ü*rn*hten. fttabtf-ficricfttett. JflacKt- ca ficuVöbevtchten. ingswerktmgen buitengewoon gunstigmaar men moet er voor zorgen dat de ontwikkeling ven het gas geene overtollige wordein welk geval de prikkeling der luchtwegen te hevig en ten gevolge daarvan nadeelig wordt. Door dit middel wil Silvestri binnen weinige weken de longziekte gedelgd hebben in stallen, waarin zij reeds viervijfja zelfs zes maanden heersehte. Landb. Ct. De steentjes, die de hoenders oppikken zijn hunne tanden; zij helpen in den krop het voedsel fijn maken. Zonder zulke steentjes is de vertering gestoord ja het dier kan er zelfs door sterven. Er moet derhalve altijd voor gezorgd worden, dat de vogels, die wij kweeken, de sijs in den vogelkooi tot aan den struisvogel in zijne loopplaats nooit gebrek hebben aan kiezelsteentjes en grof zand die bij hen oplossend werken en een on misbaar noodig verleringsmiddel zijn. Om die reden is het geraden om in onze naar het zuiden gelegen vogelperken een hoopje grof zand te doen. In tweeërlei opzicht zullen de vogels er door aan hunne behoeften kunnen voldoen 1°. om zich te voorzien van steentjes in de maagen 2°. hunne vederen te reinigen wat het hoen doet door er zich in rond te wentelenof wil men door er zich in te baden. Landb. Ct. Dezer dagen hebben de Mormonen die propaganda in Engeland pogen te maken eene bijeenkomst te Londen gehouden. Daar werd o. a. medegedeeld, dat van Augustus tot December van dit jaar 1500 personen in Engeland tot het Mormonendom waren toegetreden, waarvan velen eerstdaags naar Utah zullen vertrekken. Het meerendeel van hen behoort tot de fabrieks- en boerenarbeiders van de graafschappen Lancaster en Lincoln en van Manchester en Birmingham. De afgeloopen maand December heeft zich ook in America door buitengewone zachtheid gekenmerkt. Vorst of sneeuw is er bijna niet geweest, maar des te meer regen. Voor bet eerst zijn de Mississippi en de Missouri geheel vrij van ijs en voor de scheepvaart open gebleven. Hetzelfde is met het Pepin-meer en de St. Lawrence het geval geweest. De engelsche regeering heeft eene belooning van 100 p. st. uitgeloofd voor hem die inlichtingen kan geven leidende tot ontdekking van de personen, die het lijk van lord Crawford uit het familiegraf hebbeu gestolen. Elk medeplichtige, zoo hij maar Liet de dader zelf is, zal, als hij zulke inlichtingen geeft, kwijtschelding van straf ontvaugen. De familie van lord Crawford heeft 500 p. st uitgeloofd. Te Manchester is in een huis, dat eenige dagen gesloten was gebleven het lijk gevonden van een negentienjarig meisje dat klaarblijkelijk geworgd was na met choral bedwelmd te zijn. De mao, met wien zij woonde een commis-voyageur werd in een aangren zend vertrek insgelijks dood gevonden. De politie doet onderzoek. Dezer dagen is voor de rechtbank te Londen het onderzoek geëindigd van de zaak van zekeren Emma Cummins, eene buffetjuffrouw, welke door zekeren luite nant Ponsonby verleid was, die haar bewogen had hare betrekking te laten varen en haar spoedig daarop aan haar lot had overgelaten. Het meisje tot wanhoop gebracht, nam vergif in. De jury en de coroner lieten zich in de sterkste bewoordingen van afkeuring over het gedrag van den luitenant uithoewel hij wettelijk niet verantwoordelijk voor den zelfmoord kon worden gesteld. Die afkeuring werd door het publiek luide toegejuicht en luitenant Ponsonby ontkwam toen hij vertrekken wilde niet dan met groote moeite aan de verontwaardigde menigte. Te Meerssen is dezer dagen een diefstal onder de volgende minder alledaagsche omstandigheden gepleegd. Omstreeks het middaguur hield een karretje voor het huis van den heer B. stilde voerman trad binnen nam uit een kamer een grooten pot met gesmolten vet weg zette dien op zijn voertuig en reed verder. De buren die dit wel zagen dachten niet aan diefstal en lieten „den koopman'' ongehinderd vertrekken. Hij werd echter door de justitie later opgespoord en aan gehouden. Sedert de invoering der drankwet hebben te Arnhem niet minder dan gehad. 300 overtredingen dezer wet plaats In een indisch blad vindt men het volgende Vele menschen zijn, door het niet-vergaan der wereld op 21 November 1.1., gedupeerd. Ziehier eenige staaltjes. Iemanddie een ander voor een goede vijf honderd gulden aan huishuur bedot had niet uit onmacht maar uit onwilkwam den vorigen dag zijne schuld betalen omdat de wereld toch verging. Groote tranen van spijt rolden den volgenden ochtend uit zijne oogen toen bij zag dat de wereld nog op hare plaats stond en hij tegen wil en dank eens gedwongen was om eerlijk te zijn. Een tweede denkende „morgen is het toch gedaan", wilde den laatsten dag nog eens aangenaam doorbrengen en lekker smullen in het denkbeeld van toch niet te behoeven te betalen. Hij schreef een bon voor sar- dijntjes gebakken paling hutspotkaas jenever, bit ter roode wijn rijnwijn en champagne en kreeg dat ook van den tokohouderwienuaar de wereld toch verging het niet meer schelen kon. De man maakte -dien dag goede sier. Des avonds laat was bijna alles opgegeten en opgedronken, behalve een ris Timoreesche uiendie van de plaats zelve waren medegebracht. Tengevolge van het verorberde sliep hij zeer iwaar zeer gerust en zeer lang. Bij het ontwaken den vol genden ochtend waren de man en de tokohouder beiden teleurgesteld de eerste omdat hij zulk een hooge reke ning had gemaakt en op het oogenblik van niets dan Timoreesche uien voorzien was, en de tokohouder, omdat hij krediet had gegeven voor eene som, waarvoor half Timor noodig zou wezen-, om het bedrag in uien te betalen. Het meest van allen is te Solo gedupeerd de kei zerlijke architect. Er op rekenende dat de aarde toch zou vergaan is er aan de bruggen en wegen zoo goed als niets gedaan. De geldenvoor dat onderhoud toe gestaan werden echter en zeer wijselijk toch door hem ontvangen daar hij zeer verstandig redeneerde dat na het vergaan der wereld er toch geen geld in de keizerlijke kas noodig was om bruggen of wegen in een behoorlijken staat te houden en die gelden dus beter onder zijne berusting waren dan altijd met het oog op het aanstaand vergaan in de keizerlijke kas. Wij laten de eerlijkheid van den architect er geheel buiten maar ik kan mij voorstellen hoe verbaasd en ontevreden hij den morgenvoor het vergaan aange wezen ontwakend zag dat de wereld nog bestond en steeds op hare plaats dreef, wijl "er nu geen voor wendsel meer kan bestaan om de bruggen en wegen in dit keizerrijk ofschoon er gelden genoeg voor te goed gedaan worden in een verwaarloosden staat te laten. Men leest in het Handelsblad Wie de NaUob van Daudet heeft gelezen, zal moeten toegeven dat de traditioneele klacht over het dienend personeel, zonder welke het gesprek van de Hollandsche huismoeders nu eenmaal onvolledig schijnt te zijn, in het niet zou zinkenwanneer de fransehe dames hare grieven onder woorden gingen brengen. En wie de Spectator van Justus van Effen wel eens heeft doorge bladerd zal eveneens hebben opgemerktdat men in de vorige eeuw al even hard als tegenwoordig met de dienstboden sukkelde, en men toen ook reeds de slechte gewoonte had van bij elke gelegenheid zuchtend uit te roepen, dat die goede oude tijden, toen dit en dat nog was helaas voorbij zijn. Het ligt voor de hand, nu bet maatschappelijk kapi taal zich meer en meer gaat verdeelen, nu er vele oude geslachten verdwenen zijn nu de maatschappij door valsche graven, onechte prinsen en parvenu's overstroomd wordt, een arme prins als een winkelier en een rijke kruidenier als een prins leeft, dat ook onder het die nend personeel een groote verandering te bespeuren zal zijn. Die oude tijden toen de bedienden hun geheele leven in denzelfden dienst bleven toen er als 't ware een stilzwijgend contract was gesloten tusschen heer en dienaarom elkaar steeds te helpen zijn voorbij. Die toestanden zijn met die oude geslachten verdwenen. Sinds de zucht tot verandering ook bij de bedienden ingang gevonden heeft en zij zich in de derde klasse even snel verplaatsen als hun meesters in de eerste, is het uit met de rust van vele gezinnen. En niet alleen de zucht naar verandering of het najagen van betere diensten is het geweestdie zulk een invloed heeft gehad 't zijn voocnl. de toenemende beschaving onder de lagere standen en het besef hunner rechten dat zij na de revolutie langzamerhand hebben verkregendie hen tot zulk een graad van onafhan kelijkheid hebben doen stijgen dat zij zich gerechtigd voelen tot het stellen van overdreven eiseben. In Frankrijk Engeland en America ia dat vooral in den laatsten tijd op schrikbarende wijze toegenomen. Zoo stelde om een paar voorbeelden te noemen onlangs een knecht, die zich bij iemand te Parijs kwam verhuren als voorwaardedat hij de dagen der wed rennen vrjj wilde zijn en ook gelegenheid moest hebben om elk jaar de Derby in Engeland op zijn gemak te kunnen bezoeken. Een kok wilde acht duizend francs verdienen en bij een dame verlieten zes meiden den dienst, omdat zij bij het verhuizen geen eigen zitkamer kregen om hare kennissen behoorlijk te ontvangen. De kamerdienaren kunnen over dag hun partijtje bil jart 's avonds hun dansje niet missen en sommigen gaan zelfs verder en oefenen zich, met het oog op een dueleiken morgen een uurtje met pistool of degen Daarbij moeten zij politieke vergaderingen bijwonen waar zij een woordje over het „groote ministerie" mee spreken en staat de meester bij zulke gelegenheden natuurlijk bij de belangen van het dierbaar vaderland ten achter. Yerder bezoeken zij viermaal in het jaar hun „commissionair" meestal een groote schurk die hen voorlicht bij hunne speculationwant sinds een keukenmeid te Lyon in de Union générale honderd duizend francs heeft gewonnen is de mode van specu- leeren onder de bedienden verbazend toegenomen. Wie er tegenwoordig dan ook nog een groote huis houding op na houdt, laat zijn dienstboden uit Zwitser land, België, Luxemburg en zelfs uit Nederland komen. De wetten van vraag en aanbod maken die voorkeur hoogst natuurlijk hoewel dikwijls minder aangenaam en daar zij zeer gezocht z.jn hebben ook zij hunne eischen veel hooger gesteld. Uit hun oogpunt beschouwd, hebben zij gelijk dat zijnu het nog tijd ishun slag slaan want heel lang zal deze toestand wel niet duren. Het is n 1. een tijdperk van overgang. Verbindtenissen voor een bepaalden tijd tegen een vast loon maken langza merhand plaats voor betaling bij stukwerk, voor wat men bij ons „uit werken gaan" zou noemen, en dat wij ook reeds kennen bij onze tafel knechts, noodhulpen en schoon maaksters. De bedienden zullen dus niet meer een bepaalden meester maar het publiek dienen. Dezs verandering heeft zich in de laatste twintig jaren in Frankrijk enorm uitgebreid. Bij koks koetsiers werklieden huishoud sters schoonmaaksters heeft zij re^ds verbazend veel ingang gevonden en het aantal breidt zich dagelijks meer en meer uit. Een achteruitgang zal het zeker niet zijnwant niet alleen dat de bedienden nu in staat zullen zijn, zonder opoffering van hun betrekking, in het huwelijk te treden en over hun doen en laten zelf vrij te beschikkenmaar de verandering zal ook een gezonder concurrentie ten gevolge hebben. Ook in Nederland hoewel de quaestie hier nog niet zoover gevorderd is zullen wij ons toch op een der gelijke verandering moeten voorbereiden. Eiken dag dus zooveel betalen voor het open doen der deurzooveel voor schoenpoetsenzooveel voor bedden opmaken en zooveel voor het klaarmaken van het eten. Maar dan ook zooveel kunnen afhouden als hec aangebrand of niet lekker is. Dat is ten minste een troost. Bijgeloof. Feeds sedert twee jaren trekt in Fusland de veepest van dorp tot dorp van vlek tot vlek, zon der het rijk te verlaten dikwijls valt hij plotseling weder in buurten, die sedert maanden reeds geloofden, van de ziekte bevrijd te zijn Tegenwoordig echter hebben de boeren een probaat middel tegen dien ver woester ontdektAl het rundvee wordt op eene zijde (men weet echter nog niet recht, aan wat zijde het helpt) met een groot kruis met teer geteekend. Sterft dan niettegenstaande toch het veezoo is het middel te laat aangewend of ligt er tot grond hier of daar een andere onbekende oorzaak. Te Boston heeft men een nieuwe tak van nijverheid ontdektwaaraan de uitvinder geen openbaarheid had gegeven. Uit parafine-was vervaardigde bij zeer fraaie honiggraten druivensuikerstroop vermengd met eene kleine hoeveelheid echte honig, die strekken moest om den geur aan het fabrikaat te geven vormde de honig. Wanneer de cellen met dit mengsel waren gevuld, ging de honingfabrikant met een gloeiend ijzer er over heen en dan kleefde het mengsel aan de rateD. Van deze honig is veel naar Europa uitgevoerdnaar men verneemt. Te Leerdam, waar in 1881 37 patenten voor liet verkoopen van sterken drank zijr. uitgegeven, zijn slechts 25 aanvragen om vergnuning bij het Gemeentebestuur ingekomen het getal is er dus met 1/3 verminderd zeker een groote vooruitgang. Onder de aanvragers behooren ook volgens de N. Gor. Ct, de beide wethou ders. Men vermoedtdat Ged. Staten geen verlof zullen geven dat die beide heeren tegelijk met hun wethouderschaphet bedrijf van drankverkoopers uit oefenen. Dublin 3 Jan. Vele dames leden der Landhga zijn gearresteerd. De Standard houdt vol dat het fransehe handelsverdrag mislukt is. In 1881 zijn alhier geboren 282 jongens en 231 meisjes, te zamen 513 kinderen, waarvan 6 jongens en 0 meisjes buiten huwelijk 1 jongen en 1 meisje werden elders geboren uit alhier woonachtige ouders terwijl 3 jongens en 1 meisje alhier werden geboren uit ouders elders wonende. Als levenloos aangegeven werden ingeschreven 13 jongens en 15 meisjes, waarvan 1 meisje buiten huwelijk geboren. 5 Tweelingen werden geboren. Overleden zijn 104 ongehuwde mannen en 85 onge huwde vrouwen 57 gehuwde mannen en 50 gehuwde vrouwen 19 weduwnaars en 27 weduwen en 1 man gescheiden van echt, te zamen 181 mannen en 162 vrouwen. 4 Mannen en 2 vrouwen alhier woonachtig, zijn elders overleden terwijl 4 mannen en 3 vrouwen die elders woonplaats hadden, alhier zijn overleden. Het getal huwelijken bedroeg 109 te weten 83 tusschen jonkmans en jongedochters2 tusschen jonk mans en weduwen, 15 tusschen weduwnaars en jonge dochters en 9 tusschen weduwnaars en weduwen. Echtscheiding werd niet ingeschreven. De bevolkingdie op 31 Dec. 1880 6606 mannen en 7004 vrouwen bedroeg, vermeerderde door geboorte en vestiging in de gemeente, met 873 mannen en 824 vrouwenterwijl zij verminderde door overlijden en vertrek uit de gemeentemet 787 mannen en 645 vrouwen zoodat zij op 31 Dee. 1881 bestond uit 6692 mannen en 7i83 vrouwen, te zamen 13875 personen. Er werden geboren 1 op 27 er stierven 1 op 40. De geboorte bedroeg 3.7 de sterfte 2.47 percent van de bevolkinghet sterftecijfer bleef 156 beneden het gemiddelde (l per dag op 10000). Zondag den 1 dezer gaf de Tooneel-Vereeniging Talma eene uitvoering in het lokaal de Harmonie welke goed is geslaagd. Opgevoerd werden Twee vreemde lingen in de stad en Jocrisse, de Vondeling, welke beide stukken de lachspieren van het aanwezige publiek in hooge mate opwekien. Door een genoegelijk bal dat tot de vroegen morgen aanhield, werd deze aange name avond besloten. De heer J. 0. Feesepredikant te Leersum heeft voor het beroep der berv. gemeente alhier bedankt. Wij vestigen de aandacht onzer lezers op de voorstelling van het tooneelgezelschaponder directie van de hh. van Olleffen Moor en Veltman op Don derdag 5 Januariin de zaal Harmonie. „Gijsbrecht van Aemstel", een historisch stuk dat gedurende een reeks van jaren ieder jaar opnieuw te Amsterdam met het meeste succes werd opgevoerd zal ongetwijfeld een bezoek overwaardig zijn. BURGERLIJKE STAND. GEBOREN. 1 Jan. '82. Tlieodorus Hendrikus Z. van Jacobus Schut en Guurtje van Dijk. Gosewinus, Z. van Jan Sta- venniter en Catharina de Goede. 1 CornelisZ. van Wilhelmus de Vos en Elisabeth Gerardina de Bruijn. OVERLEDEN. 31 Dec.'81. Aagje van Duijnechtgen. van Hendricus Koster, eerder wed®, van Dirk Dekker, 58 jaren. Alkmaar 2 Jan. Aangevoerd 8 Koeien en Ossen f 180 f 260, 82 vette Kalveren f 35 a 106, 5 nuchtere 10 a 19 490 Schapen f 20 a 37,50, 7 Rammen 35 a 48, 93 vette Varkens f 0,50 a 0,60 per P. Amsterdam 2 Jan. 653 Runderen, vette f 0,60 a 0,80 per P., Melk- en Kalfkoeien f 140 a 280, 32 nucht. Kalveren 8 a 14, 38 Schapen, vette Varkens 49 a 56 ct. per P. AardappelenZeeuwsche sp. jammen f 2,50 a 3,50, dito flakkeescbe f 1,70 a 2,25, dito pootersZ 1,20 a 1,50, fr. jammen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1882 | | pagina 3