No. 85. Drie en tachtigste Jaargang 1881. FEUILLETON. 5> Doe men geheimschrijver wordt. WOENSDAG 20 JIL I. Prijs der gewone Advertentiën <5>fliciëcJ (Scheelte fiuitenlanb. ALKMAARSCIiE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door bet geheele Rijk f 1, De 3 nummers 0-06. Van 15 regels 0,75; iedere regel meer ƒ0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis van de ingezetenen, dat de gemeente-reke ning, dienst 1880, met alle daarbij behoorende beseheiden, beden door hen den gemeenteraad aangeboden, op de gemeente secretarie voor een ieder ter lezing nedergelegd en tegen betaling der kosten in afschrift algemeen verkrijgbaar is. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. lê Juli 1881. De Secretaris NUHOUT van der VEEN. BUITENGEWONE VERGADERING van den RAAD der gemeente ALKMAAR, op Woensdag, 20 Juli 1881, des namiddags ten 2 ure. Namens den Voorzitter van den Raad De Secretaris NUHOUT VAN DER VEEN. BELGIE. Het progressistische Kamerlid Defais- seaux, gedurende 11 jaren afgevaardigde voor Bergen in Henegouwen, heeft in een aan zijne kiezers gericht schrijven rekenschap gegeven van zijn genomen ontslag, dat ernst schijnt te zijn. Daarin komt o. a. voor, dat in de laatste elf jaren het getal kiezers met 4000 ver minderd is dat 116000 belgen het kiesrecht bezitten tegenover 1,600,000, die daarvan op het oogenblik uit gesloten zijn dat hij onder een katholiek ministerie krachtig daartegen opgekomen was en hij onder een liberaal ministerie daaromtrent geene duidelijke toezeg ging verkregen had dat bovendien de vrees, om de zaak der katholieke tegenstanders te bevorderen aan sommige liberalen aanleiding had gegeven, zich te vreden te stellen met onduidelijke ministerieële verklaringen dat hij het onder die omstandigheden zijn plicht achtte in het belang zijner waardigheid en in dat van zijne kiezers het hem toevertrouwde mandaat ongeschonden terug te geven, omdat hij zich nooit zou leenen tot plooien en schikken of tot voort lurend uitstel. De staten van Oost-Vlaanderen hebben besloten een der provinciale straatwegen bij wijze van proef met vruchtboomen te doen beplanten zooals in Erankrijk en Duitschland ook geschiedt. DUITSCHLAND. De Keizer is te Gastein aange komen, om daar als naar gewoonte eenige weken te verblijven. ENGELAND. In het Hoogerhuis bestreed minister Kimberley den 15, in antwoord aan lord Carnarvon de meeningdat de leden der Transvaal-Commissie ten voordeele der hollandsche belangen de engelsehe ver waarloosden. De militaire macht in de Transvaal zou, mocht het onverhoopt] noodig zijn, de uitvoering van de besluiten der commissie kunnen verzekeren. De eischen betreffende schadevergoeding zouden allen aan eene rechtskundige onder-commissie worden overgelegd. Om trent de gelden voor deze vergoedingen moesten nog eenige punten worden geregeldmaar inmiddels kon hij de verzekering gevendat zij in goede engelsehe munt betaald zouden worden. De belangen der in boorlingen werden bij de regeling niet over het hoofd gezien. Wat de moordenaars betrefter waren stappen gedaan om hen te doen straften eenige hadden reeds te recht gestaan. Lagerhuis. De iersche leden hebben bij de behan deling van art. 26 der iersche landwetbetrekking hebbende op het geven van voorschotten aan iersche landverhuizers door het in te stellen hofweder blijk gegeven dat zij het dwarsdrijven nog niet vergeten zijn Den 14, 's avonds was het de vierde dag dat over dit artikel gehandeld werd hetgeen minister Gladstone bij den aanvang der zitting het woord deed nemen om te verklaren dat het Huis zoo noodig den gehee- len nacht bijeen blijven en niet uiteen zou gaan voor de afdoening van dit artikel. Toen de ieren hunne zelfde wijze van handelen bleven volgen ver klaarde hij nader, dat van intrekking van dit artikel geen spraak kon zijn omdat de regeering zich over tuigd hield dat vele iersche leden het artikel wensch- ten te behouden. Toen het verzet bleef voortduren wees hij op hun gering aantal en op hun streven, om na de mislukking hunner pogingen om dit wetsontwerp in Ierland zwart te maken door het opnemen van on mogelijke bepalingen in dit artikel hunnen goeden naam in Ierland weder in eere te brengen. Hij ge voelde zich eindelijk genoodzaaktom deze handelwijze tot herstel der schadedie hun goede naam geleden hadaan het licht te brengen. Hij eindigde aldus „Dagelijks had hij geduldig gezeten met onbeschrijflijk leedwezen en in dat opzicht had dat hoopje zijn doel bereikt, de schande gadeslaande, aan deze doorluchte vergadering aangedaan die sedert eeuwen alles had gedaan om aan de minderheden, 'jet recht van spreken te verzekeren en nu ieder die Voortreffelijke bepalingen stelselmatig misbruiken ziet, om haar allen wetgevenden arbeid onmogelijk te maken. Dat was het werk van slechts weinige ledendie door hunne eenigzins ge matigder medestanders steeds meer alleen gelaten wer den. Het Huis moest nu weten of het voor hen wij ken wilde dan of hetdoor het aanhangige artikel af te doenzijn recht en waardigheid tegenover die minderheid wilde handhaven." De zitting duurde den ganschen nacht door en eindelijk werd het artikel met 123 tegen 26 stemmen aangenomen. Den 15 vorderde de behandeling vrij goed. Art. 41 werd reeds aange nomen. Art. 34, betreffende de instelling van het hof, werd verdaagd. ERANKRIJK. Den 16 werd het wetsontwerp op de drukpers met algemeene stemmen van hen die stemden ten getale van 187, door den Senaat aange nomen en de scheikundige Berthelot tot onafzetbaar lid van dat collegie benoemdin plaats van wijlen den heer Dufaure. De heer Andrieux heeft zijn ontslag genomen als prefet van politie en is vervangen door den heer Ca- mescasse directeur voor de departementale en gemeen telijke zaken aan het ministerie van binnenl. zaken. De brief aan den minister waarbij dat ontslag ge nomen werd luidt als volgtToen ik den 12 de eer had, u mijn ontslag te magen, hebt gij mij wel willen aan sporen om aan de prefectuur van politie te blijven. Gij hebt mij daarmede een kostbaar blijk gegeven van uw ver trouwen en ik kan er u niet genoeg mijne erkentelijkheid voor betuigen. Sedert is echter het verschil van gevoelen tusschen de regeering en mij ten aanzien van het wetsontwerp betreffende de prefectuur van politie toegenomen. Be mede- deelingen door den minister van binnenlandsche zaken aan de commissie uit de Kamer gedaan, ontnemen mij alle illusie als zou ik de regeering kunnen doen deelen in mijne onwrik baarste overtuigingen omtrent de voor eene degelijke werking der prefectuur noodige bevoegdheid. Dientengevolge meen ik voor goed mijn ontslag te moeten nemen ten einde vrij te zijn om in de Kamer wanneer het in behandeling komt, een wetsontwerp te bestrijden, hetwelk m. i. op de ontredde ring der prefectuur van politie moet uitloopen. Bovendien moet ik, na eene wellicht te lang door mij voortgezette onder vinding, erkennen, dat de vereeniging van de betrekking vans prefect van politie met het mandaat van volksvertegenwoor diger ofschoon door de wet toegestaan voor de onafhanke lijkheid van den afgevaardigde even nadeelig is als voor de onderdanigheid van den ambtenaar. Bij gelegenheid van het Bastillefeest op den 14 wer den in verscheidene schouwburgen en in de opera kos- telooze voorstellingen gegeven. Vooral de opera, waar Robert de duivel gegeven werd, was buitengewoon be zet 6000 menschen stonden voor de deur de opening van het gebouw af te wachten. De eerste rangen wa ren geheel door werklieden ingenomen. Het standbeeld van Straatsburg op de Place de la Concorde werd den ganschen dag beklommen om de reeds zeer aanzienlijke voorraad bloemen kransen en vlaggen nog grooter te maken. De groote wapenschouwing in het bosch van Boulogne liep zonder ongelukken af. Dat er veel be- gesteld werd in hare bijwoning kan blijken uit het feit, dat 60000 personen aanvraag deden voor de 15000 plaatsen in de tribunes. Dezer dagen is door eene commissie uit de Kamer verslag uitgebracht omtrent twee vóór eenigen tijd inge diende voorstellen van niet onbelangrijken aardhet eeneom eene kas te stichten voor schoolgebouwen tot een bedrag van 100,000,000 te vinden uit staats domeinen het andereom de wetten en besluiten in te trekkenwaarbij staatsgebouwen en gronden aan godsdienstige congregatiën ten gebruike waren gegeven. In dat verslag wordt eerst medegedeelddat domein goederen ter waarde van ten minste 30,000,000, voor kerkelijke doeleinden gebruikt zijn zonder dat de Staat daartoe verplicht was. Die commissie wil daarom dat „Ik wilde eene verhooging in rang afwachtenof schoon deze met onze liefde en wenschen niets gemeen heeft niet waar, Constance F" Hij hief haar hoofd op en blikte vorschend in hare donkerblauwe oogen. „Zeker niet, Herbert," Etamelde zij met eene men geling van teederheid en schaamte. „Dus wachte ik met ongeduld op mijne benoeming tot regeeringsraad. Voor ongeveer acht dagen kreeg ik deze benoeming en nu ben ik hier om mijn geluk uit uwe handen te ontvangen 1" „Uit mijne handen F" riep zij smartelijk bewogen. „Zeker, uit de uwe! Ja, Constance," ging hij zachter voort, terwijl hij haar inniger aan zijne borst drukte, „uit deze kleine handen wil ik mijn geluk ontvangen. O, die verlegen, teedere blik! Hoe lang staat zij°mij reeds als m de ziel gegrifdHet is dezelfde zoete blik, die mij in de oude slotkerk zoo diep in het hart trof. Toen ja toen had ik mijn halve leven gegevenwan neer ik deze lange wimpers met eene kus had kunnen sluiten opdat geen vreemd mannenbeeld zich voortaan tusschen u en mij zou dringen. En toen ik u eindelijk vaarwel zeide, nam ik slechts het geloof aan uwe trouw in mijne vreugdelooze eenzaamheid mede Uw aanden ken, Constance, nam ik mede, in zijne gansche schoon heid onschuld en goedheid. In den geest behoordet gij mij reeds toe! Niemand wist het, dat gij in mijne gedachte steeds bij mij waartniemand hoe liefhoe onuitsprekelijk lief ik u had, zoo lief, Constance, dat de wereld met al haar glans daarvoor als in een nevel veizonk O, Constance, mijne beminde, wanneer zal de ty komen wanneer mijne droomen waarheid worden?" Zijn stem was langzamerhand zachter en meer hape- rend geworden, slechts haar oor ving de gefluisterde klanken oponder wier indruk haar slanke gestalte begon te beven. Huiverend sloeg zij plotseling beide armen om zijnen hals en verborg haar gelaat aan zijn borst. O, hoe zalig rustte zij daar na de stormen van veroordeel en tyrannie „U behoef ik het niet te vragenConstanceof gij genoegen neemt met mijn stand in de maatschappij Gij hebt slechts mij lief. Doe gerust afstand van de hulde der grooten en machtigen. NVat kunnen zij u zeggen wat ik u niet duizendmaal schooner in dien stillen avond toefluisterde F Mijne liefde zal u schadeloos stellen voor den glans van een schoonen naam „Achhoe gaarne zou ik u volgenwanneer gij kwaamt om mij naar het altaar te voeren Hij kuste hare smeekende oogen gloeiende wangen en hare lachende lippen. De zon der liefde was voor hun beider harte in vollen glans opgegaan en verdreef de sombere wolken van twijfel en vrees. „Constance, mijn innig geliefde, wat kan ons scheidenF" „Niets niets dan de dood „De dood F vroeg hij feeder lachend terwijl hij met hare gouden lokken speelde. „Verlangt gij naar diens tusschenkomstnu het leven zijne schoonste schatten voor ons uitspreidt? Thans, nu wij de lente van ons geluk beginnen te genieten? Nu wij opgehouden hebben slechts ons zelf toe te behooren want van nu af aan behooren wij eindelijk elkander, Constance!" Zij knikte levendig. „Dus verlangt gij nog niet naar het einde van ons nauwelijks begonnen geluk! Nu voel ik den moed in mij herlevenden strijd om uw bezit vol te houden. En dan Constance fluisterde hij „en dan, wanneer ons huwelijk voltrokken isdan ijlen wij naar de oude verweerde kapel terug waar ik het kasteleinsdochtertje leerde beminnennaar die eeuwig groene bergen die onze tranen bij het afscheid hebben gezien in de armen van die edele goede vrouw, wier voorspelling zoo schitterend bewaarheid wordt „Janaar tante Ursula I" riep het schoone meisje meegesleept door de vurige woorden van haren vriend. „Daar zijn wij zeker van ons geluk, daar komt geen wanklank der hartvochtigheid de overeenstemming onzer zielen verstorenOik wenschte mij vleugels om naar tante Ursula te snellen „Maar mij zoudt gij toch medenemen niet waar F' vroeg hij lachend. „Ja uu alleen riep zij met de geestdriftaan de jeugd eigen. „Dan kunt gij inmiddels een begin maken en mij aan uwe ouders voorstellen Zij liet wanhopig hare armen zinken. Al hare illusies waren in een oogenblik verdwenen. jjO Herbert, wilt gij dit werkelijk?" vroeg zij verlegen. Hij drukte hare hand. „Ik hoop In het nevenvertrek hoorde men op het oogenblik eenige schreden naderen en het ruischen van een zwaren zijden sleep. Een oogenblik later ruischte de opper- hofdame de kamer binnen. „Gij hebt uwe rol geleerd, zooals ik hoor! 't Is goed! Ik wenschte slechts F Nu eerst viel haren blik op Herbert, die wel een weinig ter zijde getreden was maar Constance's hand nog altijd vast in de zijne geklemd hield. De woorden bestierven haar van schrik op de lippen. Herbert had zich snel van zijne verrassing hersteld en haastte zich de hofdame tegemoet te gaan maar sneller nog liep Constance naar hare moeder, wierslap neerhangende handen zij greep. „Mama 't is Herbert De hofdame stond nog steeds onbewegelijk van ver bazing. Voor de eerste maal in haar leven begaf haar hare tegenwoordigheid van geest. „Ja mevrouw ik ben zoo vrijmij als den regee ringsraad van Hiller voor te stellen Nu eerst herstelde zich mevrouw van "Wangenheim. Zij maakte zich eerst uit de handen harer dochter vrij en beantwoordde dan de diepe eerbiedige buiging van

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1881 | | pagina 1