No. 72. Drie en tachtigste Jaargang. 1881 ZONDAG 19 JUNI. Een algemeen pensioenfonds voor werklieden. FEUILLETON. Alice's Geheim. Prijs der gewone Advertentiën: Dit nummer bestaat uit twee bladen. EERSTE BLAD. ©iBciccï (Btebecltc. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele Rijk 1, De 3 nummers 0.06. Van 15 regels ƒ0,75; iedere regel meer ƒ0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennis, dat heden op de gemeente-secre tarie ter visie is gelegd het aan Gedeputeerde Staten ingediende verzoek met de bijlagen van het gemeentebestuur van Alkmaar, om vergunning tot het gebruiken van het terrein, kadastraal bekend als een gedeelte van sectie E. N°. fit4, der gemeente Alkmaar, voor bewaarplaats van fmealiën, asch, vuilnis enz. in verband met het besluit om met 1 Augustus 1881 bet tonnen stelsel en de straatreiniging onder eigen beheer te exploiteren, zoo dit terrein eigendom der gemeente wordt, en dat op Dings- dag 28 Juni 1881, 's namiddags ten één ure, ten raadhuize gelegenheid wordt gegeven om tegen dat verzoek bezwaren in te dienen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, 1. G. A. VERHOEEF,l. B. 14 Juni 1881. De Secretaris, NUHOUT VAN DER VEEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR Gelet op het raadsbesluit van 1 September 1880 om met 1 Augustus 1881 in te voeren het tonnenstelsel en dat stelsel in verband met de straatreiniging onder eigen beheer uit te voeren Gelet op het raadsbesluit van 8 Juni 1881, No. 15, waarbij bepaald is, dat zij, die door de gemeente voor zien willen worden van de bij dat stelsel in gebruik gestelde tonnen voor ieder privaat in eens af zullen betalen vier gulden, waarvoor de gemeente voortdurend het onderhoud op zich neemt Noodigen hen, die bij de invoering van het tonnen stelsel met 1 Augustus a.s. door de gemeente voorzien willen worden van de daarvoor te gebruiken ton uit vóór dien tijd schriftelijk op te geven aan den di recteur der gemeente-reiniging wonende aan den Ko ningsweg in het huis No. 71, of ter gemeente-secretarie, hoevele tonnen en voor welke perceelen zij die tonnen verlangen. Zijdie een ton met zinken trechter verlangen be talen in eens af vier gulden per stukzij die een ton met porceleinen trechter verlangen betalen voor den ton in eens af drie gulden vijf en dertig centen per stuk en voor den porceleinen trechter 3 a 3,50 per stuk. Kosten van verandering van privaten, zoo verandering noodig mogt zijn komen voor rekening van den aan vrager. Zij die omtrent de wijze van plaatsing inlich tingen verlangen kunnen die inlichtingen bekomen bij den voornoemden directeur der gemeente-reiniging. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 15 Juni 1881. De Secretaris, NUHOUT tan dee VEEN. SCHUTTER IJ. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennis dat de alphabetische naamlijst van de personen, die aan de loting voor de schutterij van dit jaar zullen deelnemenvoor een ieder ter visie zal liggen ter gemeente-secretarie, van heden tot den dag der lotingdes morgens van 9 tot 2 uur, opdat een ieder in staat zou zijnom ingeval hem op die lijst eenige personen of omstandigheden mochten voorkomendie daarop nog zouden behooren te worden aangeteekend of daarvan moe ten worden weggelaten daarvan aan* de commissie van art. II bij de loting kennis te gevenmet uitnoodiging zich op Dinsdag, 28 Juni e.k., namiddags ten 5% ure, te bevinden op het Raadhuis dezer gemeente, ten einde aldaar voor de dienst der schutterij te loten, en redenen van vrijstelling heb bende, die alsdan op te geven; alsmede om de bewijzen tot hare staving en bjj de wet gevorderd, voor zooveel noodig, uiterlijk binnen drie dagen na de loting over te leggen aan het gemeentebestuur. Burgemeester en Wethouders voornoemd, AlkmaarA. MACLAINE PONT. 18 Juni 1881. Be Secretaris, NUHOUT van dee VEEN. P O L I C I E. Ter terugbekoming is aan het Commissariaat van Policie het navolgende voorhandeneen portemonnaie met geldeen da mesbont twee sleutelseen manchet met knoopeen armband, een goud ringetje met steentjes een parasol en een kleerma kers ellemaatverder zijn aldaar inlichtingen te bekomen om trent 2 zwarte handjes. Wat ieder nadenkende bezorgd moet maken bij den aandrang op de invoering van het algemeen stemrecht hier te landezijn vooral de gronden, waarop die aan drang plaats heeft en de verwachtingen die er aan worden vastgeknoopt. Op den valschen grond dat ieder Nederlander, alleen omdat hij Nederlander is, recht zou hebben om aan de verkiezing^? deel te nemen en daardoor eenigen invloed uit te oefenen op de samen stelling der Volksvertegenwoordiging, hebben wij reeds bij herhaling gewezen. Nog bedenkelijker zijn echter de verwachtingen, die men van het algemeen stemrecht koestert. Wij zijn er in den laatsten tijd aan gewoon geraaktde bestaande vertegenwoordiging in alle op zichten hoogst gebrekkig onbekwaam en misdeeld van goeden wil te hooren noemen. Onder de vele grieven behoort ook deze, dat de Tweede Kamer geen oog en geen hart heeft voor de eigenlijke volksbelangenen deze grief klinkt vooral vreemd nu in den laatsten tijd zoovele wetten zijn tot stand gebracht of in be handeling genomen die ontegenzeggelijk van de zorg voor deze belangen getuigen. De aanleg van spoorwe gen wordt ijverig voortgezet, voor den aanleg van nieuwe kanalen en de verbetering der bestaande zijn en worden ettelijke millioenen besteed natuurlijk met geen ander doel dan dat die verbeterde middelen van gemeenschaphandel en verkeer ten goede zullen komen de verzending onzer producten gemakkelijker en goedkooper zullen makenden bloei van allerlei bedrijven en daarmede de algemeene volkswelvaart zul len bevorderen. Met geen ander doel werd de invoering eener pakketpost voorgesteld en door de Tweede Kamer aangenomen. Voldoend lager onderwijs is inderdaad voor iederook voor de minvermogenden en on vermo genden verkrijgbaar gestelden elke verandering in onze belastingen, die tot stand kwam of beproefd werd, had de strekking om ieder meer in verhouding tot zijn vermogen in de algemeene lasten te doen dragen. De rijkspostspaarbank moet de gelegenheid algemeen maken om op gemakkelijke wijze een sommetje bijeen te bren gen dat later in het bedrijf kan worden gebruikt of in geval van nood kan worden aangesproken. Dat aan de wet tot regeling van het debiet van sterken drank en tot beteugeling van het gevaar en den overlast der dronkenschap de behartiging vau een groot volksbelang ten grondslag lag zal toch wel door niemand worden ontkendeu ieder die belang stelt in de goede ontwik keling der jeugdzal er zich over verheugendat een herziening op de wet op den kinderarbeid wordt voor bereid. Als nu de aandacht van Regeering en Verte genwoordiging vooral op zaken van dezen aard gevestigd isdan zal men toch moeilijk kunnen bewerendat de algemeene volksbelangen haar niet ter harte gaan. 01" wat wil men dan eigenlijk Een merkwaardig antwoord op die vraag werd in November 1879 gegeven in de Werkmansbode, het orgaan van het Algemeen Nederlandsch Werkliedenverbond. Een man wiens woord door de redactie van het blad blijkbaar op hoogen prijs wordt gesteld en allen be stuurders van werklieden-vereenigingen en schrijvers in ernstige overweging wordt gegevenstelt daarin den eisch van het „kies- en stemrecht voor allen" als het algemeen „veldgeschrei'' der werklieden voor. Als dat verkregen iszal er niet alleen een ware volksverte genwoordiging optreden die rechtvaardige wetten zal makenwaaraan het volk gaarne zal gehoorzamen maar „dan breekt de dag aan," klinkt het verder, waarop ook de werkman niet langer zal behoeven te vragen wat zullen wij etenwat drinken waarmede zullen wij ons kleeden dan zal het waarheid worden: wie arbeidt gal ook etendan zal ook de ijverige werk man leven mogen en kunnenzooals het voor een redelijk mensch betaamt." Zulk een hersenschimmige verwachting doet ons pijnlijk aan. Daaruit blijkt, welk een valsche voorstelling deze strijders voor het algemeen stemrecht zich vormen van het vermogen en den invloed van Regeering en Yertegenwoordiging. Ongetwijfeld een goed bestuur kan er veel toe bijdragen, dat aan de ontwikkeling des volks geene hinderpalen worden ge steld dat van de krachten des volksde gesteldheid van den bodem en de ligging des lands alle mogelijke voordeelen worden genoten en dat de natie tot dien trap van welvaart komtdie onder de gegeven omstan- 10) VII. Verscheidene weken zijn sedert de bloedige gebeur tenis verloopen. Het is een donkere avondin de maand Augustus van 1867. De regen, die den geheelen dag bij stroomen uit den van onweder zwangeren lucht was nedergestorthad eindelijk in den strijd met den oostenwind het onderspit gedolven en den terugtocht naar het westen aangenomen. Op den open weg die van het westen naar de petroleumstreek leidt, en waar langs men Pithole bereikt, was de aarde tot op eeDe vrij aanzienlijke diepte losgeweekt en hadden zich hier en daar waterkolken gevormd die door de kleine, door den regen ontstane beekjes voortdurend grooter werden. De eenzame ruiter, die van het westen kwam aanrijden, had moeite genoeg om zijn paard den weg gemakkelijker te maken, door voorzichtig den lastigsten plekken te ontwijken. Die moeite was niet zonder rede. Hij en zijn paard hadden klaarblijkelijk een verre reis achter zich. Terwijl van zijn breedgerande sombreroden langen regenmantel, die de slanke krachtige gestalte bedekte en den man telzak het water nog afdroppelde, waren zijne gespoorde hooge rijlaarzenpaard en tuig met modder en vuil bedekt. Paard en ruiter schenen vermoeid en het was niet waarschijnlijk dat de langzame stap hun voor het invallen van den nacht het doel hunner reis zou doen bereiken, terwijl de ruiter zelfs niet scheen te weten of hij wel de goede richting volgde. Van tijd tot tijd hield hij de teugels in en zag scherp om zich heen, alsof hij den weg wilde verkennen. Te vergeefs Geen honderd schreden ver reikte zijn oog in de duisternis, terwijl het gezicht bovendien nog door vochtige dampen, ge boomte en bergen belemmerd werd. Weder hield hij stil en zich ver over den kop van zijn paard buigendeluisterde hij met inspanning. Te zien was er niets, maar hij hoorde het geraas van plas sende wielen en paardenhoeven die door met water gevulde kuilen en door den natten leemgrond rolden en waadden, het snuiven van paarden, nu eens het gedempte geluid van zweepgeklap, aanmoedigend geroep, dan weder een vloeken en schelden van rauwe keelen. Het scheen een trein van verscheidene wagens te zijn. Het zij zoo. In ieder geval waren 't toch menschen, de eerste die hij tot zijn niet geringe verwondering op dezen anders zoo veelbezochten weg in de nahijheid van een vooruitgaanderijke stad sedert twaalf uur ontmoette. Het geraas werd luider en kwam langzaam naderbij. De ruiter hield stil en scheen iets onder zijn regen mantel in orde te maken. Men hoorde een knappend geluidalsof de haan van een revolver werd over- gegehaald. Toen reed hij voorzichtig in stap den naderenden regelrecht tegemoet en hield naast den eersten met huisraad, meubelen en menschen hoog en zwaar beladen wagen de teugels in. „Heidaar vriend, waar gaat gij heen?" riep hij den eersten voerman toedie naast zijne paarden in den diepen moddermet de leidsels en de zweep in de handen voorbij waadde. „Vraag 't den knollen misschien weten die 't" luidde het met grove diepe stem gegeven antwoord „heb geen tijd hu voorwaarts „Een ruw antwoord op een beleefde vraagriep hem de ruiter toe. „Zoo ruw als weg en weerhu vooruitbees- tentuig schreeuwde de ander, de paarden ranselende. Twintig schreden achter dezen volgde een tweede wagen. „Vriend," riep de ruiter weêr. „Is dit de weg van Pithole en hoe ver is het nog De aangesprokeneeen kortedikke kerelmet breede schouders in een grove kiel, zag verwonderd naar hem opwelke pauze de vermoeide paarden zich dadelijk ten nutte maakten om te blijven staan. „Fan Pithole?" vroeg en antwoordde hij tegelijk. „Zeker is het de weg van Pithole. Gij hebt het bij het rechte eind want welk eenigzins verstandig schep sel gaat naar Pithole. W ilt gij naar Pithole, man „Dank je man ik wil naar Pithole antwoordde de ruiter half lachendhalf geergerd „en toch denk ikdat ik voor mijn doen verstandig genoeg ben." „Best mogelijk lachte de andere. „TomJosua," riep bij vervolgens den inmiddels naderbij gekomen voerlui toe»en gij vrouwvolk daar op den wagen kijkt dien man eens aan die zegt, dat hij vrij wel zijn verstand heeft en hij wil naar Pithole „Naar Pithole? Wie wil naar Pithole?" schreeuwden en lachten de anderen de vrouwen en kinderen op den wagen tilden de lakens en dekens op en keken met verbazing naar den ruiter. „En waarom zou ik niet naar Pithole gaan vroeg de ruiter opnieuw. „Waarom niet, mannen „Nu, mijnentwille, rijd naar Pithole hu, vooruit!" riep de voerman. „Rijd doorMorris wat staat gij als een gek den kerel aan te gapen die naar Pithole wil huvooruit Goede reisman en groet de lui in Pitholemaar een gekkenhuis zult gij daar niet vinden hu vooruit Zijn zweep snorde door de lucht en viel op de paar den neêr. Onder luid gelach eu ruwe spotternijen der voerlieden zetten de dieren aanmodder en water spatte hoog op zoodat de ru'terdie merkwaardiger wijze naar Pithole wildezijn paard ijlings ter zijde deed gaan. Na eenige oogenblikken waren de wagens voorbij. De reiziger bleef nog een poosin nadenken ver zonken op dezelfde plaats. Ofschoon hem volkomen onverklaarbaar was, wat de spottende gezegden der voer lieden konden beteekenen zooveel wist hij ten minste,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1881 | | pagina 1