jftimtcttlatib Ql Ier lei. IB ra it <1 in den ISingNchouwliurg ie Wcenen. aansche stamhuis op den wil en do algemeene gene genheid van het volk berustte. In landen waar de monarchie zooals in Italië en Duitsehland zich vol komen met het volk vereenzelvigt en zich door groote daden jegens het volk verdienstelijk gemaakt heeft behoeft men niet te vreezen dat de grondwettige democratische instellingen haar aan het wankelen zullen brengen deze dienen veeleer om haar te be vestigen. In elk geval leggen deze woorden aan het italiaansche volk een eereplicht op namelijk om zich de grondwettige vrijheden nog waardiger te toonen en door zijne handelingen eene voortdurende logen straffing te stellen tegenover de vrees welke slechts door een gevoel van welwillende zorg voor de toekomst van Italië werd ingeboezemd. Den 8 stelde de heer Crispi voorden post voor geheime fondsen ter be schikking van den minister van buitenlandsche zaken van 5C000 tot 250000 te verhoogen, tevens streng afkeurende de staatkunde der regeering. Dit voorstel werd tegen den wensch van den president-minister naar de begrootingscommissie verwezen. STATEN-GENERAAL. Tweede Kamer. Den 12 zijn met eenparige stemmen aangenomen ont werpen tot naturalisatie van 17 personen tot onteige ning voor den aanleg van eenen zandweg te Nijmegen en tot verbreeding van den zuidelijken toegang van de Langestraat te Winschoten, tot bekrachtiging van den onderhandschen verkoop der rechten van den Staat op den Weeskinderdijk aan Dordrecht en van eene ruiling van perceelen onder 's Gravendeel met het bestuur vau den polder Mookhoek en Trekdam tot wijziging der indische begrooting der begrooting voor Suriname en van de hoofdstukken V en VIIB der staatsbegrooting voor 1880 tot verhooging van hoofdstuk VIII der be grooting voor 1881 (herstel van Bcbade aan de verde- di^ingstellingen door storm en hoog water)en met algemeene stemmen op één na het ontwerp tot onteige ning voor den aanleg van een kanaal van Almeloo naar Nordhorn. Daarna is het debat hervat over de eeds interpellatie van den heer v. Houten en de door den heer Cremers c. s. voorgestelde motie, „dat de wet niet verbiedt een lid van den gemeenteraad die tot geen kerkgenootschap behoort bij de aanvaarding zijner be trekking tot het afleggen van eene belofte toe te laten." Nog 3 andere motiën werden voorgesteld: van den heer Schaepman omin vertrouwen op de bereidwilligheid der regeering om de eedsvordering tot het minimum te beperkenvan oordeel te zijn dat herziening der wetgeving op het stuk van den eed noodzakelijk is; van den heer Haflmans om het wenschelijk te verklaren art. 39 uit de gemeentewet te lichten en van den heer Heydenrijek om alleen in te stemmen met de meening der regeeringdat het getal eeden zoo veel mogelijk moet worden beperkt. Een voorstel van den heer v. Baar om de beraadslagingen te sluiten werd met 61 tegen 14 stemmen verworpen, later een derge lijk voorstel van den heer v. Delden met 39 tegen 38 stemmen aangenomen. De motie-Cremers c. s. werd met 53 tegen 24 sr. verworpen de motie Schaepman met 62 tegen 16 st. aangenomen waardoor de motie- Heydenryck vervielde motie Haffmans met 63 tegen 9 st. verworpen. De commissie, belast met het onderzoek der geloofs brieven van den heer H. J. Boolheeft geconcludeerd tot niet-toelating. Aangaande de stranding van het engelsche schip Hospodarden 6, s' avonds half acht, bij Caiandsoog, wordt gemeld De noodseinen van het schip werden zou haast geneigd zijn te gelooven dat zij in het ge heel niet tot het volk hier behoort en het is ook wer kelijk jammer, dat zij zulk een schurk tot vader heeft. Wanneer zij onder andere menschen kwam „Nu, daar is wel een middel voor," viel Erank hem met een spotlachje in de rede. „Je moet het maar eens beproeven, beste Turner, of zich deze roos van het Albemarle eiland niet op een anderen bodem laat overplanten." „Het gaat niet luitenantwaarachtig niet. Zij wil met ons niet te doen hebben ik heb zelfs nog geen woord met haar kunnen wisselen." „Dat is eene hopelooze hartstocht," bemerkte Erank lachend. „Kom mijn brave slingeraar, laat het je niet al te zeer bedroeven dergelijke dingen zullen in je leven wel meer voorkomen." Het ontbijt, dat in het kleine vertrek naast de dienst- kamer, in de zoogenaamde keuken klaar was gezet werd genuttigd onder velerlei gesprekken over het leven op het station de weersgesteldheden, ingekomen be richten en dergelijke dingen meer. Ook van de be woners van Nagshead verhaalde Mijers eenige niet zeer vleiende karaktertrekken, die duidelijk den haat verrieden, dien de beambte den visschers toedroeg. Daarna stond Erank op en wenkte Mijers hem te volgen. „Sergeantzeide hij toen beiden buiten gekomen waren „ik ga eens een bezoek aan den Sheriff bren gen misschien ga ik nog verder, naar John Raffles of misschien zelfs naar Osceola. In elk geval verzoek ik je je mijnentwege niet ongerust te maken indien ik voor het vallen van den avond niet terug ben." „Hoegij wilt in het hol van den ouden tijger gaan vroeg Mijers. „Zeke Konks woont eenzaam als een oude tooverheks. Niemand is er bij hem buiten zijne nicht of kleindochter, ik ken de bloedverwant schap niet zoo heel nauwkeurig, het is de dochter van John Raffles overigens de eenige persoon met wien het de moeite waard is kennis te maken." „Het is mij niet zoo zeer om deze kennismaking te doen," antwoordde Erank „maar het kan niet anders, ik moet noodzakelijk den oude persoonlijk een bezoek brengenom zijne bedoelingen uit te vorschen." Wordi vervolgd. aan den wal spoedig bemerkt, waarop men naar het Nieuwediep zond om assistentie. De steepbooten en reddingboot van het Nieuwediep moesten wegens hooge zee onverrichter zake terug keeren, de reddingboot van Caiandsoog kon het schip evenmin bereiken. Aan den wal werd een vuur ontstoken, om den schipbreukelingen te toonendat hunne noodseinen waren opgemerkt. Eene poging om eene lijn over het schip te schieten, mislukte door het uit elkander springen van den vuur pijltoestel. Tegens half 4 's morgens kwam eene sloep naar den wal met 6 personen diemet levensgevaar de eerste bank bereikt hebbende de sloep verlieten meenende aan den vasten wal te zijn. Kapitein Gröu- neberg van het brikschip Smyrna, liep toen tot den hals toe in het water, om hen, die door den wind niet te beroepen warente toonen dat zij nog diep water voor zich hadden waarop de lieden hunne sloep over de bank haalden en aan wal kwamen. Met den van Petten gehaalden vuurpijltoestel werd vervolgens gescho ten, maar de lijn was te kort om het schip te bereiken. Met het aanbreken van den dag werd onder aanvoering van kapt. Grönneberg getracht met een vlet bij het schip te komen en zoodoende een lijn aan wal te bren gen het eerste gelukte het laatste door het breken der lijn uiet. Toen beproefde kapt. Grönneberg nog maals den tocht met de reddingboot, en mochten hij en zijne helpers er in slagen in 3 reizen de geheele be manning bestaande uit kapitein vrouw, kind nog 2 dames en 26 schepelingenaan wal te brengen. Het hof te Amsterdam heeft den 8 J. Boerman schuldig verklaard aan doodslag, gepleegd in eene her berg nabij de Muiderpoort aldaar, op een persoon, die hij meende dat zijn kind sloeg, en hem, met aanneming van verzachtende omstandigheden veroordeeld tot 2 jaren celstraf. Den 8 zijn van een in aanbouw zijnd perceel aan de O. Z. Voorburgwal bij de Damstraat te Amsterdam de steigerwerken en eene balklaag ingestort, waardoor een der werklieden ernstig en een tweede minder zwaar gewond naar het gasthuis moesten vervoerd worden. Het gerechtshof te Arnhem heeft den 9 E. H. A. Groetzner, geboren te Deutmansdorf in Silezie, veroor deeld tot 6 jaren tuchthuisstraf. In Nov. 1879 Jan. 80 vertoefde hij zich noemende ir.r. E. H. A. baron de Groetzner de Bautsen in het hotel „de Arend" te Arnhem, groote verteringen makende en in den beginne geregeld betalende eindelijk toen de rekening wat hoog werd, vertrekkende om van zijnen vader, „gezant in den Haag", geld te halen. Hij keerde in Aprii „incog nito" terug verborg zich in eene kamer brak eene secretaire open en stal eenige honderden guldens, waar van hij den volgenden morgen den hètelhouder 50 op afkorting betaalde, entoen verdween, Duitsehland, Bel- gie en Engeland bezoekende, tot hij op 25 Sept. 1.1, als bediende in het wassenbeeldenspel van Daniel te Deventer, herkend en aangehouden werd, waarna bleek, dat hij ook daar een belangrijken diefstal had gepleegd. Van de stoomboot, den 9 's namiddags van Aven- born over de Rijp naar Alkmaar varende, is te de Rijp de machinist over boord geslagen en verdronken. Hij was 26 jaren oud en eenige maanden geleden gehuwd. In den van 910 Dec., omstreeks 12 uren is brand ontstaan in bet van Reval gekomen stoomschip Juno, van de Kon. Maatschappij, liggende aan de Handelskade to Amsterdam die met behulp der brand weer te 4 uren gebluscht was. Het achterschip en de lading voor een gedeelte uit hars bestaandezijn door vuur en water zwaar beschadigd. Den 10 is te Haarlem een 32jarige verversknecht van het dak eener in aanbouw zijnde villa aan den Dreef gevallen en zwaar gekneusd en verwond naar het gasthuis vervoerd. Het gerechtshof te 's Gravenhage heeft den 10 den sjouwerman W. S heurkogel te Schiedam wegens moedwilligen doodslag op zijne huisvrouw gepleegd veroordeeld tot 8 jaren tuchthuisstraf. De kamer van koophandel te Rotterdam heeft den 10 met 13 tegen 3 stemmenbesloten niet te voldoen aan de uitnoodiging der kamers te 's Hertogen bosch en Maastrichttot ondersteuning van het adres aan den Koning over de toepassing der vrijhandelsbe ginselen in verband met de beschermende maatregelen in andere landen. Het gebeurt niet dikwijls dat iemand tweemaal per dag te water geraakt. Dit had den 10 te West woud plaats. Twee inwoners van Bovencarspel gingen naar Hoorn. In genoemd dorp schrikte het paard van een paar baggerlieden en sprong het in den wal. De beide mannen kregen een nat pak. 's Avondstoen zij terugkeerden, schrikte het paard op nieuw van een hondenwagenen herhaalde bet dezelfde aardigheden van 's morgens, gelukkig zonder ernstig gevolg. In den nacht van 1011 is te Nieuweramstel aan het Kuiperspad door 5 veldwachters en 1 nacht wacht een huis omsingeld waarin onzedelijke hande lingen gepleegd werden welke door een geopend ven ster zichtbaar waren. Zij brachten 19 personen, allen mannen waarvan 4 in vrouwenkleederen op het ge meentehuis waar tegen allen proces-verbaal is opge maakt. 4 Hunner die, toen zij ontslagen werden, op de Utrechtsche zijde door de burgerij met mishandeling werden gedreigdzijn door de amsterdamsche policie beschermd en eon tijd lang in het hulpbureau aan de Utrechtsche poort geborgen. In den morgen van den 12 is te Grootebroek eene moeder van een vrij groot gezin bij bet verrich ten harer bezigheden in de sloot gevallen en omge komen niettegenstaande men het ongeluk zag en haar spoedig te hulp kwam. In den ochtend van den 13 dezer, verbrandde door eene onbekende oorzaak, de boerenwoning van J. Kossen, aan den Eenigenburg. Tot zaakgelastigde van Nederland in Portugal is benoemd jr. Gericke, thans gezantschapsraad te Londen. B. en W. van 's Gravenhage hebben den gemeen teraad voorgesteldniet te voldoen aan het gevoelen van Gedep. Staten omtrent het onvoldoende der policie, maar af te wachten den termijn van 6 maanden be paald voor de beslissing omtrent de nachtpolicie met verwijziog op de f 12000 die reeds voor de openbare veiligheid meer zijn uitgetrokken. De algemeene verzendingsdienst „Van Gend en Loos" heeft, in navolging van de Hollandsche en Rijn spoorwegmaatschappijen besloten te beginnen met 15 December, goederen tot 10 ponden tegen hetzelfde ver minderd tarief te vervoeren als op dien datum bij ge noemde maatschappijen in werking zal komen. De propenent L. Hesta beroepen bij de doops gezinde gemeente te Wieringen, heeft het beroep naar Rottevalle aangenomen. Omtrent het noodweer, waaraan de Castor zoo gelukkig ontkomen is, verneemt men, dat behalve de stuurman en 2 matrozen die over boord sloegen, ook de kapitein te nauwer nood aan het gevaar van verdrin ken ontkomen is. Een tijd lang was hij dan ook buiten staat om het bevel te voeren over het vreeselijk ont redderde vaartuig, toen gelukkig uit het midden der passagiers iemand optrad, die kapitein geweest zijnde, het bevel overnam en de orde handhaafde tot kapitein Visser weder bij do hand was. Zonder beider beleid ware het vaartuig verloren geweest. De N. R. Ct. bericht, dat de regeering eene be slissing genomen heeft in de zaak van het kruisbeeld in deopenbare school te Slenaken (Limburg). De minister moet aan het limburgsche schooltoezicht hebben te ken nen gegeven, dat de zaak, in het belang van het open baar onderwijs, behoort te blijven rusten. Door eene nieuwe afschuiving van den oever zijn van den Nieuwen Neuzenpolder weder ongeveer 5500 vierkante ellen in de Westerschelde verdwenen. Het droogdok, liggende ai.n de eilanden Amster* sterdam en Middelburg ter reede van Batavia, is, vol gens telegrafisch bericht, voor de scheepvaart geopend. Het stoomschip Billiton is daarin 't eerst met goed gevolg gedokt. Het drietal te Noord-Schermer voor de beroeping van een predikant bestaat uit de heeren J. C. Benit te Medemblik, dr. A. Bruining te Vledder en J. H. Stramrood te Lutjebroek. Bij de doopsgezinde gemeente te Medemblik is beroepen de heer C. P. van Eeghen Jr., proponent te Amsterdam. Bij het werk der verbouwing van de voormalige marinegebouwen te Medemblik tot krankzinnigengesticht had Zaterdagochtend de timinertnansgezel J. L, uit Aartswoud het ongeluk, zich dermate met het hoofd tegen een ijzeren bout van een der balken te stooten, dat hij bewusteloos nederstortte en den volgenden ochtend overleed. In den nacht van 31 October is het militair em placement te Boea-Batoe Preanger-Regentschappen Javatot den grond toe afgebrandten gevolge van het omvallen of springen van eene lamp. 20 Kampong huizen werden mede eene prooi der vlammen. Een ge deelte van de wapening en het ledergoed der militairen, zoomede de geheele voorraad levensmiddelen werden vernield. Bij deze vrceselijke ramp heeft het tegenovergestelde plaats gehad van hetgeen gewoonlijk geschiedt. Zijn in den regel de eerste berichten omtrent eene ramp te overdreven hier blijkt uit latere berichten nat het aantal slachtoffers aanmerkelijk grooter is, dan men aanvankelijk vermoedde. Den 11 's avonds telde men 580 lijken, welk getal later tot ver over de 600 ge klommen is. Donderdag was een katholieke feestdag en van daar, dat de schouwburg nog drukker bezet was dan anders. Om 4 uur des namiddags had het publiek reeds gestaan voor de ingangen, die te 6 uur geopend werden om dien avond plaats te kunnen krijgen. Teen de brand uitbrak, waren de mindere rangen dus bijna geheel bezet en bet publiek, dat besproken plaatsen had, kwam eerst, toen de brand reeds uitgebroken was. Daardoor zijn tal van personen neg aan het gevaar ontkomen. Verm edelijk zouden ook leden van het keizerlijk Huis tegenwoordig zijn geweest; den vorigen avond hadden verscheidene aartshertogen met hunne vrouwen de voorstelling bijgewoond. Werkelijk is de brand ontstaan door bet gebruik van eene spirituspit, aan een langen stok bevestigd waarmede de gaspitten aangestoken worden. Deze kwam door onvoorzichtig heid in aanraking met liet decoratief, dat in vlam geraakte, en dadelijk was de verwarring op het tooneel zoo grootdat niemand dacht aan het neerlaten van bet ijzeren scherm, tot afsluiting van bet tooneel van de zaal of aan het open zetten der waterbakken boven het tooneelterwijl bij die de brandweer had moeten waarschuwen dit ook te laat deed, waardoor zij eenige minuten later tegenwoordig was, dan zij had kunnen zijn. Wel werd het gas uitgedraaid, doch niet door de personen die dearmede belast waren en dit uitdraaien, gevoegd bij de omstandigheid dat de olielampen die, volgens politie voorschrift, altijd branden moeten dien avond niet opgestoken waren is oorzaak dat zoovele personen omgekomen zijn. Zoodra men in de zaal door het barsten van het scherm da vlammen zag, stormden allen naar de uitgangen en daar er volslagen duisternis in de gangen heerschtewaar de galerijen uitkwamen, ontstonden er onbeschrijfelijke tooneelen van verwarring en ellendeverergerd, doordat de middelen tot redding geheel onvoldoende waren bij een brand van zulk een om vang. Uit de bovenste galerij ontkwam, zoover men weet, slechts één man, die vlak bij de deur stond en den uit gang wist te vinden. Velen sprongen waarschijnlijk uit de galerijen in het parterre dit is althans op te maken uit bet vinden van zoovele lijken met gebroken lede maten. De meeste personen zijn blijkbaar gestikt: die in het parterre en een der zijloges zijn echter verbrand. De meeste personen van de tweede galerij en der stalles zijn gered kunnen worden zij hadden de balkons op de eerste verdieping kunnen bereiken en van daar sprongen zij in een door de brandweer gereed gehouden zeil. Een paar, die niet durfden Bpringen werden omlaag geworpen. Op die wijze werden 112 personen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1881 | | pagina 2