EEN EDEMARTER, No. 42. Drie en tachtigste Jaargang. 1881 V li IJ D A G 8 APRIL. Groote Veemarkt te Alkmaar FEUILLETON. Prijs der gewone Advertentiën op Dinsdag lf» April 1381. iSuitculitub (41) ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Eijk f 1, De 3 nummers 0.06. Van 15 regels 0,75; iedere regel meer/1 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. DUITSCHLAND. De wet omtrent de schadeloos stelling voer werklieden die tijdens de uitoefening van hun beroep een ongeluk krijgen, werd den 4 naar eene eommissie van 28 leden verzonden nadat de afgevaar digde Bebeisociaal-democraatverklaard hadmet dat ontwerp in te stemmen. Daarna lichtte de heer Wïndthorst (centrum) zijn door 275 leden van alle partijen onderteekend voorstel tegen vorstenmoord toe. Dat voorstel, thans luidende den rijkskanselier uit te noodigen om met de regeeringen van andere Staten eene overeenkomst aan te gaanwaarbij elke daaraan toe tredende staat zich verbindt om zoowel zijne eigene onder danen te straffen als de op zijn grondgebied wonende vreem delingen die zich aan moord of poging tot moord op het hoofd van een der toegetreden staten schuldig maken of in overleg treden om die misdaad te begaan ook dan wanneer deze niet tot een begin van uitvoering is gekomenof open lijk tot die misdaad aanzetten. Hike toegetreden Staat ver- iindt zich bovendienom den op zijn grondgebied vertoevenden vreemdelingdie genoemde misdaad begaan heeft uit te leveren aan den staat waartoe hij behoortindien de regee ring van dien staat het verzoekt-ff had tot doel, den grond slag te leggen voor eene verstandhouding onder de mogendheden. Het duitsche strafwetboek behoefde geene wijziging te ondergaan. Het voorstel beoogde niet be perking van het asylrechtmaar slechts het tegengaan der moordenaars en hunne medeplichtigen in hun boos opzet. Hij wees op de afgrijselijke gebeurtenissen in een naburig land en meende, dat het hoog tijd werd om dergelijke daden te beletten. Het paste aan het duitsche volk zijn gevoelen over het rechtspunt ter sprake te brengen een beslissing van den rijksdag in deze zaak zou te gewichtiger zijn, omdat zij niet van de regeering, maar van de volksvertegenwoordigers uit ging. Daardoor zou een schoon getuigenis worden af gelegd van het diepgewortelde gevoel voor recht van het duitsche volk en bovendien duidelijk uitkomen hoe dat volk zich naauw aansluit aan zijne vorsten, waar het levensbelangen geldt van het land. Dr. Hanel gaf na deze levendig toegejuichte verdediging van het voor stel de redenen opwaarom ook de fortsehrittspartij daarmede instemde. Prins Radziwill verklaarde dat de Polen mede voor het voorstel warenhoewel ge- Btemd tegen eene uitbreiding der beperking van het asylrecht. Hij kwam tevens op tegen de smaadredenen tegen hen van zekere zijde na den moordaanslag aan gevoerd. De heer Kayzer verklaarde uit naam der socialisten dat zij aan de stemming geen deel zouden nemen de beraadslaging was reeds gesloten voordat zij aan het woord konden komen. Daarop werd het voorstel met bijna algeraeene stemmen aangenomen 3 leden der fortsehrittspartij stemden alleen tegen. ENGELAND. Den 4 werd een 3e geneesheer bij Beaconsfield geroepen. Het bulletin van des morgens 10 uren luidde, dat de zieke een onrustigen nacht doorgebrachtdoch tegen den ochtend iets geslapen had. De nacht van 4 op 5 werd rustig doorgebrachtde jicht vertoonde zich aan de knieëndoch de koorts verminderde de krachten waren den 5 's morgens niet afgenomen. Den 3 werden de biljetten voor de 9e volkstelling ingevuld. De Onder-Koning van Ierland beeft bet bevel uit gevaardigd dat alle niet tot het dragen van wapenen gerechtigde personen hunne wapenen vóór den 15 bij de politie moeten inleveren. Deze bepaling is voor- loopig toepasselijk op 17 graafschappen en op de ste den Limerick Galwaij en Cork. Lagerhuis. Minister Gladstone legde den 4 de begrooting ter tafel. Uit de daarbij gehouden rede die 2 uren duurde, blijkt, dat ue ontvangsten over het afgeloopen jaar bedroegen 84,141,000 p. st., de uitgaven 83,106,000 p. st. Over het loopende jaar werden de uitgaven op 84,70">,000, de ontvangsten op 85,990,000 p. st. geraamd, alzoo met een over schot van 1,285,000 p. st. Hij stelde voor: 1°. ver mindering der inkomstenbelasting met 1 penny2°. geleidelijke afschaffing van het inkomend recht op ziiverwaren door middel eener jaarlijksche verminde ring van 3 pence per onstotdat het tegenwoor dige recht van 18 p. geheel vervallen was3°. een surtaxe op buitenlandsch gedestilleerd van 5 p. per gallon op spiritus en 2 p. op rum en in het algemeen van 4 p. per gallon op gedestilleerd van het normale gehalte 4°. vermindering van het inkomend recht op buitenlandsche bieren van 7 sh. lp. op 6 sh. 6 p.; 5". hervorming van het recht van successie. Tengevolge van een en ander zou het geraamde overschot tot op 295,000 p. st. verminderen. Hij stelde ook voor de conversie van korte in lange annuïteiten waardoor 72 miljoen gulden der staatsschuld binnen 25 jaren afgelost zouden worden. Hij sloot zijne rede met de mede- deeling, dat dit waarschijnlijk de laatste maal was, dat hij de staatsbegrooting aan het Huis overlegde daar mede natuurlijk bedoelende van plan te zijn niet langer mil ister van financiën te blijven. Na eene beraadslaging van drie uren werden de voorstellen tot belastingwijziging aangenomen. De ver dere bespreking over de begrooting werd verdaagd. I RAN KRIJK. Den 4 deelde de minister van oor log aan de Kamer het gebeurde aan de tunesische grens mede. In een gevecht van 11 uren waren 4 man gedood en 6 gekwetst. De regeering verzamelde de noodige strijdmachtom tegen de stroopers met kracht te kunnen handelen. Er zijn reeds troepen naar Alge- rie gezonden om in den loop der week door meerdere te worden gevolgd. De algerijnsche bladen doen uit komen dat de thans ondernomen beweging tegen de stroopers strekt tot wettige zelfverdediging en dati.de Be ij van Tunis verplicht is zijne troepen bij de alge rijnsche te voegen om de spoorwegen te beschermen en de Kroumirs te straffen. Onthouding zou gelijk staan met eene verklaring van vijandige gezindheid. ITALIË. De heer Eerrero is tot minister van oor log benoemd. OOSTEN RIJK- HONGARIJE. De Weener bladen beschouwen de instelling eener soort van gemeenteraad te Petersburg als een begin van hervorming in Rus land. De Neue Freie Presse wijst er echter op hoe gebrekkig die eerste stap op den nieuwen weg nog is. Datzelfde blad komt ook krachtig op tegen eventuele internationale maatregelen ter beperking van het asyl recht. Het beschouwt het in den rijksdag aangenomen voorstel als een uitnemenden zet van prins Bismarck die het wel begunstigd zal hebbenal hield hij zich schijnbaar onverschilig. Daarmede wordt den nieuwen russischen Keizer verklaarddat hij geene oprechter vrienden heeft dan in Duitsehland en zoo eenig rijk het voorstel van de hand wijst, dan is de kiem voor eene verwijdering tusschen dat rijk en Rusland gelegd. RUSLAND. Yolgens de Köln Zeitung zijn de be richten, door den dnitschen kroonprins en zijn gevolg te Berlijn gebracht omtrent den toestand in Petersbu'g zeer bedroevend. De Keizer is in zijn paleis niet veel meer dan een gevangene en de laatste gebeurtenissen hebben duidelijk doen uitkomen dat op den trouw der ambtenaren niet te rekenen valt. Niet alleen lagere, maar zelfs hooggeplaatste ambtenaren zijn door de ni hilisten gewonnenmeestal alleen voor geld. Aan datzelfde blad wordt uit Petersburg gemelddat de Keizer alle huizengrenzende aan zijn paleis vroeger als kroonprins en nn nog tijdelijk door hem bewoond, laat aankoopen ten einde gerust te zijn dat in deze tijdelijk door allerlei gezinnen bewoonde huizen geen aanslag tegen het paleis worde gesmeed. Het vroegere hoofd van het burgerlijk bestuur in den Kaukasus baron Alexander Nicolaïis minister van openbaar onderwijl geworden in plaats van Sabaroff die lid van den Senaat werd. De uitgave van het blad de Smolensker Westrik werd voor 8 maanden geschorst en aan het dagblad Perjadok werd de vergunning ingetrokken tot den verkoop op straat. SPANJE. Den 4 ontving de Koning den neder- landschen gezant ten gehoore tot overhandiging zijner geloofsbrieven,, De bij die gelegenheid gehouden toe spraken getuigden van de vriendschappelijke betrekkin gen tusschen beide rijken. Ie Oporto schijnt eene republikeinsche beweging ont staan te zijn. De schouwburg zou door de opstande lingen in lezit zijn genomen. (Naar het Hoogduitsch.) „En hebben de beschermers van onzen nieuwen neef ook verdenking op dezen Mirski?" „Neen zooals ik zeide, bepalen zij zich tot geheim zinnige aanwijzingen en noodigen ons uit tot eene sa menkomst, bij welke gelegenheid wij het verdere zullen vernemen en inzage kunnen nemem van de bewuste dokumenten. Blijkbaar verkiezen zij eene minnelijke schikking boven een langdurig en kostbaar proces, waardoor misschien de oogen der bevoegde macht op hen en hunne plannen zouden kunnen vallen." "I" ieder geval moeten wij den waren erfgenaam van Wolno zijn eigendom zonder bedenking teruggeven, zoodra wij zijn rechten erkennen." „Zeer zekerbevestigde Boguslawik ben geheel van uwe meening. 't Zal misschien overigens het ver standigste zijn, als wij dien Mirski trachten op te spo gen vóór de bewuste samenkomst. Hebt gij zijn naam nooit te voren hooren noemen „Nooit, maar het zal gemakkelijk uit te maken zijn of zich werkelijk iemand van dien naam in Oostburg ophoudtantwoordde Hugozijn oppasser bellend. Toen deze verscheen beval hij den man in den naast- bijzijnden winkel een adresboek te koopen. Dit was spoedig gebracht. Hugo begon er in te bladeren. „M Ma Meier" mompelde hij„nog eens Meyer met een y, daar hebben we Mi Mif- bach MirowMirskiwaarachtighier, hoor maar Boguslaw: Mirski, Frederik Willem, gepensioneerd grensbeambte MirskiMariewasehvrouw de laatste gaat ons met aan, maar de grensbeambte is hoogst waarschijnlijk onze man.'' Boguslaw rukte bijna zijnen broeder het adresboek uit ae hand van begeerte om zich met eigen oogen van de waarheid van Hugo's woorden te overtuigen. „Waarachtig daar staat het," riep hij, „gepensioneerd grensbeamte Visscherstraat n°. 3 Waar is die straat „Daartoe zullen wij den platten grond naslaan ant woordde Hugo. Hm, hm, het is zooals ik daeht, de straat ligt in de armoedige, poolsche voorstad. Hoor eensmijn waardeindien wij op klaar lichten dag heengaan ik in de uniform van Zijner Majesteits ku rassiers brengen we dat geheele armzalige kwartier in rep en roer." „Trek dan burgerkleeren aan." „Dat zal ik deen, ik bezit een costuum, dat een roo- ver eer zou aandoen hetgeen zich voortreffelijk voor dergelijke gelegenheden leent. Evenwel stel ik toch voor, de schemering af te wachten zelfs in burger kleeren zou ik niet gaarne in dat buurtje gezien worden." „Overbodige voorzorgen," bromde Boguslaw„Ik heb werkelijk geen geduld zoo lang te wachten." „Dat spijt mij lachte Hugo „maar ik kan u die kleine foltering niet besparen. Ga nu mede naar de sociëteitwe zullen daar eten en na tafel de zaak nog eens bepraten. „Wilt gij mij in een officierssocieteit brengen?" viel Boguslaw hem gramstorig in de rede. Ik dank u vrien delijk ge weet hoe onaangenaam mij zulk een stijf gezelschap is." Hugo vatte zijnen broeder bij de schouders en schud de hem heen en weer. „Ik heb ook moeten leeren met die mensehen om te gaan zeide hij„en heb ondervonden dat hun gezelschap nog zoo kwaad niet isals men ze maar eenmaal heeft leeren kennen. Daarenboven geloof ik dat het niet de eenige roeping moet zijn van een edelman onzer dagen zich uitslui tend bezig te houden met de inning der pachten zijner boeren of met jagen en visschen „Gij spreekt van daag verschrikkelijk verstandig viel Boguslaw zijnen jongeren broeder in de rede. „Hebt gij al die wijsheid van uwe kameraden geleerd?" Hugo schudde het hoofd. „Neen later vertel ik u wel eens wat mij er toe heeft gebracht om over de meer ernstige eischen des levens na te denken. Laat mij er thans liever over zwijgen en doe mij uit broe derlijke toegenegenheid het genoegen met mij naar de officierssocieteit te gaan." Boguslaw gaf ten laatste toe. Natuurlijk ontvingen hem Hugo's kameraden vriendelijk maar hij bleef stijf en afgemeten. Eerst toen Hugo de derde flesch bour- gonje besteld hadhelderde zijn stroef gelaat wat op, en kennelijk kwam hij in goeden luim toen graaf Zeek die met hem een gesprek had aangeknoopthem volmondig toestemde dat deze edele wijnsoort verre te verkiezen was boven dat kinderachtige suikerwater. Zoo noemde Boguslaw de champagne. Hoe spraakzamer Boguslaw werd, des te stiller werd zijn broeder. De oorzaak hiervan was niet de bourgonje, maar veeleer de tegenwoordigheid van v. Martens, die, als gast van den adjudant v. Walsing, mede aan tafel zat. Erich's gedrag gaf ook wel eenige aanleiding daartoe. Hij fluisterde en lachte zeer druk met den adjudanten Hugo meendemisschien niet ten onrechtedat zijn broeder Buguslow het voorwerp hunner spotterny was, te meer daar Hugo meende de uitdrukking „poolsche beer" onder meer van v. Martens lippen te hooren en daarenboven wist hij te goed hoe weinig Walsing hem genegen was. Het was hem daarom eene zekere verademing toen eindelijk het diner was afgeloopen en hij met zijnen broeder de sociëteit verlaten kon. Tehuis gekomen verwisselde hij haastig de uniform met de burgerklee- ding en begaf zich met Boguslaw op weg naar de pool sche voorstad. Gemakkelijk werd het huis n°. 3 in de Visscherstraat gevonden maar tot hunne teleurstelling vernamen de broedersdat degene dien zij zochten sedert verschei dene maanden zijne woning en de stad verlaten had.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1881 | | pagina 1