m EEN EDEEMARTER No. 52. Drie en tachtigste Jaargang. 1881 ZONDAG 1 MEI. Stedelijk. Museum. De pakketpost. FEUILLETON. Prijs der gewone Advertentiën: Dit nummer bestaat uit twee bladen. EERSTE BLAD. (Scheelte. De edelmarter zoekt zijn schuilplaats op. ALK1IAAKSCHE COIIRAN Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Eijk f 1, De 3 nummers 0.06. Van 15 regels 0,75; iedere regel meer ƒ0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennisdat het heden door hen voor- loopig vastgestelde kohier voor de plaatselijke directe belasting voor de dienst van 1881 ter gemeente-secretarie voor een ieder ter lezing is gelegd gedurende veertien dagenaanvangende 29 April 1881, binnen welken tijd ieder aangeslagene tegen zijn aanslag bij den Raad op ongezegeld papier bezwaren kan inbrengen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 28 April 1881. Be Secretaris, NUHOUT van dee VEEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennis dat zij heden het verzoek van H. B. GRANSJEAN, smid, wonende te Alkmaar, om ver gunning tot het oprichten van eene smederijin het perceel aan de Ramen wijk BNo. 17 hebben ingewilligdon'der intrekking der vergunning, hem den 24 Eebruari 1880 verleend tot het oprigten eener smederij in het perceel aan de Ramen No- 19. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 30 April 1881. De Secretaris, NUHOUT VAN DER VEEN. De SCHOOLOPZIENER in het distriet HAARLEM brengt ter kennis van belanghebbenden in het arrondissement Alkmaar, dat hij allendie hem verlangen te spreken hiertoe de gelegen heid aanbiedt op aanstaanden Zaturdag 7 Mei e.k., van 12 tot 2 uur, op het raadhuis der gemeente Alkmaar. Haarlem, De Schoolopziener voornoemd, 30 April 1881. VAN EIJK. De persoon van ERANCISCUS KLIJN, plaatsvervanger van de militiewordt verzocht zich ter gemeente-secretarie aan te melden. Bezichtiging tegen 10 cents de persoon, ZONDAG, 1 M e ivan 1 tot uren. KOSTELOOZE bezichtiging op ZONDAG, 8 Mei, waarvoor toegangkaarten te verkrijgen ter vergadering der Commissie van toezicht opDONDERDAG, 5 M e i, 's namiddags 2 uren ten stadhuize. Verder wordt herinnerd dat het Museum i e d e- ren MAANDAG en VRIJDAG van één tot drie uren des namiddags kan worden bezichtigd tegen f 0,25 per persoon. P O L I C I E. Ter terugbekoming is aan het Commissariaat van Policie het navolgende voorhanden, als: een voegijzer van een metselaar, een trekker van een huisbel, waaraan witte porceleinen knop en koperen plaatje, een kastsleuteltje, een knopje van een gouden oor belletje, waaraan vijf kleine koralen, een onderstuk van een gouden oorbelletje, een gouden horlogesleutel, waaraan een stukje gou den kettiDg, in den vorm van eene kapittelstok, een half ge- schorèn witzwart kardbeshondje. (Slot.) De grocte dienstdie door de invoering eener pak ketpost aan de maatschappij zou bewezen worden is wel een geldelijk offer waard zegt de Regeering en wanneer men daarbij niet denkt aan die deelen des lands waar de middelen van gemeenschap goed inge richt en overvloedig zijnmaar aan vele afgelegen en in dit opzicht slecht bedeelde streken, dan schijnt haar oordeel niet ongegrond en doet de verplichting zich gevoelen om voor het vervoer in die streken een bij drage uit de algemeene kas beschikbaar te stellen. Maar waarom den maatregel dan niet tot die oorden bepaald? Waarom hem algemeen gemaakt, en tot staats bemoeiing de toevlucht genomen ook daar, waar er geen behoefte aan bestaat Die vragen dringen zich te eer der aan ons op omdat in Belgie het pakkettenvervoer door middel van de posterijen zich alleen bepaalt tot niet aan den spoorweg liggende localiteiten. De Regee ring verdedigt haar stelsel met deze weinige woorden „Zoodanige organisatie moet zich over het geheele land uitstrekken: de gansche bevolking, zoowel die van de groote centra als van de afgelegen buurten gelijkelijk gerieven dat alleen door eenheid van beheer mogelijk is." Wat breedere toelichting zou hier zeker niet on gepast zijn geweest. Wanneer men echter bedenkt dat de spoorwegmaatschappijen alleen in gemeenten nabij hoofdstations gelegen, verplicht zijn do be- stelgoederen aan huis te doen bezorgenvalt al aan stonds in het oog dat een uitsluiting van alle ge meenten, die aan een spoorweg zijn gelegen, te ver zou gaan. Tot welke gemeenten zou men zich moeten be palen? Behooren voorts alleen die gemeenten te wor den uitgesloten binnen welker gebied een spoorweg station ligten moet de pakketpost zorgen voor een gemeente, die b.v. op een half uur afstands ligt Men begrijpt dat er tegen een dergelijke splitsing van de dienst groote bezwaren bestaan, en- dat de Regeering, toen zij besloot de invoering eoncx- pakketpost voor te stellen tevens begreep den maatregel algemeen te moeten maken. Wil men een uniform tarief voor alle pakjes tot een zeker gewicht door het geheele land, dan dient de Regeering ook voor het geheele land te zorgenwant ook tussehen gemeenten aan spoorwegen gelegen wordt het tarief aanstonds hoogerwanneer het pakje langs lijnen van verschillende maatschappijen wordt vervoerd. Zullen dan de spoorweg- en stoombootondernemingen voortaan geen pakjes van vijf kilogram en daar beneden meer mogen vervoeren Ongetwijfeld de Regeering wenscht geen monopolie in te voeren. De pakketpost zal naast de particuliere ondernemingen werkzaam zijn. Dus met haar concurreeren Men gevoelt dat hier de zaak. bedenkelijk zou kunnen worden. De Staat, die geen winst beoogtdie zelfs geldelijke offers veil heeft ten gerieve van het algemeenzou de tarieven zoo laag kunnen stellen dat elke concurrentie onmogelijk werd. De vraag of het voorgestelde port van 15 20 of 25 centen naarmate het pakje niet meer dan 1, 3 of 5 kilogram weegtook misschien te laag is gesteld, mag daarom wel ernstig worden onderzocht. In België heft men voor het vervoer van elk pakje tot een ge wicht van 5 kilogram tussehen plaatsen, waar spoor wegstations gevestigd zijn 50 centimesen tussehen niet aan een spoorweg gelegen plaatsen 80 centimes; voor directe bezorging wordt daarenboven 30 centimes betaalden voor bestelling buiten zekeren kring 30 centimes voor elke 5 kilometer afstands. Zou de Staat in ons land niet al te goedkoop werken wanneer hij, zooals is voorgesteldvoor een vervoer door het ge heele land met inbegrip van kostelooze bezorging aan huis de laagste vracht aanneemtdie door de twee spoorwegmaatschappijen, welke het belangrijkste bestel- goederenvervoer hebben thans voor het locaalvervoer geheven wordtnamelijk 15 centen In het wetsontwerp is een tarief opgenomen van de vrachtdie de staat ten behoeve van zijn pakketpost zal moeten betalen voor het vervoer van pakjes langs de spoorwegenberekend naar het eigen tarief van de spoorwegmaatschappijen onder aftrek van hetgeen voor ladenlossen en bestellen moet worden gerekend daar de staat de zorg voor dat werk zou overnemen en bij gevolg voor de spoorwegmaatschappijen uitslui tend het eigenlijk vervoer zou overblijven. De Neder- landsche spoorwegondernemingen, die tot het algemeen binnenlandsch reehtstreeksch bestelgoederen-tarief zijn toegetreden, hebben zich gezamenlijk tot de Regeering gewend met het betoog, dat deze vergoeding voor hare diensten te gering is vooral waar meerdere onderne mingen tot het verboer tussehen aan verschillende spoor wegen, vaak ver van elkander gelegen plaatsen moeten medewerken. Zij achten de vracht, door den Staat voor de pakketpost te heffen, waaruit deze uitkeeringen zul len moeten worden voldaan, dan ook te laag. Yoor het locaal verkeer zouden zij kunnen blijven concur reeren maar voor het verkeer tussehen meer verwij derde plaatsen waarvoor eindelijk met groote moeite en ten gevolge van wederzijdsche eoncessiën een alge meen binnenlandsch tarief is tot stand gebrachtzou geen concurrentie meer mogelijk zijn. Als nu, wat dit vprkeer betrefthet vervoer Van alle pakjes tot een gewicht van vijf kilogram voor de spoorwegondernemin gen verloren ging, zou het overblijvende volgens hare bewering waarschijnlijk noch de verstandhouding van dat tariefnoch de daarmede verbonden opofferingen waard zijn. Dat zou ongetwijfeld voor het vervoer van goederen boven de vijf kilogram een belangrijk nadeel wezen, en daarom is de vraag van gewicht, of wij hier inderdaad met een ernstig gevaar of met een ijdel schrikbeeld te doen hebben. Nog een andere kwestie doet zich ten aanzien van de spoorwegen voor. Volgens onze spoorwegwet van 9 April 1875 kan de Staat de tarieven voor het ver- (51) (Naar het Hoogduitsck.) XXII. lntusschen wezen de wijzers der smaakvolle pendule in v. Martens' salon bijna half elf aan, en nog verscheen Theodoor v. Garolin niet op de afgesproken plaats. „Die jonge man schijnt met het wreken zijner eer niet bizonder veel haast te hebbenspotte de heer v. Walsing. „Ik begin geheel en al aan zijne komst te twijfelen," riep v. Pleissenbach smalend. „Daarvan is geen sprake verklaarde v. Martens „een onverwachte gebeurtenis moet hem hebben opge houden. Nauwgezetheid is juist niet de hoofddeugd van kunstenaars." Weer was de wijzer vijf minuten vooruit gegaan. „Hij komt niet meer," riep v. Pleissenbach, „hij heeft zich uit de voeten gemaakt en voor den duivel! mis schien niet alleen, wie weet „Gij overdrijft in uw wantrouwen kameraad viel v. Walsing den verbitterden echtgenoot in de rede. „Gij zijt zoo opgewonden dat ge niet in staat zijt den stand van zaken bedaard te overzien. Ik verzoek u dringend kom tot bedaren, de toestand waarin gij op 't oogenblik verkeertis niet bizonder geschikt om te duelleeren." v. Pleissenbach wierp v. Walsing een alles behalve vriendelijken blik toe, en sloeg schielijk een glas ouden portwijn naar binnen, v. Martens voorkwam hem met te antwoorden „Geen vuur zonder rook zeide hij „Gij kunt toch niet verlangen dat zulke heftige ge moedsaandoeningen niet uitwendig bij onzen vriend merkbaar zouden zijn. Een dergelijke mate van zelf- beheersching is niet aan iedereen gegeven. Als onze vriend v. Pleissenbach eerst maar het wapen in de hand heeftzal zijne kalmte spoedig genoeg terugkeeren en zal hij zijn doel weten te treffen." v. Martens had nog niet uitgesprokentoen zich het geraas van een rijtuig op de straatsteenen deed liooren. Erich ijlde naar het venster, maar de persoon, die in de droschke had gezeten, was reeds in het voorhuis gegaan en van uit de kamer niet meer te zien. Onmid- delijk daarop weerklonk de huisbel. „Daar is hij knikte v. Martens geheel gerustgesteld, want sedert de laatste minuten begon hij bezorgd te wordendat zijn weloverlegd plan nog zou kunnen mislukken. „Daar is hij herhaalde v. Pleissenbach de vuisten ballend terwijl de adjudant verdrietig voor zich keek. Deze had veel liever gewild dat Garolin zich uit de voeten had gemaakt, waardoor het duel zou vervallen zijn. Want v. Pleissenbach's buitengewone opgewondenheid, die hem doof deed blijven voor iedere verstandige toe spraak en alle perken te buiten ging, beviel hem even min als de manier waarop v. Martens zijn best deed ze nog aan te wakkeren, inplaats van te doen verminderen. In gespannen verwachting richtten aller oogen zich naar de deur waardoor Garolin moest binnentreden maar wonderlijk ze bleef gesloten en niets dan een bescheiden kloppen van buiten deed zich hooren. De huisknecht had streng bevel ontvangenniemand binnen te laten uitgezonderd de heer Garolin en den dokter, die eveneens nog verwacht werd. Verklaarbaar was het dus dat v. Martens zijn knecht niet al te vriendelijk ontving toen deze met een presenteerblad in de hand met een visitekaartje er opde kamer binnen trad. „Wat beteekent dat? Hebt gij mij dan niet begre pen bulderde hij den angstig terugwijkenden knecht toe. „Met dreigend gebaar nam v. Martens het kaartje van het blad en las den naam Hugo von Birzowski terwijl met potlood onderaan was geschreven „moet zooeven van Wiesbaden teruggekeerd, den heer v. Mar tens noodzakelijk en onverwijld spreken." „Laat dien heer in mijn kabinet", gelastte Erich den knechten zich tot de drie heeren wendend die met verwondering dit tooneel hadden gadeslagen zeide hij: „Ik verzoek u mij een oogenblik te verontschuldigen het is onmogelijk mij van dit Jbezoek te ontslaan maar ik zal het zoo kort mogelijk maken en spoedic weder bij u zijn." „Vergeet nietdat ik te elf uur dienst heb", riep hem de adjudant na. „Heb geen zorg," riep v. Martens zich aan de deur nog eens omwendend „gij zult niet te laat komen." Toen ging hij heen de deur achter zich sluitend. Dat hy thans zijn spel niet meer kon winnen vermoedde hij wel het kwam er nu nog maar alleen op aan zoo weinig mogelijk te verliezen. „Brengt gij nieuws uit Wiesbaden?" vroeg hij half luid aan Birzowskidie tegelijk met hem van de an dere zijde het kabinet binnentrad. „Zoo is hetbevestigde Hugo „onder anderen de groeten van miss Ethelreda Robinson." „Miss Robinson herhaalde v. Martens vragend. „Zoo heet zekere dame in Wiesbaden toen zij uwe bruid was thans heet zij zuster Bregitta." „Mijne verloofde Gij gelieft te schertsen. Ik ben nooit verloofd geweest." „Dat zal dan misschien weer het gevolg zijn van eene verwarring met uwen neef van denzelfden naam zeide Hugo spottend. „Zeker, zeker, zoo moet het zijn bevestigde Erich levendig. ,,'t Is zeer eigenaardig 1 Gij hebt bizonder veel met dien neef gemeen," ging Hugo voort. „Hij draagt evenals gijden voornaam Erich hij is evenals gij geboren in het hanoversche stadje E. aan de Weser, waar evenzoo zijn vader houtvester was hij heeft evenals gij in het jaar 1872 te Berlijn zijn juridisch

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1881 | | pagina 1