Eenentachtigste Jaargang. No. 23. (Dfficicel Ocbeclte. £2Hekclijfcscfte Berichten Oaftschland. België. Luxemburg. Frankr|]k. ALKMAARSCHE CI BAT Deze Courant wordt wekslijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag avond te 7 uren. Prijs per kwartaal f O, OS, franco per post f O, ft O, afzonderlijke nommers A Cents. Brieven franco aan de Uitgevers HERM". COSTER ZOON. De Advertentiën kosten van 1—5 regels 0,75, voor elke regel meer 15 Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag 1 uur, wordt voor da plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan ingezonden berichten een dag vroeger. BURGEMEESTER enWETHOUDERS van ALKMAAR herinneren bij dezen aan belanghebbenden, dat alle schuld vorderingen ten laste dezer gemeente over 1878 ter voor koming van verjaring, vóór t Juli e.k. moeten ingeleverd Burqemeester en ff7ethouders voornoemd A. MACLAINE PONT. De Secretaris NUÏÏOUT VAN DER VEEN. zijn. Alkmaar, 10 Juni 1879. SCHUTTER IJ. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR, brengen ter kennis van de ingeschrevenen voor de Schutterij van dit jaar dat de alphabetische naamlijst van de personendie aan de loting van dit jaar zullen deelnemen, voor een ieder ter visie ligt ter gemeente-secretarievan heden tot den dag der lotingdes morgens van 9 tot 2 uurten einde een ieder in staat zoude zijn, om, ingeval hem op die lijst eenige personen of omstandigheden mogten voorkomendie daarop nog zouden behooren te worden aangeteekend of daarvan moeten worden weggelatendaarvan aan de Commissie van art. 11 bij de loting kennis te geven; met last zich op Dingsdag 21 Juni e.k., namiddags ten 5% ure, te bevinden op het Raadhuis dezer gemeenteten einde aldaar voor de dienst der Schutterij te loten, en redenen van vrijstelling heibende, die alsdan op te gevenalsmede om de bewijzen tot hare staving en bij de wet gevorderd, voor zooveel noodig, uiterlijk binnen drie dagen na de loting overteleggen aan het Bestuur der Gemeente. Burqemeester en Wethouders voornoemd A. MACLAINE PONT. Alkmaar, De Secretaris 11 Junij 1879. NUHOUT van der VEEN. LIJST VAN INKWARTIERING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennis dat overeenkomstig art. 17 der wet van 14 September 1866 (staatsblad n°. 178), door hen is herzien en vastgesteld 'de lijst, bevattende de namen der inwoners, die in aanmerking komen voor het verleenen van inkwartiering en onderhoud van militairen en paarden, welke lijst is aangeplakt en ter inzage voor een ieder is nedergelegd ter gemeente-secretarie gedurende 14 dagen na heden. Bezwaren tegen die lijst kunnen bij hen schriftelijk worden ingediend binnen eene maand na heden. Burgemeester en Wethouders voornoemd, A. MACLAINE PONT. üe Secretaris NUHOUT VAN DER VEEN Alkmaar 17 Juni 1879. PUBLICATIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennis dat heden op de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het aan hen ingediende verzoek met de bjjlagen van BER- NARDUS STEEEENS, iabriekant van houtskoolbriquetten te Alkmaarom vergunning tot het oprigten van eene bri- quetten-fabriek, waarin geplaatst zal worden eene locomobile van 7 paardenkrachtin het perceel aan de Keetsloot, wijk 1), no. 238, en dat op Dingsdag den 1 Juli 1879, 's na middags ten een ure, ten raadhuize gelegenheid wordt ge geven om tegen het oprigten van die fabriek en het plaatsen dier locomobile bezwaren in te dienen. Burgemeester en Wethouders voornoemd. Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 17 Juni 1879 De Secretaris, NUHOUT van der VEEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennis Dat zij in hunne vergadering van heden gunstig hebben beschikt op het aan hen ingediende verzoek met de bijlagen van JOHs. G. STEMLER Gzn., Sigarenfabriekant te Alk maar, om vergunning tot het oprigten van eene droogerij van tabak en sigareneene geheel nieuwe inrigtingin het perceel aan het Hof, Wijk B No. 378 sectie A, No. 2546. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 17 Juni 1879. De Secretaris, NUHOUT VAN DER VEEN. De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR brengt ter algemeene kennis: dat tooneelvoorstellingen en openbare vermakelijkheden gesloten moeten blijven op den dag der be grafenis van Z. K. H. den Prins van Oranje. Alkmaar, De Burgemeester voornoemd, 18 Juni 1879. A. MACLAINE PONT. NATIONALE MILITIE. De persoon van DIRK KONING, verlofganger van de 2e. afdeeling vestingartilleriegemeente Beemsterwordt verzocht zich ter gemeente-secretarie aantemelden. P O L I C I E. Ter terugbekoming is aan het Commissariaat van Policie het navolgende voorhandenalseen witte wollen doekeen gouden medaljon, een boterhammentrommeltje, een gladde goud ringeen stoeleen eekinhoudende een duivenmand, een pak met zeisstrigkstokken en een parapluie met bruine kruk (den 4 Juni 1.1. in het Kennemerpark gevonden. zouden het zeker met verontwaardiging hebben afgewezen indien den bisschoppen en anderen geestelijken de voorwaarde eener betuiging van berouwwelke het verleenen van gratie had moeten voorafgaan, gesteld ware. Voor de catholieke geestelijken geldt het hier ook geene persoonlijke, maar eene principiëele kwestie. Niet om hun berouw is het te doenmaar om de houding der Kerk zelve. Er kan derhalve niet van amnestie sprake zijnmaar slechts van eene even- tuëele schikking in verband met eene principiëele solutie." Bij' den Bondsraad is een wetsontwerp ingediend betref fende den aanleg van een spoorweg van Teterchen over Die- denhofen en Buchsweiler naar Schweighausen. Buiten de landsbijdragen is daarvoor 4,614,515 mark noodig, welke somdoor het Rijk fonds perdu toegestaan door de uit gifte van schatkistbiljetten gedekt en in den loop der eerst volgende drie jaren verbruikt zou worden. -~ In de bijge voegde memorie wordt uitdrukkelijk op den voorgrond ge steld, dat de lijn geene financiëele voordeelen belooft en de aanleg even als de exploitatie door het Rijk om strategische redenen noodzakelijk is. De kamers van koophandel van ruim 20 steden in westelijk Duitschland hebben den Rijksdag een adres gezonden tegen het plan tot invoering eener surtaxe d'entrepotwelke enkele belanghebbenden in de Noordzeehavens bevoordeelenmaar den handel en de nijverheid van westelijk en zuidelijk Duitsch land gevoelig treffen zou, vooral indien Engeland en Neder land tot represailles overgingen. De Bondsraad heeft den 17 het wetsontwerp op de goe derentarieven der spoorwegen bij meerderheid van stemmen aangenomen. De regeeringen van Beieren, Saksen, Wur- temberg en de Hanzesteden beschouwen het ontwerp als eene wijziging der constitutiewaarvoor eene meerderheid van twee derden der stemmen in den Bondsraad noodig is. De Bondsraad besloot verder alle beperkende maatregelen tegen den invoer uit Rusland, indertijd wegens de pest genomen, in te trekken. Rijksdag. Den 13 is de eerste lezing begonnen van het ontwerp betreffende de organisatie van het bestuur van den Elzas en Lotharingen. Nadat de vice-minister Herzog de beraadslagingen met eene korte aanbeveling van het ontwerp had ingeleidwerd het bestreden door den elzasser Afge vaardigde Gerberdie tot de zoogenaamde protestpartij be hoort hij vonddat het ontwerp niet ver genoeg ging en blijken droeg, dat de wenschen der bevolking van het Rijks- land niet behoorlijk geraadpleegd waren. Het ontwerp werd verdedigd door prins Hohenlohe en door den elzasser Afge vaardigde North, behoorende tot de partij der autonomisten. Hij begroette dit ontwerp als eene belangrijke schrede om tot het gewenschte doel te komendat eerst stap voor stap geheel bereikt zou kunnen wordenmen moest niet te veel op eetls verlangen. Den 14 is besloten het ontwerp niet naar eene commissie te verzendenzoodat de tweede lezing in den vollen Rijks dag zal geschieden. Den 16 is het tractaat tusschen het Duitsche Rijk en de Samoa-eilanden, waarop duitsche nederzettingen zijn, bij derde lezing goedgekeurd. Het doel van dit verdrag is niet de vestiging van duitsche koloniënnoch het verkrijgen van een monopolie voor den duitschen handel, maar alleen het verzekeren van goed en gelijk recht voor duitsche scheepvaart en handel. Den 16 waren 60 Afgevaardigden met en 108 zonder kennisgeving of verlof afwezig. De commissie voor de tabaksbelasting heeft den 18 het ontwerp eener buitengewone belasting [nachsteuer] bij eerste lezing met 20 tegen 8 st. verworpen. Pruisen. De gewezen voorzitter van den Rijksdagde heer von Forckenbeckeerste burgemeester van Berlijn is door het gemeentebestuur benoemd tot Vertegenwoordiger van de hoofdstad in het Heerenhuis. Den 15 is te Potsdam het eerste achterkleinkind van Kei zer Wilhelm en Keizerin Augusta gedooptde dochter van den erfprins van Baksen-Meiningen en de oudste dochter i den kroonprins. Omstreeks 100 vorstelijke personen woonden de plechtigheid bij. De jonggeboren prinses ont ving den naam Feodora, naar hare grootmoeder, de overleden Hertogin van Saksen-Meiningen, en verder de namen Victoria gusta Marianne Marienaar de allen nog in leven zijnde 4 overgrootmoeders. In de haven van Stettin is den 16 de stoomketel van ne stoomboot gesprongeneen uur voordat zij naar Ko ningsbergen zou afvaren. Een deel van het dekde brug het touwwerk en de verschansing werden vernield en zware stukken werden honderden schreden ver weggeslingerd. Hoe- vele personen bij dit ongeluk het leven verloren hebben is nog niet met zekerheid bekend, maar ten minste 8 passa giers en 2 matrozen. Eene timmermansvrouw, die met 4 kleine kinderen en hare volwassen dochter huiswaarts keerdehad op het dek plaats genomen bij den schoorsteen om zich te warmenalle zes verloren het leven. Het gouden bruiloftsfeest des Keizers is den 12 geëindigd met een gala-diner in de Witte Zaal van het Kon. Slot waaraan 750 gasten deel namen, en een concert inhetkeiz. paleiswaarbij 900 personen waren genoodigd. Baron von Schleinitzminister van het Keizerlijk Huis is op den dag van 's Keizers gouden bruiloftsfeest in den gravenstand en de opper-kamerheer graaf v. Bedern is tot prins verheven. Hooge ridderorden ontvingen o. a. de voor zitter van den Rijksdag von Seydewitzde voorzitter van het pruisische Huis van Afgevaardigden v. Benniqsen en de hertog v. Ratibor, voorzitter van het pruisische Heerenhuis Uit verscheidene plaatsen heeft de Keizer stichtings-oor- konden ontvangen van liefdadige instellingenwaarvoor bij gelegenheid van zijn gouden feest sommen zijn beschikbaar gesteld. De duitschers in het buitenland hebben hem 67000 m. aangeboden. Naar aanleiding van eene door de roomsche bladen geop perde vraag, waarom de bij het gouden bruiloftsfeest des Keizers uitgevaardigde amnestie ook niet tot roomsche gees- 'oliil-pTi la ni+crpst.rfllrt sphriift Ha Nrvrditeutsrbe Die bladen Vorst Alexander van Bulgarije is den 13 incognito te Brussel aangekomen. Hij werd aan de station door een ordonnance-oflicier des Konings ontvangen en begaf zich naar het kon. paleis. De Senaat heeft den 16 een begin gemaakt met de be raadslagingen over het wetsontwerp op het lager onderwijs. Ten einde, na de reeks van redevoeringen in de Kamer, niet in herhalingen te vallenhad de rechterzijde den bn. d' Anethan opgedragen, uit haren naam eene verklaring af te leggenwaarin de bezwaren der catholieken tegen het ont werp werden uiteengezet, geprotesteerd werd tegen het weg laten van het godsdienst-onderwijs van liet schoolprogramma, zoodat. de onderwijzer niet meer verplicht wordt zijn onder richt met de leer der Kerk in overeenstemming te brengen, tegen de inbreuk op de zelfstandigheid der gemeenten en tegen het monopolie der Staats-normaalscholen en de ont- roomsching van Belgie als het door de liberalen beoogde doel der wet werd aangemerkt. De heer Crocq en de minister v. Humbeeck weerspraken dit alleswat het laatste punt betreft voegde de minister er bijdat de regeering steeds al hare krachten zou inspannen om de geestelijkheid te belettenharen onrechtmatigen politieken invloed uit te breiden. Den 17 is het ontwerp met nadruk bestreden door den tot de liberalen gerekend wordenden voorzitter, den prins de Ligne, om des gewetens wille weigerende den minister-president te volgen op een onpolitiekenmet vaderlandsliefde en gods dienst niet overeen te brengen weg. Voor het ontwerp sprak de heer Delacourt, volgens wien de vrijheid van onderwijs op zich zelf er niet door werd aangetastde Staat krachtens de constitutie recht had om de concurrentie met het bijzonder onderwijs onbeperkt vol te houden, en dat staats-onderwijs noodwendig onzjjdig wezen moest. Den 18 is het ontwerp met 33 tegen 31 st. aangenomen, terwijl 1 lid, de liberaal Labbevillebuiten stemming bleef. De heer de Tornacoliberaalwas afwezig. Eene groote menigte wachtte buiten de vergaderzaal den uitslag der stem- rains' _af P" begroette dien mpt. levenniye toejuichingen, waar- van de regeering en de liberale meerderheid bij het verlaten van het gebouw rijkelijk hun deel kregen. De voorzitter had eenige peletons soldaten aangevraagd om de toegangen vrij te houden; eenige hunner plaatsten de bajonet op het geweer, maar op het geroep en protest van velen werden de bajon- feetten weder in de scheede gestoken. Het hof van appèl te Brussel heeft den 19 uitspraak ge daan in de zaak betreffende het verzoek tot uitlevering van H. P. Kerdijk. Het hof was van meening dat de uitleve ring kan worden toegestaan voor de feitenwelke door de nederlandsche autoriteiten in het bevel tot gevangenneming zijn aangegeven en toegelicht. De Kamer van Afgevaardigdenden 17 buitengewoon bijeengekomenheeft een adres van rouwbeklag aan den Koning-Groothertog goedgekeurd. Te gelijk met Blanqui hebben nog 43 andere personen gratie ontvangen. Het lijk van den prins v. Oranje den 12 's avonds naar het hotel van den nederlandschen gezant overgebrachtis den 13 op de eerste verdieping aldaar tentoongesteld. De groote salons zijn met zwart en zilver behangen en de lijk kist is overladen met bloemen. Alle gezanten van vreemde mogendheden en een groot aantal leden der fransche aris tocratie komen zich inschrijven aan de nederlandsche legatie en begeven zich daarna naar het Hötel Continentalwaar prins Alexander gelogeerd is. De ultra-radicale Revolution Frangaisewegens het niet betalen van eene haar onlangs opgelegde boete in beslag genomen, kondigt aan, dat hare uitgaaf vooreerst geschorst wordt. In het dep. der Rhöne heeft een geweldige hagelslag et telijke gemeenten met name AnseLachassagneLucenay enz. geteisterd. De steenen worden zoo groot als oranje appelen genoemd wijngaarden en graanvelden werden ver nield aan huizen groote schade toegebrachtpaarden zijn doodgeslagental van personen gewond. De schade wordt op 10 miljoen frs. geraamd. Ook in andere departementen heeft men dezer dagen veel van hagel en stormen te lijden gehad. Te Dieppe is de heer Trouard Riolle (republikein) tot lid der Kamer verkozen. Te Rijsel is een socialistisch werklieden-congres gehouden. De minister Ferry heeft eene aanschrijving gericht aan (le rectoren der Academiënwaarin hij hunne aandacht vestigt go de noodige voorzorgenten einde te voorkomendat misbruik worde gemaakt van de bepaling, volgens welke jongelieden, die zich voor zekeren tijd verbinden om zich aan het onderwijs te wijden, van de krijgsdienst worden vrijgesteld; misbruiken, waardoor voedsel gegeven wordt aan het vermoeden, dat lieden worden vrijgesteld, die tot on derwijzen volstrekt buiten staat zijn. Senaat. De minister Le Royer heeft den 13 aan de com missie mededeeling gedaan van de ontworpen waarborgenwet voor den terugkeer van het Parlement naar Parijs. Zij be paalt het volgende' De zetel van het Congres blijft te Ver sailles. Die der beide Kamers afzonderlijk wordt naar Parijs overgebrachtdoch de localen te Versailles blijven voor haar beschikbaar, zoodat zij naar goedvinden ook daar kunnen bijeenkomen. Onder den voorzitter en de quaestoren van elke Kamer wordt een legioen gevormd, bijzonder belast met de zorg voor de veiligheid van het Parlement. Het le gioen der mobiele gendarmerie, bestaande uit 8 bataljons, in 1871 georganiseerd om te waken over de veiligheid der regeering te Versailles, zal ter beschikking der Kamers worden gesteldde helft voor elk. Bovendien moet het ontwerp verschillende voorschriften behelzen tegen oploopen. O. a. zullen de sommatiën tot uiteengaan van samenscho lingen binnen zekeren kring om de Parlementsgebouwen summierder zijn dan gewoonlijk. Voorts wordt liet in op tocht overbrengen van adressen naar eene der Kamers ver boden. De commissie heeft met 6 tegen 2 st. hare voor den terugkeer ongunstige conclusie gehandhaafd. Den 14 is de discussie over het voorstel-Peyrat geopend door den minister-president Wadding tondie een beknopt overzicht gaf van den loop der zaakconstateerde dat in de behoefte aan localen en hunne inrichting voorzien was en verklaarde, dat de regeering zeer stellig den terugkeer wenschelijk bleef achten. Het voorstel, waarover het Con gres zou te stemmen hebbenluiddezeide hijals volgt „Art. 9 der constitutie is afgeschaft. De voorwaarden van het verblijf der Kamers te Parijs zullen bij de wet wor den geregeld. Tot de aanneming dier wet zal de staat van zaken onveranderd blijven." Dat de terugkeer geen gevaar opleverende, hiervoor, vervolgde de minister, stond de re geering borg. De groote republikeinscke partij had bewijzen te over gegeven van hare wijsheid. De laatste netelige vragen waren afgedaan. De zaak der amnestie was voor goed beslecht. Het vertrouwen tnsschen Kamers en regeering zou voortaan volkomen zijnenz. De heer de Kerdrel van de rechterzijde, bestreed het voorstel: de vermoeienissen van het reizen naar Versailles beteekenden niets tegenover de rust en veiligheidwelke deze stad verschafte. Te Parij de geschiedenis had het geleerd, waren regeeringen Verte genwoordiging aan onverhoedsche aanvallen blootgesteld; te Parijs zetelde een gemeenteraad, die zijne verwantschap tot de Commune deed kennen door zijne houding ten aanzien van de prefectuur van policie, zijne gift van 100000 fr. aan de terugkeerende communistenen die zich meer en meer tracht op te werpen als eene macht in den Staat. Ook was spr. niet gerust omtrent het te houden Congreswijl nie mand het kon dwingenzich uitsluitend aan de kwestie van den terugkeer te houden. De minister Léon Say verde digde den gemeenteraad merkte opdat de inrichting der gemeentebesturen het werk der Nat. Vergadering wasen betoogdedat het bij wijze van waarborg door de rechter zijde verlangde ontwerp tot hervorming der prefectuur van policie met den terugkeer naar Parijs niet in het minste ver band stond. De vroegêre oproeren waren niet zoo onverhoeds ontstaan als men beweerde. Regeeringen vallen veeleer omdat de openbare meening haar begeeft, en daarom was het raad zaam den wensch der natie gehoor te geven. De gematigd- republikeinsche 70jarige markies de Lasteyrie en de heer de Laboulaye waarschuwden tegen den terugkeer; te Versailles blijvende had men de verstandige republiek, steunende op het stembiljet; te Parijs zou men er eene hebben, welke bij de minste of zelfs zonder aanleiding de bajonet te baat neemt. Tegen Parijs waren geene waarborgen bestand. De heer Wallon en de hertog d'Audi,f}ret Pasquier pleitten nog tegen, de minister de Freycinet en vooral de heer Jules Simon voor het voorstel, dat met 149 tegen 130 st. werd aangenomen. Kamer van Afgevaardigden. In de zitting van den 9 hebben sommige leden uitdrukkingen gebezigd van dien aard, dat de voorzitter zich genoopt vond, den stenografen de oot-ekenine te verbieden. De berichtgever der Times echter deelt van het voorgevallene een en ander mede. Op een oogenblik, zeide hij, snelden ettelijke Vertegenwoordigers der natie naar de banken der ministerswaar 3 leden van het kabinet zatenen scholden hen met woeste gebaren gillende en schuimbekkende van woede voor „lafaards, schur ken ellendelingen" uit. Het was een tooneelzoo gaat hij voortdat deze zitting tot een der vernederendste en barbaarschte gemaakt heeftooit in eenig europeesch Parle ment gehouden. Op gelijke wijze laat zich de Figaro uit, welke eene zeer uitvoerige beschrijving van de opschudding geeft. „Hoe" vraagt dit blad, „zuik een schouwspel te schil deren Nooit is, sedert den tijd der Conventie, zulk een schandaal gezien. Tweehonderd mannen met bleeke, verwil derde gezichten woelen dooreenscheldendemet vuisten dreigendewoorden uitbrullendedie niet kunnen worden nagezegd.Eenige verzoeningsgezinden houden de opge wondensten aan de panden hunner jassen terug, weerhouden de gebalde handenop aangezichten gemunt. En tegenover deze uitzinnige verwarring drie vernederde ministers en bo ven alles uit de voorzitter, met een rood gezicht, in wan hoop zijne schel luidende en zich de keel schor schreeuwende zonder baat. In een hoek de boden op een hoopgereed om op het eerste teeken tusschenbeide te komen. In de tribunes de toeschouwersvan kleur verschietende, ontsteld, huiverende van ontroering en walging." Dat de geheele uitbarsting van de rechter zijde uitging, wordt door de bla den van alle kleur vermeld. De commissie voor het ontwerp-tarief van in- en uitvoer rechten heeft, na achtervolgens gehoord te hebben de pro tectionistische gedelegeerden die opkwamen tegen het wets ontwerp tot verlenging der handelstractaten en eene raadple ging der kamers van koophandel verlangden, en de ministers van buit. zaken en van koophandel, die zoodanige raadple ging als noodeloos tijdverlies beschouwdenonverwijlde afdoening van het ontwerp en behandeling van het tarief in de volgende maand wenschten, opdat, zoodra de Kamer over de hoofdbeginselen had beslist, de onderhandelingen met de vreemde mogendheden zouden kunnen beginnen, beslotende kamers van koophandel niet te raadplegen en in het rapport geenerlei voorbehoud op te nemen omtrent de rechten der regeering ten aanzien van het aanknoopen der onderhandelingen. Den 16 trad de heer de Cassaqnac als eerste spreker op tegen het wetsontwerp van den minister Ferry. Herinnerende aan 's ministers rede tot verdediging van zijn ontwerp te Epinalen aan zijne toenmalige veroordeeling van het peti tionnement der catholieken, beschuldigde hij den minister van laster en tekstvervalsching. De linkerzijde prot- steerde luide en de rechter juichte den spreker levendig toe De voorzitter noodigde hem uit, de gebezigde onparlementaire uitdrukkingen in te trekken. De Cassagnac verklaardedat hij dit doen zouten einde te mogen voortspreken maar meende niets te veel gezegd te hebben. Wat tekstvervalschingen betrof, deze waren de republikeinsche partij niet vreemd, en eene regeering waarvan de heer Girerd [de „vinder" van een onecht stuk in een spoorwegwaggon, tijdens het onder zoek naar de verkiezing van den heer de Bourgoing~\ deel uitmaakt, had geen recht om te protesteeren. Op deze woor den ontstond eene geweldige opschudding en een lid der re geering stelde voor, op spr. de censuur toe te passen met tijdelijke uitsluiting van de Kamer. De linkerzijde juichte toe. De bonapnrtisten snelden naar de tafel der ministers, dezen met vuisten dreigende en met smaadwoorden overla dende. De leden der uiterste linkerzijde snelden de minis ters te hulp, een vuistgevecht ontstond en de boden moesten de vechtenden met geweld scheiden. De voorzitter, na te vergeefs zijne schel geluid te hebben, zette zijnen hoed op en de questoren deden het publiek de zaal ruimen. Toen de zitting na een uur hervat werdgaf de voorzitter aan de Cassagnac het woordom zich tegen den voorgestelden maatregel te verdedigen. Hij deed zulks met den grootsten nadruk en verklaarde dat hijom te kunnen voortspreken, alles herriep wat men wilde dat hij herroepen zou, overtuigd dat zijne vrienden hem niet zuuden misverstaan. De Kamer verklaarde ten slotte het reglement van orde van toepassing en sprak de censuur met uitsluiting van de vergadering voor 3 dagen uit. „Nu mag ik zeggen riep de Cassagnac dat Erankrijk staat onder eene infame regeering!" De voor zitter merkte hierop aandat dit gezegdeaangezien de spreker niet langer onschendbaar wasnaar den procureur- generaal verwezen zou worden. Het kostte vrij wat moeite de Cassagnac over te halen om heen te gaan. Het bureau der Kamer is het met de bedreiging des voorzitters niet eens geweest en tot de slotsom gekomendat een lid tijdelijk van de vergadering uitgeslotendaarom geenszins geacht kon worden, zijne onschendbaarheid als Afgevaardigde ver loren te hebben. Den 17 vroeg de minister Tirard opheldering, waarom de beleedigende woorden door den heer de Cassagnac, nadat de censuur tegen hem was uitgesprokentegen de regeering gericht, niet in het verslag van het Journal Officiel waren opgenomen. De voorzitter betoogdedat het bureau niet anders nad kunnen handelen, omdat de parlementaire straf bepalingen niet meer toereikend waren toen de bedoelde woorden geuit werdenterwijl de heer de Cassagnac niet temin zijne rechten als Afgevaardigde ook gedurende de schorsing behield en dus niet onder het gemeene recht viel. Er bleek dus eene leemte in de reglementaire bepalingen te bestaandie in een geval als dit niet voorzien hadden. Hij verzocht echter hem en het bureau Diet verantwoordelijk te stellen voor het bestaan dezer leemte, en hij verlangde, dat de Kamer de handelwijze van het bureau zou goedkeuren anders zou hij geen voorzitter kunnen blijven. De minister hield voldat de regeering zich niet ongestraft kon laten beleedigenmaar na eenige discussie verklaarde de minister Leroyer, dat de regeering thans reeds moreele satisfactie ver kregen had en dus geene motie van de Kamer verlangde die haar in het gelijk stelde. De heer Guichard verklaarde zich met het gevoelen van den voorzitter te vereenigen de heer Allain Targé, dat hij en eenige andere leden der Kamer eene wijziging van het reglement van orde zouden voorstel len, en de heer Talandier, dat hij tegen het weglaten van eenig in de Kamer gesproken woord uit het officiëele ver slag wasomdat het openbaar maken van ongepaste uit drukkingen de beste straf was voor hendie zich daaraan schuldig maakten. Daarop is eene motie aangenomenin houdende dat de Kamer vertrouwen stelde in het beleid van haren voorzitter en besloten was om de regeering en de waardigheid der Kamer te doen eerbiedigen. Van de heeren LavergneLouis Blanc Brisson en Philipoteaux kwam een voorstel in tot wijziging van het reglement van orde. Zij verlangendat beleedigiugen of bedreigingen tegen een of meer leden der regeering gestraft zullen worden met uitslui ting van den daaraan schuldig bevonden Afgevaardigde ge durende 3Ü bijeenkomsten der Kamer. Eene herhaling van dergelijke beleedigingen door denzelfden Afgevaardigde ge durende hetzelfde zittingjaar zou gestraft moeten worden met uitsluiting voor den geheelen verderen loop van dat zittingjaar. De buitengesloten Afgevaardigde zou de helft zijner bezoldiging moeten verliezen en de kosten moeten I dragen "an 200 afdrukken van. .bet zittingmtslas-. dat ziinn

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1879 | | pagina 1