No. 116 Drie en tachtigste Jaargang. 1881 V K IJ D A G 30 SEPTEMBER. FEUILLET ON. 5> Herfststormen. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco het gebeele Rijk f 1, Prijs der gewone Advertentiën ®(Bciëcl ®et>cc!tc. ËuitenUttb alkiaarsche courant. De 3 nummers 0.06. door Van 1—5 regels 0,75; iedere regel meer f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. (.OS- TER ZOON. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR. Gelet op art. 12 der verordening op de gemeente-reiniging van 17 Augustus 1881, Gemeenteblad No. 8b; Berichten aan de ingezetenen die zich van hoeveelheden puin grind, afbraak, takken of dergelijke voorwerpen wen- schen te ontdoendat zij dagelijksbehalve lunchen Zrydag- avond na zonsondergang en des Maandags voor zonsopgang die voorwerpen kunnen brengen op de volgende plaatsenwaar zulks door een bordmet het woord piunplaatswordt aange- WeZ<0p de PAARDENMARKT, bij de GEEST. u OUDEGRACHT, nabij het STADS-ERF. den ACHTERWEGnabij de VLOTBRUG, over het Groot Noordhollandsch Kanaal. Burgemeester en Wethouders voornoemd A. MACLAINE PONT, be Secretaris NUHOUT VAN DER VEEN. Alkmaar 27 Sept. 1881. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter algemeene kennisdat zij in hunne heden gehou den vergadering voorwaardelijk vergunning hebben ver leend aan A. H. J. VAN DA AL HOEF, tot het maken eener petroleumbergplaats achter zijn woonhuis, gelegen aan de Choor- straat, op den hoek der Heui, No. 31. Burqemeester en IV et houders voornoemd Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 27 Sept. 1881. Ue Secretaris NUHOUT van der VEEN. Lijst van brievenwaarvan de geadresseerden onbekend zijn, verzonden gedurende de 2». helft der maand Aug. 1881. S. Hannema, Alkmaar; J. Schenk, Mej. P. Charlouts J. Drosten, Wed. LuthAmsterdam; Weiers en de vries, Zwolle. Van de hulpkantoren Noordscharwoude.- Linders Amsterdam. Rustenburg: M. Kluze, Weesp. ZuidscharwoudeWHeilig Leiden. Briefkaart: Neeltje Jonkeer, Monnikendam. BELGIE. Omtrent het Conscience-feest kan nog worden medegedeeld dat de waarnemende burgemees ter van Brussel Buis opzettelijk voor dat feest terug gekomen was van Yenetie waar hij het aardrijkskundig congres bijwoonde. In 43 uren had hij de reis afge legd. De heer van Beers lid van den gemeenteraad van Antwerpen, deelde mede, dat die raad besloten had op kosten der stad een standbeeld op te richten voor Conscience op het Jesuïten-plein dat evenals de Jesuïten-straat naar hem genoemd zou wordeii. Eene daarop uitkomende zijstraat zou Leeuw-van-Vlaanderen- straat genoemd worden. DU1TSCHLAND. De heer van Schlözer, de on derhandelaar tusschen de pruisische regeering en het Vatikaan is uit Varzin te Berlijn teruggekeerde Hij zal zich weldra naar Washington terug begeven om zoodra de pruisische landdag de kosten voor de vesti ging van een pruisisch gezantschap bij den Paus goed keurtals pruisisch gezaut naar Rome te gaan. De Paus schijnt hem zeer beleefd ontvangen te hebben hem werd zelfs een stoel aangeboden hoewel de ge woonte anders meebrengtdat alleen toegelaten gezan ten mogen gaan zitten. Hoewel over het verhandelde weinig vernomen wordtzoo heeft de pruisische regee ring volgens de Köln. Zeitunggeen harer rechten tot" nóg toe opgeofferd. Pruisen mag welwillend ge weest zijn in bet weder aanknoopen der diplomatieke betrekkingen men mag niet vergeten dat de Paus ook meermalen welwillend tegemoet kwam. De I aus zelf ruim ie de moeielijkheden weg, ontstaan door de verkiezing van de Eorenzi tot vicaris van Trierhij bewo dr. Korum de benoeming tot bisschop aan te nemen en hij toonde zich inschikkelijk ten aanzien van de benpeming van een bisschop van Pulda. De Ger- mania is van gevoelen dat de rijkskanselier de zaak op de' lange baan wil schuiven en dat hij voorloopig niet voornemens iswerkelijk mede te werken tot herstel van den vrede tusschen Kerk en Staat. Met het oog op de naderende verkiezingen gelooft dat blad, dat hij naar bevind van zaken zal handelen. ENGELAND. De Times wijdt een hoofdartikel aan de toenemende inbrakenvergezeld van moord in Londen en wil levenslangen dwangarbeid als straf op inbraken stellen om dat misdrijf tegen te gaan. Den 25 's morgens werd te Londen de aangekon digde driedaagsche bijeenkomst van den internationalen vrijdenkersbond geopend met eene toespraak van het bekende parlementslid Bradlaugh. Onder de 80 afge vaardigden uit de voornaamste rijken bevonden zich de heeren Hartogh He s van Zouteveen uit Assen en Gerritsen uit Amersfoort. O. a. kwam ook de verplichte eedsaflegging in Nederland ter sprake terwijl een americaan mededeelde dat America miljoenen vrijden kers telde. FRANKRIJK. Den 26 weru ten huize van Louis Blanc eene tweede bijeenkomst van de leden der uiter ste linkerzijde gehouden waarin de afgevaardigden naar den minister Ferry gezonden om inlichtingen, te vragen, verslag uitbrachten van hun onderhoud met den minister. Deze had hun betoogd, dat de ongerustheid over den toe stand in Africa overdreven was dat de uitgaven niet onregelmatig waren en de toestand ook werkelijk niet verontrustend was. Na dat verslag werd een manifest vastgesteld waarin verklaard wordtdat hetmet het oog °op het duistere in de betreffende den toeBtand in Africa verkregen inlichtingennoodig is de nieuwe Kamer dadelijk bijeen te roepen. Eene zekere soort van vrijdenkers heeft besloten den chnstelijken doop af te schaffen en den burgerlij ken doop in te voerenonder den naam van „inwijding tot de vrije gedachte." Die vereeniging had Rochefort uitgenoodigd den 24 te St. Denisbij een feest ter eere van de inwijding van 3 kinderen als voorzitter op te treden waaraan hij voldeed. Het feest had plaats in een ouderwetsche herberg„het rookende Konijn" genaamd. Na het middagmaal trad Rochefort als spreker op. Hij verklaarde dat de door hem on dernomen reis om de wereld hem goed gedaan had want hij had daaruit geleerd dat Frankrijk het land der vrijheid bij uitnemendheid was. Alleen de fran- schen waren werkelijk vrij. Geen volk verstond zoo als het fransche volk de kunst om zich van lastige dwingelanden te ontdoen, In Engelanddat zooge naamde land van klassieke vrijheid en in America was men niet eens vrij, geene godsdienst te belijden. Hevig voer hij uit tegen het engelsche Huis der lords en daarna tegen Gambetta ook was hij van oordeel dat de Senaat en het presidentschap der republiek moesten verdwijnen. Vervolgens kwam eene vrouw met een jong kind op den arm en een jongen en een meisje van 4 en 5 jaren voor hem staan. Rochefort nam een breed rood lint en bond het om den hals van ieder kind waarmede de plechtigheid afgeloopen was. Na het uitspreken van nog eenige wartaal door de andere gasten, moest Rochefort met 9 anderen in een open wagen naar Parijs terug rijden daar hij den trein ge mist had. GRIEKENLAND. De Koning gaat den 29 de nieuwe provinciën door Turkije afgestaan bezoeken. De pre sident-minister Koumoundouros zal hem vergezellen. De regeering zond 40000 man naar huis waardoor het leger weder op de gewone sterkte van 30000 man komt. ITALIË. Het orgaan van het Vatikaan, de Osserva- tore romano, laat zich omtrent den gemelden overgang van Carnpellokanunnik van St. Pieter, tot de her vormde kerkals volgt uit„De graaf heeft van zijne geestelijke waardigheid afstand gedaan, omdat de losheid zijner zeden, welke ondanks herhaalde waarschuwingen en vermaningen niet verbeterdezijne meerderen in de noodzakelijkheid bracht omin weerwil van zijn patri- cischen rang uiterste maatregelen op hem toe te pas sen. Zijne weinig deugdzame levenswijze maakte hem voor eenig geestelijk ambt ongeschikt. Hij heeft dus het recht op den titel van Monsignore verloren. Nog in den ochtend van den dagdat hij het katholieke geloof afzwoer gaf hij aan de geestelijke overheidsper sonen de plechtige verzekering zijner rechtzinnigheid en verklaarde hij de aantijging voor valsch als zou hij voornemens zijn van de kerk afvallig te worden." Als een bewijs voor de oprechtheid van zijnen overgang tot de hervormde kerk wordt door zijne vrienden mede gedeeld dat hij daardoor een inkomen van 57000 's jaars verliest. LUXEMBURG. De Nationale bank staakte den 26 hare betalingen. Zij werd dienzelfden dag in staat van „Haha 1" lachte Hempel„komt de wind uit dien hoek Nu wat is er dan gebeurd Is de bom ein delijk eens gebarsten ,,'t Mocht watriep Brandt„weggejaagd zijn wij. Maar wij hebben die Reimann eens knap de waarheid gezegd." „Jadat hebben wij wij hebben het niet onder stoelen en banken gestoken en wat er nog gebeuren zal daarvoor mag hij zich in acht nemen." „Wij hebben ons laatste woord nog-niet gesproken," bevestigde Heinicke. „Je laatste woord?" riep Burmeister honend, „Gij hebt in 't geheel niets gezegd gij lafaardsmaar den mond gehouden toen hij je uitschold als honden. Ik moest weder alleen de kastanjes uit het vuur halen." „Gij kunt ook beter sprekendan wijmeende Brandt sussend „jnaar wanneer het tot daden komt zijn wij de eerste verlaat je daar op. En ik zal geen rust hebben voor ik dien hond van een Reimann de heenderen in het lijf stuk geslagen heb. Maar waar blijft ons bier toch „He Anna haast je wat Hoort gij nietdat de gasten wachten riep de waard driftig. „Dadelijk, vader!" klonk het antwoord uit de keu ken „ik moet eerst naar den kelder." „Goedmaar maak wat spoed Toen wendde Hempel zich weer tot de arbeiders. „Vertel mij toch eens, wat is er gebeurd, hebt gij twist gehad in de fabriek En waar zijn dan de anderen?" „Die slaapmutsen riep Burmeister woedend „zij hebben geen moed en laten zich door schoone woorden altijd weder tot bedaren brengen. Ik alleen kon natuurlijk de zaak niet tot een goed einde brengen. Maar zij zullen spoedig zien wat ik kan. Ik zal de boel boven hunne hoofden laten afbranden, dan mogen zij verder werken ais zij kunnen. Ja, dat zal ik doen Hij sloeg dreunend met de vuist op de tafel. „Hm dat wil dus zooveel zeggen als dat gij bij de overigen geen ondersteuning gevonden hebt. Gij zijt nog niet geschikt voor opruier zeide Hempel met slecht verborgen leedvermaak, „je moest je handen liever van zulke zaken aftrekken en andere meer voordeelige ter hand nemen." „Houd je aardigheden liever voor je. Ik ben niet in een stemming om me voor den gek te laten houden. De meesten waren reeds op mijn zijde, maar die kerel uit Berlijn heeft ze allemaal aan 't lijntje. De duivel weet hoe hij het gedaan krijgt. Toen ik van morgen het spel eerst goed aan den gang had en ze van plan waren op Reimann los te gaan zagen zij allen naar hem om te zien wat hij doen zouen toen hij bleet staan als een blok hout en deed alsof hem de zaak in het geheel niet aanging, lieten ze mij in den steek. Maar ik heb ook mijn partij en wij zullen eens zien wie het het langste volhoudt." „Laat die kerel uit Berlijn liever met rustwaar schuwde Hempel„die kan je wel maken en breken. Hij pakt de zaak verstandig aan en zal eindelijk met Reimann wel klaar komenwanneer de tijd gekomen is. Gij echter zijt te onstuimig, dat heb ik je reeds in Breslau gezegd en bederft daarmee alles." „Houdt je goede raad maar voor je", bromde Bur meister, „ik weet zelf het best wat ik te doen heb." Schouderophalend wendde Hempel zich af. In dit oogenblik trad Anna binnen zette zwijgend de volle bierglazen op de tafel en wilde zich snel verwijderen toen Burmeister haar terughield. „Waarom zoo haastig, Anna?" vroeg hij, zijn arm om haar middel slaande„gij hebt mij nog niet eens goeden morgen gewenscht."' „Maar des te meer heb ik u gezegddat ge me niet aanraken zoudt. Ik laat mij dat niet door iedereen doen antwoordde het meisje terwijl zij zich haastig uit de armen van den ruwen man traehtte te bevrijden. „Hoho, gij zijt verbazend trotsch en preutseh," lachtte Burmeister, zijn arm vaster om haar middel slaande „of is dat alleen maar tegen mij Gelooft gij misschien, dat je nog eens met een prins zult trouwen „Wat ik geloof, gaat u niets aan. Genoeg, ik wil 't niet en zal bet ook niet dulden." „Blijf nog een oogenblikje", vleide Burmeister. „Gij hebt immers niets te doen." „Toch wel iets anders dan uwe onbeteekenende woorden aan te hooren. Wilt gij mij loslaien of niet?' „Laat haar losFransmeende Brandt met een ruwen lach„zij krabt je anders nog de oogen uit.' „Nu, nu, niet zoo wild, mijn schat," riep Burmeister nijdig„ik bijt je immers niet Over de wangen van het meisje vloog een gloeiend rood van schaamte en toorn. „Ik ben uw schat niet," riep het meisje met flam- mende oogen„maar de dochter des huizes En wanneer mijn vader mij niet onder zijn bescherming neemtdan zal ik mij zelf weten te verdedigen." Snel rukte zij zich los en ijlde weg om hare tranen te ver bergen. Burmeister lachte luid welk voorbeeld bij zijne ka meraden navolging vond. „Het is een scherp dingdie Anna", riep hijzij zal ook jou spoedig de les lezen, Hempel. Wees maar voorzichtig De waard wierp zijne dochter een woedenden blik toe, terwijl hij de schouders ophaalde. „Zij heeft een eigen wil dat is de geheele zaak, en weet met de gasten nog niet om te gaanlangzamer hand zal dat wel komen." „Och wat, zij moet toch onderscheid maken," bracht Burmeister hier tegen in. „Wij zijn immers oude be kenden uit Breslau en dan wikt men zijne woorden zoo nauwkeurig niet." De naam zijner vroegere woonplaats bracht den waard

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1881 | | pagina 1