n
No. 50.
Eenentachtigste Jaargang,
ZONDAG
14 DECEMBER.
Officieel (BcbccUc
Nog eens Drinkwaterleidingen, (i)
ëi&lckelijifsclte Berichten
Duitschland.
Delgie.
Rusland.
Itounianic.
TurkUe.
XnilserSuntl.
ALKIAA
Deze Courant wordt wekelijks uitgegeven en is verkrijgbaar op Zaterdag
avond te 7 uren. Prijs per kwartaal O,Gó, franco per post f O,HO,
afzonderlijke nommers Cents.
Brieven franco aan de Uitgever HERM'. COSTER ZOON.
A IT
De Advertentiën kosten van 15 regels f 0,75, voor elke regel meer 15
Cents; groote letters naar plaatsruimte. Bij inzending tot Zaterdag namiddag
1 uur, wordt voor da plaatsing in het eerstvolgend nommer ingestaan
ingezonden berichten een dag vroeger.
Bij deze Courant behoort een bijbladbevattende
wekelijksche berichten.
KOSTELOOZE HUWELIJKSVOLTREKKING.
De Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente
Alkmaar
Gelet op art. 4, al. 2 der wet van den 23 April 1879
(Staatsblad No. 72)tot regeling der beffing van regten
wegens de verrigtingen van den Ambtenaar van den Burger
lijken Stand
Heeft bepaald
dat met ingang van 1 Januari 1880, des Zondags, 's mor
gens ten 12 ure, en des Donaerdags's morgens ten 10 ure,
te Alkmaar gelegenheid zal gegeven worden tot koste-
looze huwelijksvoltrekking.
Alkmaar, i)e Ambtenaar voornoemd,
4 December 1879. J. G. A. VERHUEÏÉ.
NATIONALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR.
Gezien art. 19 der wet van 19 Augustus 1861 (Stbl. No. 72).
Roepen bij deze op
Alle mannelijke ingezetenen, die op 1 Januarij 1880 hun
negentiende jaar zijn ingetreden (mitsdien alle mannelijke
geborenen van 1861), om ziob, ingevolge art. 15 en 20 der
aangehaalde wet, in de maand Januarij 1880, in het daartoe
gereed gemaakte register voor de Nationale Militie te doen
inschrijven.
De inschrijving- geschiedt in een der vertrekken van het
raadhuis alhier, des avonds van 5 tot 7 ure, op Vrijdag
2, 9, 16 Januarij en op Dingcdag 6, 13 en 20 Januarij 1880.
De verpligting tot het doen der aangifte berust op den
militiepligtige zeiven bij ongesteldheid afwezigheid of ont
stentenis op zijn vaderis deze overleden op de moeder,
en, zijn beide overleden, op den voogd.
Burgemeester en Wethouders maken, tot regt verstand
van het voorgaandede ingezetenen opmerkzaam op de vol
gende bij genoemde wet gemaakte bepalingenals
Voor ingezeten wordt gehouden:
1". hij wiens vader, of is deze overleden, wiens moeder, of
zijn beide overledenwiens voogd ingezeten is volgens
de wet van 28 Julij 1850 (Stbl. No. 44);
2°. hij die geen ouders of voogd hebbende, gedurende de
laatste 18 maanden voor 1°. Januarij 1880 binnen Neder
land verblijf hield
3". hijvan wiens ouders de langstlevende ingezeten was
al is zijn voogd geen ingezeten, mits hij binnen het Rijk
verblijf boude.
Voor inqezeten wordt niet gehouden de vreemdeling
behoorende tot een Staat, waar de Nederlander niet
aan de verpligte krijgsdienst is onderworpenofwaar
ten aanzien der dienstpligtigheid het beginsel van weder-
keerigheid is aangenomen.
De inschrijving geschiedt
1°. van een ongehuwde in de gemeentewaar de vader, of
is deze overledende moeder, of zijn beide overleden
de voogd woont
2». van een gehuwde en van een weduwnaar in de gemeente
waar hij woont;
3». van hemdie geen vader, moeder of voogd heeft of door
dezen is achtergelatenof wiens voogd buiten 's lands
gevestigd isin de gemeente waar hij woont
4°. van den buiten 's lands wonenden zoon van een Neder
lander, die, ter zake van 's lands dienst, in een vreemd
land woont, in de gemeente waar zijn vader of voogd
het laatst in Nederland gewoond beeft.
Voor de Militie wordt niet ingeschreven
1°. de in een vreemd Rijk achtergebleven zoon van een in
gezetendie geen Nederlander is;
2'. de in een vreemd Rijk verblijf houdende ouderlooze zoon
van een vreemdeling, al is zijn voogd ingezeten;
3°. de zoon van een Nederlander, die, ier zake van's lands
dienst, in 's Rijks overzeesche bezittingen of koloniën woont.
Zij noodigen hen, wien dit mogt aangaan, uit, zoo mo
gelijk in eigen persoon de aangifte te doen en daarmede niet
tot het einde van Januarij te wachten, terwijl zij voorts
herinneren aan de straf, waarmede de nalatigen ter inschrij
ving bij de art. 183 en 188 der wet bedreigd worden.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
A. MACLAINE PONT.
Alkmaar, De Secretaris
8 Dec. 1879. NUHOUT van der VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
Gezien artikel 264 der Gemeentewet
Brengen ter algemeene kennisdat het suppletoir kohier
voor de directe belasting over de dienst van het loopende
jaar, d ior hen op 9 December jl. voorloopig vastgesteld,
gedurende 14 dagen ingaande heden ter gemeente-secre
tarie ter lezing is nedergelegdbinnen welken tijd bij den
Gemeenteraad op ongezegéld papier bezwaren kunnen worden
ingediend. Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
10 Dec. 1879 De Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
VOLKST E L L I N G.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen bij deze ter algemeene kennis dat de werkzaam
heden der 6". algemeene tienjarige volkstelling na 21 December
1879 een aanvang zullen nemen; dat daartoe aan het hoofd
van elk gezin of aan ieder alleen wonend persoon een be-
schrijvingsbillet zal worden afgegevendat de invulling van
dat billet door de ingezetenen zeiven behoort te geschieden;
dat de invulling van billett.en van henhie dit zelf niet,
kunnen doen door de agenten der volkstelling zal worden
gedaandat de billetten tusschen 1 en 10 Januarij 1880 zullen
worden opgehaald en door de agenten nageziendat de
ingezetenen verpligt zijn aan die agenten alle verlangde
inlichtingen te verschaffen en dat, weigering daarvan met
eene boete van 10,tot f 100,strafbaar is gesteld.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
12 Dec 1879. De Secretaris
NUHOUT van der VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS vanALKMAAR
berinneren aan het voorschrift van art. 55 der algemeene
politieverordening, bepalende, dat het verboden is, het ijs
van de Klinkertstraat weg te hakken, wanneer bij invallend
dooiweder de sneeuw of slijk wordt opgeruimd zijnde aan
de politie opgedragen tegen de overtreders onmiddelijk pro
ces-verbaal op te maken.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar. A. MACLAINE PONT.
13 Dec. 1879. De Secretaris
NUHOUT VAN DER VEEN.
Verpachting bij inschrijving voor 6 jaren, van den IJS
KELDER te Alkmaar, op 16 December 1879,'s namiddags
ten I ure. Inschrijvingsbiljetten inteleveren vóór 's morgens
10 uren van dien dag ter gemeente-secretarie, alwaar de
voorwaarden ter lezing liggen.
VERGADERING van den RAAD der gemeente ALK
MAAR, op Woensdag, 17 December 1S79, des middags te
12 uren. Namens den Voorzitter van den Raad,
De Secretaris
NUHOUT VAN DER VEEN.
P O L I C I E.
Ter terugbekoming is aan het Commissariaat van Policie
het volgende voorhanden, als: drie gouden oorbelletjeseen
portefeuilleinhoudende eenige papieren twee vrouwenkragen
een rokopnemer, een sleutelhand schoeneneen zwarte broche
voorzien van een beeldje een g er uiten wollen doek twee zwa
nen een vrouwenzak, inhoudende een zilveren knipje met efnig
geldeen paarsch vrouwenjakjeeen balijnen zweep en een
portemonnuie met eerig geld.
i.
Nadat in 1854 de Amsterdamsehe Duinwater-maat
schappij Haarlem en Amsterdam door eene leiding
van drinkwater had voorzienverliepen er twintig
jaren voordat de tweede stad van het rijk zich m eene
drinkwaterleiding verheugen mocht. Sedert tot den
aanleg te Rotterdam werd besloten, komen slag op
slag in verschillende gemeenten dergelijke plannen ter
sprake, ook in gemeenten, wier zielental, naar die ziens
wijze van weinige jaren geleden, te klein was om er
eene drinkwaterleiding mogelijk te achten. Niet
slechts 's Gravenhage maar ook Leiden en zelfs Nij
megen, dat maar 24,000 inwoners telt, werdon eene
waterleiding rijk. Te Groningen is men aan de uit
voering der ontworpen plannen bezig. Te Utrecht en
te Arnhem hoopt men, na een drie- en tweejarig over
leg, weldra even ver te komen. Te Dordrecht, Alkmaar,
Gouda, Delft en Amersfoort zijn ontwerpen en plannen
voor eene drinkwaterleiding aan de orde. Te Zwolle
werd in 1877 een onderzoek omtrent het drinkwater
ingesteld, waarvan de uitslag leerde, dat het water er
veel te wenschen overliet.
Nu dit vraagstuk zóó algemeen aan de orde is,
te Dordrecht en Gouda zelfs eerstdaags de beslissing
zal vallenschijnt het niet ongepast op een paar
punten de aandacht te vestigendie bij deze zaak
op den voorgrond staan.
In den regel wordt allereerst en allermeest de vraag
overwogen, of de kosten eener waterleiding bij de
exploitatie zullen worden goedgemaakt. De commissie
te Zwolle ontraadde om die reden het aanleggen
zoodat men er besloot zich met filters te behelpen
ofschoon een goede prise d'eau voor de hand lag
Meer dan één gemeentebestuur, dat thans over p'annen
voor eer.e waterleiding te beslissen heeft, aarzelt, hoofd
zakelijk omdat het opziet tegen de kosten.
Dit is echter niet het standpunt, waaruit het vraag
stuk uitsluitend, zelfs niet voornamelijk, moet worden
beschouwd. Is het drinkwater iu eene gemeente onvol
doende; is het zóó verontreinigd, dat het geen goed
drinkwater heeten mag, dan eischt de gezondheid der
ingezetenen dat er beterzuiver water worde ver
schaft. Dan mag men nietgelijk te Zwolle zich
met palliatieven tevreden stellen, en moet eeue water
leiding worden aangelegd, al zou deze de gemeente
ook op eenig geldelijk offer te staan komen. Het
voordeel, dat zij de gezondheid, de werkkracht, den
levensduur der ingezetenen aanbrengt, weegt toch tegen
het geld dat zij kosten mochtmeer dan op
Maar is de vrees gewettigd, dat eene waterleiding
voor gemeenten, die minder dan 35,000, ja zelfs maar
15 a, 2 ;,000 zielen tellenfiuanciëel bezwarend zou
zijn? Men neemt dit aan gelijk duidelijk blijkt uit
liet reeds vermelde rapport van twee chemici te Zwolle
op gezag van de commissie, die den I6en Juli
1866 door den Koning mee het onderzoek van drink
water werd belast, en den 5en Oct. 1868 haar rap
port uitbracht. Die commissie zeide „Uit de onder
binding in het buitenland schijnt men te kunnen
„opmaken dat, zullen de kosten voor de gebruikers
„met te hoog loopen, de gemeente, die van eein
„zoodanige waterleiding door eene particuliere onder
neming voorzien zal wordenminstens eene bevol
king moet hebben van 35,000 a 40,000 zielen
Wij merken aanstonds op, dat de commissie spreekt
van „particuliere ondernemingen". Dat zij dit doel,
is natuurlijk, omdat toen zij haar onderzoek instelde,
de meeste waterleidingen particuliere ondernemingen
waren. Sedert is men meer en meer er toe overge
gaan, de waterleidingen aan te leggen in eigen beheer,
o a. omdat dit voordeeliger bleek. Straks hierover
meerthans teekenen wij slechts aan, dat in de elf
jaren, welke na het verschijnen van dit rapport ver-
loopen zijn, de vorderingen op technisch gebied het
aanleggen en exploiteeren van waterleidingen ook wat
het financiëele betreft, ten goede zijn gekomen. Men
heeft o. a. ingezien, dat de waterleidingen in het bui
tenland, waarvan in het rapport sprake was, meesiai
te groot waren aangelegd, grootor althans dan de be
hoefte in de eerste jaren eischtedat de rente van
het aanlegkapitaal en de kosten van onderhoud daar
door aanmerkelijk waren verhoogd, en dat ook dieu
tengevolge in sommige steden van Duitschland een
zoogenaamde VFassersteuer moest worden geheven. In
ons land is zelfs thans het waterverbruik nergeus tol
het maximum geklommen van 100 liter per dag en
per hoofd, dat aan de berekening gewoonlijk ten
grondslag werd gelegd. Te Amsterdam en Haarlem,
waar de waterleiding reeds 25 jaren bestaat, wordt
maar 44.4 liter gebruikt; te Rotterdam in het derde
jaar na de opening 45 en in het vierde jaar (1873)
49 liter.
De commissie van 1866 zeide in het reeds aange
haalde rapport, dat „een voorraad van 100 a 120 liter
v-ror ieder inwoner in één etmaal niet overmatig zou
zijn, en dat die hoeveelheid voorsteden, waarin handel
en fabriekwezen de hoofdbronnen van bestaan uit-
(1) Overgenomen uit de Nieuwe Rotterdamsche Courant van
11 dezer.
maken, gerust tot 150 liters opgevoerd mag worden."
Het laagste cijfer, door de commissie genoemd, is met
het oog op de verkregen ervaring meer dan voldoende
voor gemeenten, als die waar thans dit vraagstuk in be
handeling is. Op grond van het gebruik dat in de
gemeenten, waar eene waterleiding is, van die inrich
ting in de eerste jaren wordt gemaakt, mag zelfs aanleg
op kleiner schaal worden aanbevolen. Te Leiden en te
Groningen heeft men het aanvankelijk verbruik ge
raamd op 60 a 70 Liter per dag en per hoofd. Is
latere uitbreiding noodig, dan kan zij uit de bespaarde
kosten gemakkelijk worden tot stand gebracht. De ge-
heele onderneming wordt door aanleg op kleiner schaal
aanmerkelijk gebaat. Had Arnhem geen plannen ge
maakt voor een verbruik van 175 liter, eene hoeveel
heid, die wel nimmer noodig zal zijn, maar voor een
verbruik, als volgens de ervaring te wachten is, dan
zouden de kosten zooveel lager zijn gevallen, dat de
Gedeputeerde Staten tegen het plan der leening, voor
den aanleg ontworpengeen bezwaar zouden hebbeu
gehad en de ingezetenen zich thans reeds in eene
drinkwaterleiding konden verheugen.
Het is moeilijk te ramen, hoeveel eene waterlei
ding aan gemeenten van 15,000 a 20,000 ingezete
nen kosten zal. Doch er zijn enkele gegevens die
eenige voorlichting geven. Het aanlegkapitaal van
de Amsterdamsehe Duinwatermaatschappij bedraagt,
de latere uitbreiding medegerekend, per inwoner /T4.79,
en het is ruim 25 jaren geleden, dat die waterleiding werd
aangelegd. De waterleiding te Rotterdam kostte, het
terrein en de uitbreiding in 1878 medegerekend, op
31 Dec. 1878 1,967,313,39%, zoodat het aanleg
kapitaal per inwoner (de bevolking was in 1873
147,082 personen groot) bedraagt 13,37, en hierbij
mag nog wel in de gedachte worden gehouden dat
deze waterleiding werd aangelegd in 1870 - 1874, toen
de prijzen van het ijzer bijzonder hoog waren. Ver-
verwondering kan het das niet wekken, dat te Nijme
gen, waar do waterleiding werd gemaakt toen de
prijzen van het ijzer bijzonder laag waren (1878,79),
het aanlegkapitaal per hoofd slechts 16 bedraagt
Indien men dergelijke bijzondere omstandigheden bui
ten rekening laat en behoorlijk in aanmerking neemt,
dat de verhouding van het aanlegkapitaal tot het
aantal ingezetenen ongunstiger wordt, naarmate het
laatste kleiner is, dan durven wij toch wel beweren
dat een aanlegkapitaal van f 14,50 per hoofd in
gemeenten van 15 a 20000 niet te laag zal zijn
geraamd. Bij aanvragen om concessie bleek ten
minste, dat particulieren de onderneming mogelijk
achten bij een slechts weinig hooger aanlegkapitaal
Rente eD aflossing, de laatste over 40 jaren verdeeld,
te zamen a 5.5 pet. berekend, bedragen dan jaarlijks
per hoofd 793/.i cent. Het is waar, dat hierbij nog komen
de kosten voor administratie, exploitatie en onderhoud
Doch dat deze de onderneming niet onmogelijk zui
len maken, blijkt uit eene berekening van de ver
moedelijke opbrengst. De laagste prijs waarvoor in
ons land water wordt verkocht, aan de groote ver
bruikers is 10 cent per kubieken meter. Stelt men
dien prijs voor alle andere gebruikers op 12% cent,
dan zal men, bij een gebiuik van slechts liter
per dag, en dus i8,250 liter per jaar, per hoofd
ontvangen ruim 2,128, zoodat er, na aftrek van de
rente voor aanlegkapitaal en aflossing, nog f 1,48%
ovei'blylteene som, die voor de administratiekosten,
enz bij behoorlijke exploitatie, wel voldoende zal zijn. (1)
Gemeenten als Utrecht, met 68,000 inwoners,
Groningen met 42,000, Arnhem met a9,000, zonder
de buitenwijken 28,500, Dordrecht met 27,000, Delft
met 25,000, Gouda, Alkmaar, Zwolle; ja, allegrootere
gemeenten in ons land waar de bodem geen goed
drinkwater aanbiedt, kunnen het voordeel en het
gemak eener waterleiding deelachtig worden, wanneer
de ingezetenen hiervoor slechts ruim drie gulden per
hoofd jaarlijks bedragen. Zou er iemand zijn, die dezen
prijs te hoog acht- voorgoed, smakelijk, gezond drink
wateren al het gemak, dat eeue waterleiding verschaft?
(1) De ingenieur en de directeur der gemeentewerken te Rot
terdam rapporteerden in 1809, dat, -wanneer men bij de kosten
-van exploitatie eene rente van 5 pet. van de uitgaven voor de'
-oprichting in rekening brengt, de kosten van liet water per
-kub. nieter zullen bedragen-, bij eene levering per etmaal van
-5000 M' ongeveer 6'/4, van 10,090 M3 ruim 4 en vau 15,000 M3
«ruim 3'/4 cent."
Berekend naar den prijs eener levering van 5000 M3 zouden
de 18,250 liter aanleg en exploitatie daaronder begrepen losten
ruim 1,14, terwijl de opbrengst gelijk wij zagen, 2,25
bedraagt.
Pruisen. Huis van Afgevaardigden. Bij de tweede le
zing van net spoorweg-wetsontwerp verklaarde de minister
Maybach uit naam der regeeringdat zij bereid was om in
deze of in de volgende zitting wetsontwerpen in te dienen
omtrent de door de commissie verlangde waarborgen. Pa
ragraaf 1 van dat ontwerp, houdende machtiging op de re
geering tot het overnemen van het bestuur eu de exploi
tatie der lijnen tusschen Berlijn, Stettin, Maagdeburg,
Halberstadt, Hannover, AltenbeckenKeulen en Minden
werd daarna, zoo in onderdeelen als in het geheel, goedge
keurd met 226 tegen 155 stemmeD. De minderheid was
samengesteld uit het centrum, de fortschrittspartij. de Polen
en enkele nationaal-liberalen.
Den 10 werden de verdere artikelen der wet overeen
komstig de voorstellen der commissie aangenomen. Alleen
werd langdurig beraadslaagd over art. 4, 2e lid, bepalende,
dat de regeering gemachtigd wordt om de obligutiëudie
de 4 spoorwegmaatschappijen voor hare door den Staat aan,
ie koopen lijnen lu-bben uitgegeven, ruim 737 miljoen mark
tegen staats-obligat.iëii aftelossen Het werd bestreden door
sprekers der centrums- en fortschrittspartijomdat het reeds
gevaarlijk genoeg werd geacht, dat het aandeelen kapitaal
dier maatschappijen, 3 a 4 miljarden groot, in 2 ri 3 jaren
in staatsobligatiën omgewisseld zou worden: verdere uit
breiding van de volmacht der regeering was onnoodigte
meer daar de omwisseling der J'ól miljoeq obligatiën geene
haast had en machtiging gevraagd kon wordenals de tijd
daarvoor gekomen was. De regeering voerde daartegenaan,
dat het gunstige tijdstip wel, veiioopen kon zijn, voordat die
machtiging gevraagd en verleend werd en iu ieder geval gaf
de bepaling, dat de regeering elk jaar aan het huis reken
schap moest geven van de wijzewaarop zij van bare vol
macht gebruik had gemaakt, voldoende waarborgen. Met
227 tegen 167 st. werd het artikel aangenomen.
Beijeren. Op een verzoek van deu bakkersknecht J. K.
Bollebcr, 26 Sept. 1.1. door het hof te Aschaffenburg wegens
diefstal en moord ter dood veroordeeld, om gratie is door
den Koning afwijzend beschiktzoodat het vonnis weidra
ten uitvoer zal worden gelegd.
Saksen- In de jongste zitting der Tweede Kamer zijn
beraadslagingen gevoerd, in heftigheid alles overtreffende
hetgeen aldaar ooit had plaats gehad. Bij de verkiezingen
werd tot lid der Kamer te Cuemnitz gekozen de heer
Ruppert, candidaat der natiouaal-liberale piriij. Zijn tegen
stander was de bekende socialist de heer Wahlteich. Nu
beweerden de socialistische leden der Kamer, dat deze ver
kiezing vernietigd moest worden, op grond dat de plaatselijke
autoriteiten vele kiezers hadden belemmerd, hun grondwet-
tigen plicht uit te oefenen. Met de grootste heftigheid
protesteerden zij tegen die verkiezing; vooral de heer
Liebknechtdie meende dat men gepoogd had de bevolking
van Chemnitz schrik aan te jagen. Door gewelddadigheden
had men getracht vooral den socialistischen kiezer» schrik
aan te jagen! riep hij uit. Wat heeft de politie zich vermeten
te doen? In massa zijn zij te veld getrokken tegen de
socialistische kiezersin een openbaar lokaal vereenigd. On
der voorwendsel, dat het hier gold eene onwettige bijeenkomst,
had men meer dan twintig personen met een lang koord
gekneveld en ais een bos sigaren saamgebondeu! Zoo geboeid,
waren de onwettig van huuue vrijheid beroofde burgers, die
een grondwettigeu plicht uitoefendenop klaarlichten dag
naar het bureau vau politie gevoerdomstuwd door een
joelende meuigte,
Aan bet slot zijner strafrede genaderd deelde hij aan de
Kamer mede, dat in spijt van alle vervolgingen en belem
meringen, die strekken moesten tot beperking en tot uitroeiing
der sociaal-democratiedie partij steeds in omvang en in
sterkte toenam en wel op zeer snelle wijze. Trouwensmen
moest erkennen, zei,le hij, er geschiedt verbazend veel ten
vooMeele dezer partij. Men behoeft tot dal einde slechts
te wijzen op den nood, waarin een groot deel der bevolking
van Sileziëin bet Ertsgebergte in Voigtland verkeert
de ongunstige toestand der nijverheidde druk der belas
tingen, in óén woord, dit alles, zoomede andere oorzaken,
werpen voortdurend menigeen in de armen der socialis
tische partij.
De Kamer stemde niet in met deze ontboezeming, maar
nam toch het besluit omin overeenstemming met het rap
port der commissie zich tot de regeering te wenden met
verzoek inlichtingen aangaande het gebeurde bij de verkiezing
te Chemnitz in te winnen.
De vriendschappelijke betrekkingen met Mexicowelke
door den op Keizer Maxirniüaan gepleegden moord afge
broken waren zijn vormelijk hersteld de gevolmachtigde
minister der Mexicaansche republiek bij bet Belgische hof
werd eerst door den Koning en vervolgens door de Koningin
ontvangenterwijl de gevolmachtigde minister van Belgie,
baron Greindi, in Mexico aankwam en mede ontvangen werd.
Den 8 werd in het winterpaleis een diner gehouden, naar
aanleiding van het feest der orde van St. George. De Czaar
bracht een toast uit op den oudsten ridder der orde, zyn
trouwen vriend en oom keizer Wilhelm. Hij wenschte hem nog
vele jaren gezondheid toe. Deze dronk werd met groote geest
drift ontvangen en de muziek hief het duitsche volkslied
aan. Een tweede dronk van den Czaar was gewijd aan de
bezitters der orde van alle klassen. Hij prees daarbij de
jongere soldaten voor de dapperheid, in deu afgeloopen
oorlog aan den dag gelegd en uitte ten slotte den wensch,
dat Rusland voortaan door ontwikkeling langs vreedzamen
weg geluk en roem mocht inoogsten. Beide dronken werden
met luide toejuichingen begroet, die nog sterker waren toen
de minister vau oorlog de gezondheid van den Czar instelde.
Volgens officieuse tijdingen uit Moskou is de aanlegger
van den aanslag op den Czaar zeer waarschijnlijk een ban
neling die uit Siberië wist te ontkomen. Op bet oogenblik
van de ontploffing zou bij zich bevonden hebben in een
schuurtje achter het huis. Van daar kon men den trein
zien aankomen en ook de vlucht nemeu door eene opening,
pas in ben zijwand uitgezaagd. Naar het schijnt heeft de
man zich vergist in de berekening van de lengte van den
mijuging. Indien de kamer nog een halve vadem verder
onder den spoorweg was gebracht zou de gebeele dijk
op deze plaats in de lucht gevlogen ziju. Toen de Czaar
van Moskou naar Petersburg reedwas de geheele weg
door militairen bezet. Reizigers, die dienzelfden nacht van
den weg gebruik maakten, zagen van 50 tot 50 pas wacht
vuren met militairen.
Keizer Wilhelm was de eerste die den Czaar geluk wenschte
met de ontkomiug aau deu aanslug op zijn leven. Koningin
Victoria de tweede. Gok de paus zond oumiddelyk een
telegram van gelukwensching.
De minister van buitenl. zaken deelde in de Kamer der
afgevaardigden mede, dat Italië des rijks onafhankelijkheid
erkend had en den heer Tornielli tot zijnen vertegenwoordiger
te Bucharest benoemd had.
Het wetsontwerp tot aankoop der spoorwegen door den
Staat werd door de Kamer goedgekeurd.
Moukhtar-pacha is te Pari tine, van waar hij de overgave
van Gusinje beter kan besturen. 8ü;i0 moulenegrijnen zou
den gereed slaan, om die plaats aan te vallen, werd zij
niet, overgeleverd. Het slecbie weder belette bet voorwaarts
rukken der 1 roepen.
Te Konstantinopel werd in de kapel van het russiscbe
gezantschap na den moordaanslag op den Czaar een Te Deum
gezongen in tegenwoordigheid van het corps diplomatique.
Bulgarije. De Vorst, is tot ontbinding der Kamer ovei-
gegaan nadat het hoofd der oppositie hem had medegedeeld,
dat de vorming van een nieuw ministerie hem niet gelukt
was. In verschillende uit de voornaamste steden des lands
ingekomen adressen was op dezen maatregel aangedrongen
die onder de oppositie groote verslagenheid heeft veroor
zaakt,. Een nieuw ministerie werd benoemdte weten
Mgr. Clement, bisschop van Tirnova, voorzitter van dei
R-.ad en openbaar onderwijs; Natehovics, buitenlaudsche
zaken en (ad interim) financiën; Grokoff, justitie en (ad
interim) binuenlandsche zakenRareidrotf, oorlog.
Te Genève ving den 3 een sneeuwstorm aan, welke 20
uren aanhield, U&arop volgde regen, afgewisseld door hagel,
