No. 134 Drie en tachtigste Jaargang. 1881 V R IJ D A G 11 NOVEMBER. FEUILLETON. 4) Het rif van Kitty Hawk. Prijs der gewone Advertentiën (ÜJjcbeeltc. Patenten. ttuitüulanb. Eerste Afdeeling. ALK1AARSCHE OOI RAM. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1, De 3 nummers 0-06. Van 15 regels 0,75; iedere regel meer f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HEEMs. COS- TEE ZOON. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR vestigen de aandacht der belanghebbenden op art. 1 der ver ordening op de graan- en zaadmarktdoor den Raad vastge steld 17 Maart 1880 (Gemeenteblad No. 65). luidende als volgt: De wekelijksche graan- en zaadmarkt wordt gehouden op de daarvoor bestemde inrigting aan het Luttikoudorp. De markt vangt aan des voormiddags, ten elf nre en ein digt te twaalf uren. Het begin en het einde wordt aangeduid door het luiden eener nabij de markt geplaatste klok. Vóór en na het luiden dier klok mogen geene zakken met graan open staan of ten verkoop worden aangebodenop eene boete van een gulden voor elke twee hectoliters of onderdeelen van diemits de gezamenlijke boeten de som van tien gulden niet te boven gaan. aan welke bepalingen in het vervolg strikt de hand zal worden gehouden. Burgemeester en Wethouders voornoemd, AlkmaarA. MACLAINE PONT. 8 Nov. 1881. De Secretaris, NUHOUT van der VEEN. De PATENTEN aangevraagd in de maanden AUGUSTUS, SEPTEMBER en OCTOBER kunnen ter gemeente-secretarie worden afgehaald van 11 tot en met 25 November 1881. Erratum. Ia het artikel „Drie Staatslieden" in ons nummer van Zaterdag 1.1. staat te lezen, dat de Duitsche Eijks-kanselier zich bezig houdt met „maatregelen tot beschaving van de binnenlandsche nijverheid" enz. In plaats van beschaving moet natuurlijk gelezen worden bescherming. Eenige regels verder leest men „Op het gebied der groote belastingen" enz. Het woord „groote" staat daar geheel bij vergissing en moet ver vallen. DUITSCHLAND. Te Breslau werden den 7 bij herstemming de sociaal-democraten Hasenclever en Kracker tot leden van den rijksdag gekozen tegenover de leden der fortschrittspartij Beblo en Ereund. De ultramontanen stemden voor de candidaten der sociaal democraten en de conservatieven onthielden zich daar door werden de sociaal-democraten gekozen. Te Worms werd de oud-minister dr. Ealk gekozen. De Post behelst een artikelwaarin gezegd wordt dat prins Bismarck in den loop dezer week te Berlijn denkt te komenom den Keizer voorstellen te doen omtrent de aanstaande samenstelling der regeering met het oog op den uitslag der verkiezingen voor den Rijks dag. Volgens dat blad zou de Eijks-kanselier gezegd hebbenhet moede te zijn om het mikpunt te wezen van alle boosaardigheid laaghartigheid laster, nijd en verdachtmaking, die onder eene bevolking van 45 mil joen zielen wordt uitgebroeid. Dat artikel komt tot de slotsom dat de opvolger van prins Bismarck met ondersteuning der Katholieken eene regeerings-meerder- heid moet vormen daar de fortschritts-partij, waarop hij steunde hem in den steek liet en hare leiding aan de radicale elementen overliet. ENGELAND. Het iersche gerechtshof wordt zoo overladen met het beslissen van geschillen tusschen grondeigenaars en pachters, dat het onmogelijk zijne taak kan vervullen. De regeering wil daarom vier nieuwe onder-commissiën benoemen, die zich aansluiten bij de bestaande. EBANKEIJK. De gemeenteraad van Parijs herkoos den 5 met 45 van de 75 stemmen den heer Engel hard tot voorzitter niettegenstaande hij zich niet eens candidaat had willen stellen. De vorige maand was hij met 32 stemmen verkozen. De onverzoenlijken zijn met die benoeming volstrekt niet ingenomen en een hunner bladen, de Justice, beschuldigt de gematigde republikeinen van de hulp der conservatieve leden te hebben gevraagd om bij de verkiezing de meerderheid te verkrijgen. Gambetta verklaarde naar aanleiding van verscheidene in omloop zijnde geruchten omtrent de door hem in zijn ministerie op te nemen personen, dat nog niemand door hem gepolst was en ook niet zou worden zoolang hij niet met de vorming van een ministerie belast was. De accijnsen te Parijs brachten in October f 6,613,000 op, met die der overige maanden te samen 59,577,500, of f 1,100,000 meer dan het vorige jaar. Kameb. Den 7 werd de behandeling der interpel latie over Tunis voortgezet. De leden Naquet en Le- faure verweten aan de regeering, aan de vorige Kamer beloften gedaan te hebben omtrent het einde van den tunesischen veldtocht toen het reeds vast stond dat die veldtocht moest voortduren. Ook achtten zij het verkeerd dat het parlement niet bijeen geroepen was. De minister van oorloggeneraal Earre las in antwoord op verschillende tegen de regeering ingebrachte beschuldigingen onderscheidene rapporten voor, waarin gezegd werddat de levens- en geneesmiddelen gere geld naar de troepen in Tunis toegezonden waren. Hij kwam op tegen de aanvallen waaraan zoowel hij als de hoofdofficieren van dien tocht bloot gestaan hadden. Ten slotte werd de behandeling weder tot den volgenden dag verdaagd. Den 8 las de afge vaardigde Langlois stukken voorafkomstig van de hoofden der legerafdeelingen ten einde het militaire beheer in Tunis te rechtvaardigen. Hij achtte de op richting van een koloniaal leger in Tunis noodzakelijk, welk gezegde door Gambetta zeer werd toegejuicht. Clémenceau viel de regeering aan wegens het onder nemen van den oorlog in Tunisniet omdat de ont wikkeling van Erankrijk's handel zulks vorderde, maar om het belang van bizondere personen en genootschap pen. Hij verweet der regeering de grondwet geschon den en de Kamer bedrogen te hebben en verlangde ten slotte een onderzoek. GRIEKENLAND. De Kamer der afgevaardigden is ontbonden. De nieuwe verkiezingen zijn op 1 Januari a. s. bepaald terwijl de bijeenkomst der Kamer op 30 Januari gesteld is. Aan deze verkiezingen zullen de van Turkije verkregen streken voor het eerst deel nemen. ITALIË. Minghettihet voormalige hoofd van het kabinet der rechterzijde en een der invloedrijkste leden dier partij, verklaarde dezer dagen in eene redevoering te Legnano op een feestmaal hem door zijne kiezers aangeboden, dat hij zijne goedkeuring wel niet kon hech ten aan de wijzewaarop de regeering de wetten op de afschaffing van het gemaal en den gedwongen koers, de herziening der kieswet enz. had voorbereidmaar dat die wetten eenmaal tot stand gekomen door het volk aanvaard en eerlijk toegepast moesten worden. Er waren echter nog meer hervormingen noodig, zooals ver laging van de belasting op roerende goederen, regeling van de verantwoordelijkheid der staatsambtenaren en bovenal uitbreiding van het volksonderwijs. Eene be schouwing over het buitenlandsch staatsbeleid van he t tegenwoordig ministerie leidde hem tot de verklaring dat de ontmoeting van den Koning met den Keizer van Oostenrijk een gunstig teeken voor de toekomst mocht geacht worden. Ten slotte betuigde hij zijne instemming met de pogingen van den heer Sella om eene degelijke hervormingspartij in het leven te roepen, waardoor de grondslag voor eene werkelijke meerder heid in de Kamer gelegd was. De Koning heeft zijnen gezant te Weenen hartelijk dank betuigd voor zijne bemoeiingen om de bijeenkomst met den Keizer te doen slagen. Van het plan dat de Koning ook te Berlijn een bezoek zou brengenschijnt nu werkelijk voorloopig niets te komen, om het wantrouwen van Erankrijk niet op te wekken en omdat te Weenen feitelijk metDuitsch- land reeds onderhandeld werd. OOSTENEIJK-HONGARIJE. De oostenrijksche delegatie keurde den 7 de begrooting van financiën en die van buitenlandsche zaken goed. De heer Kallay verklaarde ten aanzien van zijne in de commissie ge sproken woorden, dat de betrekkingen met alle mogend heden uitstekend waren maar niet te min bestonden er trappen in de toegenegenheid er kan tusschen mo gendheden al is hare houding voortreffelijk verschil van meening ontstaan dat echter te spoediger uit den weg geruimd wordt, naar mate de verhouding beter is. In de beijersche Tweede Kamer werd voor eenige dagen na eene tweedaagsche bespreking met 85 tegen 63 stemmen (liberalen) een voorstel aangenomen om den Koning te verzoeken in te trekken het besluit van 29 Aug. 1873 omtrent de gemengde scholen. Minister von Lutz verklaarde bij die gelegenheid overtuigd te Zoo zag de kamer er uitdie Zeke Konks binnen trad. Slechts verlicht door de flikkerende vlam van den haard, maakte zij een dubbel onbehagelijken duis teren indruk. Zeke liep regelrecht op den haard toerukte een brandenden tak uit het vuur en stak zijn pijpaan. Nu de roode gloed zijn gelaat bescheen, begreep men dat hij het gezaghetwelk hij over zijn makkers uitoefende, niet ten onrechte verkregen had. Hij kon ongeveer vijftig jaar oud zijn en er lag iets in zijne trekken dat tegelijk vrees en belangstelling inboe zemde zij waren hard en hoekig, als uit steen gehou wen en het breede voorhoofd half bedekt door zijne verwarde harenverried gezond verstand. De een weinig gebogen neus en scherpe grijze oogen ver leenden zijn gelaat eene uitdrukking van ontembaren moed terwjjl de groote samengeperste lippen en de vooruitstekende kin vastberadenheid deden vermoeden. Een dichte, zwarte baard bedekte wangen, kin en halsde bovenlip was naar zeemansmanier glad ge schoren. Toen hij daar zoo hoog opgericht voor den haard stondraakte hij met zijn hoofd bijna aan de zoldering van het vertrek. Het grove wollen hemd was van boven een weinig teruggeslagen en deed den gespierden hals en de breede, gewelfde borst sterk uitkomen. De bruine, knokkige hand, die den brandenden tak vasthield, maakte den indruk al moest zij dengenen tegen wie zij op geheven werdeen zekeren dood aanbrengen. Na zijn pijp te hebben aangestokenzette hij zich op een stoel neder, liet het hoofd op de handen zin ken en staarde terwijl hij korte trekken aan zijn pijp deed onafgebroken in het vuur. De beide vrouwen die tegenover hem op de bank zatenhad hij nog geen woord waardig gekeurd. De oudste was reeds over de vijftig jaar en vertoonde de ronde vormen die aan zoovele vrouwen op dien leeftijd eigen is. Met het herstellen van een vischnet bezigdat bij den laatsten tocht verscheurd was richtte zij af en toe eenige vriendelijke woorden tot hare twintigjarige bloedverwante diemet de handen in den schoot gevouwen droomerig naar de zoldering keek en blijkbaar met hare gedachten ver weg was. Een enkele blik op baar gelaat was voldoende om zich te overtuigen dat zij Zeke Konks dochter zijn moest. Ook bij haar vond men de harde lijnen om mond en kin slechts verminderd door een waas van zachtheid dat over haar gezicht lag en het verfraaide. Zeke keek nog altijd stom voor zich heenslechts eenige malen hief hij het hoofd op, wanneer de wind huilend in den schoorsteen blies en een regen van von ken en asch in de kamer deed rondstuiven. Dan knikte hij tevreden met het hoofd liet zijne oogen een oogen- blik vorschend op het gelaat zijner dochter en zuster rusten en verzonk dan weder in zijn dof gepeins. Het was nu geheel stil in de kamer men hoorde slechts het zwaarmoedige suizen en fluiten van den storm en het doffe dreunen van de branding op het rif van Kitty Hawk. „Moet je niet wat werkenKate vroeg Gritty Rafflesna een poos aan haar schoondochter. „Jamoeder," antwoordde de jonge vrouwopge schrikt uit haar gepeinsterwijl zij de schaar greep en het linnen dat in haar schoot lagtot kinderhemden begon te knippen. „Het is boos weêr," ging Gritty voort„voor alle schepen die in de nabijheid der kusten komen. God behoede de „Mary Jane" en onzen Dan." „Ik dacht juist aan hem," zeide Kate, terwijl zij haar werk weder in den schoot zinken liet. „Hij zal in het begin van de volgende maand thuiskomen." „Nu, dat laat zich zoo nauwkeurig niet bepalen, tet kan vroeger, maar ook later zijn. De „Mary Jane" is wel is waar een flink schip en een snelle zeiler maar wind en golven hebben ook een woordje meê te spreken en gij moet u niet angstig maken wanneer hij eerst in het midden van October terugkomt. In elk geval is hij bij uwanneer uw moeielijke tijd aan komt daar behoeft gij niet bezorgd voor te zijn mijn kind." Een vluchtig rood vloog over de wangen van de jonge vrouw. „Ik weet niethoe ik mij nu altijd zoo neerslachtig voelzeide zij zachtjes „Vroeger was ik zoo moedig en had zelfs niet gesidderd wanneer de zee door de duinen gebroken was. Nu echter is het my immer zoo bang om 't hart wanneer ik den wind huilen en de branding donderen hoor. Ik moet dan telkens aan Dan denken, die misschien ook in doodsgevaar is, en of ik hem wel ooit zal weerzien." „Kom kom mallighedenKate, 't Is waar, niet een ieder keert terug menigeen, die gezond en vroolijk uitvoer, werd een buit der visschen maar aan zoo iets moet een zeemansvrouw niet denken. Wanneer het ongeluk komt is het reeds vroeg genoeg er over te weeklagen en te jammeren. Ik herinner mij nog zoo goed als ware 't gisteren pas gebeurddat de buren op een avond van een reis terugkwamen en mij het bericht brachten dat mijn man met de boot ge kanteld en verdronken was. Dat was een booze tijd mijn kind en het hart brak my bijna maar wat hielp het Ik moest het dragen en de tijd geeft troost. Ik had immers de beide jongens nog over, John en Dan, die waren voortaan mijn alles en zij zijn flink opge groeid vooral Dan." „Om uit te varen en te sterven als zijn vader," zeide Kate met trillende lippen. „Beware meende Gritty. „Zij komen immer» niet

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1881 | | pagina 1