EEN EDEEMARTER
No. 12
Drie en tachtigste Jaargang,
1881.
V R IJ l> A G
28 JANUARI.
FEUILLETON.
Prijs der gewone Advertentiën
Ingekomen giften bij den Burgemeester voor den
watersnood
Letter E. f 5,
ÜDfficiëel (Bcbccïtc.
Biïitctilanb.
(in
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Rijk 1,
De 3 nummers 0.06.
Van 15 regels 0,75; iedere regel meer f 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
LOTING VOOR DE NATIONALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter openbare kennis
dat de loting der in het vorige jaar in deze Gemeente voor
de Militie ingeschrevenen zal geschieden op Woensdag9 le-
bruuri aanstaandeten Raadhuize der gemeente ALKMAAR,
des voormiddags ten 9 urewaarbij de lotelingen of de ou
ders of de voogden tegenwoordig behooren te zijn, om te loten
en opgave te doen van de redenen van vrijstelling, die ter
zake van de Militie ingebracht kunnen worden.
Voor de vrijstelling wegens broederdienst of op grond van
te zijn eenige wettige zoonmoet de loteling zich binnen drie
dagen na de loting ter Secretarie vervoegen, om de noodige op
gaven te doen en bovendien op Donderdag3 Maart e.k., des
namiddags ten 6 ure, aldaar verschijnen, vergezeld van twee
bij den Burgemeester bekende en ter goeder naam en faam
staande meerderjarige ingezetenen, die het vereischte getuigenis
kunnen afleggen en het aldaar op te maken getuigschrift onder
teekenen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
17 Jan. 1S81. De Secretaris
NUHOUT VAN DER VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennisdat het heden door hen vast
gestelde suppletoire kohier der plaatselijke direete-belasting
dienst 1880, gedurende 14 dagen na heden ter gemeentesecre
tarie ter lezing is nedergelegdbinnen welken tijd bezwaar
schriften daartegenop ongezegeld papier kunnen worden ingediend.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
27 Jan. 1881. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
P O L I C I E.
Ter terugbekoming is aan het Gommissariaat van Policie het
navolgende voorhanden, als: een sleedjeeen wit engelsch
hemd, een paar zwarte handschoenen, een zijden das, een
onderstukje van een gouden oorbelletje (kegelvorm), een zilve
ren cylinder-horloge met stalen kettingeen kinder-lijfriem, een
kastsleuteltjeeen haarringetjeeen gouden oorbelletje, een
gouden vrouwenring en een sigarenkoker.
BELGIE. De rechtbank van Kortrijk heeft in
eersten aanleg uitgemaaktdat de pastoor te Heule
indertijd te recht geweigerd heeft aan den bizonderen
regeeringscommissaris over te geven het schoollokaal, tot
het in bezit nemen waarvan die commissaris gemachtigd
was en bij welke gelegenheid ongeregeldheden voorvie
len, die daarmede eindigden, dat de hem vergezellende
gendarmen, door de volksmenigte met den kapellaan
aan het hoofdaangevallen een persoon doodschoten
en een ander kwetsten. De clericalen verheugen zich
zeer over deze uitspraak, waarbij de regeering in het
ongelijk is gesteld. Het is echter zeer de vraag of
deze uitspraak in kooger beroep bevestigd zal worden.
Door het overlijden van den heer D'Hanis, liberaal
Senaatslid voor Antwerpen, wordt aldaar eene verkie
zing noodzakelijk. Men verwacht, dat Antwerpen's bur
gemeester Leopold de Wael de liberale candidaat zal zijn.
Uit opgemaakte opgaven omtrent het aantal school
gaande kinderen op de openbare en bizondere scholen
is o. a. gebleken, dat in het zeer elericaa.1 gezinde Lim
burg de bizoudere scholen bezocht worden door 28686
leerlingen en daarentegen verscheidene gemeentescho
len door slechts een paar leerlingen.
DENEMARKEN. Tussclien de beide takken der
wetgevende macht is verschil van gevoelen ontstaan
over het wetsontwerp waarbij aan alle staatsambtena
ren verhooging van bezoldiging werd toegekend. Door
een tak werd het aangenomen doch door den ander
verworpen. Eene commissie uit 30 leden van beide Ka
mers is benoemd om tot overeenstemming te geraken.
ENGELAND. Den 24 toonde de rechter Eitzgerald
voor de jury in het geding tegen Parnell c. s. aan
dat het landverbond eene onwettige vereeniging was
en dat de deelnemers aan de bijeenkomsten dier ver
eeniging zich aan onwettige handelingen schuldig maak
ten. Hij veroordeelde ten sterkste de i: die bijeen
komsten gehouden redevoeringen, in het izouder die
van Biggar en DillonGedurende zijne rede kwam
Parnell in de zaalwien door de tegenwoordig zijnde
personen luide hulde werd gebracht. De zitting werd
verdaagd, voordat de eisch voorgedragen was. Den 25 te
12 uren verwijderde de jury zich om te beraadslagen over
het vonnis. Te 5 uren liet de recbter haar ontbieden,
om haar te vragen, of zij tot een besluit was gekomen.
De voorzitter der jury antwoorddedat dit nog niet
het geval was en voegde daarbij 'dat men waarschijn
lijk niet tot overeenstemming zou geraken. De rech
ter gelastte haar daarop zich andermaal te verwij
deren. Te 8 uren keerde de jury in de zaal
terughaar voorzitter verklaardedat zij het nimmer
eens zou kunnen worden. De jury werd toen door den
rechter ontbonden onder verklaring datna de heden
voorgevallen manifestatie van baar geen vrij en een
stemmig vonnis te wachten was.
Parnell werd, bij het verlaten der zaal, met geest
drift toegejuicht.
Het op de iersche kusten dienstdoende eskader is
met twee kanonneerbooten versterkt.
Den 24 stelde de minister Forster in het Lagerhuis
voor, tot 30 September 1881 de kabeas-corpus acte in
geheel Ierland voor handelingen van hoogverraad te
schorsen en haar ook buiten werking te stellen voor
agrarische misdrijven en misdadige handelingen tegen
de wet en de openbare orde in die districten waar
onlangs versterking van politie werd aangevraagd.
Northcote (conservatief) verdedigde dat wetsontwerp
dat door verscheidene iersche en radicale afgevaardigden
bestreden werd. De beraadslaging werd daarna tot
den volgenden dag verdaagd.
Den 25 antwoordde de onder-minister van buiten-
landsche zaken op eene vraag van het lid Bourke, dat
volgens een telegram van den engelschen commissaris
voor de montenegrijnscbe grensregeling het weder oor
zaak wasdat de commissie onmogelijk haren arbeid
kon voortzetten. Twee leden der commissie waren naar
Corfu gegaan terwijl de engelscbe commissaris gelast
was, te Antivari te blijven. De regeering zou met de
andere mogendheden in overleg treden over de beste
middelen om deze zaak in orde te brengen. Minister
Gladstone vroeg daarop den voorrang voor het wets
ontwerp tot bescherming van personen en eigendom in
Ierland, waartegen de iersche leden zich verzetten. Een
hunner stelde verdaging der beraadslaging voorwelk
voorstel met 269 tegen 35 stemmen verworpen werd.
Een daarop gevolgd voorstel van het iersche lid Gray
om de zittingen van het Huis te schorsen, werd mede
met 277 tegen 34 stemmen verworpen waarna de be
raadslaging over Gladstone's voorstel hervat werd. Na
een nieuw voorstel van een iersch lid om de beraad
slaging te verdragen raadde Gladstone aan met het
oog op de door de iersche leden aangenomen houding
de zitting niet op te heffen voordat beslist zou zijn
of aan dit wetsontwerp de voorrang zou worden toe
gekend. Het lid Northcote (conservatief) stemde daar
mede in. Gedurende de beraadslaging werd het iersche
lid Biggar herhaaldelijk tot de orde geroepen. Op des
voorzitters aanmerking dat dit lid zich schuldig maakte
aan minachting van het gezag, stelde minister Forster
voor, het lidmaatschap van dien heer voor den duur
dezer zitting te schorsenwelk voorstel aangenomen
werd met 160 tegen 30 stemmen.
Den 26 's m ;rgens te 10% ure duurde de zitting nog
steeds voort. De iersche afgevaardigden dienden voort
durend voorstellen in tot verdaging der beraadslaging,
welke achtereenvolgens, na bestrijding door de regee
ring verworpen werden. Te 10 uren was Parnell uit
Dublin in de vergaderzaal gekomen en door de iersche
afgevaardigden met gejuich ontvangen. Gladstone bleef
verklarendat de regeering in geene schikking treden
kon en dat eene beslissing over haar voorstel moest
genomen worden. Werd dit goedgekeurd, dan zou de
beraadslaging over het wetsontwerp van minister For
ster den 27 worden voortgezet. Te twee ure werd ein
delijk Gladstone's voorstel aangenomen met 251 tegen
33 stemmen en de zitting daarna verdaagd. Het huis
was 22 uren achter elkander vergaderd geweest.
FRANKRIJK. Het bonapartistische kamerlid Dugué
de la Fauconnerie beeft in een aan het blad de France
ingezonden artikel verklaard, zijn ontslag te willen ne-
(Naar het Hoogduitseh.)
Mevrouw had oplettend toegeluisterd en van tijd tot
tijd voldaan met het hoofd geknikt. „Mijn man had
ook meer moeten reizen meende zij„meer moeten
zien alles is bij hem slechts theorie gebleven n'est-ce-
pas? Hij kent alle schilderscholen en alle schilders,
benevens de voortbrengselen van hun penseel weet
precies wanneer die zijn uitgevoerd en in welke verza
meling ze thans te zien zijn. O, hij heeft voor der
gelijke zaken een bewonderenswaardig sterk geheugen.
Maar zijn smaak zijn smaak is bizonder vreemd,
n'est-ce-pas
Martens' eenig antwoord was een licht schouder
ophalen dat even goed ja als neen beteekenen kon.
Georgine hernam „stel u voor, hoe het ons te Dresden
ging. Wij staan te zamen voor Raphael's wereldbe
roemde madonna, ik ben geheel verdiept in de be
schouwing van die onbeschrijfelijk schoone oogen en
Max kiikt nauwelijks naar de schilderij om maar bla
dert voordurend in de catalogus, zoodat ik hem eenig-
zins verontwaardigd toevoegde„Maxde catalogus
schijnt u veel meer belang in te boezemen dan dit
meesterstuk van schilderkunst. En wat denkt gij dat
hij mij met een zwaren zucht antwoorddeAchwij
hebben nog zes zalen en elf kabinetten te bewonderen.
Plet genot schijnt voor u niet bovenmatig groot te zijn,
antwoordde ikhalf verstoord over deze onverschillig-
beid en mijne verwondering bemerkendeliet hij er
dadelijk op volgen Het mooiste krijgen we nog nu
komen de nederlanders Teniers' kroegen Wouwer
man s veldslagen Ruijsdael's landschappen daarom
komt het mij beter voor hier niet al te veel tijd te
verliezen. Nu vraag ik ugeen tijd verliezen voor de
sixtijnsche madonne ten einde meer aandacht te kun
nen wijden aan de dronken boeren van Teniers of aan
dien eeuwigen schimmel van Wouwerman. Is zoo iets
niet ongehoord Ik gaf Max zijn zin, maar met het be
wustzijn dat onze smaak zeer veel verschilde. Gaarne
erken ik de verdiensten van de nederlandsche schilders,
maar de voorliefdedie mijn man voor hen koestert
gaat alle perken te buiten n'est-ce-pas
De heer v. Martens glimlachte veelbeteekenenden
antwoordde Toegestemd, mevrouw, maar Weissenbach
staat in die meening niet alleen. De smaak van den
een helt naar het ideale over terwijl de andere meer
met het naturalistische en realistische dweept. Dit
verschil van opvatting is even oud als de kunst zelve
maar schaadt de kunst nietintegendeel het brengt
haar voordeel aan; beide richtingen verbeteren en vol
maken elkander. En eigenlijk ben ik eer geneigd u
geluk te wenschen dan u te beklagen, dewijl uw smaak
niet altijd met dien van uwen man overeenkomt. Voort
durende overeenstemming is vervelend en veroorzaakt
eenzijdigheid men overdrijft daardoor evenzeer den lof
van het eene als de afkeuring van het andere; gij
beiden bezit in uwe uiteenloopende inzichten een voorbe
hoedmiddel dat u voor uitersten bewaart.
Mevrouw v. Pleissenbach had wel gewenseht dat haar
echtgenoot, die in dit oogenblik het salon binnentrad
nog wat uitgebleven ware. Zij praatte zoo aangenaam
met den heer v. Martens hij beviel haar bepaald uit
muntend, aan aangename en hoffelijke manieren paarde
bij naar hare meening eene groote mate van ver
standelijke ontwikkeling. En toen zij thans de beide
vrienden naast elkander zag staanharen kleinen
blonden echtgenoot met zijn aangenaammaar toch
onbeduidend uiterlijk en de hooge gestalte van Mar
tens, wiens voorkomen, hoewel niet zoo gunstig, haar
toch veel geestiger en flinker voorkwam toen was het
haar alsof haar geliefde Max plotseling in hare oogen
iets verloor dat zij onmogelijk nader wist te omschrij
ven, maar dat zij toch zoo ongaarne aan hem ontbeerde.
De vrienden hadden elkander hartelijk begroet en
Martens zeideterwijl hij zijne plaats weder innam
„Ik heb u een dringend verzoek te doen, waarde Pleis
senbach. „Ik heb namelijk het planu voor heden
middag en heden avond van het bijzijn van uwe vrouw
te berooven.''
„En indien ik mijne toestemming daartoe weiger?"
vroeg mevrouw, zich lachend oprichtende, alsof zij de
onaangename gewaarwording die zij zooeven bij het
maken der vergelijking had opgedaan van zich wilde
afzetten.
„Den middag en avond," zeide Pleissenbach, zijne
vrouw bedenkelijk aanziende, „dat is vrij lang, maar indien
ik u van dienst kan zijn, waarde vriend Georgine, gij
kondet toch even goed heden avond professor Hansius
alleen ontvangen niet waar dat zou wel te
schikken zijn."
Hoe onbeslistja bijna schuchter klonk dat alles
Georgine zou veel liever haren man hebben hooren ver
klaren met of zonder verlof, vandaag laat ik mij niet
terughouden. Maar die besluiteloosheiddie uit ieder
zijner woorden sprak ergerde haartengevolge waar
van zij veel onvriendelijker, dan zij eigenlijk zelf wilde,
antwoordde
„Professor Hansius wilde de photographiën van de
schilderijen medenemen waarover wij gisteren spraken.
Maar hij kan ze even goed hier latendan kunt gij
ze morgen zien."
„Misschien ben ik nog wel vroeg genoeg terug,"
hernam Max ijlings en zich tot Martens wendend
voegde hij er bij „Den geheelen namiddag ben ik tot
uw dienstmaar den avond
„Neen, neen," viel Georgine hem in de rede," „ik
wil u niet terughouden gij moet ook den avond met
uwen vriend doorbrengen gij hebt elkander in zoo
langen tijd niet gezien en zult elkander wel veel te
vertellen hebben."