No. 1.
Vier en tachtigste Jaargang.
1882
ZONDAG
I J A N L A Ei I.
FEUILLETON,
20) Het rif va» Kitty Hawk.
Prijs der gewone Advertentiën
Dit nummer beslaat uit twee bladen.
EERSTE BLAD.
(DlBctccl (^ebccltc.
X O O 1.
Tweede Afdeeling.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag-en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Kijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
g>R'A Vj
COURANT.
Van 15 regels 0,75; iedere regel meer f 0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HEKMs. COS-
TER ZOON.
BUlvHEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis, dat de beschrijving voor de
plaatselijke directe belasting voor het dienstjaar 1882 een aan
vang neemt op Maandag 2 Januari 1882. Zij herinneren, dat
die belasting geheven wordt van de te Alkmaar hun hoofdver
blijf houdende en san de meer dan drie maanden in het dienst
jaar te Alkmaar verblijvende a hoofden van huisgezinnen of
alleen wonende personendie een perceel of een afzonderlijk
belastbaar gedeelte van een perceel bewonenb. personen of
hoofden van gezinnen, bij anderen inwonende, daaronder be
grepen minderjarige kinderen, die een eigen inkomen hebben,
voor zoover de hoofdbewoner niet of niet geheel in hun onder
houd voorzietonverschillig of de hoofdbewoner al dan niet
belastbaar zij.
De beschrijvingsbiljetten worden binnen 8 dagen na de bezor
ging terug gehaald. Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
27 Dee. 1881. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen in voldoening aan art. 5 der wet van 28 Juni 1881
(Staatsblad No. 97), ter openbare kennis
dat bij hen zijn ingekomen van de volgende personen ver
zoekschriften waarbij vergunning gevraagd wordt om in de
bij ieders naam vermelde loealiteitsterken drank in het klein
te verkoopenals
Volg- Naam van den ver- Aanduiding der
numm. zoeker. loealiteit.
151 H GodijnBaanpad E, 165.
152 J. M. Smorenberg, NieuwlandersingelE, 29.
153 M. v. GulikOudegracht, D, 53.
151 J. de Graaf, Keetkolk 22.
155 J. Hart, Mient, C, 1.
"156 J. Pastoor, Oudegraeht, A, 123.
157 Bestuur der BurgersocieteitStadsbout, E, 78.
158 B. Bruin. Choorstraat, 1.
159 N. v. d. Stok Koningsweg, 12.
160 J. B. Westen, Achterweg, 23.
161 N. J. Out, Laat, A, 712
162 Administratie der H. IJ. S. M., Stationsgebouw, E, 400.
163 D. Haasbroek, Hekelstraat, 18.
164 G. Hop, huisvr. van D. Schipper, Baanpad, E, 165.
165 E. M. Stadegaard, Verdronkenoord, D, 48.
166 J. Spijkman, Ged. Nieuwesloot, 28.
167 R. Twisk Verdronkenoord, C, 74.
168 J. v. d. Dam, Koningsweg, 73.
169 Bestuur der bad- en zweminrichting hare inrichting bij
het Zeglis.
170 C. Swager, Verdronkenoord, D, 62.
171 A. Smit, Heerenstraat, 6.
'172 W. F. Stoel (als eigenaar), Luttik-Oudorp, 9 (logement
,,de Wijnberg.")
173 J. A. Santen, Boekenlaan, E, 150.
174 C. Jol, Ged. Nieuwes!oot, 32.
Burgemeester en W ethouders voornoemd,
AlkmaarA. MACLAINE PONT.
31 Dec. 1881. üe Secretaris
NUHOUT van der VEEN.
De DIRECTEUR van het POSTKANTOOR te ALKMAAR
brengt ter algemeene kennis dat de bodeloopen tusschen Alk
maar en Egmond aan Zee, te rekenen van Januari 1882 zullen
worden uitgevoerd als volgt
1°. van Alkmaar 8,45 's morg.
h Bergen 10,
te Egmond aan Zee 11,45
van Egmond aan Zee 3,'s avonds.
Bergen 4,45
e Alkmaar 6,
2°. van Alkmaar 6,45 's avonds,
te Egmond aan Zee 8 30
van Egmond aan Zee 8,30
s Bergen .10,15
te Alkmaar 11,30
De Directeur voornoemd
GOUWE.
Lijst van brieven, waarvan de geadresseerden onbekend zijn.
verzonden gedurende de 2e. helft der maand November 1881.
I. KosWeeg en Wijs, Haarbaart en Co., Amsterdam;
C. van der Parfer, DordrechtC. EngelEgmond aan Zee
C. v. d Brink Elburg G. Hemmelder, C. Dekker, Oterleek
A. Kuiper, Stolpe; Mej. M. Verwij, Utrecht; Johannis,
Vlaardingen Wed. RindersZijpe.
Uit Heilo: D. v. d. Berg, Bennebroek.
a Schermerhorn G. Muntjewerfl, Mallemeer
Wat zal er gezegd worden van dezen jaarkring? Is
het een belangrijk een gelukkig jaar geweest voor ons
vaderland of moet het onder de onbelangrijke en min
voorspoedige gerekend worden Op die vragen is
het antwoord niet met een paar woorden te geven.
Toeh zal men te vergeefs naar zeer gewichtigein
grijpende gebeurtenissen zoeken. Wat bet Hollandsch
hart het meest verkwikte viel voor op grooten afstand
van de grenzen van ons kleine land, maar wij deelden
er in alsof het ons zeiven betrof, want het gold onze
stamverwanten de mannen van Dietschen bloede in
de Transvaal. In den aanvang van het jaar mochteu
wij ons verheugen in de kloeke houding en het moedig
verzet van de nakomelingen dei Hollandsche kolonisten
in Zuid-Afrika en wij herinnerden ons de oude spreuk
onzer vaderen tijdens dieandeic, altijd gedenkwaardige
verheffing des volks van voor drie eeuwen haec liber-
tatis ergo dat 's voor de vrijheid. En methoegun-
stigen uitslag werd dat verzet in den loop des jaars
bekroond! Eerbied, achting en ontzag dwong het af
bij het volk waarmede deze Boeren in botsing waren
gekomen en dat rouw moest dragen over den dood van
zoo velen zijner strijdbare zonen en daaronder van den
verdienstelijken en geachten generaal, dien hunne wel
gerichte kogels deden sneuvelen. Gelukkig was het
een volk dat zulk een houding en zulk een verzet vol
komen kon begrijpen en waardeeren en was de lei
ding der zaken daar toevertrouwd aan een Kegeering
die zelve diep van deze vrijheidslievende beginselen is
doordrongenen deze uiting van den volksgeest tot
haar recht wist te doen komen. Zeker, nog is alles
niet bereikt wat door de Boeren gewenscht wordt. De
nieuwe toestand kan zich gunstig of ongunstig ontwik
kelen. Veel, alles durven wij zeggen, zal daarbij
afhangen van hun eigen beleid en cordaatheid Voor
alsnog was een betere schikking nauwelijks denkbaar.
Dat schijnt de groote vergadering van Transvalers ook
begrepen te hebben waaromtrent juist nog vóór het
eim e des jaars het bericht tot ons komt dat zij met
het vredesverdrag genoegen neemt.
Binnen onze grenzen zeiden wij zal men te ver
geefs zoeken naar belangrijke, diep ingrijpende gebeur
tenissen. Of zullen wellicht sommige maatregelen op
het gebied van wetgeving en bestuur tot stand gekomen,
later blijken van krachtiger en heilzamer gevolgen te
zijn geweest dan thans kan worden voorzien en door
velen wordt vermoed? Het aantal belangrijke wetten
waarop wij kunnen wijzen is uiterst klein. Wel staat
vooraan het nieuwe strafwetboek, dat eindelijk het oude
Eranscbe van 1810 zal vervangen maar daartoe was
reeds vóór den aanvang van dit jaar het grootste en
moeilijkste werk verricht. Alleen moest nog de Eerste
Kamer antwoorden op de vraag, of zij er de voorkeur
aan gaf boven het bestaande, en omtrent dat antwoord
koesterde niemand eenigen twijfel. De strijd was reeds
gestredeu de Eerste Kamer had slechts aan de ver
kregen uitkomst haar zegel te hechten. De regeling
van het auteursrecht was een sinds lang gewenschte
maatregel, en het uitbreiden van de dienst onzer poste
rijen tot het vervoer vau pakketten kan voor vele
streken in ons land nut en geriefelijkheid aanbrengen.
De verbinding van Amsterdam met den Rijn waarvan
zoovelen nieuwen bloei voor den handel met Duitsch-
land verwachtenkwam tot standmaar onder zeer
ongunstige omstandighedenop eene wijze die bij de
eerste belanghebbenden groote teleurstelling ten gevolge
had; op een wijze waardoor het groote doel naar hunne
meening niet of althans slechts gebrekkig zou worden
bereikt. En hoe men nu ook over de gegrondheid dezer
bezwaren moge denkenhet feit alleen dat zij die
van het nieuwe kanaal gebruik moeten maken er zoo
weinig mee ingenomen zijn is op zich zelf reeds een
niet gering nadeel; Zullen de miliioenen die aan dezen
nieuwen waterweg besteed zullen worden inderdaad
onzen handel een nieuwe vlucht doen nemen en onze
nationale welvaart verhoogen, dan moet er lust en op
gewektheid bestaan om een nieuw veld voor den han
del te ontginnen dan moet de ondernemingsgeest op
vlammen, en met moed en kracht aan liet werk worden
getogen. Is dit te verwachten waar teleurstelling en
ontevredenheid beerscben? De nieuwe weg is op zich
zelf nog niets alles hangt af van den lustden ijver
en het beleid waarmee hij gebruikt wordt. Nu de be
slissing is gevallen en het kanaal zal worden gegraven,
moet daarom ieder die het wel meent met zijn land,
instemmen met den wensch, dat de Amsterdamsche
handel bij nadere beschouwing deze verbinding met den
Rijn beter zal vinden dan zij aanvankelijk scheen dat
Maar wat ging haar Frank aan, dien zij heden voor
de eerste maal in haar leven zag, die als beambte van
het signaalcorps de natuurlijke vijand van haren vader,
hare verwanten en vrienden was? Maar waarom was
hij dan hun vijand Deze vragen waarmede zij zich
anders nooit het hoofd gebroken haddrongen zich
nu aan haren geest op.
Was het beroep, dat do visschers van Nagshead
uitoefenden onwettig Indien nietwaarom werd
het dan altijd in de duisternis van den nacht uitge
oefend En toch hoe kon het onrechtvaardig zijn
wanneer de strandbewoners buiten de vischvangstdie
weinig opbrachtnog geld verdienden door het lossen
van vrachten Zij verwonderde zichdat zij zich
deze vragen niet reeds veel vroeger had voorgelegd
nn verontrustten zij haar onophoudelijk, zonder dat zij
in staat geweest was, het raadsel op te lossen. Zou zij
het I rank niet vragen, wanneer hij morgen terug kwam
Zij vertrouwde dat hij haar de waarheid zou zeggen
zijn gelaat was zoo oprechtzoo mannelijk en toch zoo
vriendelijk, zij wist niet, waarom haar hart altijd klopte,
wanneer zij zich zijn gelaat voorstelde zijn oogen, die
zoo diep in de hare gezien hadden in die weinige
oogenblikkenvoor de strijd met Bill begon.
Dit vertrouwen in een wild vreemde was onwille
keurig echt vrouwelijk het had geen rechtvaardiging
noodig voor het verstand. Genoeg, het was eren
zonder tegenkanting gaf Maggy zich aan dit nieuwe,
zoo machtige gevoel over. En had hare arme groot
moeder met haar zwak verstand zich niet eveneens
dadelijk aangetrokken gevoeld door den jongen man
zoo zelfsdat zij hem voor haren verdronken zoon
aanzag? Hij kon stellig geen slecht mensch zijn. Vee.1
eerder kon zij er toe besluiten te gelooven dat het
onrecht op de zijde van hen was die met haren vader
omgingen en wier eerlijkheid zij tot nu toe nooit be
twijfeld had. Van eenige was zij altijd afkeerig ge
weest vooral van Twysten met zijn vossengezicht
van Mulligan Pike en natuurlijk ook van Bill.
Zoo dacht zij een geluk dat haar vader zich te
veel met Bill bezig hieldwant als hij baar op dit
oogenblik iets gevraagd hadhad zij zeker niets weten
te antwoorden.
Bill steunde luide en mompelde een vloek tusschen
de tanden.
„Te duivelmoeder Gritty riep hij „houd toch
eindelijk op met je ravengekras, mijn schedel berst er van."
„Wanneer men zulk een teeder hoofdje heeft als jij,
mijn jongenzekermerkte Raffles honend op
terwijl Gritty onbekommerd haar dof gezang voortzette.
„Ik geloof, dat het niet altijd zoo geweest is. „Heb
je je schedel in een volmolen ter bewerking gegeven
be Wou je hem een beetje fijner laten kloppen
omdat hij langzamerhand zoo dik geworden isdat er
geen hersens meer in overgebleven zijn."
„Zwijg riep Bill woedend. „Je zult me nog razend
maken met je ellendige grappen. Houd op John, ik
raad het je mijn verstand is nog helder genoeg om
dingen te vertellen die velen gaarne gezwegen willen
hebben."
„Zoo Wien wilt gij het dan vertellen he Mis
schien je vriend, den luitenant?" vroeg Raffles, bleek
wordende.
„Wie weetDiens vriendschap is misschien nog
beter dan die van jouwaarvan ik vandaag proeven
gezien heb. Ik wilde je slechts waarschuwen mij niet
tot het uiterste te brengen." Hij doopte de doek in
het water en sloeg die om zijn hoofd.
„Zoozoo zeide Raffles. Een lange pauze volgde,
waarin men niets hoorde dan het eentoonige murmelen
van Gritty en het klapperen van hare breinaalden tot
Maggy zeide, dat het avondeten klaar was, waarop allen
zwijgend aan tafel gingen.
Toen de eenvoudige maaltijd geëindigd wasstak
Raffles zijn pijp aan schonk zich een glas rum in en
zette zich dan weder op zijn stoel in de nabijheid van
het venster.
„Twysten komt nog altijd nietbegon hij „en hij
had het mij toch voor heden zoo stellig beloofd. Ook
Pike en Smith zijn er nog niet."
„D:e zullen we! komen bromde Bill. „Het is nog
overvloed van tijd."
Werkelijk kwamen kort daarop laatstgenoemden bin
nen. Hun eerste vraag was of de handelaar nog niet
gekomen was, ea toen Ralfles ontkennend antwoordde,
namen zij aan de tafel plaats rookten en dronken en
lieten zich daarbij door Bill uitvoerig de geschiedenis
van zijnen nederlaag vertellen, die met niet veel ophef
en een merkwaardige phantasie ten ongunste van zijnen
tegenstander het verhaal van zijn lotgevallen deed.
„Hij heeft mij heimelijk overvallen besloot Bill
zijne mededeeüng. „Maar ik zal het onthoudenbij
Godik zal het onthouden. Ontmoet ik hem nog
eens dan sla ik hem alle beenderen in het lijf stuk."
Voordat een der visschers zijne meening over deze
grootspraak kon zeggen was Maggy Bill genaderd.
„Dat zult gij niet doen Bill zeide zij verachtelijk.
„En waarom niet?" voer hij uit, „he? waaromniet?"
„Omdat gij niet durft."
„Daar hebt gij het al lachte Pike. „Je krediet is
wegBill. Houd liever de mond en zie toedat je
je averij eerst weer herstelt."
Bill knarste van woede op de tanden. Het bewust
zijn door zijnen nederlaag zelfs in Maggy's oogen ver
nederd te zijnvan haar het verwijt van lafheid te
moeten hoorendeed zijn toorn tot den hoogsten top
klimmen en vermeerderde zijn dorst naar wraak.
„Wacht maar, dat zal wel terechtkomen," antwoordde