No. 73. Twee en tachtigste Jaargang. 1880. ZON D A 10 OCTOBE It. FEUILLETON. io) Sneeuwvlokken. Prijs der gewone Advertentiën Dit nummer bestaat uil twee bladen. EERSTE BLAD. ALKMAARSCHE Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar 0,80 franco door het geheele Rijk f 1, De 3 nummers f 0,06. tlOURANT. Yan 15 regels 0,75; iedere regel meer/0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. i. Zooals men weetbestaat er in ons land een wet van niet meer dan vier artikelen (het vijfde artikel dat een overgangsbepaling bevatheeft uitgediend) die den weidschen titel voert van „Wethoudende maat regelen tot het tegengaan van overmatigen arbeid en verwaarloozing van kinderen." Het moet den vreemde ling een goed denkbeeld geven van onzen wetstijl, van onze bekwaamheid om in weinige, goed gekozen woor den een zoo belangrijk onderwerp te regelen wanneer hij dien titel leest en met den omvang der wet verge lijkt. Ongelukkig beantwoordt de inhoud weinig aan het Opschrift. Van het oorspronkelijk ontwerp, zooals men weet door den beer van Houten ingediend, is zoo weinig overgeblevendat de titel der wet inderdaad belachelijk is geworden. Het onvolledige en gebrekkige dezer wet (van 19 September 1874) wordt dan ook al gemeen erkend en de Regeering heeft in de Troonrede bij de opening der tegenwoordige zitting van de Staten- Generaal een wetsvoordracht tot verbetering en aanvul ling „tot verdere beperking van den arbeid van kin deren" aangekondigd. De „maatregelen" tot het tegengaan van overmatigen arbeid en verwaarloozing van kinderen die de bestaande wet inhoudtbestaan uitsluitend in het verbod om kinderen beneden de twaalf jaren in dienst te nemen ol te hebben tenzij zij ge bezigd worden tot huiselijke en persoonlijke diensten of tot veldarbeid. Verder is de algemeene wetgever niet gegaan maar wel heeft hij later aan de gemeenteraden de bevoegdheid gegeven om tot hetzelfde doel mede te werken door in de nieuwe wet tot regeling van het lager onderwijs onder de bepalingen tot bevordering van het schoolbezoek er eene op te nemen van dezen inhoud: „De gemeenteraad kan, voor zooveel dit niet bij de wet is geschied, verbodsbepalingen omtrent het ar beiden van kinderen beneden de twaalf jaren vaststellen." Dat herhaaldelijk en van verschillende zijden op betere regeling van dit onderwerp is aangedrongen en maat regelen daartoe in overweging zijn gegeven zal nie mand bevreemden. In 1878 heeft de Vereeniging tot bevordering van Eabrieks- en Handwerksnijverheid in Nederland een uitnoodiging gezonden aan drie andere vereenigingen namelijk de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, de Maatschappij ter bevordering van Nij verheid en het Algemeen Nederlandsch "Werklieden verbond om elk twee personen af te vaardigen ten einde met een tweetal leden door haar zelve aan te wijzen een commissie te vormen ter beantwoording van de vraag „in hoeverre de invoering eener wet op den arbeid in Nederland wenschelijk is." Die commissie is tot stand gekomen en heeft onlangs haar verslag uit- Naar het Hoogduitsch van R. Elcho. Bij het binnentreden begroette de vorst zijnen be zoeker met een vriendelijk lachje en noodigde hem door eene beweging met de hand uitnaast hem voor het vuur plaats te nemen. Terwijl Reinhold op zorgeloozen en schertsenden toon de reden van zijn bezoek vertelde, streek de vorst voortdurend met de hand over zijn hoog voorhoofd en door de weinige haren die hem waren overgebleven. Hij bewoog zich onrustig en in schijn bare verlegenheid in zijn armstoel heen en weder. „Duivelszeide hij eindelijk na eenig stilzwijgen „indien mij ooit in mijn leven iets ongenaams is over komenmijn waarde Warburg, dan is het zeker op dit oogenblik. Onder ons gezegd ik bevind mij sedert oenigen tijd zelf in eene groote geldverlegenheid. Ik heb aan de beurs gespeculeerdgroote verliezen ge- loden en belangrijke sommen moeten besteden om te zorgen dat ik niet geheel en al te gronde ging. Gij begrijpt mij. Enfin, van nacht sterk gespeeld Baron Mandevil hield bank heeft ons allen deer lijk geplunderd. Gij kunt in geen ongunstiger positie zijnmijn waardedan ik op dit oogenblik. 't Spijt He ontzaggelijk als ik iemand wist gij begrijpt Hi)waarde graafhoe gaarne ik u helpen zou 1 Is eene fatale geschiedenis De twee edellieden schudden elkander de handen fluisterden nog een paar overstaanbare woordendie gebracht. Zij heeft de haar opgedragen taak echter niet geheel vervuld. Tot het doen van voorstellen om trent een wet op den arbeid, waarbij de verplich tingen tusschen arbeiders en patroons, de fabrieksarbeid, het werken op zon- en feestdagen de uitkeering van het loon de gevallen waarin arbeider of patroon zijn verbintenis mag verbreken, de beslissing van geschillen, de rechten en plichten der leerlingen en alle dergelijke zaken worden geregeld achtte zij sich nog niet ten volle bij machte; zij wenschte zich vooreerst te bepalen tot die punten, waaromtrent zij zich een eigen overtui ging heeft weten te verschaffen. Niet omtrent een wet op den arbeid, maar omtrent een wet op den k i n- d e r a r b e i d heeft zij daarom hare denkbeelden mede gedeeld. Zij neemt de bestaande wet van 19 September 1874 tot uitgangspunten gaat na welke verbetering en uitbreiding zij behoeft. De commissie bepaalt zich in de eerste plaats tot de kinderen beneden de twaalf jarendie thans nog tot huiselijke en persoonlijke diens en of tot veldarbeid mogen gebezigd worden. Tegen de onbeperkte vrij heid om kinderen van dien leeftijd tot veldarbeid te gebruiken komt zij op. Zij wijst er op hoe in som mige streken van ons land die veldarbeid reeds in het laatst van Maart begint en met allerlei afwisseling tot in October voortduurt. Dit acht zij te recht overma tigen arbeid en verwaarloozing. Bij zulk een arbeid kan er van eene behoorlijke opvoeding en een voldoend onderwijs geen sprake zijn. Kinderendie elk jaar maanden lang op het veld werken gevoelen zich in de wintermaanden niet te huis op de schoolbankenzij worden voor het schoolwerk ongeschikt, en hebben alles vergeten wat zij in den vorigen winter hebben geleerd. Tot beteugeling van dit kwaadstelt de commissie drieërlei bepalingen voor. Vooreerst en hiertegen zal wel iemand bezwaar hebben moet de veldarbeid verboden worden aan kinderen die lichamelijk te wei nig ontwikkeld of te ongezond zijn om dien arbeid zonder schade te verrichten. In de tweede plaats en hiertegen zal ook wel geen bedenking worden in gebracht moet de veldarbeid verboden worden aan kinderen beneden de acht jaren Maar hoe moet nu de zaak geregeld worden voor kinderen tusschen de acht en twaalf jaren wier gezondheid en lichamelijke ontwikkeling geen bezwaar opleveren Moet ook hun alle veldarbeid onvoorwaardelijk worden verboden De commissie acht het niet noodzakelijk zoo ver te gaan. Zij erkentdat er enkele streken in ons land bestaan waar het landbouwbedrijf op sommige tijden des jaars alle handenook de kinderhanden eischten dat de vrijheid om gedurende een bepaalden tijd daartoe de kinderen toe te laten niet onvereenigbaar is met een voldoende zorg voor hun geestelijke ontwikkeling. Zij wil daarom aan Gedeputeerde Staten in de verschil lende provinciën de bevoegdheid geven omgedurende een bepaalden tijd voor sommige gemeenten na voor lichting van den gemeenteraad en het schooltoezicht hier oprecht gemeend leedwezen daar teleurstelling moesten aanduiden en scheidden van elkander met den beleefden glimlach die mannen van de wereld onder alle omstandigheden tot hunne beschikking hebben. Toen de graaf het paleis verlaten had haalde hij diep adem en scheen alles behalve gunstig gestemd jegens den vorstdien hij zoo even verlaten had. Hij kon niet geloovendat deze rijkaard, die een jaarlijksch inkomen van minstens honderd duizend thaler bezat niet in staat zou zijn hem vijftien duizend thaler voor te schieten. Had hij evenwel kunnen vermoeden, dat de bezitter van zooveel rijkdommen in den afgeloopen nacht geen oog geloken had en te vergeefs zich de hersens had gepijnigd met de vraag, van waar hij eene veel kleinere som zou krijgen tot betaling zijner speel schulden hij zou niet zoo verstoord zijn geweest. Hier werd het wel wat paradox klinkend gezegde bewaar heid „Het is verbazend hoe weinig geld somwijlen de rijkste lieden bezitten." Reinhold reed dieper de stad in. In oude gebouwen beklom hij smerige trappenklopte aan menige deur, maar tot zijne groote verwondering en teleurstelling vond hij daar, waar men hem anders met onderworpen heid en overdreven voorkomenheid te gemoet kwam niets dan knorrige gezichten klachten over slechte tijden of werd zelfs hier en daar kort- en lompweg afgescheept. Droeve gedachten vlogen hem door het hoofd. De steileglibberige paden die hij nog betrad en die tot zooveel teleurstelling, bitterheid en vernedering leid den, deed hij sedert jaar en dag ook zijne zuster bewan delen. Op eens kwam hem deze waarheid met verplet terende zekerheid voor den geest. Zij had het geduldig vergunning te verleenen tot veldarbeid van gezonde en lichamelijk behoorlijk ontwikkelde kinderen tusschen de acht en twaalf jaren echter onder ééne voorwaarde. Welke is die voorwaarde? Dat de kinderen ge durende den tijd dat de veldarbeid voor hen verboden is, geregeld onderwijs ontvangen. Ter tegemoetkoming aan de eischen van het landbouwbedrijf dat op som mige tijden de hulp van alle handen vorderten tevens ter wille van het behoeftig gezin dat deze gelegenheid om iets extra's te verdienen noode kan missen, zouden dan Gedeputeerde Staten tijdelijk vrijstelling kunnen verleenen van het verbod om kinderen tusschen de acht en twaalf jaren tot veldarbeid te gebruiken, mits blijke dat die kinderen uiet worden verwaarloosd maar ge durende den overigen tijd des jaars behoorlijk worden onderwezen. Overmatige arbeid en verwaarloozing van kinderen moeten worden tegengegaan. Daartoe is het noodig te verbieden dat zij vóór hun twaalfde jaar aan den maatschappelijken arbeid doel nemen. Vordert echter die maatschappelijke arbeid gedurende enkele weken ook hunne hulp en wil de vader van die ge legenheid gebruik maken om ook zijn kind iets te laten verdienen, het kan zonder bezwaar worden toegestaan; maar maakt het kind gedurende den tijd dat de arbeid verboden is geen gebruik van de gelegenheid om on derwijs te ontvangen terwijl uit bet verzoek om tot den veldarbeid te worden toegelaten blijkt, dat zijn hulp in het gezin gemist kan worden dan wordt het duide lijk dat de opvoeding van het kind wordt verwaarloosd, en die verwaarloozing moet worden tegengegaan. Of wat is het anders dan verwaarloozingwanneer een vader zijn kind t'huis houdt of langs de straat laat slenteren gedurende den tijd dat het niet werken mag en dus ook niets kan verdienen, maar het naar het veld zendtzoodra zijn dienst daar mag worden aangenomen. Deze regeling is inderdaad eenvoudig en praktisch men zal moeielijk kunnen beweren dat hier overdrij ving beerscht en de eisch niet zeer gematigd is. De commissie heeft door dit voorstel getoond dat wij waar lijk hier niet te doen hebben met blinde ijveraars en zuivere theoristen, maar met mannen die in hun streven om verwaarloozing tegen te gaan tevens open oogen hebben voor de eischen van het maatschappelijk leven. Tot dus verre het staatstoezicht op den arbeid vau kinderen beneden de twaalf jaren de commissie meent echter te rechtdat alle toezicht op den arbeid met dien nog zeer jeugdigen leeftijd niet moet eindigen maar dat de Staat in dit opzicht voor den minderjarige behoort te waken tot aan zijn zestiende jaar. De tweede verbetering of aanvulling van de bestaande wet die de commissie verlangt betreft wettelijke voorschriften omtrent den industriëelen aibeid van kinderen tusschen de twaalf en zestien jaren. Gedurende dat tweede tijd perk behoort haars inziens het kind tot den gemeen- schappelijken arbeid te worden toegelaten maar on der waarborg tegen misbruik van zijne krachten en be nadeeling zijner gezondheid en behoorlijke ontwikkeling. en zonder morren gedaan om zijnentwilen welken dank oogstte zij daarvoor Hij had haar eenzaam op het slot achtergelaten en hier zijn vermogen en ook het hare verkwist. Vreeselijke gedachte Er moest echter voor het oogenblik raad geschaft worden, daarna nam hij zich voor zijn toestand ernstig te overzien en zooveel en zoo spoedig mogelijk op alles orde te stellen. Het was reeds middag, toen Reinhold met een gevoel van diepe neerslachtigheid in zijn rijtuig sprong en den koetsier met klanklooze stem toeriep „Naar huis!" Het vurige paard schudde zoo trots en wakker zijne golvende manen alsof 't het bevel zijns meesters had verstaan, en zette het in zulk een sterken draf, dat de vonken uit de steenen vlogen. Reinhold lag geheel verslagen in de zachte atlaskussens ineen gedoken en terwijl het rijtuig zijn huis al nader en nader kwam, vroeg hij zich zeiven af: „"Wat nu te beginnen Hij had een gevoel als spookte er een zwaar voorwerp in zijne her sens om dat voortdurend bromde „Wat te doen wat te doen En er overviel hom een gevoel van schaamte, toen hij opmerktehoe de voorbijgangers de elegante equipage naoogden. Hoe durfde hij die niet eens zijne schul den kon betalen zich het genot van zulk eene weelde veroorloven De zon bescheen de stad doch in zijne oogen was de wereld in het duister gehulden eerst toen hij in zijne halfdonkere bibliotheek was aangeko men kwam hij tot kalmte. Na langdurig en rijp beraad kwam hij hier tot het besluit het slot Warburg met alle grondeigendommen te verkoopen. De gedachte van den grond zijner vaderen te moeten scheiden was hem onverdragelijk maar er bleef hem geen anderen uitweg over. Vernederingen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1880 | | pagina 1