No. 67. Drie en tachtigste Jaargang. 1881. WOENSDAG Alkmaarsche begrafenissen. FEUILLETON. Alice's Geheim. 8 J U i\ I. Prijs der gewone Advertentiën ISuitettlanb Uk 1UAII SC Uil MHIIAVI. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar 0,80franco door het geheele Rijk 1, De 3 nummers 0.06. Van 15 regels ƒ0,75; iedere regel meer ƒ0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. Toen ik U Mijnheer de Redacteur, ongeveer een week geleden over bovenstaand onderwerp schreef, be handelde ik die kwestie uit een eenigszins ander oog punt dan ik dat heden wensch te doen. Naar aanlei ding van mijn vorig schrijven werd mij van verschillende zijden instemming daarmede betuigdmaar werd mij tevens de opmerking gemaakt, dat de aansprekers niet wel te vinden zouden zijn tot het aangaan van een bond zooals ik dien de vorige maal in het kort schetste, en als reden daarvoor werden de waarschijnlijke financieele nadeelen welke de aansprekers lijden zouden, opgegeven. Ik meen dat slechts bij zeer oppervlakkige beschouwing zulk een conclusie kan verkregen worden ben ik wel ingelicht, dan is het vak van aanspreker hier geheel vrij en is daarin dan ook de grond te vinden voor het feitdat een niet onaanzienlijk getal menschen zich hier als aansprekers gevestigd heeft; tevens wist mijn zegs man mij echter te vertellen, dat een groot gedeelte dezsr lieden zeer weinig te doen hebben. Is dat waar, waar, waarom zouden deze laatsten dan niet geneigd zijn zich tot een vast corps dragers te organiseeren en het draaggeld te verdienen; hunne meer bevoorrechte collega's kunnen weinig daartegen hebben, immers de redenen waardoor dezen in hun beroep gelukkiger zijn dan anderen worden volstrekt niet te niet gedaau wan neer zij zich met anderen tot een bond vereer.igon omdat die redenen meestal van geheel persoonlijken aard zijn en in het bijzonder met persoonlijke connectien samenhangenbovendien moet in het oog worden ge houden dat de verdienstenmisschien in een enkel geval verminderende in het geheel zullen vermeerde ren omdat dan door elkeen die tot den bond behoort voor elk lijkdat begraven wordt een zekere belooning wordt genoten. Yoor aansprekers en dragers zoude dan ook m. i. slechts eeno verbetering van positie het gevolg van de bedoelde aaneensluiting l unnen zijn. Maar de gevolgen zijn verderreikendzij zouden lei den tot de afschaffing van een oud gebruik en daarin wordt door velen misschien meer bezwaar gezien. Een van de redenen waarom hier ter stede de begrafenissen tot in het bespottelijke duur zijn is juist gelegen in de wijze waarop de dragers nu gekozen worden. De dienst boden van familieleden, buren en dikwijls kennissen, krijgen elk een draagplaats en moeten daarvoor een drager stellen. Laten wij een voorbeeld stellenna tuurlijk doet daarin de absolute waarde der gegeven cijfers niets tot het principe van de zaakhet is slechts om een voorbeeld ta doen. Elke draagplaats dan kost in dat voorbeeld 8,—, terwijl ik verder stel, dat de op het kerkhof aan eiken drager uitbetaalde som 3, is. Dan vind ik voor 12 draagplaatsen 9G gulden het hiervoor verrichte werk wordt slechts betaald met 30 gulden dus de overige f 60,zijn zuiver weggeven ten koste van de overblijvende familievoor welke bet meerdere bezit dier 60 gulden volstrekt niet altijd een zaak van ondergeschikt belang isen weggegeven ten voordeele van wien Van personen die met het afster ven van onzen bloedverwant zelfs in de verte niets te maken hebben; ik kan dan ook met den besten wil niet inzien om welke reden mijn familie verplicht kan wezen om na mijn dood een zekere som gelds uit te betalen aan de dienstbode van dezen of genen neef of nichtof aan de dienstboden der buren. De eenig denkbare grond voor die tegenwoordig belachelijke ge woonte is een historische. Op dorpenin het algemeen op zeer kleine plaatsen zal de hulp van vrienden fa milieleden en buren zeer dikwijls voor de ter aarde be stelling van een lijk ingeroepen moeten worden, en dat zij, die de behulpzame hand bieden, dat niet altijd zon der eenige vergoeding doen vooral wanneer de familie van den overledene welgesteld is, ligt voor de hand, want elke arbeid moet betaald worden en dat dan die betaling iets hooger is dan de verdiensten bij gewonen arbeid zijn kunnen wie zal het afkeuren Maar welke reden bestaat er voor, dat in Alkmaar 10 of 12 men schen bij den dood van iemand die bun geheel on verschillig is gedurende één uur hun gewone bezig heden verlaten om in dat uur een zoogenaamd loon te krijgen, dat buiten alle verhouding groot is voor hetgeen in dien tijd gedaan wordt en dan nog wel zoo ellendig slecht gedaan wordt? En dau nog ster ker, welke is de reden dat in Alkmaar .12 andere menschen (nu meestal van het vrouwelijk geslacht) bij den dood van iemand die hun geheel onverschillig is, volkomen zonder er iels voor ie doen nog meer geld op steken dan de reeds genoemdendie toch in elk geval nog iets deden? Gaarne zou ik van wien ook een eenigszins bevredigend antwoord op die vragen hebben als ook op zoovele andere vragendie met de gelde lijke zijde van de begrafeniskwestie samenhangen. In andere plaatsen, mij bekend, kost een begrafenis, waarbij «lies beter en netter toegaat uan bij een zoogenaamd deftige hier ter stede ongeveer 90, terwijl hier ter stede met meer dan het dubbele van die som niets dan soms belachelijke, steeds stuitende resultaten worden verkregen. Dat kan zonder veel moeite en moet m. i. veranderd worden ik heb de overtuiging in het bovenstaande niet alleen mijn eigen meening over de zaak te hebben uitgesproken maar ook die van vele anderen. Vergis ik mij daarin niet zijn er velen die met mij veran dering die tevens verbetering is wenschelijk en mo gelijk achtendan meen ik dat de tijd eindelijk geko men is om eens de handen ineen te slaan en een einde te maken aan toestanden die op geen redelijken grond te verdedigen zijn en die slechts onaangenaam en hin derlijk zijn voor hem die er min of meer van nabij mede kennis maakt. Ik zal wel niet behoeven te zeggen Mijnheer de Redacteur dat het mijn doel niet geweekt is van uwe gastvrijheid gebruik te maken om de begrafeniskwestie a fond te bespreken ik heb slechts getracht op eenige weinige van de zeer vele bestaande misbruiken de aan dacht te vestigen, om te trachten daardoor te geraken tot een mondelinge bespreking der zaak in ruimeren kringde eenige manier naar mijne meening die tot een duurzame verbetering leiden kan. Mocht gij de beleefdheid willen hebben het bovenstaande in uw geacht blad een plaats te geven dan zult gij daarmede ten zeerste verplichten Uw dw. H. W. WAALEWIJN. DUITSCHLAND. In eene den 29 gehouden ver gadering van nationaal-liherale afgevaardigden uit alle oorden des rijks is besloten tot het openbaar maken vap een door 181 leden reeds onderteekend adres, waarin gezegd wordtna prins Bismarck de eer te hebben gegevendie hem toekomtdat zij het rijk en de verdere ontwikkeling daarvan in vrijzinnigen geest hooger dan hem stellen. Lettende op het gevaar, dat uit de verbroedering van conservatieven en ultramon- tanen kan voortvloeienachten zij het noodig, zoowel voor de binnenlandsche belangen als in het belang van de verhouding van het rijk tegenover het buitenland de ultramontanen de sociaal-democraten, de feudalen enz. overal te bestrijden. En daarin zullen zij volhar den, al mocht prins Bismarck niet langer in dien strijd aan hunne zijde staan. Het rijk en de Keizer staan boven alles en iedereen en aan die leus zullen zij on bevooroordeeldmaar onwrikbaar getrouw blijven. ENGELAND. Het Lagerhuis verwierp den 3 in eene avondzitting met 130 tegen 22 stemmen de motie van het iersche lid Mac Carthy waarbij de handelwijze der regeering ter aanzien van Ierland afgekeurd werd. De officieren der in Ierland verblijvende regimenten, die met verlof afwezig waren, ontvingen bevel onver wijld naar hunne garnizoenen terug te keeren. 400 Man der garde vertrokken den 3 van Dublin naar New- pallas, om het kasteel aldaar te bezetten en de orde te handhaven. De troepen ontvingen bevel te schieten zoo tegenstand geboden werd. ERANKRIJK. De heer Waddington diende den .3 in den Senaat het rapport der commissie in omtrent het wetsontwerpwaarbij departementsgewijze verkie zing der afgevaardigden aangenomen wordt. Zij stelt de verwerping voor. In het rapport wordt ieder denk beeld van een geschil met de Kamer van de hand ge wezen de Senaat zou de verantwoordelijkheid daarvoor in geen geval te dragen hebben. Verder wordt gewe zen op de gevaren aan die wijze van verkiezing ver bonden. Den 9 vangt de beraadslaging over het ontwerp aan. 5) De kamer, waarin hij haar volgde, was het laatste van een rij kleine kabinetjesbestemd voor gezelschappen van 4 of 6 personen die zich uit de groote zaal wil den afzonderen. Een fraaie lamp, aan gouden tressen afhangende van de hemelsblauwe, mei zilveren ster ren bezaaide zolderingwierp een zachtaangenaam licht over de zachte divans en de met donkerroode zijden kussens bedekte lage stoeltjes een dik turksch tapijt lag op den vloer. Annabel had haar papieren reeds op een rond marmeren tafeltje voor zich nedergelegd en verzocht hem met een zwijgende handbeweging naast haar op de sopha te gaan zitten. Nadat hij plaats genomen hadvouwde zij het kontrakt uit eenen boog zich dicht tot hem over, om met hem het stuk te ontcijferen. „Vooreerst deze regels, mijnheer George fluisterde zij met haar kleine hand zijn vingers naar de bedoelde plaats brengende. „Ik begrijp die volstrekt niet. Moet dat beteekenen „twee honderd dollars voor iedere be nefietvoorstelling", of «behalve eene benefietvoorstelling?" Zij was intusschen om beter te kunnen zien lang zaam opgestaan en boog zich nu diep over het papier heenzoodat hare welriekendeprachtige haren zijn voorhoofd aanraakten en hij haar adem in het gelaat voelde. „Ja zeer onduidelijk", antwoordde Georgebe dwelmd door de onmiddelijke nabijheid van het be koorlijke meisje met trillende stem „en ik weet ook inderdaad niet of ik dat woord als „behalve" of als „voor" begrijpen moet." Hij voelde hoe Annabel den molligen arm op zijne schouders legde en toen hij opzagontmoette hij hare schitterende oogen. Met een allerliefst lachje fluisterde zij hem de woorden van Romeo toe< „Zoo ik dit heilig beeld wellicht ontwijd moet achten Door roekelooze hand o boete ik zulks aldus Ootmoedig zal mijn mond den ruwen druk verzachten Zoo gij 't veroorlooft, door een vromen pelgrimskus." In hetzelfde oogenblik hoorden zij een korten hef- tigen schreeuw als het angstgeroep van iemand die plotseling doodelijk in het hart wordt getroffen. George en Annabel zagen snel op. Howitt stond midden in de deur, met Alice in de armen, die onmachtig naast hem neergevallen was. Plotseling echter richtte zij zich op. Het scheenalsof zij met gebiedend uitge- strekten arm op George en Annabel wilde toegaan maar op eenmaal bleef zij staan, en liet den arm slap langs het lijf vallen. Zij keerde zich om en verliet met wankelende schreden het kabinetwaarna zij in het gewoel der zaal verdween. Wel ging George, Annabel en Howitt woest ter zijde stootende haar onmiddelijk na, maar reeds was zij in de zaal niet meer te vinden. In haar woning durfde hij haar op dit late uur niet opzoeken. Ook Howitt wilde het kabinet verlaten. Maar An nabel greep hem met ue eene hand snel bij den arm, en deed met de ander de deur dicht. „Wat beteekent dat, mijnheer Howitt?" vroeg zij hem met groote oogen verschrikt en verbaasd aanziende. „Gij spraakt slechts van een scherts, van een wed denschap „En met uwe hulp heb ik haar gewonnen," ant woordde hij koelmet een stuitenden lach. „Mijn doel is bereikt, en uwe schuld is afgedaan „Neen ik lees 't op uw gelaatmijnheer Howitt gij hebt me bedrogen", riep Annabelmet dreigende en bliksemende oogen. „Ik doorzie nu het weefsel- van leugen en bedrog, waartoe gij mij gebruikt hebt. Maar ik laat mij niet ongestraft tot zulk een bedrog gebruiken. Ik zal uwe dochter „Houd u kalm, mijn waarde," antwoordde Howitt met een hatelijken, ironischen lach, haar hand vast om vattende, „denk eens een oogenblik na. Vooreerst hebt gij mij uw woord van eer gegeven, nooit en nie mand te vertellen wat of wie u tot dat teeder tête a tête met den ingenieur bewogen heeft. En bovenal mejuffrouw Monval, vergeet niet, dat men mij „den Ko ning van Phitole" noemt en ik inderdaad hier de eer ste gerechtsbeambte ben, een rechtvaardig rechter, mijn waarde, die u terstond wegens lichtzinnige schulden in hechtenis zal doen nemen en in de gevangenis zetten, indien gij slechts de geringste poging doet, ons geheim te verraden." Annabel viel getroffen en radeloos op een nabijzijnde stoel. „Vergeet dat niet," ging Howitt bedaarder voort, zijn hand zwaar op haar schouders liggende. „Verheug u in den goeden uitslag van uw voortreffelijk spel. Laat het overige aan mij over, mijn waarde aan mij verstaat gij Nog een oogenblik bleef hij haar in dezelfde houding zwijgend met somberen, dreigenden blik aanzien en ver liet langhaam de kamer. IV. Het was ongeveer tien uur in den avond. Het ru moer in de straten der stad drong zeer onduidelijk door in het park van Howitt's hotel en deed zich nu en dan slechts als een verwijderd, dof geraas hooren. De maan wierp een helder, zilveren licht over de kronen der hon derd voet hooge kolossale altijd groene eikenboomen, waarbij de reusachtige stammen der eypressenboomen somber en ernstig afstaken. De bloemen die nu in de maand Juni zulke frissche en welriekende geuren verspreidden, begonnen hunne kelken naar den grond te buigen alsof zij uit de aarde nieuwe kracht en levens lust wilden indrinken, ten einde in den vroegen morgen de heldere zonnestralen waardig te kunnen begroeten. In de frissche, weldadige lucht, nauwelijks door een koeltje

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1881 | | pagina 1