No. 14
Vier en tachtigste Jaargang.
1882
FEUILLETON.
39) Het rif van Kitty Hawk.
WOENSDAG
1 FEBRUARI.
Prijs der gewone Advertentiën
©fficicel ©cbeclte.
Nationale Militie.
fititfettlanb
Tweede Afdeeling.
AIKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
Van 15 regels f 0,75; iedere regel meer f 0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON
De onderstaande personen worden verzocht zich ter gemeente
secretarie aan te melden.
Ouwel, Z. van Maarten Prins, geb. 8 Juli 1863.
Jacobus Petrus, Z. van Hendrik van Dehn, 22 Nov.
Pieter, Z. van Gerrit Loef, geb. te Zutphen, 15 April 1863.
BELGIE. Voor de eindstemming over het handels
verdrag met Frankrijk, waarbij 26 leden zich van stem
ming onthielden, bracht de minister van buitenlandsche
zaken nog in het midden dat het aangenomen amen
dement van den heer Malouom het tegenwoordige
stelsel van benadering te handhaven tot dat de zaak
bij eene nieuwe wet geregeld was', door hem bepaald
verwerpelijk werd geachtdaar het zelfs aan Frankrijk
een voorwendsel kon verschaffen om het geheele ver
drag af te wijzen. Na deze toelichting trok de heer
Malou zijn amendement in, evenals de heer Féron het
zijne, dat door den minister overbodig was geacht.
Het met Frankrijk gesloten scheepvaartverdrag en
de overeenkomst betreffende den letterkundigen eigen
dom werden mede goedgekeurd.
DUITSCHLAND. De Rijksdag zette den 25 de
algemeene beraadslaging over de staatsbegrooting voort,
zonder dat veel belangrijks voorviel. Alleen merkte
minister von Puttkamer o. a. opdat het eene
dwaasheid was te veronderstellen dat de regeering
door de verkiezingen geheel ter neer geslagen zou zijn.
In het Hamburger vraagstuk had de staatkunde van
prins Bismarck gezegevierd. Het koninklijk schrijven
van 4 Januari was hoofdzakelijk geschikt, om elk nieuw
geschil te voorkomen. In de europeesche verwikkelingen,
die dreigden zou het monarchale Keizer- en Koning
schap de bakermat van recht en vrijheid blijken te zijn.
Met deze laatste woorden had volgens de Norddeutsche
Zeitung de minister geene andere bedoeling dan om de
aandacht te vestigen op de gevaren die de rust eu
veiligheid vau Europa bedreigen ten gevolge van de
revolutionaire beweging in alle landen.
Minister von Bötticher verklaarde den 27 in den
rijksdag naar aanleiding van den herhaaldelijk aan de
regeering kenbaar gemaakten wensch, om tot eene we
reldtentoonstelling te Berlijn in 1885 mede te werken,
dat de regeering het gekozen tijdstip te vroeg en de
van het plan te wachten voordeelen niet geëvenredigd
achtte tot de vereischte kosten. Thans worden pogingen
aangewend om een overleg tusschen de verschillende
Staten te verkrijgen tot het vaststellen van tijdperken,
waarin bij beurten dergelijke tentoonstellingen in de
verschillende landen gehouden zouden kunnen worden.
ENGELAND. Ieeland. Op het verzoek van den
gemeenteraad van Dublinom Parnell c. s. uit de ge
vangenis te ontslaan is door den onder-Koning afwij
zend beschikt.
De regeering kwam volgens sommigen eene uitgebreide
gevaarlijke samenzweering op, het spoor in de graaf
schappen Clare Limerick en Cork. In verband daar
mede bleef zelfs minister Forster, die den ministerraad
te Londen den 26 had moeten bijwonente Dublin
seinende, dat belangrijke zaken hem terug hielden.
Daily News spreekt het ontdekken dier samenzweering
echter uitdrukkelijk tegen.
FRANKRIJK. Het uitvoerig zittingverslag van de
behandeling van het voorstel tot grondwetsherziening
levert, na het reeds medegedeelde, weinig nieuws op.
Alleen blijkt nog uit het door Gambetta gesprokene
dal hij bij zijn optreden dadelijk aan den President
verklaard haddat hij de invoering van groote kies
districten zou voorstellen. Gedurende het uitspreken
zijner rede was het reeds duidelijk gewordendat de
meerderheid zich tegen hem zou verklaren. De ver
slaggever der commissie van 33 de heer Andrieux
die na Gambetta het woord voerde werd daarentegen
herhaaldelijk levendig toegejuicht bij de bestrijding van
het denkbeeld om groote kiesdictricten in te voeren.
Dat de slotsom van het voorgedragen besluit der com
missie het eerst in stemming werd gebrachtgeschiedde
op uitdrukkelijk verzoek van Gambetta omdat volgens
hem de Kamer door de vérwerping van het amende
ment van den heer Barodet verklaard had geen alge
meene grondwetsherziening te willen. De meerderheid,
die zich tegen het ministerie verklaardebestond uit
70 leden der rechterzijde en 198 radicalen en eenige
afgevaardigden uit het linker-centrum en de voormalige
gematigde linkerzijde. 31 Leden onthielden zich 17
konden aan de stemming geen deel nemen en 23 vaca
turen bestonden. 217 Republikeinen stemden voor.
Behalve door een talrijk publiek, werd de zitting ook
bijgewoond door de gezanten van DuitschlandSpanje
en Noord America.
Het nieuwe ministerie zal bestaan uitde Freycinet,
president en min. van buitenlandsche zakenFerry
onderwijs; Goblet, binnenlandsche zaken; Humbert,
justitie Lóón Say (voorzitter des Senaats) financiën
Vanoy, openbare werken Tirard, landbouw Cochery,
posterijen generaal Billotoorlog admiraal Jaure-
guiberry marine.
ITALIË. De minister van buitenlandsche zaken
antwoordde den 25 in de Kamer op de interpellatie
van den heer Berio over de door de regeering van
Monaco beschermde speelbank te Monte Carlodie
hij door de tusschenkomst der mogendheden opgehe
ven wilde zien, dat Italië bereid is, zich bij de andere
mogendheden aan te sluiten voor een diplomatieken
stap overeenkomstig het volkenrecht. Dat Frankrijk
over Monaco het beschermheerschap zou uitoefenen
stemde hij niet toe. Hij hoopte alleen, dat de vorst en
de bevolking van Monaco uit eigen beweging een einde
zouden maken aan den tegenwoordigen toestand aldaar.
Verder gaf hij te kennen, in antwoord op de interpel
latie van den heer Ricotti over het buitenlandsche re-
geeringsbeleid dat alle mogendheden vredelievend ge
stemd waren dat Italië met alle mogendheden op vriend-
schappelijken voet was en Italie's legerhervorming
eenvoudig als eene zaak van nationale veiligheid te
beschouwen was.
MONTENEGRO. De Vorst verliet zijn hoofdstad
Cettinjeomdat zijne onderdanen zich als vijanden van
Oostenrijk-Hongarije gedroegen en de opstandelingen in
Zuid-Dalmatie en de Herzegowina ondersteunen. Door
dat vertrek wilde hij tegenover Oostenrijk-Hongarije
blijk geven dat hij dat gedrag afkeurde.
OOSTENRIJK-HONGARIJE. Het oostenrijksche
Heerenhuis keurde den 24 het handelsverdrag met
Frankrijk goed.
De burgemeester van Weeneu heeft den 21 aan
eene commissie uit den gemeenteraad verklaard dat
hij in de eerstvolgende zitting zijn ontslag zou nemtn
na zich verdedigd te hebben tegen de beschuldigingen
van den stadhouder van Beneden-Oostenrijk. Ook de
prefect van politie te Weeoen, baron Marx, is afgetreden.
Het Hongaarsche Volkshuis nam den 25 de begroo
ting bij eerste lezing met 234 tegen 161 stemmen aan
en ging daarna tot de artikelsgewijze behandeling over.
De regeering heeft de verantwoordelijke personen van
de te Weenen en Pesth verschijnende bladen uitge-
noodigd onder de tegenwoordige omstandigheden geene
berichten openbaar te maken over troepenbewegingen enz.
In de oostenrijksche delegatie werd den 28 door
graaf Kalnoky het voorstel ingediend waarbij een
buitengewoon crediet van 8 miljoeD wordt aangevraagd
voor de noodige maatregelen tot onderdrukking van de
oproerige bewegingen in het zuiden der monarchie (Bos
nië en de Herzegowina). In de toelichting tot dat
voorstel wordt gezegddat bij de invoering van den
dienstplicht in de bezette gewesten vele hindernissen
voorzien waren. Met het oog op de tot dusver door
de bevolking aangenomen houding had men grond voor
de veronderstelling, dat buitengewone krachtsinspan
ning onnoodig zou zijn. Volgens de regeeringsberichten,
die tot het begin van December liepen, was ten hoogste
in de districten Nevesinje, Gacko en Bilek verzet tegen
de lichting te wachten. In de overige districten be
stond tenzij invloeden en beweging van buiten af' zich
mochten doen gevoelen, daarvoor geene vrees, mits alle
pogingen tot verzet in de kiem onderdrukt werden.
Ook in Zuid-Dalmatië scheen bij het einde van October
alles voorloopig grootendeels afgedaan te zijn, toen den
2 November in Crivoscie 2 rooverbenden uit de Herze
gowina een inval dedenwaarop allerlei rooverijen en
gewelddadigheden volgden. De regeering beval de noo
dige militaire maatregelen zij wilde de bezettingstroe
XII.
Eerst in den namiddag ontwaakte Frank.
Na een verfrisscbende slaap waren zijn moed en ver
trouwen op de overwinning teruggekeerd, die den jongen
officier steeds bezield had. In welke nieuwe moeielijk-
heden de veranderde toestanden hem ook brengen moch
ten, hij voelde zich sterk genoeg ze tegen te gaan. Het
lag niet in zijn natuur om zich lang te bedenken en
wat hem heden morgen onder den ontzenuwenden invloed
van eene ongesteldheidals een onontwarbaar kluwen
van zwarigheden had toegeschenenliet zich zoo
meende hij nu zeer gemakkelijk en eenvoudig tot een
goed einde brengen.
Doch over zichzelf moest hij verwonderd het hoofd
schudden als hij zich afvroegwat hem eigenlijk tot
Maggy gebracht had. Een bevredigend antwoord
daarop kon hij niet vinden. Deze liefde had hem aan
gegrepen met een onwederstaanbaar geweld plotse
ling onverwachten liet hem niet weder los. Hij
voelde zich echter zeer wel in zijn gevangenschap en
deed daarom ook volstrekt geen moeiteom dien
keten te verbreken. Ook was hij het reeds na eenig
nadenken moede geworden zich deze nuttelooze vragen
voor te leggen, wier beantwoording in het gunstigste
geval toch niets aan de feiten bon veranderen. Hier
mede echter wist hij om te gaan en zijn besluit was
daarom weldra genomen.
Hij bield het voor het besteop Maggy's verwijde
ring van het eiland aan te dringen. Tot dat doel
wilde hij, na vooraf de geliefde geraadpleegd te hebben,
bij haren vader om haar hand vragenen dat wel
morgen reeds. Mocht hij in zijne hoedanigheid als be
ambte bij den waard ook nog zoo gehaat zijn zoo was
het toch te verwachten dat Raffles verstandig genoeg
zijn zouin te zien welke voordeelen voor hem uit
deze verbindtenis zouden voortspruiten en hoe gunstig
dezeal was het dan ook maar alleen van geldelijke
zijde voor zijn dochter zijn zou.
„Bij zulke lieden als Raffles," dacht Frank „die
geene vaste principes hebben maar alleen op hun
eigen voordeel lettenis dat eigen voordeel het eenige
richtsnoer hunner handelingen een weigering van
de zijde des vaders was dus bijna niet te vreezen. Ik
zend dan Maggy zoo snel mogelijk naar mijnen vader,
die de toekomstige schoondochter met open armen zal
ontvangen. Daar kan zij dan blijventot ik terug
word geroepenmisschien duurt dat niet lang meer.
Is Maggy eerst maar weg, dan heb ik weder de handen
vrij en kan het recht zijn loop hebbenRaffles zal
wel slim genoeg zijn het gevaar te bemerken en zich
bij tijds uit de voeten maken. Het is toch altijd on
aangenaam een schoonvader in Sing-Sing te hebben.
Komt het echter zoo verdan is Maggy ten minste
ver van hier en ik heb haar het verdriet gespaard, met
eigen oogen de vernietiging van de haren te zien. Meer
kan en mag ik niet doen wil ik mij niet tot bondge
noot van het gespuis maken."
Nadat hij zoo den in te slagen weg voor zich zelf
had afgebakendwa* hij veel gerusterlieten de te
verwachten botsingen zich op deze wijze afwenden, dan
kon hij de verdere ontwikkeling der dingen tamelijk
bedaard aanzien. De smokkelaars en strandroovers aan
hun gerechte straf te onttrekken Bcheen hem een han
delwijs die hij voor zijn geweten niet verantwoorden
konalleen het gevoel van Maggy moest gespaard
worden. Zij hoorde niet tot die ruwe naturen, in wier
midden zij wel leefdedoch waarboven zij door den
Da staatsgevangenis te Nieuw-York.
natuurlijken adel van hare ziel zoo oneindig ver ver
heven was. Aan haar mochten de misdaden van hare
vaderen niet gewroken wordenaan haar niet. De
schuldigen echter moesten boeten voor hetgeen zij tegen
de wetten van den Staatvoor alles echter wat zij
tegen die der menschheid bedreven hadden zoo vor
derde het de gerechtigheid. Konden zij zich bij tijds
reddenzoo wilde hij ze daarin niet verhinderen, maar
hen aan den wrekenden arm van Nemesis te onttrekken,
daartegen verzette zich zijn gevoel van recht.
„Geve de hemel echter, dat de visschers niets meer
tegen het station ondernemen anders kan ik mij aan
deze handelwijze niet houden." Met deze wensch brak
Frank zijne overwegingen af.
De dag was reeds ver gevorderd toen hij zich naar
de dienstkamer begaf, waar bij alleen Turner vond
die aan het venster zat te lezen terwijl hij af en toe
angstig naar buiten zag om zich te overtuigenof
zijn raaf geen ongeluk kon overkomen. Mijers en
Berry hadden zich voor het buis op den grond neder-
gevleid en plaagden den armen Jacob die met korte
vleugelslagen krassend voor hen heen en weder hup
pelde, en zich alle moeite gaf om een stuk vleesch te
grijpen dat aan een draad gebonden was en telkens^,
wanneer de raaf het met den snavel wilde grijpen
door Berry met een ruk werd teruggetrokken. Het
toornige geschreeuw en de potsierlijke gebaren van den
vogel scheen de beide beambten ten hoogste te verma
ken want zij braken na iedere mislukte poging in
een hartelijk gelach uit.
Frank trad naar buiten en maakte door zijne verschij
ning een einde aan het spel want Berry vergat
een oogenblik op den raaf acht te gevenwaardoor
deze gelegenheid kreeg het stuk vleesch te grijpen en
onder een triumpheerend geschreeuw met den roof
weg te fladderen. Mijers was opgestaan en bood
Frank een plaats op den, op den grond uitgespreiden
wollen deken aan wat deze echter afsloegwaarna
hij zich aan den rand der rots nederzette.