No. m.
Drie en tachtigste Jaargang.
1881.
ZONDAG
28 AUGUSTUS.
Groote Paarden- en Veulenmarkt
Binnen de perken.
FEUILLETON.
DE ONRUSTIGE HUURDER.
Prijs der gewone Advertentiën
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
EERSTE BLAD.
©fliciëel ©cbceltc.
TE KOOP,
Suitculanb.
7) (Novelle).
1LKMAARSCHE COURANT
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar 0,80 j franco door
het geheele Eijk f 1,
De 3 nummers f 0 06.
Van 15 regels 0,75; iedere regel meer ƒ0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TEE ZOON.
TE ALKMAAR,
op Maandag 5 September 1881.
ongeveer 135 stère (kub. el) COMPOST- of STRAATMEST,
liggende op het terrein van de gemeente-reiniging te Alkmaar,
onmiddelijk aan het Noord-Hollandsch Kanaal.
Gegadigden worden verzocht den prijs per stèredien zij
voor het geheel of een deel daarvan wenschen te besteden
vóór 1 September a.s. in te leveren bij den directeur der ge
meente-reiniging of ter gemeente-secretarie.
De gunning heeft plaats aan den hoogsten inschrijver, be
houdens het recht om de gunning niet te doen plaats hebben.
BURGER-AVONDSCHOOL.
De ondergeteekende zal, ter inschrijving van leerlingen voor
de Burger-Avondschool zitting houden in het locaal Doelen
straat hoek Gedempte Nieuwesloot, op Maandag, 5 September,
des avonds te 7 uur.
De Directeur der B. A. S.
Dr. H. W. WAALEWIJN.
P O L I C I E.
Ter terugbekoming is aan het Commissariaat van Policie het
navolgende voorhanden: een Eransch leesboek, getiteld: Lit-
terature", een vischkaar, een gouden kruisje, een gouden me-
daljan in de vorm van een boekje, twee sleutels aan een ijzeren
Een eigenaardig kenmerk van vele Eransche schrij
vers is weldat zij maar neerschrijven wat hun voor
den geest komtonverschillig of het wel in overeen
stemming is met hun overtuiging en denkwijze indien
het slechts geestig en pikant is. Gloeiende liefde voor
zijn schoon land is zeker wei een karaktertrek van ieder
zoon van Frankrijk en Pierre Véron noemt zeer terecht:
patrie la familie au second degré. Na ouders en kin
deren is het vaderland den Franschman het naast aan
het hart. Tegenover die uitspraak klinkt zonderling
een andere van denzelfden auteur nation ouvrage
de marqueterie politique. Het vaderland stelt hij hoog
de natie schijnt hij slechts te beschouwen als een pro
duct van politieke willekeur, 't Klinkt alsof hij zijn
eigen glazen inslaat om pikant te zijn en al kan men
niet met zijn tweede definitie instemmen, er steekt toch
waarheid in. Men ga slechts de geschiedenis der vol
ken nahoe zij bij elkander gevoegd en gesplitst zijn
hoe er natiën in het aanzijn geroepen en weder ver
nietigd zijnhoe elementen bij elkander werden ge
voegd, die niet anders gemeen hadden dan de grenzen
waar binnen zij werden besloten. Zoo is werkelijk
menige natie een produkt van politieke willekeur
maar de nationaliteithet eigendommelijke karakter
van een volk heeft niets gemeen met die politieke za-
menvoegingenen maakt zijn eigenlijke kracht uit.
Het oorspronkelijke karakter van een volk gaat door
bijvoeging of afscheuring dikwijls eerst na verloop vau
eeuwen geheel verloren en zal des te orgeschondener
bewoond blijven naarmate de bestanddeelen der natie
minder wijziging ondergaan.
Grootendeels hieraan is het toe te schrijven dat wij
Nederlanders ons eigenaardig karakter in vele opzich
ten nog geheel ongeschonden hebben behouden. De
vereenigde provincies zijn een product niet van politieke
willekeurmaar van historische ontwikkeling en de
nationale band die ons bijeen houdt vindt zijn kracht
in de overeenstemming. Wij moeten voorzichtig wezen,
dien band niet te ontzenuwen door al ie veel toe te
geven aan een begrip dat in den laatsten tijd ook
bij ons vrij sterk op den voorgrond treedt en eveneens
ontstaan is door de ontwikkeling nl. het internationalisme.
Spoorwegen en telegrafen doen al meer en meer de
scheidsmuren vallen die tusschen de volken hebben
bestaan en brengen hem tot het inzicht van de een
heid van belangen waarom het eene dwaasheid is vij
andelijk of naijverig tegenover elkander te staan. Dit
is een van de grootste zegeningen van onzen tijd, een
van de beste waarborgen dat werkelijk het rijk van
den vrede nog eenmaal voor goed op dit ondermaansche
kan heerschen. Men nadere elkander vrij en hartelijk,
maar met voorzichtigheid. Iedere overgang naar nieuwe
toestanden kan slechts langzaam gaande invoering
van nieuwe vormen gewoonten gebruiken instellin
gen niet dan naar mate de volken er rijp voor zijn en
het oogenblik om het eigen volkskarakter prijs te geven,
de nationaliteit te verloochenen ter wille van anderen
is nog niet aangebrokenallerminst voor de kleine
naties die nog geen enkele factor mogen prijs geven
waaruit zij kracht kunnen putten voor haar zelfstandig
bestaan.
In den laatsten tijd zij wij erg in de weer om vooral
het buitenland na te doen of van anderen over te ne
men wat bij ons niet inheemsch is. Buitenlandsche
producten genieten bij velen en dikwijls zeer ten on
rechte de voorkeur boven binnenlandsche die beter
en goedkooper zijn. Internationale muziekfeesten con
gressen tentoonstellingen enz. zijn uitmuntend mits
men zorge het eigen karakter te handhaven. W e heb
ben al Boatraces en Wedrennen ingevoerd die vol
strekt niet inheemsch zijn ten koste waarschijnlijk van
onze vroegere zeilwedstrijden en harddraverijen die
onze jongelingen leerden tehuis te zijn op het water
en de deugd van ons eigen paardenras bevorderden.
Zoowel in het openbare als in het privaatleven verloo
chenen we eigen zeden en gewoontenom die van
vreemde volken in te voerenen hetzelfde kan men
waarnemen in uitspanningen vermaken enz. Buiten
landsche schrijverskunstenaars en acteurs worden
gereedelijk voorgetrokken boven inboorlingen niet al
tijd op grond van meerdere verdiensten maar omdat
zij vreemdelingen zijn en men andere natieën welge
vallig wil wezen.
Verre van ons het streven te willen afkeuren om
de volken meer tot elkander te brengen integendeel.
Erkenning van elkanders verdiensten en deugden is
een krachtig middel ter bevordering van betere ver
standhouding, maar het verdient althans ernstige over
weging in hoeverre men moet zorgen nationale eigen
schappen te handhaven en te bewaren als een macht
tegenover vreemde aanmatiging. Evenmin als iedere
natie rijp is voor de invoering van sommige instel
lingen die elders bestaan en gunstig werkenevenmin
zijn alle volken rijp voor de algeheele samensmelting.
Er bestaat nog te veel ijverzucht en zelfzucht; zoolang
dit nog het geval is en de zelfstandigheid der volken
niet kan worden opgeofferd moet iedere natie zorgen
zich zelve te blijven, wat zij voornamelijk kan door het
bewaren van haar eigendommelijk karakter.
Patrie familie en second grade. Aan die definitie
moet nog met hand en tand worden vastgehouden
willen we niet gevaar loopen dat te eenigertijd een
baatzuchtig vreemdeling van de verloochening onzer
nationaliteit een argument zal smeden om aan ons
zelfstandig bestaan een einde te maken. Indien voor
ieder het vaderland gelijk staat met een bloedverwant
in den tweeden graad dan is het allen even na en dit
vooral is een kracht die ontzag inboezemt en eerbied
afdwingt. Het goede van elders neme men gerust
overmaar zij voorzichtig met het prijs geven van
eigen gewoonten. De echt vaderlandsche deugden en
goede eigenschappen, onze eenvoudige gebruiken en
gewoonten te verwisselen voor die van anderen is zeer
gevaarlijk voor de gezonde vaderlandsliefde en bij alle
erkenning en waardeering van hetgeen wij in den
vreemde aanschouwen, is het noodzakelijk het nationaal
karakter niet uit te wisschen opdat ook niet te eeni-
ger tijd ons eigen land vernederd worden tot een ou
vrage de marqueterie politique.
ENGELAND. Bradlaugli is hersteld, doch mag zich
op last van zijn geneesheer niet meer aan een vecht
partij bloot steilen.
De ongeregeldheden en gewelddadigheden blijven in
Ierland nog steeds doorgaan. Te Blackwater in de na
bijheid van Limerick zijn eenige heeren uit den om
trek onder bescherming van de politie zeiven bezig
aan het binnenhalen van den oogst. Zij hebben zich
uit eigen beweging daartoe aangeboden, nadat de hoeve
geboycottwas dat wil zeggen dat geen arbeider aan
het binnenhalen van den oogst mocht medewerken. In
het graafschap Clare werd het huis van den landheer
Zoo was het ook. Wolf aarzelde lang of hij naar
Almer gaan zou of niet, maar zijne bedenkingen waren
van anderen aard dan Almer vermoedde. Hij twijfelde
er niet aan of de portier had hem verraden en dat
de juist heden komende uitnoodiging van den rijken
uitgever geen toevallige was, maar dat Almer iets an
ders op het oog had, dan hem eene aanbieding, zaken
betreffende, te doen.
Nog altijd in den waandat de schoone die hij
aanbadde dochter van Almer wasdacht hij dat
wanneer het ongeloofelijke mogelijk was en de rijke
bezitter der groote firma niet op den armen litterator
over zijne vrijmoedigheid vertoornd wasAlmer hem in
zijn huis en niet in zijn bureau zou genoodigd hebben.
Maar daaraan viel niet te denken deze gedachte was
te bespottelijk. De mandie de voornaamsten der
stad in zijne salons ontving, wiens rijkdom zijne doch
ters afgezien nog van andere voordeelenvoor de
voornaamsten begeerenswaardig maaktenzou hem te
gemoet komen hem zoeken P
Het schoone meisje was gisteren in den schouwburg
achter in de loge gaan zitten en had hem den rug
toegedraaid dit was duidelijk genoeghij kon wan
neer hij niet om zich zelf moest lachen slechts den
ken, dat wanneer hij juffrouw Almer nog verder lastig
vielmen hem zou afschepen terugwijzenmisschien
zelfs wel zou bedreigen.
Maar zou hij zich vreesachtig toonen Had hij iets
verbodens, iets onbeleefds gedaan.
Neen hij vreesde geene bedreigingmaar iets er-
gers. Hij vreesde nietdat de heer Almer hem in
harde woorden zou terecht stellen want hierop zou
het antwoord niet ontbroken hebben hij zou zich te
genover den rijken uitgever teweer gesteld hebben
doch wel dat Almer hem werkelijk een aanbod zou
doenniet omdat hij zijn talent erkendemaar om
hem op fatsoenlijke wijze eene ondersteuning aan te
bieden om hem misschien door een buitengewoon hoog
jaargeld om te koopen en hij besloot zich de nieuwe
voordeelige verbintenis niet te bedervendoor zich
aan ijdelen trots over te geven.
De gedachte kwam bij hem op dat Almer hem tot
zich riep om hem te zeggen dat hij in zijne zaken
en niet in zijn familie iets te maken had. Was het
woord eenmaal gesproken dat de dochter van Almer
geen voorwerp voor de vereering van Wolf konde zijn,
zoo was hij tot de naakte werkelijkheid teruggekeerd
en was de hoop, die hij koesterde, en die slechts nog in
zijne verbeelding bestond zonder tot de werkelijkheid
te zijn overgegaan voor altijd vernietigd.
Lang was Wolf met zich zelf in strijd maar einde
lijk besloot hij toch aan de uitnoodiging gehoor te
geven.
IV.
Toen Wolf Aimer's huis dat in het sierlijkste gedeelte
der residentie gelegen was naderde werd dat door eene
jonge dame verlaten wier aanblik hem het bloed als
vuur door de aderen deed vloeien het was de
schoone uit de loge No. 3 maar heden dubbel be
koorlijk door de eenvoudigheid van haar toilet. De
dochter van den rijken man was zoo bescheiden zoo
eenvoudig en zonder opschik gekleed als verachtte zij
alles wat naar rijkdom zweemde om het betooverende
van hare uiterlijke verschijning verrukkelijker en schit
terender te doen uitkomenDit getuigde voor de
eenvoudigheid van hare denkwijze en van haar karakter.
Wolf hoog diep hij groette haar met een eerbied
alsof zij eene koningin was het bloed steeg hem naar
het hoofdhij was te moedeals iemand die een
ongeloofelijke onverwachte eer deelachtig wordtwien
het reeds met trotschheid vervultdat hij zelfs een
groet wagen mag maar toch bang isdat zijne vrij
postigheid ontevredenheid zou kunnen opwekken.
Marie Bandier bloosde ook toen zij plotseling den
heer uit het parterre zag met wien hare vriendinnen
haar zoo geplaagd hadden. Zij bemerkte evenweldat
hij haar eerder bloode dan vrijmoedig groette dat hij
haar nauwelijks durfde aanzien en daarom beantwoordde
zij zijn groet vriendelijker, dan zij onder andere om
standigheden zou gedaan hebben. Hij was boven de
wolken van vreugdedit was meer, dan hij had durven
hopen hij had gevreesd dat zij hem met verwondering
en ijskoud zoude aanzien en nu scheen het hem toe
als of de uitdrukking van hare oogen hem gezegd had,
dat zij niet vertoornd op hem was.
Er verliepen eenige oogenblikken vóórdat hij van
zijne verrassing hekomen en weer bedaard was. Hij
wandelde langzaam en droogde de zweetdroppels van
zijn voorhoofd. Nu had hij niet meer te vreezen, dat
Almer van plan was tegen zijne heiligste gevoelens op
eene onzachte wijze te velde te trekkenwant wan
neer de familie op hem wegens zijne vrijmoedigheid
verbitterd was zou Aimer's dochter hem met afwijzende
koudheid en niet met vriendelijkheid gegroet hebben.
De kantoren van Almer bevonden zich in een zij
vleugel van het gebouw en de pijl, onder het opschrift
op een bord „Boekdrukkerij van G. Almer," gaf aan
iederen vreemdeling te kennen dat hij den weg om
het huis moest nemen ingeval hij zaken te doen had.
Ook in de bureaux heerschte het gemak wat de
rijkdom biedt. Men voerde Wolf door hoogesoliede
ingerichte zalenwaarin redacteurs en boekhouders
werkten in het bureau van den heer Almeren toen
men hem aanmeldde sloeg het juist dat uur, waarop
"Wolf verzocht was te komen.
Wordt vervolgd.)