No. 80.
Drie en tachtigste Jaargang.
1881.
FEUILLETON.
Iets over Zwemmen,
V li IJ D A G
8 JULI.
Prijs der gewone Advertentiën
ISuitenlAub.
COURAiYT.
Van 15 regels 0,75; iedere regel meer/10,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HEBMs. COS-
TER ZOON.
ALkAIAARSCIIE
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
Voor den meestbiedende te koop een partij
SCHOOLSCHRIFTEN en afgekeub.de SCHOOLBOEKEN.
Inlichtingen ter Secretarie tusschen 9 en 2 uren.
BELG-IE. Den 4 had eene te voren aangekondigde
bijeenkomst ten gunste der uitbreiding van het stem
recht plaats. De belangstellenden ten bedrage van
eenige duizenden trokken in optocht door de straten
en gaven bij de gebouwen waarin de ministeriën ge
vestigd zijnluide hun verlangen naar uitbreiding van
het stemrecht te kennen en niet altijd op even bedaarde
wijze. Vervolgens brachten zij den afgevaardigde Jan-
son die aan de beweging den eersten stoot gaf, aan
zijne woning een hulde betoon. Zonder ongeregeldheden
liep alles af.
De Gazette deed een krachtig beroep op zooeven
genoemde afgevaardigde, om zijne amendementen op
de aanhangige wijziging der kieswet in te trekken, want
handhaving zou leiden tot den val van het ministerie
en waarschijnlijk de elericale partij aan het bewind
brengen. Verscheidene andere bladen noodigden de re
geering uittoe te geven. Den 5 antwoordde de minister
van financiën Graux (in 1870 voorstander van uitbreiding
van het stemrecht) echter namens de regeering op
de rede van den heer Janson dat het door hem op
geworpen vraagstuk, betreffende eene wijziging van het
kiesstelsel het gewichtigste is, dat ooit in de belgische
vertegenwoordiging ter sprake is gebracht. Het zou
volgens hem ongerijmd zijn twee verschillende beginselen,
census en bekwaamheid als grondslag voor het kies
stelsel aan te nemen. Het vraagstuk eener herziening
van art 47 der grondwet, welke al spoedig het gevolg
der aanneming van het voorstel Janson zou moeten zijn,
was voor eene beslissing nog niet rijp. In één woord,
in de aanneming van het voorstel van dien afgevaardig
de zag hij den ondergang van het ministerie en van
de liberale partij.
DUITSCHLAND. De Keizerin blijft in beterschap
vooruitgaan voor haar volkomen herstel zal nog eenige
tijd noodig zijn.
ENGELAND. Lageehuis. Den 5 verklaarde de
onderminister van buitenlandsche zaken dat niets ver
nomen was van eenig voorstel tot het bezetten van
Bulgarije door eene buitenlandsche krijgsmachthij
achtte zulk een voorstel ook niet waarschijnlijk. Voor
zoover hem bekend was weigerde Italië noch de er
kenning van Erankrijk's beschermheerschap over Tunis,
noch van de benoeming van den heer Roustan tot
minister-resident te Tunis.
Eindelijk was het mogelijk dat de( Eranschen Sfax
(Tunis) zouden beschieten.
Northcote vroeg opheldering van de regeering over
den eiseh van den portugeeschen consul in de Transvaal,
om schadeloosstelling tot een bedrag van 2,520,000,
wegens verliezen en schadebij het beleg van 'Pot-
chefstroom geleden. Minister Gladstone antwoordde
dat hij het voorbarig achtte zich daarover uit te laten,
ook wat den indruk betrof, door dien eisch aanvanke
lijk op de regeering gemaakt. De zaak was naar de
commissie in de Transvaal verwezen.
Vervolgens werden de artikelen 9, 10 en 11 der
iersche landwet aangenomen.
In het Hoogerhuis verklaarde de minister van bui
tenlandsche zaken dat de regeling omtrent Tunis niet
in 't minst op Tripoli betrekking had Hij geloofde
nietdat tusschen Frankrijk en Spanje eenig verdra®
bestond tot verdeel ing van Marokko.
FRANKRIJK. Den 1 maakte de Senaat een aan
vang met de behandeling bij tweede lezing van het
wetsontwerp tot invoering van verplicht lager onderwijs.
Een amendementom onder de leervakken het gods
dienstonderwijs op te nemendat echter niet tegen
den wil der ouders zou kunnen gegeven worden, werd
met 144 tegen 124 stemmen verworpen. Een door den
heer Jules Simon voorgesteld amendement, om in art.
1 bij op de leervakken op te nemen de volgende zin
snede: de onderwijzer zal aan de hinderen hunne 'plichten
leeren jegens God en jegens het vaderland werd den 4, in
weerwil van het verzet van den minister-president Ferry,
aangenomen met 139 tegen 126 stemmen. Na de in
diening van dit amendement op den 2 ontstond reeds da
delijk strijd over deze wet, want, zoodra besloten was, dit
door de rechterzijde zeer toegejuichte denkbeeld in overwe
ging te nemen, stelde de heer Batbie voor, de beraad
slaging te verdagen drt- niet aangenomen werd. Men
besloot voort te gaanaueh artikel 1 en in verband
daarmede artikel 2 aan te houden. AAilel 3 werd
goedgekeurd en op artikel 4, het beginsel der verplich
ting inhoudende, werd door generaal Robert als amen
dement voorgedragen, het onderwijs met het 8e, in plaats
van met het 6e levensjaar, verplicutend te stellen. Het
door dien voorsteller aangegeven denkbeeld om zijn
amendement naar de commissie te zenden ten einde
beter te worden omschreven werd niet gedeeld met
154 tegen 123 stemmen werd beslotendaartoe niet
over te gaan. Daarna was de Senaat te onvoltallig
om over het amendement zelf te stemmen. Den 4 werd
het verworpen met 156 tegen 122 st.
Generaal Soussierbevelhebber van het 6e korps te
Chalons Sur Marne, is benoemd tot bevelhebber van het
19 legercorps in Algerië ter vervanging van generaal Os-
mont, op wachtgeld gesteld en wordt opgevolgd door gene
raal Decoureby, bevelhebber te Nancy. Generaal Dele-
becque is benoemd tot bevelhebber van Oran, in plaats
van generaal Cerez, mede op wachtgeld gesteld.
De munt-bijeenkomst hervatte den 30 hare zit
tingen.
Den 2 hield zij eene vergadering, waarin voorgesteld
werd de beraadslaging aan te vangen over de door den
4) door
FRANCOIS A. VAN EL.
„Zwemmen is nuttig tot bevordering van kracht."
Ree 1 a m.
Slot.
„De boeier was te zwaar om er vlug mede voort te
kómen. Vader bedacht zich dus niet lang. Ik moest
t roer vast zettende riemen opnemen en trachten
zoo gauw ik kon met den boeier bij hen te komen
en zonder zich van iets te ontdoen riep vader: „Houd
moed ik kom sprong over boord en was spoedig bij
Bransen. Hem te grijpen was in een oogenblik ge
daan en ik dacht aan geen gevaarwant beiden waren
kloeke zwemmers, iets bijzonders in dien tijd;
zeker zou alles dus goed hebben kunnen afloopen
doch Bransengekweld door de hevige pijnontzet
door het voor den geoefenden zwemmer zoo vreemde
en daardoor des te beangstigender gevoel van zich
hulpeloos in het water te bevindenbevreesd door het
dreigende denkbeeld van te zullen verdrinken greep
vader zoo onstuimig en zoo onhandig aan dat zijne
bewegingen belemmerd werden. „Bransen, pak me niet
zoo vast laat me meer vrijanders verdrinken we
beiden," 't zijn de laatste woo. den geweest, die ik van
hem hoorde. De waarschuwing hielp niet. Bransen
knelde zich in zijn doodsangst des te vasterik za®
vader worstelen om los te komen. Vergeefs! Bransen
was forschzwaar, sterk. Vader klein en tender
Beiden zonken in de diepte weg. Een paar dagen
later werden hunne lijken gevondenDaar
ziet ge nu de gevolgen. Wat helpt degelijkgoed
onderwijs m het zwemmen 't Waren knappe zwem
mers en toch verdronken beiden 1 Steunende op zijn
zwemkunstalleen denkende aan de redding van zijn
vriendvergat mijn vader de noodige voorzorg te ne
men door zich van laarzen of bovenkleeding te ont
doen en zoo zou het met Frits ook kunnen gaan, ook
hij zou zich zeiven vergeten om een ander te helpen,
en dat wil ik voorkomenkan hij niet zwemmendan
dan zal hij niet zoo roekeloos zijn om zich voor een
ander te wagenen zoo hem bewarende behoed ik mij
zeiven eveneens voor de herhaling van die vreese-
lijke rampdie mij in mijne jeugd tot een verlaten
wees maakte en die mij nu een verlaten grijsaard zou
doen worden 1" „W ie zou u dit niet willen besparen
Maar als ge aan Frits vergunt om te gaan jagen of
paard rijden kan hij dan ook daardoor geen ongeluk
krijgen Bewijst een dier zeldzame voorvallen als van
uwb vader's dood iets tegen de zwemkunst of 't voor
deel van degelijk goed onderwijs in 't zwemmen, zooals
ge straks wildet beweren Gij waart een ervaren zee
man uw „Zwerver" was een modelschip, uwe be
manning uitgekozen, en ondanks dat alles hebt ge totaal
schipbreuk geledenen er nauwelijks het leven afge
bracht Bewijst dit nu iets tegen de zeevaart in het
algemeen of tegen uw beleid en uwe voorzorgen in
het bijzonder Misschien zou Frits meer beredeneerd
voorzichtiger handelen dan uw vader deedmisschien
zou hij wachten tot de drenkeling het bewustzijn ver
loren had eu dus door onverstandige handelingen zijn
redding niet kon bemoeielijken, doch ik betwijfel het,
want bij de aandriftdie ons bezielt om een ander te
hulp te snellen is 't niet de kalme overwegingdie
ons aanspoort tot handelen maar wij worden er toe
aangevuurd door een der edelste beginselen in het
menschelijke gemoed door een der heiligste van onze
plichten de liefde tot onzen naaste
Waartoe deze schetsen verder te vervolgen Zij
zouden wel vermeerderd kunnen wordendoch het
aangevoerde schijnt voldoende en het doet hier niet
nederlandschen afgevaardigde opgestelde en vroeger als
leiddraad aangenomen vragenlijst. Italie's afgevaardigde
merkte evenwel op dat vroeger bij de algemeene be
raadslagingen bijna al de bizondere vraagpunten door
dien afgevaardigde gestelduitgeput warenwaarom
hij het wenschelijker achttede mededeelingen te ver
nemen welke de vertegenwoordigers van Duitschland
en Engeland wellicht hadden te doenom de vergade
ring tot een bepaald besluit te doen komen. De zwit-
sersche afgevaardigde ondersteunde dit gevoelen en na
eene korte gedachtenwisseling werd besloten eerst het
woord te geven aan de heeren Dumas (Frankrijk) en
Thurman (Amerika), om daarna het gevoelen te hooren
van den engelschen afgevaardigde. Tevens werd be
sloten alleen de paragrafen 4 en 5 van de lijst der
vraagpunten in beraadslaging te brengen daar de ove
rige voldoende in de vroegere bijeenkomst waren be
handeld- Daarop werden twee zeer gewichtige verkla
ringen afgelegd. De heer Thurman (Amerika) gaf als
zijn persoonlijke overtuiging te kennen evenwel onder
bijvoeging, dat hij de gevoelens van de regeering en de
bevolking der Vereenigde-Staten meende uit te drukken,
dat de aanbiedingendoor Engeland en Duitschland
gedaan geen voldoenden waarborg waren voor die
Staten om de vrije aanmunting van zilver toe te staan.
De Vereenigde staten drongen niet aan op onmiddelijke,
onvoorwaardelijke aanneming van den dubbelen stan
daard maar waren bereid tot het nemen van stappen
in die richting in het vertrouwen dat dit stelsel ten
slotte zou zegevieren. Maar zij waren ongeneigd de
gevaren te loopen van een afwisselenden standaard,
waarbij nu eens het eene dan het andere metaal uit
den omloop verdween door toedoen van de strijdige of
afwijkende maatregelen van andere staten.
De duitsche afgevaardigde verklaarde dat hij niets
ie voegen had bij de mededeeling door hem omtrent
Duitschland gedaan in de tweede zitting.
De engelsche en de belgische afgevaardigde veront
schuldigden zich dat zij niet antwoordden op de v*"
gen tot Engeland en Belgie gericht, omdat die vragen
veeleer theoretische stellingen waren dan practische
vraagstukken, geschikt om licht te verspreiden, waarop
geen antwoord kon worden gegeven zonder twistpunten
op den voorgrond te stellen, waarvan het nut niet kon
worden toegegeven.
In de zitting van den 4 betuigde de minister Magnin
aan de americaansche gevolmachtigden de algemeene
verontwaardiging over den moordaanslag op President
Garfieldwaarna het lid der fransche academie Dumas
de noodzakelijkheid aantoonde om de waarde-verhou-
ding tusschen goud en zilver te bepalen op 1 tot 15£.
De duitsche gevolmachtigde verklaarde met die ziens
wijze in verscheidene opzichten in te stemmende ne-
derlandsche gevolmachtigde zeide in de aanneming van
den dubbelen standaard een middel te zien tegen de
groote en nadeelige wisselingen en daling der zilver-
prijzen. De engelsche gevolmachtigde zou in de vol»
ter zake of de Dokter den ouden kapitein heeft kunnen
overtuigen. Fan waar toch dat zonderlinge verschijnsel
in ons zoo waterrijk landvol rivieren en kanalen, dat
het zwemmen nog door zoovelen niet op den rechten
prijs wordt gesteld, 't Is waarer is verbetering in
vergelijk van vóór een vijftigtal jaren toen men nog
noodig oordeelde het doelmatige van zwemscholen te
betoogen. Zekerer is verbetering te bespeuren tus
schen toen en nu. In verschillende plaatsen van ons
land bestaan nu scholenen meer en meer wakkert
de lust aan om dat onderricht te genieten doch wie
nemen er deel aan De zenen onzer burgers of de
jongensdie als visschers en matrozen er later juist
zulke eene behoefte aan zullen hebben? Neen, zij wor
den gemistthans zegt men niet meer als vroeger
zwemmen, een gemeene liefhebberij maar het is nu de
liefheboerij van de meer gegoede klassen der maat
schappij. Door het bij het legerbij de inrichtingen
of opleidingsschepen voor de Marine te bevorderen of
verplichtend te stellen gaat de regeering ons voor
maar ons volk is er niet van doordrongen. Hoe wen-
schelijk ware het dat reeds bij het lager onderwijs ge
tracht werd die overtuiging te vestigen en om de lust
bij de kinderen aan te wakkeren. Mochten de onder
wijzers op de kinderende kinderen op hunne oudera
werken welk een gunstige verandering zou daardoor
kunnen plaats grijpen De ouders 1 dus niet alleen de
vader met het oog op de jongensmaar evenzeer de
moeder in het waarachtige belang harer dochters
Waarom zouden onze vrouwen, onze meisjes uitgesloten
blijven van alle voordeelen die de zwemkunst aanbrengt?
Waarom hen beroofd van al het goede daaraan verbon
den Eenvoudige kunst, aangename ontspanning, nut
tige en gezonde lichaamsoefening mochten de in ons
vaderland tegen u bestaande vooroordeelen overwonnen
worden en men zich algemeen beijveren om dat gene
ingang te doen vindenwat kan strekken tot beves
tiging yan óe meeningdat zwemkunst noodig, nuttig,
ja zelfs voor velen plichtmatig is.