No. 20. Eenentachtigste Jaargang. 1879. ZONDAG 18 M E I. Bij dit No. behoort voor onze abonné's alhier de dienstregeling" van het Postkantoor, aange vangen 15 Mei, die overigens a 10 cents ver krijgbaar is. Aan abonné's buiten de stad wordt die op verlangen gratis toegezonden. ©fftciëel OebeelU De fïnanciëele verhouding tusschen Nederland en Nederlandsch Indië. VERBETERING-. ëi^Hcfcclijftscftc Ecrichtcti. Zwitscr-lund. Blalie. Kiiid-ilfrica. A L KIIA Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag avond te 7 uren. Prijs per kwartaal f O,OS, franco per post f afzonderlijke nommers S Cents. Brieven franco aan de Uitgevers HERM*. COSTER ZOON. A T. De Advertentiën kosten van 15 regels 0,75, voor elke regel meer 15 Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag 1 uur, wordt voor dj plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan ingezonden berichten een dag vroeger. Bij deze Courant behoort een bijbladbevattende wekelijlcsche berichten. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR Gezien de artikelen 14 en 15 der wet van 12 Juni 1875 (Staatsblad No. 95) Brengen ter algeineene kennisdat zij in hunne vergade ring van 9 Mei 1879 hebben beslist, dat J. G. Stemler Gz. sigarenfabriekant, wonende te Alkmaar, volgens aangehaald artikel 14 eene nieuwe vergunning noodig heeft om zijne inrigtingvallende onder art. 2 XÏII der wet van 2 J uni 1875 (Staatsblad No. 95), aan het Hof in Wijk B, No. 278, welke op 17 April 1.1. door brand grootendeels vernield is, te herstellen. meester en Wethouders voornoemd, A. MACLA1NE PONT. Alkmaar 14 Mei 1879. De Secretaris NUHOUT YAN DER VEEN. BURGEMEESTER en WETHOU DERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennis, datJ. G. STEMLER Gzn., sigarenfabriekant wonende te Alkmaar, aan hen kennis heeft gegeven, dat hij bij den Koning in hooger beroep is gekomen van hun besluit van 9 Mei 1879, waarbij beslist is, dat hij eene nieuwe vergunning noodig heelt om zijne inrigting aan het Hof in wijk B No. 278, vallende onder artikel 2 XIII der wet van 2 Junij 1875 (Staatsblad No. 95), welke op 17 April jl. door brand grootendeels vernield is, te herstellen en waarbij verboden is het voortzetten der werkzaamheden in die inrigting. Burgemeester en Wethouders voornoemd, A. MACLAINE PONT. De Secretaris NUHOUT VAN DER VEEN. Alkmaar 16 Mei 1879. SOLLICITANTENin het bezit der hoofdonderwijzers6 actenaar de betrekking van leD hulponderwijzer aan d- opeubare armenschool te Alkmaar op 650,jaarwedde met eene jaarlijksche verhooging van 50,—, gedurende drie jaren, wenden zich, onder overlegging van stukken, vóór 25 Mei e.k. tot het gemeentebestuur. SOLLICITANTEN naar de drie vacante betrekkingen van 3™ hulponderwijzer aan de openbare armen- ol tusscbensehool te Alkmaar op f 600,— jaarwedde, met eene jaarlijksche verhooging van f 50,gedurende drie jaren wenden zich onder overlegging van stukkenvóór 25 Mei e.k. tot, liet gemeentebestuur. Voor deze betrekkingen kunnen ook hulp- onaermjzeressen in aanmerking komendoch op haar is de jaarlijksche verhooging niet toepasselijk. P O L I C I E. Ter terugbekoming is aan het Commissariaat van Policie het navolgende voorhandenalseen r. c. kerkboekjeeen gouden oorbelletje, een gouden medaljoneen zwart lakensche broekeen koperen halsbandeen bankbiljeteen hondhalf geschoren en een lap grijs linnen. Yoor de ontvangsten en uitgaven die rechtstreeks uit Itidië komen en ten behoeve van Indië worden aangewend, hebben wij een afzonderlijke boekhouding. Jaarlijks wordt door onze Wetgevende Macht een begrooting vastgesteld, waarop de ontvangsten worden geraamd en de uitgaven goedgekeurd. Tot nog toe was het bedrag der ontvangsten altijd aanmerkelijk hooger dan dat der uitgaven, en sloot de begrooting alzoo steeds met een batig slotdat in de laatste jaren regelmatig omstreeks tien millioen bedroeg. Jahet bleek telken maledat de rekening nog veel voordeeliger uitkwam dan men vermoedt had en zoo vloeiden nog daarenboven rijke overschotten van vroegere dienstjaren in onze schatkist. Daardoor werd in Nederland mogelijkdat op staatskosten spoorwegen werden aangelegd door heel het land een muur van vestingen en forten werd gebouwd en allerlei andere buitengewone uitgaven werden gedaan, zonder dat er niet alleen een penning werd geleend, maar terwijl er zelfs oude schuld werd afgelost Aan dien inderdaad voorbeeldeloozen toestand is eensklaps een eind gekomen. Aan waarschuwingen had het trouwens niet ontbroken. Een mislukte kofiieoogsteen belangrijke daling van de koffie prijzen, een ernstige oorlog kon den goudstroom uit Indië stuiten. De oorlog met Atjeh brak uitwat er nog van vroegere dienstjaren overschoot is gebruikt en wij hebben reeds de tweede Indische begrooting waarop geen bijdrage aan de rijksmiddelen voorkomt Ook voor het vervolg zijn in de eerste jaren geen batige saldo's uit Indië te wachten. Al neemt de oorlog met Atjeh weldra een einde toch zullen de uitbreiding en bevestiging van ons gezag, de betere inrichting en meerdere bemoeiingen van ons bestuur, de havenwerken en spoorwegen waaraan wij zijn be gonnen en die wij moeten voortzetten en door meerdere doen volgen de waterwerken die noodig zijn tot voorkoming van de overstroomingen waar door sommige streken van Java van tijd tot tijd ge teisterd wordenzoowel als tot de onmisbare be sproeiing van den grond, zoovele en belangrijke uitgaven vorderen dat er vooreerst meer vooruit zicht bestaat op tekorten in Indië die door leeningen gedekt zullen moeten wordendan op overschotten die men naar Nederland zal kunnen overmaken. Dat vooruitzicht heeft onzen Minister van Finan ciën niet minder dan zijn ambtgenoot van Koloniën bezorgd gemaakt. Een Nederlandsche begrooting waarop geen bijdrage uit Indië voorkomtis huns inziens op den duur onhoudbaar, Zij wijzen op be langrijke uitgavendie hier in Nederland worden gedaan, maar alleen omdat het bezit en het bestuur van Indië ze vorderen; uitgaven die wij niet zouden doen, wanneer wij geen koloniale mogendheid waren en niets hadden te regeeren en te besturen dan ons eigen Europeesch vaderland. Het is toch billijk zeggen zij ons, dat die uitgaven aan Nederland wor den vergoed. Nu reeds komen er op de Indische begrooting gelden voor die* als vergoeding van der gelijke uitgaven aan de Nederlandsche schatkist wor den uitgekeerd. Op dien weg zouden wij naar hunne meening moeten voortgaan. Niet alles wat' van de Indische huishouding overschiet moet langer ten bate van Nederland komen, onverschillig hoeveel of hoe weinig het zij, maar op elke Indische begrooting moet een som worden uitgetrokken voor de Neder landsche schatkistter vergoeding van hetgeen uit haar wordt betaald voor de Indische dienst. Daarop, op niets meer, maar ook op niets minder kan Ne derland naar billijkheid aanspraak maken. Wij gelooven niet dat die eisch onbillijk is. Met recht, meenen wij, kan van elk land, hetzij het door een eigen of door een vreemden vorst, overeenkom stig den wil der bewoners of naar het inzicht van een overbeerschend volk wordt geregeerd de betaling gevorderd worden van de kosten van zijn bestuur. Ook Nederland eenmaal in het bezit van Indië en verplicht om die schoone gewestendie het eigen machtig in bezit heeft genomente beheeren tot welzijn van het land en van het volk dat het be woont is ongetwijfeld gerechtigd om de kosten van zijn bestuur door Indië te doen dragenmits dat bestuur inderdaad op het belang van Indië is inge richt en met het oog op dat belang wordt gevoerd. Wat de zaak bedenkelijk maakt, is de haast, waar mee men in Nederland, zoodra de vroeger zoo ruime bijdragen uit Indië ophouden te vloeiengaat bere kenen waarop men als billijke vergoeding aanspraak kan makenom dat bedrag dan ook terstond van Indië te eisehen. Na zoovele jaren met groot pro fijt op rekening van de gemeenschappelijke beurs geleefd te hebben, bad men een poos kunnen wachten, voor men de rekening zoo zuiver ging opmaken. Die zoo lang de voordeelen der compagnieschap had ge noten kon zich ook wel eenigen tijd de nadeelen daarvan getroosten. Maar moet deze bedenking ons verhinderen wanneer het voorgestelde stelsel onze instemming verdient en wij de kans schoon zien om het in te voerenvan de gelegenheid gebruik te maken P J4ou het goedzou het verstandig zijn den voorsteller af te wijzen met de boodschap dat hij over een jaar of wat maar eens terug moet komen? Wij zouden meenen, dat zulk een handelwijze uiterst onvoorzichtig zou wezen. Of zijn wij misschien zoo zeer meester van de toekomstdat wij een op zich zelf nuttig werk zouden moeten uitstellenomdat het na eenige jaren nog meer op het juiste oogenblik zou kunnen uitgevoerd worden? Wij gelooven het nieten daarom achten wij dit bezwaarofschoon inderdaad een bezwaarniet overwegend. Maar laat ons zien, wat door de Regeering wordt voorgesteld in het wetsontwerp, dat van den vorigen Minister van Koloniën, den heer van Bosse afkom stig is maar door den tegenwoordigen Minister niet is ingetrokken. In de wet van 23 April 1864 (Staatsblad n° 35), die de wijze van beheer en verantwoording der geld middelen van Nederlandsch Indië regeltwordt in art. 4 voorgeschreven dat de bijdrage van Neder landsch Indië aan de middelen tot dekking van 's Rijks uitgaven op het eerste hoofdstuk der Indische begrooting zal worden uitgetrokken. Hoe groot die bijdrage zal zijn of hoe zij zal worden berekend op welken grondslag, naar welken maatstaf, wordt niet gezegdmaar uit de gedachtenwisseling die aan de vaststelling der wet voorafgingblijkt duidelijk dat men bedoeld heeft de bijdrage te doen bestaan uit het bedrag, waarmee de ontvangsten de uitgaven overtreffenen in dien zin heeft men tot nog toe dan ook gehandeld. Het tegenwoordig wetsontwerp heeft ten doel in dien toestand verandering te bren gen en wel voor het bedrag der bijdrage van Ned. Indië aan de Rijks-middelen ter vergoeding van de uitgavenwelke wegens het beheer van Ned. Indië ten laste der staatsbegrooting komen, te bepalen op zes mil lioen gulden. In plaats dus van een onzeker bedrag, van de som die er overschietwanneer alle vermoe delijke uitgaven van de vermoedelijke ontvangsten zijn afgetrokkenwenscht men een bepaalde som op de Indische begrooting te brengen om de uitgaven die op onze Europeesche begrooting voorkomen voor het beheer van Indië, terug te betalen. Die som wordt bepaald op zes millioen. De eerste vraag die zich voordoet is dezeis die som van zes millioen gerechtvaardigd Is het te veel of misschien te weinig? In het artikel, getiteld „Openbare werken en be lastingwetten", geplaatst in ons nummer van II Mei 1.1., komt de volgende zinsnede voor: „Wanneer later vijf millioen 'sjaars wordt verwerkt, zal er gedurende eenige jaren jaarlijks op de begrooting voor rente en aflossing een som moeten worden uitgetrokken van f 225,000." Dit is minder juist. Men leze „Wan neer later vijf millioen 's jaars wordt verwerktzal de begrooting gedurende zes jaren voor rente en aflossing jaarlijks met 225,000 moeten worden verhoogd." Ten gevolge van zekere misbruikenin den laatsten tijd aan liet lieht gekomen, heeft de Bondsraad een wetsontwerp gereed gemaakt ter bescherming van landverhuizers, Wordt dit ontwerp wet, dan zullen alle landverhuizers-agenten van regeeringswege tot uitoefening van hun bedrijf machtiging moeten hebben en eene som van 50,000 fr. in gereed geld moeten storten, bij wijze van waarborg voor hunne eerlijke bedoelingen. Met, het oog op de op 18 Mei te houden volksstemming over de vraag, of art. 65 der grondwet, dat 4 jaren geleden de doodstraf afschafteal dan niet herzien zal worden is den 11 te Bern eene volksvergadering gehouden, door de tegenstanders der doodstraf op touw gezet. 3000 Personen waren tegenwoordigwaaronder eenige deputatiën uit de kantons Neufclialel en Solothurn. Eene motie werd aange nomen tot afkeuring van de herziening van art. 65 der grond wet op grond dat de doodstraf uit een rechtsoogpunt, te verwerpen isomdat zij niet volstrekt noodig is voor de beveiliging der maatschappijde verbetering des misdadigers onmogelijkrechterlijke moorden mogelijk maakt ennaar de ervaring geleerd beeft, geenszins afschrikkend werkt; dat de doodstraf met de zeden en de waardigheid van een be schaafd volk onvereenigbaar is; dat de meeste misdrijven hunnen oorsprong hebben in onwetendheid en el endeen dat de Republiek er daarom naar streven moet om bet mis drijf door betere opleiding der jeugd en zedelijke en sociale verheffing des volks in zijnen wortel aan te tasten; dat der halve het weder-toelaten der doodstraf een lichtvaardig, uit verkeerde redenen voortspruitend prijsgeven genoemd moet worden van hetgeen door den invloed eener hoogere bescha ving reeds verkregen is; en dat het weder-toelaten der dood straf den samenhang der grondwet van het Eedgenootschap verbreekt en den weg baant voor eene staatkundige reactie, dat daarmede aan het zwitsersche volk eene slechte dienst bewezen en zijne eer tegenover bet buitenland ernstig bena deeld wordt. De Paus heeft 6 kardinalen-priesters en 4 kardina'en-dekens benoemd, en onder deze laatslen den bekenden dr. Newman. Kardinaal liohenlohe is van kardinaal-priester tot kardin«al- bissehop verheven. Archibald Forbesde bekende correspondent der Daily hews, schrijft in dato 22 April: „Het is onmogelijk, zich een critieker toestand voor te stellen dan dien waarin men thaus op de grenzen van het land der zoeloe'» verkeert. Het is geene overdrijving te zeggen, dat bet britsche grond gebied van den mond van de Tugela tot aan de rivier Pongolo, aan de genade der zoeloe's is overgeleverd." Cetawayo zou besloteu hebben zijne troepen niet meer te wagen aan het stormloopen tegen verstrekte kampen, maar ze te bezigen tot invallen en strooptochten in het door iord Chelmsford zonder bescherming gelaten Natal. Magnezabroeder van Cetawayobeeft zich met eenige aanhangers aan de engelscben onderworpen. De vergadering der boeren te Pretoria is rustig uiteen gegaan na sir Bartle Frere een adres aan de Koningin ten gunste van de onafhankelijkheid der Transvaalaange boden te hebben hetwelk bij weigerde te ondersteunen. Vervolg der buitenlansche berichten in het bijblad. Ifcinneniand. Prinses Hendrik heeft zich den 13 naar Oldenburg gegeven. Staten-Generaal. 2e Kamer. In bet verslag der oom missie van rapporteurs over het ontwerp tot verhooging1 van hoofdstuk I der staatsbegrooting voor 1879, t,en behoeve der koninglijke stallen, wordt gezegd, dat dit ontwerp algemeen met weinig instemming werd ontvangen. Men meende ten sterkste tegen de aanvraag der verliooging ad f 75,000 te moeten protesteeren, terwijl men op nieuw zijne afkeuring te kennen gaf over het ook nu weder gebleken betreurenswaar dige feitdat bij groote werken schier geregeld de oor spronkelijke raming door de eiuduitgaven wordt overtroffen. Men berekende, dat de uitgaven voor de stallen, aanvanke lijk geraamd op f 380,000nu reeds bedragen de som van 600,000. Bij de Kamer zijn ingekomen de navolgende wetsontwer pen een tot regeling van het onderhoud van historische gedenkteekenen en het verleenen vau subsidiën voor het on derhoud en de instandhouding van srebouwendie oudheid kundige of kunstwaarde hebbeneen tot verhooging van hoofdstuk V der staatsbegrooting voor 1879. De Kamer beeft de geheele week de beraadslaging voort gezet over de kaualenwet, speciaal over art. 1 a., het kanaal door de Gelderscbe vallei naar de Waal. De heer Sandberg heeft een amendement ingediend om art. 1 a uit de wet te lichten. De heer Fransen van de Putte stelt als motie voor de be raadslagingen over de art. 1 2 en 3 af te doen loopen en dan eerst in stemming te brengen art. 3 met zijn amendement, waarbij aan het financiëele bezwaar zal worden tegemoet ge komen en om daarna te stemmen over art. 1de motie werd verworpen met 38 tegen 37 stemmen. Benoemingen. De lieer G. F. v. Vladerackenthans controleur te Delft, is benoemd tot ontvanger der aecijnsen te Haarlem. Munt. Gedurende 1878 zijn aan 's Rijks munt vervaar digd en afgeleverd voor rekening van liet, Rijk 1 miljoen tieneentstukken 53,900,000 bronzen centen ,4 miljoen bron zen halve centen; voor rekening van particulieren 87,310 gouden ducaten. Leger. De minister van oorlog heeft strenge maatregelen genomen ten opzichte der werkzaamhedendie soms aan militaire oppassers worden opgedragen. Z. Exc. wenscht den soldaat niet langer als sjouwerman buiten en als keukenmeid in het buis te laten dienst doen. Spoorwegen. De commissie voor den veluwscken locaal- spoorweg beeft besloten, het oorspronkelijk plan te wijzigen en uit te breiden, zoodat dasrin thans ook wordt begrepen een locaalspoorwegmet normale spoorwijdtevan Zwolle over Apeldoorn naar Dieren, met zijtak van Epe naar Elburg, en van Rhenen langs Wageningen over Apeldoorn, Deventer, Almelo naar Oldenzaal. De heer W. H. Tinglete Manchester, heeft concessie gevraagd voor een tramweg tussshen Middelburg en Vlis- singen over het dorp OostSonburg en den Grooten Abeele. Stoomvaart. De Kon. Ned. Stoombootmaatschappij beeft liet groote stoomschip Stad Amsterdam verkocht aan de Compagnie générale Transatlantique te Parijsom dienst te doen tusschen Marseille en Colon (Panama). De Maat schappij heeft het vervoer naar Poli (Zivarte-zee) aangeno men van eenige honderden opoorwegwaggonswelke in 4 reizen derwaarts zullen overgebracht worden. Scheepvaart. De te Purmerende, Edam en Nieuwediep gevestigde reeders der houtscbepen hebbenbij de tegen woordige lage vrachten80 a 90 matrozen en bootslieden uit Noorwegen tegen 26 per maand geëngageerd daar de nieuwedieper matrozen niet beneden de f 32 wilden varen Onderwijs. De minister van binn. zaken heeft aan den gemeenteraad van Meppel te kennen gegevendat aan het verzoek om aldaar eene Rijks hoogere burgerschool op te richten geen gevolg kan worden gegevenwegens gebrek aan personeel bij liet middelbaar onderwijs. Kerkelijke Zaken. 9 Nevens elkander staande huizen aan de Kleine Beekstraat te Venlo zijn voor 80000 tb. ver kocht aan een broeder van de capucijner orde uit Duitsch- land om te worden ingericht tot klooster en seminarium. Leining. De gemeenteraad van Utrecht heeft besloten tot bet aangaan eener 4 p.ets. leening van 2miljoen, in verband met het aangenomen beginsel om tot de conversie der 5 en 4% p.cts. leeningen te geraken. Aanbestedingen. Te Winschoten, het bouwen eener h. burgerschool voor driejarigen cursusminste inschr. Dik en Numanvoor f 23825. De 15, te Amsterdam, door het bestuur der vereeniging de Vrije Gemeente, het maken van de bouten en steenen fundeering voor het te stichten gebouw der vereeniging. op de Weteringschans bij de cellulaire gevangenis, minste inschr. H. J. Meekers, voor f 11519; door het prov. bestuur van Noordkolland het voorzetten der verbetering van het Krab- bersgat, bij Enkliuizen, geraamd op/ 144,000, minste inschr. D. Volker, te Dordrecht, voor 125,000. Voor de verbouwing van het gymnasium te Middelburg is minste inschr. H. P. v. d. Eevoor f 8790. Te Groningen beeft zich eene commissie gevormdbe staande uit afgevaardigden der teekenacademie Minerva, het genootschap Pictura en de departementen van het Nut, en dei Maatschappij van Nijverheid, ten einde eene doorloopende tentoonstelling van kunst en nijverheid tot stand te brengen. De Dierentuin te Assen is den 11 voor de eerste maal voor de leden en hunne huisgenooten opengesteld. Geschenken. Mevr. de wed. de VosWurfbain heeft aan 's Rijks-museum te Amsterdam geschonken het portret van den heer Jacob de Vos, geschilderd door WHendriks, 1811. Den 10 heeft eene commissie uit den kerkeraad der herv. gemeente te Apeldoorn de Koningin een prachtigen bijbel aangeboden. Het, geschenk door officieren en oud officieren van liet indische leger aan de Kon. Militaire Academie, ter gele genheid van het 50jarig bestaan dezer instelling, toegedacht, bestaande in een monumentaal stuk zilver in oosterscben stijl op zwart marmeren voet, is den 14, op zeer plechtige wijze, door eene deputatie, bij monde van den luit.-genl. Verspijck, aangeboden en door den gouverneur der Academie in ont vangst genomen. Gieten. Wijlen de heer F. Th. Everard heeft aan het S. Bernardusgestieht te Amsterdam f 3000 vermaakt. Wijlen mej. H. Coops, te Arnhem, heett f 16000 ver maakt aan de kweekschool voor onderwijzeressenzullende een aangewezen persoon levenslang het vruchtgebruik hebben. Wijlen de lieer J. R. Kemper heeft aan de ev. lutb. ge meente te Amsterdam gelegateerd een alsnog met vruchtge bruik bezwaard kapitaal van f 200,000, om daarvan, na bet, overlijden der vruchtgebruikers, een blok burgerwoningen te bouwen, te verhuren ten bate van de diaconie dier gemeente. Rampen. In den naoht van 10—11 zijn te Zaandam, aan de Oostzijde, 4 pakhuizen, waaronder bet meest met zaad en granen gevulde groote pakhuis Zaandam, eu de on langs gebouwde stoomp.ellerij van den heer C. Kamphuys afgebrand. Den 14 is in het gehucht Heikant, te Loon op Zand, de woning verbrand van den landbouwer J. Snoeren, waarbij 8 koeien1 paardeenig ander vee en de geheele inboedel zijn verloren gegaanman en vrouw door het loeien der koeien uit hunnen slaap gewekt vreeselijke brandwonden bekomen hebben en een kindje bezweken is. Het italiaansebe schip Aporti, van Antwerpen naar Enge land is in den naeht van 1516 Mei op de reede van Rammekens door liet stoomschip S. A. Sadler aangevaren en gezonken; de equipage is, met uitzondering van één mangered. De Africaansche Handelsveiieeniging te Rotterdam, werkende met, een kapitaal van 6 miljoen, heett hare beta lingen gestaakt. De directeurende heeren Pincoffs en Kerdijkhadden zich te voren met hunne gezinnen naar het buitenland begeven. Sedert 8 jaren moeten zij de ba lansen vervalscht hebben, hetgeen ontdekt zou zijn door een onderzoek der administrateuren van den boedel van prins Hendrik. Het kapitaal moet nagenoeg geheel weg zijn. De Rotterdamsehe Handelsvereeniging, eene schepping van den beer Pincoffsmoet. voor 2% miljoen in deze zaak betrokken zijn. De commanditaire Bankvereeniging (Rendsburg Sr v. Mitsen), voor 16 a 18 ton betrokken, heeft, surséance van betaling gevraacd. De Indische Gasmaatschappij had eene, voor het oogenblik nog niet benoodigde, leening van 6 ton bij de Africaansche Handelsvereeniging, onder onderpand van aan- deelen dier vereeniging, in prolongatie gegeven; de directeur er van, een zoon van den heer Pincoffs, is mede vertrokken en (desgelijks een tweede zoonj, lid der firma Hoyack Sf Pin coffs. Den 15 daalden ter beurze te Rotterdam deaandeelen der Afric. Handelsvereen. van 95 tot 25, die der Rott. liandelsvereen. van 65 tot 45 en die der Rott. Bank van 86 tot 60 a 70 p.c. De Nieuwe Rott. Ct. schrijft: Bij de ontzettende versla genheid, die er alom in onze stad heerseht, is het begrijpe lijk dat men ongeduldig verlangt naar berichtenwaarop men staat kan maken. Tot heden echter is er weinig met zekerheid bekend. Berichten over arrestatiën, zelfs van den voortvluchtigen Pincoffs, over gevallen en op vallen staande buizen enz., bebooren tot de geruchten, die, zooals van zelf spreekt, van mond tot mond gaan, die men zelfs in sommige bla den heeft gevondenmaar die ook niet meer dan ge ruchten zijn. Hoe gaarne wij nadere bijzonderheden zouden mededeelen, is er tot heden met zekerheid niets meer te zeggen. De cijfers, die genoemd worden, zijn meestal ra mingen, ook geheel willekeurig. De verwarring is te groot, dan dat men reeds terstond de gevolgen zou kunnen over zien. Er worden vergaderingen gehouden, consulten genomen, boeken onderzocht en de he ;,el weet, wat ons nog over het hoofd hangt. Maar tot heden zijn er nog geene andere huizen gevallen. Onuitsprekelijk zwaar is onze arme stad getroffen. Diep is het vertrouwen geschokt, nu men zoo schandelijk bedrogen is door den man, in wien men zulk een onbeperkt, vertrou wen had gesteld. Maar laten wij onder slagendie gevallen zijn en nog vallen mochtende zinnen niet verliezen, maar ons sterkeu met het geloof, dat wie kloek de hand uit de mouwen steekt, alle moeielijkheden overwint. Rotterdam zal den slag te boven komende moed en de energie onzer wakkere bevol king staan er borg voor. Uit Weenen seint men ons, dat papier op Rotterdam moeielijk te plaatsen is. Uit Antwerpen, dat in het hotel St. Antoine een heer, onder den naam van Carets, getracht heeft zich met een scheermes vau liet leven te berooven en naar het. ziekenhuis in ernstigen toestand is vervoerd. De ongelukkige zou een hollandsch bankier* Vin betrokken bij de zaak der Afrik. Handelsvereeniging. Rechtszaken. Het. gereéhofthof te Arnhem heeft den 10, ter zake van den moord op 2 v 'dwachters te Vollenhove gepleegd veroordeeld G. Nieuwen/tuis tot 25 en de beide andere beschuldigden, K. Nieuwenhuis ev A. Jongman, tot 20 jaren tuchthuisstraf. Het gerechtshof te Amsterdam heeft tenüeele vernietigd het vonuis der rechtbank, waarbij C. W. Schrikkfr, ter zake van diefstal van effecten, ter waarde van 15006 uit een trommel, behoorende aan de moeder van één zijner pitroons, "ir.f i:

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1879 | | pagina 1