-Wallis, eertijds door nijverheid bloeiende, wordt
thans door de afgrijselijkste ellende gemarteld. Menig huis
gezin teert op den alval van liet in de brouwerijen verwerkte
graan en dagelijks worden kinderen grafwaarts gedragen
die in koolbladen geen voldoend voedsel vonden.
In het voorgaande nummer werd met een enkel woord
melding gemaakt, van hevige tooneelendie in bet Turksch-
Parlement zouden hebben plaats gehad.
Uit latere berichten is daarom! rent gebleken, dat de Turke
sche Kamer, onder den sterksten regeeringsinvloed gekozen
weinig beantwoordt, aan de verwachtingen van bet ministerie.
Wel verre van maar alles goed te keuren wat haar door
de Regeering wordt voorgelegdheeft zij zich verstout in-
terpellatie's tot, de ministers te richten.
Naafi Effendi en Hadji-Emir-Ejjfendi hebben in den vorm
van vragen sterke beschuldigingen tegen het ministerie uit
gesproken Er zijn meer pel ien aangevraagd dan er troe
pen warende verdediging van den Balkan is verzuimd
de Russen hebben geen vloot op de Zwarte Zee en toch
worden Turksehe schepen genomen; Ardahan met zijn ge
sehut is door onwaardige officieren overgegeven enz. De
zitting moet, heel veel hebben gehad van een openbaar exa
men. De ondervraging van de ministers van marine en oor
log heeft, wel I uren geduurd. Herhaaldelijk moest de mi
nister van oorlog scherpe opmerkingen hooren over zijn
wanbeheer. Wil men weten waar in Turkije liet geld blijft, ver
neem dan wat Alehemed Ali heeft gezegd: «Wij hooge amb
tenaren worden bijna gedwongen te stelen. Pas ben ik op
perbevelhebber geweest, en nu ben ik weer builen betrekking
en zonder salaris. Wanneer ik niet binnenkort in den
nieuwen raad van oorlog geroepen wordt, dan kan liet ge
beuren, dat ik niet heb te eten. Indien men nu maar wat,
minder nauwgezet, isdan is daarvoor geen gevaar. Als ik
liet voorbeeld van anderen had willen volgen dan had ik
spoedig een 20900 pond kunnen maken. met. de leverantiën,
terwijl ik opperbevelhebber was aan den Donau, en dan be
hoefde ik nu niet. een half gemeubeld kwartier te huren".
Hadji-Emir-EJfcndi heeft gevraagddat, na onderzoek de
schuldigen zouden worden gestraft en de Kamer heeft, dit
goedgekeurd.
Hierbij is het nog niet gebleven. Met 51 tegen 37 stem
men is goedgekeurd de navolgende paragraal in het adres
van antwoord op de troonrede