Ir
J
vl
.Stabsï-Bcricfttett.
Colley. Het totaal verlies der Engelschen is ongeveer
600 man. Nog twee regimenten gaan naar de Transvaal.
's Geavenhage 1 Maart. Eerste Kamer. He Mi
nister van Lijnden heeft in antwoord aan den heer
Schimmelpenninck v. d. Oye die de Begeering inter
pelleerde over hare houding in zake de Transvaal, ver
klaard dat zij rekening moest houden met de eischen
der neutraliteitdat interventie geen doel kan treffen
zonder medewerking der partijen, dat de regeering niet
ophoudt of ophouden zal bij de engelsche regeering
haren invloed aan te wendenom den strijd te beëin
digen en dat Engeland bewust is dat de nederland-
sche regeering daartoe gezind is. De regeering toch
heeft zich vergewistdat Engeland een aanbod tot
interventie zeer pertinent zou van de hand wijzen. In-
tusschen blijft de regeering diligent.
De discussie over het strafwetboek is aangevangen.
Tweede Kamer. De werkzaamheden werden heden
hervat, de tijdelijke voorzitter, de heer Mirandolle her
dacht de verdiensten van den ontslapen Voorzitter mr.
Dullert. Morgen 1 uur opmaken der candidatenlijst
van het voorzitterschap, terwijl alsdan tevens zal beslist
worden of den heer Lenting verlof tot interpellatie over
de transvaal zal worden gegeven.
Zaterdag vierde de heer G. Zeeman't hoofd
der hier bestaande ambachtsschool, feest met zijne leer
lingen. Den 24en verjaardag van hunnen leeraar, die
tevens herinnerde dat het één jaar geleden was dat
de grondslagen voor die inrichting werden gelegd, wil
den de leerlingen niet ongemerkt laten voorbijgaan.
Als bewijs hunner achting boden een dertigtal hun
ner den beminden leeraar een zilveren inktkoker met
toebehooren aan terwijl menige toespraak getuigde
van de achting die zij genoemden heer toedragen.
Zondag middag had in tegenwoordigheid van ve
len de overgifte plaats der banier, aan de rederijkers
kamer Bilderdijk door een aantal ingezetenen als feestge
schenk vereerd. Terwijl het muziekgezelschap Concordia
de ouverture „Tempelweihe" ten gehoore brachttrad
bet damescomitégeleid en bijgestaan door ceremonie
meesters met het geschenk de zaal binnen. Toen de
ouverture geëindigd was, hield mej. A. Luyt de volgende
toespraak
„Mijne heerenpresident en leden der rederijkers
kamer Bilderdijk.
„Het denkbeeld om uter gelegenheid van het
12%jarig bestaan der Kamer, een blijk van belangstelling
en waardeeringin den vorm eener banier, aan te bie
den heeft bij de ingezetenen, die uwe werkzaamheden
plegen gade te slaan den bijval gevonden dien wij
dorsten hopen. De ons bereidwillig verstrekte bijdragen
hebben ons in staat gesteld u een vaan te verschaffen,
die naar wij vertrouwen uwer niet onwaardig is. Zij
voert den naam van den grooten dichter en taalkenner,
naar wien zich de rederijkerskamer genoemd heeftzij
voert het wapenschild der stad waar de kamer geves
tigd is de jaartallen van hare oprichting en van het
heden. In dat weiaige zegt zij veel. Waar zij het ge
lauwerde wapen van het overwinnend Alkmaar nevens
den naam van den in onze eeuw niet overtroffen Bil
derdijk te aanschouwen geeftdaar getuigt zij, dat ook
in deze veste de nederlandscbe taal geliefd isde ne-
derlandsche letteren geëerden hare beoefenaarsde
dichters hoog geschat worden dat er in Alkmaar
nevens ijver voor het stoffelijk bestaanook zin voor
poëzie voor kunst, voor het hoogere leven bestaat. Maar
met den naam van Bilderdijk en het wapen onzer stad
roept zij óók u toeweest gij beiden waardig. Huldig
als hij het schoonemaar meer nog dan hij bet
reine zijt overwinnend als eenmaal uwe stad strijdt
tegen wansmaak en valsch vernuftstrijdt ook tegen
taalverbasteringdie den weg baant tot de slavernij
van een volk.
„En mocht gij naar elders ten strijde trekken ten
prijskamp moge dan uwe banier geëerd worden en zij
met zegeteekenen beladen tot ons wederkeeren. Zij zij
u een veldteeken dat u vermaant en bezielt tot ijver
en volharding een teekendat gij zult verdedigen te
gen elke smet. Haar aan u overgevende veroorloof
ik mij te spreken uit naam van allen die haar helpen
vereeren en de kamer te wenschen een bloeiend be
staan eene juiste opvatting van hare roeping opdat
zij niet slechts zij een bij hare leden geliefd genootschap,
maar zulk eendat nuttig naar buiten werkt en onze
stad tot sieraad verstrekt."
Onder fanfares en luid applaus werd de banier over
handigd waarop de heer v. d. Berg voorzitter van
Bilderdijk het volgende sprak
Zeer geachte dames
„Hoe goed is 't, als zonen en dochteren van een
zelfde huis eendrachtig samenwerken ter bereiking van
een goed doel
Dit is alweer gebleken bij hetgeen door dealkmaar-
sche dames is ondernomen in het belang onzer kamer,
welke de gewenschte uitkomst thans er van geniet!
Toen de rederijkerskamer Bilderdijk in het afgelopen
jaar besloot haar twaalf-en-een-halfjarig bestaan fees
telijk te herdenkenen haar bestuur voorstelde om
ter viering van dit heugelijk feit, een nationalen too-
neelwedstrijd uit te schrijven, kwam bij geen der leden
voorzeker de gedachte opdat de dames-eereleden het
initiatief zouden nemen tot het verhoogen van Bilder-
dijk's roem. Wel hadden de leden zich in het bezit
eener eigen banier gewenscht, maar noch rechtstreeks,
noch van ter zijde was een van hen iets ter oore ge
komen dat hun recht gaf om te denkendat die
wensch zóó spoedig zou worden vervuld.
Wij wanhoopten niet, maar twijfelden toch.
Toen dus het bericht door ons werd ontvangen, dat
ons werkelijk binnen korten tijd eene banier zou 'wor
den vereerdwas] het niet te verwonderen dat eene
groote vreugde ons bezielde.
Dat is uw werk geachte damesdie reeds zooveel
hebt bijgedragen tot de vestiging van Bilderdijk's repu-
tat een die daarvoor den welgemeenden dank der
kamer verdient
Dat is uw werk, ingezetenen van Alkmaar uw werk,
geachte burgemeester en verdere overheden dezer stad
die zoo flink zijt voorgegaanwaar het goldt het voor
gestelde doel te bereiken
Onzen dank voor alleswat door u is verricht.
Indien wij eerlang elders optreden zal deze banier
ons bezielen. Wij zullen, getrouw aan de spreuk „Een
dracht maakt Macht" krachtig te zamen werken om te
verhoeden dat zelfs de minste smet worde geworpen
op deze reine vlag.
Hef haar op
Ik stel u allen voor, met mij in te stemmen in den
juichkreet„Leve de alkmaarsche dames
Nauwelijks was de banier onder fanfares en toejuiching
omhoog geheven en werd zij ter begroeting der aan
wezigen gezwaaid, of de leden, waaruit de stok bestond,
bleken te zwak te zijn zoodat het prachtige doek ter
neder stortte, gelukkig zonder ernstige gevolgen. Ech
ter bracht dit ongeval eene stoornis in de feestelijke
stemming welke de voorzitter weder wist te verleven
digen door de waarschuwing om in het gebeurde geen
kwaad voorteeken te zien, evenmin als Willem de Ver
overaar het deed, toen bij zijne landing in Engeland zijne
banier ter aarde stortteen hij zeide„ik kus den
grond dien ik veroveren zal." Terwijl Concordia de
muziekuitvoering voortzetteinderdaad verdienstelijk
genoeg om de door den president van Bilderdijk ge
brachte hulde te rechtvaardigen (de goede clarinet-
solo had van de zijde ran het publiek wel meer aan
dacht mogen verwerven), waren ijverige handen bezig
om den gebroken stok althans tijdelijk te herstellen
zoodat nog voor den afloop van het concert, de banier
triumfantelijk in de zaal kon terugkeeren welke we
derkomst den heer v. d. Berg den wensch deed uiten,
dat allendie mochten valleneven spoedig weder
zouden verrijzen.
Maandag hield de Kamer haren feestavond ten be
sluite van den gehouden wedstrijd en ter uitreiking
der verworven eereprijzen. Geen plaatsje van de groote
zaal van het locaal Harmonie bleef onbezet. Toen
onder het spelen der muziek de afgevaardigden der
winnende vereenigingen, met een drietal banieren de
zaal waren binnengeleid, opende de heer v. d. Berg de
feestelijkheid met de navolgende toespraak
„Hoog geachte dames en heeren
't Allereerst wat den mensch van het redelooze dier
onderscheidt is het vermogen tot denken.
Door de gave der gedachte alleen wordt zooveel
schoons tot stand gebracht. Daardoor alleen wordt
het leven eigenlijk leven.
Nu twaalf en half jaar geleden, kwam bij een man
de gedachte tot oprichting eener rederijkerskamer te
dezer stede opdie gedachte is vleesch geworden
en Bilderdijk ontstond. Wel was de kamer in den
aanvang niet zoo krachtig en vol leven als de groote
dichteraan wien zij haar naam ontleendeals een
zuigeling moest ze worden getroeteld en verzorgd
maar allengs kiachtiger geworden en eindelijk gespeend,
trad zij na anderhalf jaar sluimerens de wereld in.
Eene opvoering ten voordeele der weezen werd ge
geven en Bilderdijk was gevestigd.
Tal van voorstellingen werden gegeven, aan drama,
blijspel en tableaus vivant# de krachten en talenten
der leden gewijd.
Op een feestavond als dezen kan Bilderdijk dus met
vreugde en voldoening op haar verleden terug zien.
Het is een der schoonste dagen van haar bestaan, nu
tal van afgevaardigden der zegevierende kamers hier
zijn vergaderd, en al wat Alkmaar schoons en liefelijks
bezit is opgekomen, om getuigen te zijn van de viering
van haar koperen feest. Het is een feestavond, die niet
licht zal worden vergeten.
Daarom, allen die hier zijt vergaderd, welkom drie
werf welkom
Daarna bracht de kamer ten tooneele het blijspel
„De Eamilie van Hoorn", een samenstel van allerlei
kluchtige vergissingenwel geschikt de lachspieren in
beweging te brengen indien het namelijk eene goede
uitvoering ten deel valt. En hiervan mag inderdaad
veel goeds gezegd worden. Na al het schoone, dat
vreemde vereenigingen ons in dezen winter te genieten
hebben gegeven vermocht de kamer Bilderdijk ons
niet minder te voldoen door goede opvatting en uit
voering. Heeren en dames beijverden zich om een
uitmuntend geheel te vormen en de bijvalsbetuigingen
bleven dan ook niet achterwege. De driftige rentenier
van Hoorn en de doove rekenmeester Goudsmid die
elkander zoo bitter slecht verstonden zijn typen die
niet licht vergeten zullen worden en het nichtje van
v. Hoorn, dat, naar wij tot ons leedwezen vernemen,
onze stad gaat verlaten, zal bij de kamer voorzeker ook
in herinnering blijven. Maar wij ontleden niet verder en
noemen geen namen waar allen hun best dedenzelfs
in de meest bescheiden rollen.
Na de pauze werd het doek geopend onder het spe
len van het volkslied dat door Alkmaars Victorielied
gevolgd werd ter begroeting der banier, waarom de
leden van Bilderdijk op het met heesters bezette tooneel
zich kwamen scharen. De voorzitter verzocht de le
den der jury ten tooneele en hield vervolgens eene
toespraak waarin hij een terugblik sloeg op het 12
jarig bestaan der Kamer, op de beraamde plannen voor
hare feestviering en op den daaraan verbonden zoowel
geslaagden wedstrijdwaarin het hoogste loon voor de
besten te verwerven was geweest. Hij gaf daarna het
woord aan de jury, ter toelichting van de behaalde cij
fers. De heer v. d. Veen richtte, alvorens zijn rapport te
lezen het woord tot de feestvierende kamer, waarin hij op
de beteekenis wees van den gevoerden strijd, en tevens
op de taakwelke zij tracht en meer en meer moet
trachten te vervullende vereering van de schoone
moedertaalde huldiging van het goede en de kastij
ding van het verkeerde waartoe het tooneelis het
zich zijner roeping bewust en daarvan niet ontaard
zoo uitmuntende gelegenheid verschaft. Spreker deed
voorts uitkomen, dat het uit te brengen verslag slechts
een voorloopig was en zich bepaalde tot het kortelijk
aanwijzen der verdiensten en tekortkomingen van de
winnende vereenigingenzonder daarmede te bedoelen
dat de 6 niet winnende zonder verdiensten waren
maar waar slechts 6 van de 12 konden winnen, moest
ook van 6 de verdienste onbeloond blijven. Het rap
port vervolgens voorgelezen hopen wij weldra in staat
te zijn onzen lezers te kunnen mededeelen. De voor
zitter riep daarp de afgevaardigden achtereenvolgens, die
van de Ware Vrienden en Melpomenedie om den
2en en 3en prijs voor het blijspel geloot hadden ge
lijktijdig op en reikte hun de behaalde prijzen over,
ieder een goed gekozen woord toevoegende. De heer
Woordman, van Jan van Beers, richtte eene dank
betuiging tot de kamer Bilderdijk en tot de jury bij
welke de volgende afgevaardigden zich meer of minder
uitvoerig aansloten, de heer Dekker daarbij de verzuch
ting uitende, dat Olympiawaarvoor van Alkmaar de
victorie is uitgegaanden behaalden prijs wel gaarne
aan hare banier zou hechtenmaar er geen bezat.
De voorzitter zegde daarna de jury dank voor de nauw
gezette volbrenging harer moeilijke taak en bood ieder
der leden ter herinnering een exemplaar der medalje
in zilver aan den heeren v. d. Veen en Dorbeck bo
vendien het teeken van het eerelidmaatschap aan den
Bruinvis reeds vroeger toegekend. Daarna vereerde de
kamer ook eene dergelijke medalje aan den heer Bas
die haar in hare bemoeiingen zoo krachtig had bijge
staan en ten slotte overhandigde de voorzitter den
heer Bruinvisals president der commissie van het
Stedelijk Museumeen medaljewelke de kamer als
eigen souvenir van haar feest wenschte te bezitten, maar
voor het algemeen aanschouwelijk wilde stellen liever
dan haar bij een der bestuursleden weg te sluiten. Al
de uitreikingen vonden bij het publiek warme toejui
ching en werden met fanfares begroet. Na afloop dezer
plechtigheid ving het bal aan dat bij de feestelijke en
opgewonden stemming van de bekroonden en hunne
gastheeren, eerst vroeg in den morgen een einde nam.
De voorzijde van den prijspenning stelt voor eene
gevleugelde vrouw met fakkel en eerekransnevens
haar het wapen van Alkmaar en attributen der kunst;
in het rond Groote Nationale Tooneelwedstrijd, in
de afsnede Alkmaar 1880 1881 de achterzijde voert
in een kransin gegraveerde letter de beteekenis van
het eermetaal, en om den krans in gestempelde letters
Ter gelegenheid van het 12%jarig bestaan van
Alkmaars rederijkerskamer „Bilderdijk."
Maandag 1.1. werden uit het Huis van verbetering
en opvoeding voor jongens alhier, 20 jongens overge
bracht naar de Kruisberg nabij Doetinchem welk
transport weldra door een ander van gelijk getal zal
gevolgd worden.
Naar wij vernemen, vindt deze maatregel zijn oor
zaak in het groot aantal jongensdie door de rech
terlijke macht naar dit gesticht verwezen worden en
in de betrekkelijk beperkte inrichting daarvan.
Niettegenstaande in 't laatst van 1878, toen het ge
tal jongens 249 bedroeg50 jongens naar het Hulp
huis van verbetering en opvoeding aan de Kruisberg
werden overgebracht en er sedert 92 ontslagen werden
was de bevolking nu tot ongeveer 240 jongens gestegen
De wensch, dat door doelmatige maatregelen zoo
danige evacuatie naar de strafgevangenis de Kruisberg,
al mogen de opvoedelingen aldaar eene afzonderlijke
afdeeling uitmaken niet meer noodig moge zijn ge-
looven wij niet miteplaatst.
A.s. donderdag-avond zal door het Natuur- en Letter
kundig Genootschap S. N. S. S. in het Café Central eene
buitengewone vergadering gehouden worden, waarin als
spreker zal optreden de heer dr. J. Debrincke, uit Sydney,
die een merlrwaardigen tocht heeft gemaakt door de nog
grootendeels onbekende binnenlanden van Nieuw-Hol-
land en zijn verhaal deswege toelicht door groote kaar
ten. De bijvaldoor dezen reiziger in het Aardrijks
kundig Genootschap en in verschillende andere weten
schappelijke vereenigingen hier te lande genoten, doet
verwachtendat het hem niet zal ontbreken aan een
belangstellend gehoor, zoowel van leden van S. N. 8. S.
als van andere weetgierige ingezetenen aan welke de
gelegenheid tot introductie wordt verschaft.
De heer G. J. v. Leeuwen alhier zal met 1 April
a. s. eene stoombootdienst openen tusschen Texel en
Amsterdammet aandoening van tusschen gelegen
plaatsen.
- Bij de heden ten stadhuize door het gemeente
bestuur gehouden aanbesteding is gegund aan J. C.
Opsteeghkuiper te Dordrecht de levering van a.
2000 privaattonnen en b. 1200 zinken trechters 500
zinken deksels en 25 zinken urine3chermen voor ƒ5354,II.
Voor perceel a waren 9 en voor perceel b 17 inschrijvers.
Erratum. In ons vorig Nummer staat in de op
gaaf der punten door de verschillende rederijkerskamers
behaald in de kolom voordracht achter Melpomene
11, moet zijn 10.
ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK.
Correctioneele Terechtzitting van 1 Maart.
1. K. van M., te Hoogcarspelvisschen zonder vergunning
van de eigenaars3 boetesubs. 1 dag gev.
2. K. B., te Hoogcarspelvisschen zonder vergunning van
de eigenaars. Vrijgesproken.
3. J. B., te Hoogcarspelmishandeling en beleediging3
dagen gev. en twee geldboeten, ieder van f 8, subs, voor iedere
boete 2 dagen gev.
4. J. B. J. E., te Hoorn, mishandeling en beleediging, 45
dagen gev., in eenzame opsluiting te ondergaan.
5. R. J. R, te Enkhuizen, diefstal, 2 maanden gev.
6. W. van M., te Enkhuizen, mishandeling en beleediging,
2 dagen gev. en 8 boetesubs. 2 dagen gev.
7. W. M., te Alkmaarbedelarij14 dagen gev. en opzen-
zending naar een bedelaarsgestioht.
8. C. de G., te Oterleek niet aangeven van ziek vee aan het
gemeentebestuur2 boetenieder van 10, subs, voor iedere
boete 3 dagen gev.
BURGERLIJKE STAND.
GETROUWD.
27 Eebr. Leopold Pieter Salomon Wijnkamp en Grietje Veld
huizen. Adrianus Blokdijk en Trijntje Veldhuizen.
Dirk Balder en Maria Johanna Kwast.
GEBOREN.
26 Eeb. Pieter, Z. van Jan de Graaff en Nlaarlje Veth.
Meindert Cornelis Z. van Johannes Jacobus Siezen en
Meinsje Wils. Grietje, D. van Maarten Schsnkeen
Elisabeth Smit.