EEN EDEEMARTER.
Drie en tachtigste Jaargang.
FEUILLETON.
No. 26.
4881.
WOENSDAG
2 M A A 15 T.
ER
Prijs der gewone Advertentiën
Buitcnlunb
f
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
bet geheele Rijk 1,
De 3 nummers 0.06.
E COURANT
Vran 15 regels 0,75; iedere regel meer f 0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs COS-
TER ZOON.
Lijst van brievenwaarvan de geadresseerden onbekend zijn,
verzonden gedurende de 2e. helft der maand Januari 1881
Cornelis Kaater, Alkmaar; Mevr. S. Winter Piccardt, Amers
foort H. BrandH. Burgers, P. Blik, A. Korbato, JMulder,
Amsterdam G. v. d. SebaakHaarlemlis. Larêt, Hilversum;
J. Bakker, HoogwoudC. Brouwer, Veenhuizen.
Van de Hulpkantoren
Broei op Langendijk: Trijntje van Rijn, Schagen.
Hensbroek: J. Ruiter, Wogmeer.
Schoorldam: W. Verkeus, Amsterdam.
ffarmenhuizenJ. TuimanWed. Tuiman, Anna Paulowna.
DUITSCHLAND. De Keizer ontving den 25 te 5
uren 's namiddags de buitengewone gezanten van Spanje,
Erankrijk, Portugal, Denemarken, Belgie, Nederland.
Roumanie en Servie, die hunne geiukwenschen kwamen
aanbieden met het huwelijk van den oudsten zoon van
den Kroonprins van Duitschland, prins Wilhelm met
prinses Augusta Victoria van Sleeswijk Holstein. De
bruid was dien dag te 3"U oren aan de station te Pots
dam aangekomen en door den kroonprins en den brui
degom ontvangen. Onmiddelijk begaven zij zich naar
het slot Bellevue, alwaar de prinses door de keizerlijke
familie ontvangen werd, na met geestdrift door de tal
rijke menigte verwelkomd te zijn. Te 6 uren had een
groot feestmaal plaats, waaraan de gezanten deelnamen.
Na afloop daarvan werd de ballet-voorstelling in de
opera bijgewoond. Des avonds kwamen nog aan de
prins van Wales de hertog van Edinburg en de kroon
prins van Zweden. Den 26 's namiddags had te Ber
lijn de feestelijke intocht der bruid plaats onder het
gejuich van honderd duizenden. Te half 3 kwam de
stoet met gunstig weder onder het lossen van kanon
schoten door de Brandenburgerpoort. Daar werd zij
begroet door den eersten burgemeester wien zij dank
betuigde voor de tot haar gerichte toespraak onder het
uiten van den wenseh dat de bevolking van Berlijn
haar geheel zou mede rekenen als tot haar behoorende.
Te 3 uren kwam de stoet bij het koninklijk paleis.
Aldaar werd de bruid door den kroonprins en overige
prinsen opgewacht en naar de zwitserscbe zaal geleid
waar de prinsessen haar begroetten. Van daar werd
zij geleid naar de Brandenburgerzaal, alwaar de Keizer
met de Keizerin en de overige vorstelijke gasten haar
ontvingen. Vervolgens werd in de keurvorstenzaal het
huwelijkscontract geteekend, waarna de Keizer de bruid
naar hare vertrekken bracht. Des avonds was Berlijn
tot in de meest afgelegen wijken schitterend verlicht.
De verlichting van de straat onder de lindenvan het
midden-gedeelte der stad, van den toren van het raad
huis en van de openbare gedenkteekenen muntte voor
namelijk uit. De pleinen werden afwisselend met ben-
gaalsch vuur verlicht. Den 27 's avonds te 7 uren
werd het huwelijk kerkelijk ingezegend in de kapel van
het koninklijk paleis door den hofprediker Kogel. Daarna
werden in de Witte Zaal de geiukwenschen ontvangen
en had het gala-diner plaatswaarbij de Keizer op°de
gezondheid der jong gehuwden dronk.
ENGELAND. Door de regeering werden den 25
in het Lagerhuis op verschillende vragen de volgende
antwoorden gegeven. Er was niets bekend van eene
aan Rusland gegeven belofte om niet te Kandahar te
blijven, De onderhandelingen met de Basoeto's wa
ren zonder uitkomst gebleven. Griekenland had niet
zijne geheele reservemaar slechts zekere klassen on
der de wapenen geroepen. Eene algemeene oproeping
lag wel in het plan, maar wegens de afkeuring daar
over door de mogendheden uitgesproken had de re
geering zich tot eene gedeeltelijke bepaald onder ver
klaring dat die maatregel volstrekt geene bedreiging
bedoelde. De engelsche regeering had bovendien den
raad gegeven geen enkelen stap te doen welke op
gevat zou kunnen worden als eene poging om de han
den te binden aan de te Konstantinopel vergaderde
gezanten. De mogendheden waren overeengekomen
zoowel Turkije als Griekenland aan te sporen ,°zich van
elke daad van vijandschap te onthouden gedurende de
onderhandelingen. Van het uitvaardigen eener onzij
digheids verklaring kon eerst sprake zijnzoodra de
oorlogstoestand feitelijk bestond.
Vervolgens herhaalde minister Hartington dat hij
hoopte dat Gladstone den 28 weder tegenwoordig zou
kunnen zijn hoewel hij tot zijn leedwezen d'i niet met
zekerheid kon zeggen. Minister Eorster verl. larde tot
den 1 de indiening te verdagen van het wetsontwerp
betrefiende het dragen van wapenen in Ierland, opdat
den 28 de begrooting van oorlog ingediend zou kunnen
worden. Tegen die verdaging kwamen verscheidene
conservatieve leden opdaarin ziende schending van
het votum van het Huis op 25 Januari. De voor
zitter amtwoorddedat hij niemand kon dwingen tot
het indienen van een wetsvoorstel. De derde lezing
der ïersche dwangwet werd ve-^olg.ys hormat. Minis
ter Eorster verdedigde haarhet werd tijd dat aan
het schrikbewind in Ierland paal en perk werd gesteld.
Hij hoopte, dat het Huis, zich sterk genoeg toonende
tot herstelling der orde in Ierlandook de maatrege
len zou goedkeuren welke noodig werden geacht om
het iersche volk tevredenheid en welvaart te verschaf
fen, waardoor deze dwangwet van zelf onnoodig zou
worden. Na verwerping met 321 tegen 51 stemmen
van een voorstel van het iersche lid Maccarthyom
het wetsontwerp niet aan te nemen werd de wet ten
slotte bij derde lezing aangenomen met 303 tegen 46
stemmen. De voorzitter vroeg toen, of het huis °de wet
als aangenomen beschouwdewelke vraag door de
iersche leden ontkennend werd beantwoord.
De voorzitter meendedat het Huis de beraadslagin
gen toch wenschte te sluiten. Minister Hartington
stelde die sluiting bepaald voor, welk voorstel aange
nomen werd met 282 tegen 31 stemmen, waarna de
wet bij eindstemming werd goedgekeurd met 281 tegen
36 stemmen.
Bij het Lagerhuis is eene suppletoire begrooting van
marine ingekomen voor kosten wegens den transvaal-
schen oorlogin eindcijfer bedragende 1,044,000
verdeeld in .- troepenvervoer f 396000, vracht van be-
noodigae artikelen 36000, huur enz. van schepen voor
het vervoer f 606000 en vervoer van officieren ƒ6000.
Minister Kimberley deelde den voorzitter van het
Hollandsche Transvaal-comité mede, dat het verzoek
schrift ten gunste van het herstel der onafhankelijk
heid van de Transvaal door het ministerie in gezette
overweging wordt genomen.
In Oost-Cumberland werd'tot lid van het parlement
gekozen de liberale candidaat Howard met 3071 stem
men tegen 3041 op zijnen tegenstander.
FRANKRIJK. De begrooting voor onderwijs bedroeg
in 1870 omstreeks 19,000,000, in 1876 f 21,000,000,
in 1881 f 39.500,000 terwijl thans voor 1882 wordt
aangevraagd bijna 43,000,000. Het Journal des Dé-
bats met genoegen wijzende op dezen vooruitgang
acht het voor 1882 aangevraagde bedrag nog bizonder
klein in vergelijking van hetgeen in de Vereenigde
Staten voor openbaar onderwijs wordt besteed, name
lijk jaarlijks f 220.000,000.
De Senaat zet de behandeling van het tarief der in-
en uitvoerrechten nog steeds voort. Voorstellen om
hoogere rechten te heffen van tarwe en meelsoorten
werden verworpen daarentegen werd in weerwil van
het verzet der regeering een recht aangenomen op rogge,
haver en turksch koren. Den 3 komt het artikel tabak
in behandeling. Het wetsvoorstel Bardoux tot invoe
ring van departements gewijze verkiezing van afgevaar
digden schijnt niet veel kans te hebben, om aangenomen
te worden. an de 11 leden der commissie van onder
zoek zijn slechts 3 voorstanders.
Te Saint-Denis werd den 27 tot lid der Kamer ge
kozen de heer Rogues geamnestieerde met 3530 stem
men tegen 3288 op den republikein Deschamel.
GRIEKENLAND. Den 25 ondervroeg de afge
vaardigde Messinizi in de Kamer de regeering over
het lijden der grieksche christenen in Epirus en°Thes-
salië en over den stand der onderhandelingen te Kon
stantinopel. Minister Koumoundouros antwoordde,
dat de regeering evenals hijslechts ééne beslissing
kende en wel die van de berlijnsche conferentie. Zij
handhaafde hare meeningdat in het grieksche vraag
stuk reeds uitspraak was gedaan en dat er geen en
kele reden bestond om daarin verandering te brengen.
Den 26 brachten alle gezanten der groote mogend
heden een bezoek aan den minister-president. Zij deel
den hem mede, dat de Porte zich hangende de onder
handelingen van eiken vijandelijken aanval op Grieken
land zou onthouden en drongen bij de grieksche reo-ee-
nng op dezelfde houding aan. De minister antwoord-
(Naar het Hoogduitsch.)
Snel vlogen de volgende jaren voorbij in den geest
van den eenzamen man in het huis bij de Apostelkerk
te Oostburg al waren ze voor den jeugdigen Erich
von Martens ook nog zoo aangenaam voorbij gegaaan.
TV aar hij kwam, ontving men hem met open armen,
want overal genoot hij de reputatie van een wellevend,
talentvol jongeling van goede familie en van vermogen,
den naam van iemand die hoogst aangenaam was in
gezelschap en onvermoeid en vlijtig in den arbeid. Dat
alles was voorbij Menig lief meisjeskopje vertoonde
zich aan v. Martens' geest, menig liefelijk paar oogen,
menige lachende mond met kersroode lippen. Ook dat
was voorbij! Hij had met die meisjes gespeeld, met
hen geschertst en gekoosd, had de roode lippen gekust
en om de tranen gelacheD, die schoone oogen om hem
weenden als hij ze ter wille van een paar andere ver
liet. t Was voor hem slechts een tijdverdrijf geweest -
zijn hart was er koud bij gebleven. Wat bekommerde
hij er zich omof zijn lichtzinng spel meer dan één
levensgeluk verwoestte en zoo menig meisjeshart brak
Ook het tweede examen legde Erich met glans af.
Toen hij daarna evenwel den stand van zijn vermogen
naging bevond hij dat zijn kapitaal belangrijk kleiner
was geworden. Hij verwonderde er zich niet over
want hij wist zelf het best, waar zijn geld gebleven
was. NV el was het iets sneller gegaan dan hij zich eer-
tijds had voorgesteld en bij berekende datindien hij
voortleefde zooals hij tot heden had geleefd, het kleine
verschot in een jaar zou ten einde zijn en toch was
J -V nog geen het minste uitzicht op eene behoorlijke
bezoldiging, Toen nam v. Martens een kordaat besluit,
't Was in den tijd, dat overal in Duitschland, tenge
volge eener bijna epidemische zwendelznehtnieuwe
ondernemingen en maatschappijen als uit den grond
verrezen. Jonge, kundige rechtsgeleerden waren daarbij
zeer gezocht en werden overvloedig betaald. Deze ge
legenheid om vooruit te komen in de wereld, besloot
v. Martens niet te laten voorbijgaan. Hij verliet den
staatsdienst en vond eene betrekking als rechtsgeleerde
raadsman bij eene maatschappij in Maintz waarin hij
zelf met de rest van zijn vermogen deel nam. Eenigen
tijd daarna werd hij met de betrekking bekleed van
direkteur van eene dergelijke maatschappij in Wiesba
den en verheugde zich daaralle kleinere inkomsten
mede gerekend, in een inkomen, dat bijna gelijk stond
met dat van zijnen voormaligen chef, den minister van
justitie. Hij wist echter een dergelijk inkomen uitste
kend te gebruiken. Eene fraaie woningeen nette
equipage een paar prachtige rijpaardende jacht en
het spelkortom het geheele leven in deze weelderige
omgeving, zooals zich dat in Wiesbaden openbaart,
verslond volkomen v. Martens' inkomen jahet was
zelfs niet geheel toereikend en gewaagde beursspecu
laties en eigenaardige vingervaardigheden die in de
gewone spreektaal met den naam van „vervalsching der
balans" worden aangeduid, moesten meermalen te°baat
worden genomen om de benoodigde sommen te verschaffen.
Doch het geluk van den zwendelaar is slechts van
korten duur. De crisis bleef niet uit en daarin ging
ook de maatschappij te grondewaarvan v. Martens
direkteur was. Hij had in de jaren van overvloed na
tuurlijk niets overgespaard voor minder voordeelige tijden,
die mochten komen, in tegendeel, hij was genoodzaakt
een zoo groot mogelijk gebruik te maken van het goed
vertrouwen dat hij genoot. Krediet had hij genoeg
maar om dat te behouden, was hij verplicht zijne weel
derige levenswijze te blijven voortzetten. Waar zou hij
echter na het gebeurde de middelen daartoe vinden
Tusschen den beursspeculant en den speler is de af
stand niet bizonder groot. Tot dusver had hij het spel
slechts als tijdverdrijf beschouwd maar thans werd hij
speler van beroep. En daar het geluk hem niet altijd
gunstig was, ging bij weldra nog een schrede verder
en werd valsck speler.
Hoe zwak en wankelbaar thans de grondvesten wa
ren waarop zijn uiterlijk zoo schitterend bestaan rustte,
wist stellig niemand beter dan v. Martens zelf. Het
ontbrak hem niet aan treffende waarschuwingen bij zijn
gevaarlijk bedrijf. Een jong officierals invalide ge
pensioneerd, een landgenoot van Erich en in de verte
met hem verwantvan goede familie en zeer aanzien
lijk vermogen, maakte in dezen tijd met v. Martens
kennis. Ofschoon de jeugdige man na een lijden van
verscheidene jaren pas langzaam begon te herstellen
van zijne zware wonden, door hem in den veldslag van
Mars-ïa-Tour opgedaan en juist daarom alleen het
zachte klimaat van Wiesbaden voor zijne herstelling had
uitgekozen, maakt v. Martens er zich geene gewetens
zaak vanhem zoo ver mogelijk mede te slepen in het
lichtzinnig leven der jeunesse dorée van de schoone
badplaats. Eindelijk trachtte hij hem te doen deelne
men aan de verstrooiingen der speelbank en dit gelukte
maar al te wel. Weldra bracht de jonge Hanoveraan
het grootste deel van den nacht aan de speeltafel door
en zeer belangrijke sommen verdwenen uit zijne han
den in die van v. Martens. Dat wekte het wantrouwen
van den officier op hij sloeg v. Martens' handelingen
aandachtig gade en meende op zekeren avond eene
verdachte beweging bij hem op te merken. Dit leidde
tot eene heftige woordenwisseling en uit den aard der
zaak den daaraan volgenden dag tot een tweegevecht,
v. Martens' tegenstander deed het eerste schot, maar
de jonge mandie tengevolge zijner verwonding in
verscheidene jaren geen pistool in de hand had gehad,
schoot mis. Koelbloedig hief toen v. Martens zijn wapen
op en drukte het los, zonder een spier van zijn gelaat
te vertrekken. In 't volgend oogenblik stortte zijn te
genstander, in het hart getroffen, ter aarde. Het