No. 83.
Twee en tachtigste Jaargang.
1880.
W O E S I) V li
3 N O V E M B E 15.
FEUILLETON.
Sneeuwvlokken.
Prijs der gewone Advertentiën
fiititculanb.
AlKMAARSCHE COURANT
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door
het geheele Rijk 1,
De 3 nummers O 06.
Van 15 regels/0,75; iedere regel meer/0.15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
""«Si-—
Fij de aanstaande verkiezing van leden der Kamer van Koop
handel en Fabrieken alhier, zij menwat de keuze van nieuwe
leden betreft, indachtig, dat, naar luid van artikel 5 van het
koninklijk besluit van 9 November 1851 (Staatsblad No. 1
gewijzigd bij k k. besluit van 11 Augustus 1859 (Staatsblad
No 80) hij tot lid benoembaar isdie den ouderdom van
30 jaren k eft bereikt, woont ter plaatse waar .de Kamer is
gevestigd en aldaar ten minste 5 jaren bestuurder is eener
onderneming van Handel of van fabriekwezen of in eenige met
die takken van nijverheid in verband staande betrekking is
geweest.
DU1TSCHLAND. De pruisisehe regeering heeft
medegedeeld dat zij niet voornemens is de jachtwet
weder in te dienen daar zij den schijn wenscht te
vermijden dat zij ter wille van de zonderlinge door het
Heerenhui. aangenomen houding iets doen zou, dat ifi
de tegenwoordige omstandigheden als een blijk van bizon-
dere toegeeflijkheid jegens dat Huis zo', worden opge
vat. Evenmin zal op nieuw een voor racht worden
ingediend tot het heffen eener belasting op liet tappen
en verkoopen van wijn en sterken drank; waarschijnlijk
zal daarvoor in de plaats treden een door de stokers
te betalen belasting op den brandewijn. Sommige bla
den zien in dezen maatregel de bed eling, om de libe
rale partij gunstig te stemmen en zich zoodoende van
haren steun te verzekeren bij de behandeling der ge
wichtige aan de orde komende vraagstukken in het
Huis der afgevaardigden.
Nadat de Keizer zich in de afgeioopen week op
uitnoodiging van den groothertog van Mecklenburg te
Ludwigslust bevond om aldaar te jagen, was hij den 1
weer te Berlijn bij de onthulling van het standbeeld
van den veldmaarschalk von Wrangel.
In sommige bladen wordt van een plan gewag ge
maakt tot het graven van een kanaal tusschen den Rijn
en de Eemsom aan de handelssteden langs den Ne-
der-Rijn een weg naar de Noordzee te geven, buiten
Nederland om. Dit nieuw te graven kanaal zou niet
langer dan 13 duitsche mijlen behoeven te zijn en door
de Kamers van koophandel te Emden cn Essen ge
steund worden.
ENGELAND. Het liberale lid van het Lagerhuis
Cowen heeft in eene te Newcastle tot de Ieren onder
zijne kiezers uitgesproken rede aangetoond, dat de door
het iersche landverbond ontworpen plannen niet veel
verschilden van die voor 11 jaren door John Bright
reeds in het midden gebracht. Volgens hem moest de
Staat een aantal van de grootste iersche grondeigenaars
uitkoopen en hun land aan de iersche pachters ver-
koopen onder milde voorwaarden voor den tijd van be
taling. De Daily News vindtdat dit plan zich door
veel aanbeveelt, al zal het ook groote moeielijkheden
doen ontstaan. Een der grootste bedenkingenwelke
daartegen kan worden ingebrachtis gelegen in de
vraagwie de gelden daarvoor zal verschaffen. Een
proefneming op kleino schaal zou zeer aanbevelings
waardig zijn, want om voor eene proefneming op groote
schaal het geld uit de schatkist te gebruiken, zou min
of meer bedenkelijk wezen.
FRANKRIJK. De deur van het klooster der Récol-
lets (Eranciscaners) te Avignon is den 29 met geweld
open gebrokenwaarna de van binnen aangebrachte
versperringen opgeruimd moesten worden de kapel
werd gesloten en verzegeld. Buiten het klooster heerschte
groote opgewondenheid, welke langzamerhand bedaarde,
nadat 14 personen, waaronder 8 vrouwen, in hechtenis
waren genomeu. Ook te Rennes werden diezelfde kloos
terlingen verdreven. Een commissie uit de katholieken
te Marseille bood den prefect een protest aan tegen
de uitvoering der besluiten van 29 Maart. De prefect
weigerde het stuk aan te nemen en verklaarde allen,
die de wet niet gehoorzaamden als oproerlingen te
beschouwen.
Het postcongres stelde den tekst vast van de over
eenkomst betreffende het vervoer van postpakketten
zonder opgave van waarde. Den 3 zal de overeenkomst
geteekend worden.
In een den 31 te Parijs gehouden en door eenige
duizenden bijgewoonde bijeenkomst van houders van
turksche schuldbrieven is het comité bevestigd en de
heer de Tocqueville tot afgevaardigde benoemd, om de
aanwezigen te Parijs en te Konstantinopel te vertegen
woordigen.
ITALIË. Paus Leo XIII hield den 25 een rede tot
de oud-beambten van het pauselijk be tuur. Daarin
beklaagde bij zich in de eerste plaats, dat hij niet vrij
was. In den toestandwaarin bij zich bevondkon
hij slechts weinig doen tot bestrijding van het ongeloof,
dat meer en meer, vooral in Italië, toenam. Het
onderwijs op de italiaansche scholen en de viering der
septemberfeesten werden afgekeurd. Verder beklaagde
hij zich, dat de hinderpalen voor het bestuur der kerk
zoo zeer vermeerderd worden door het onthouden van de
hulp der congregatiën uiteengedreven wordende om ze
te vernietigen. Deze laatste verklaring, waarschijnlijk
geuit met het oog op hetgeen in Frankrijk gebeurt,
trekt zeer de aandachtomdat de Paus tot heden
tegenover de buitenlandsche regeeringen een zeer
prijzenswaardige omzichtigheid in acht nam. Het
Journal des Débats ziet in deze rede in verband met
hetgeen reeds meer gebleken is, een voornemen om
terug te keeren ot de staatkunde van Pius IX. Ten
slotte zegt dat blad da1" in ieder geval op het stuk
van onderwijs op geene inschikkelijkheid van het Vati-
kaan te wachten is.
OOSTENRIJK-HONGARIJE. Uit de door minister
Haijmerle aan de commissie uit de hongaarsche dele
gatie gegeven inlichtingen is nog gebleken dat, al had
Oostenrijk-Hongarije zich onttrokkende demonstratie
met de vloot toch zou hebben plaats gehad. Daarom
had dat rijk zich daarbij aaugesloten mits men alleen
van de zeezijde handelde Dulcigno niet beschoot en de
geheele zaak niet tegen de Portemaar tegen de
Albaneezen richtte. Omtrent bet grieksche vraagstuk
waren vooreerst geene handelingen te wachten de
aanhangige punten zouden waarschijnlijk niet spoedig
afgedaan worden. De onderhandelingen over den Donau
lieten zich beter aanzien en Rumenie zou wei tot betere
gedachten komen.
Ten slotte werd in zeer warme woorden gesproken
over de verhouding met Duitschland, waardoor de leemte,
in de troonrede door velen opgemerkt, aangevuld werd.
In verband daarmede heeft het ook meer dan gewoon
lijk de aandacht getrokken, dat de Keize bij een eigen
handig en zeer hartelijk schrijven graaf Moltke geluk
wenschte met zijn feOsten verjaardag.
TURKIJE. Derwiseb-pacha werd te Antivari ver
wacht om onmiddelijk met Bozo Petrovic de overgave
van Dulcigno te regelen.
Een onbekende veroorloofde zich te Varna beleedi-
gende handelingen jegens den franschen consul-gene
raal. Ee gezant te Konstantinopel zond dientengevol
ge een fransch oorlogschip daarheen.
BULGARIJE. Den 27 werd de Kamer geopend
met een troonrede, voorgelezen door den minister pre
sident Zankoff, bij afwezigheid van vorst Alexander.
De betrekkingen met alle mogendheden waren bevre
digend en de Keizer van Ruslandde bevrijder der
Bulgaren gaf voortdurend blijken van zijne bizondere
welwillendheid jegens het vorstendom zooals den Vorst,
toen hij bij het' overlijden der Keizerin Petersburg be
zocht nog gebleken was. Bij zijn bezoek aan den
Vorst van Servie had hij vele blijken van welwillend
heid ondervonden welke hem tot waarborg strekten
voor de handhaving der vriendschappelijke betrekkingen
tusschen de beide reeds door den band van gemeen
schappelijk ras verbonden volken. Ook had bij van de
ontmoeting met den Vorst van Rumenie gebruik ge
maakt om te betoogen het belang der voortzetting van
goede betrekkingen met dat rijk. De troepen hadden
in liet onderdrukken der rooverijen goede diensten be
wezen. Een wetsontwerp tot oprichting eener nationale
militie zou aangeboden worden, alsmede een tot aanleg
van spoorwegen. Tevens zon mededeeling worden ge
daan van de onderhandelingen over dien voor het land
zoo belangrijken aanleg gevoerd.
VEREENIG DE STATEN. Het hoofd van de af-
deeling geheime dienst bij het ministerie van financiën
heeft een persoon verhoordonlangs te Chicago gevan
gen genomen en in het bezit gevonden van valsche
schuldbekentenissen der Vereenigde Staten. Zijne be
kentenis doet vermoeden dat 60 nagemaakte stukken
van 1000 dollars 2500) van 1881 naar Europa ge-
20)
Naar het Hoogduitsch van R. Elcoo.
Het meisje antwoordde niet. De graaf vatte hare
hand en hield die in de zijne. „Gevoelt ge u niet wel?"
vroeg hij bezorgd.
Zij schudde het hoofd en antwoordde met een bange
zucht„ik ben zoo angstig,"
Ja, zij was bang, maar het was eene vrees van bi
zonderen aard die haar vervuldeeen mengsel van
angst en gelukzaligheid. Zij bevond zich geheel alleen,
in dit vreeselijk onweder, bij dien woedenden strijd der
natuurkrachten met den man dien zij beminde. En
toen zij dien man aanzag aan bare zijde staande met
schitterende oogen als 't ware in uitdagende houding
tegenover den loeienden stormgevoelde zij dat zij
in hem haar ideaal had gevonden. Zijne forsebe
mannelijke gestalte verraadde zooveel stoutmoedigheid
en vastberadenheid dat zij geheel met bewondering en
ontzag voor hem werd vervuld. Als ze uiting had mo
gen geven aan de innigste wenschen van haar hart
dan zou ze hem hebben willen toeroepen Laat mij in
uwe armen rusten Welk een geluk om in deze oo-
genblikken van gevaar, in u een beschermer te vinden
Maar zij had bet recht en ook den moed niet zoo te
spreken zij mocht én kon immers niet verwachten
dat hij voor haar dezelfde gevoelens koesterde misschien
dreef hij wel in stilte den spot met hare vrees maar
toch was zij niet in staat zich thans heldhaftig en
bedaard te toonen nu ze door eene hevige angst werd
gekweld. Toen de graaf zich bezorgd naar haar voorover
boogontweek ze dus zijne blikken en wees met eene
haastige beweging in de richting van het noorden
waar zich weer een ander natuurverschijnsel aan de
oogen van het paar vertoonde.
Reinhold zag in de aangeduide richting en bemerkte
dat de daken en torens van zijn kasteel met kleine
blauwe vlammetjes als overdekt waren.
„Dat is het Sint-Elmus-vuur De geheele atmosfeer
is met electriciteit overladen riep hij uit„Ik beken,
dat ik nooit in mijn leven getuige was van een meer
indrukwekkend tooneel. Hoort die storm eens loeien!
Houdt u vast aan mijnen armEanny. Wees onbe
zorgd het onweder zal ons niet deren."
En Eanny vleide werkelijk haar hoofd aan de borst
van den sterken man als het sidderende vogeltje dat
tegen het nakend gevaar bescherming zoekt onder de
vleugelen der moeder. Een zucht van verademing ont
snapte aan hare horst want nu gevoelde zij zieh vei
lig. Maar ook Reinhold voelde zich zonderling te moede.
Op eens ontwaakte er eene innige teederheid in zijn
boezem voor het schuchtere wezendat zoo angstig
bescherming bij hem zocht en gevoelde hij zieh krach
tiger en heter dan ooit in staat, om alles te doen,
als 't er op aan kwam haar te beschermen.
Plotseling doorkliefde een bliksemstraal de lucht
oogenblikkelijk gevolgd door een hevigen donderslag.
Het felle lieht verblindde Reinhold en het vreeselijke
rollen des donders scheen hem te verdooven. Hij hoorde
een zachten gil naast zich en Eanny zonk loodzwaar
in zjjne armen haar hoofd hing slap op zijnen schou
der hij omvatte eene doode.
„Zou de laatste bliksemstraal haar hebben getroffen?"
Door namelooze schrik en angst bevangen sprong hij
op hij wilde haar in het gelaat zien maar de dikke
duisternis om hem heen maakte het onmogelijk. Reeds
begon het te hagelen. Een oogenblik stond hij beslui
teloos maar spoedig onttrok hij zich met al zijne wils
kracht aan den invloed der schrik nam het meisje in
zijne armen op en stormde zoo snel zijne voelen hem
konden dragen, ondanks hagelslag en regen, met zijnen
lieven last den berg verder af.
Toen hij hijgend van inspanning den weg bereikte,
scheen het of, tengevolge der geweldige ontlasting van
electriciteit, de kracht van het onweder gebroken was;
de storm werd minder en allengs klaarde de lucht op.
Nadat de g-aaf herhaalde malen den knecht, dien hij
had achtergelaten bij den naam had geroepenal
voortijlende in de richting van het slot, ontdekte hij
dien eindelijk, met zeer groote moeite het vurige paard
bedwingend, dat door den bliksem schuw geworden was.
Snel liep hij naar het rijtuig legde zijnen last op de
bank en joeg met lossen teugel naar het slot.
Meer dan tien minuten, die den graaf als eene eeuwig
heid toeschenen bleef het doodsbleeke gelaat van het
meisje strak en bewegingloos, toen eindelijk een nauw-
lijks hoorbare zucht aan hare borst ontsnapte zij
leefde nog.
Reinhold herademdeen had we! kunnen juichen
van vreugde. Met innige deelneming staarde hij op het
liefelijke meisjesgelaat, en besefte eerst nu ten volle
hoe schoon ze eigenlijk was. Haar hoofd rustte aan
zijne borst als eene rozenknop wier stengel door den
wind is geknakt. Het hart bonsde Reinhold zoo ge
weldig dat hij uit volle borst adem schepte. Eeue