No. 39. Vier en tachtigste Jaargang. 1882. VRIJDAG 31 MAART. FEUILLETON. 131 LIEFDE IN DEN OORLOC. Prijs der gewone Advertentiën ©IBciccl ©ebeelte. föuiteulAub. ALkMAABSGHfi COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Dondordag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele Rijk f 1,—. De 3 nummers f 0.06. Van 15 regels 0,75; iedere regel meer f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR brengen ter kennis van belanghebbenden dat de militieraad in dit district ten raadhuize der ge meente Alkmaar, op Dinsdag, den 11 Aprile.k., des voormid- dags ten 11 ure, zijne tweede zitting zal houden tot het beoordeelen der plaatsvervangers en nummerver- wisselaars, die door of namens de lotelingen dezer ge meente onder overlegging der vereischte stukken zullen worden aangeboden. Ingeval de plaatsvervanger of nummerverwisselaar goedge keurd isbehoort het bewijs zijner goedkeuring ten spoedigste ter secretarie dezer gemeente bezorgd te worden. Burgemeester ex Wethouders voorxoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 24 Maart 1882. De Secretaris, NUHOUT van der VEEN. Ter gemeente-secretarie is tegen betaling van 12 h, cent ver krijgbaar de verordening op het heften en invorderen van het vergunningsrecht voor den kleinhandel in sterken drank. DUITSCHLAND. Bij de 3e lezing der staatsbe- grooting in het pruisische Huis van afgevaardigden beweerde een afgevaardigdedat het tabaksmonopolie alleen moest dienen om de straatsburger tabaksfabriek, bij de inlijving van den Elzas van de fransche regie door de duitsche regeering overgenomenstaande te houden omdat zij bet thans tegen de vrije mededin ging onmogelijk kan volhoudenhoewel zij het recht heeft in geheel Duitschland te verkoopen. Hij had eenige monsters van sigaren uit die fabriek voor de leden mede genomen. Bij de beproeving in de koffie kamer vielen die sigaren niet mede. ENGELAND. De oud-burgemeester van Northamp ton heeft zich tot de rechtbank gewend om Bradlaugh te dwingen zijn plicht als afgevaardigde van dat district in het Lagerhuis te gaan vervullen. Deze maatregel geschiedt in het belang van Bradlaugh zeiven. Verder heeft een zijner vrienden hem voor de rechtbank ge daagd wegens het onwettig zitting nemen en stemmen in de vergadering van het Lagerhuis op 21 en 22 Eebr. 1.1., om langs dien weg te doen uitmaken of de toen door hem uitgesproken eed dien het Huis niet heeft willen erkennentoch niet geldig zou zijn voor de wet. Eindelijk is Bradlaugh aangesproken tot betaling der zeer aanzienlijke boeten alsmede der kosten waarin hij vervallen is wegens het onwettig zitting ne men waartoe hij niet in staat schijnt te zijn en niet tegenstaande hij bij het Hoogerhuis van dat vonnis in hooger beroep is gekomen. Wordt die eisch ingewil ligd dan heeft men het recht op zjjne eigendommen beslag te leggen en zoo deze onvoldoende zijn, om het door hem verschuldigde bedrag daarop te verhalen dan kan hij failliet en op grond daarvan van zijn zetel in het Lagerhuis vervallen verklaard worden. Bradlaugh betwijfelt of dit laatst bedoelde vonnis tegen hem ver kregen zal worden. Lagerhuis. Den 27 werd medegedeeld dat Spanje den wensch te kennen had gegeven, te Madrid in overleg te treden over de handelsbetrekkingen der beide landen. Verder dat de regeering toegestemd had in de invoering der postpakkettendienst. Zoodra zij in het binnenland was ingevoerd zou ook de verbinding met het buitenland plaats hebben. Bij voorbeeld tegen een vasten prijs zouden pakketten tot 3 ponden zwaarte uit elk deel van Engeland naar alle streken van Frank rijk verzonden kunnen worden. Met de spoorwegbe- sturen was daarover in overleg getreden en de uitvoe ring zou spoedig volgen. Den 28 antwoordde minister Gladstone op eene vraag van het iersche lid Sexton, dat hij het een dwaasheid zou vinden te voldoen aan het verzoek der iersche parlementsleden ParnellDillon en O'Kellij te Kil- manhaim gevangen zittende wegens opruiing, om voor eenige dagen uit de gevangenis te worden ontslagen ten einde deel te nemen aan de stemming over het ontwerp tot wijziging van het reglement van orde voor het Lagerhuis. Bij de daarop gevolgde vrij levendige beraadslaging keurde minister Eorster ten scherpste de houding van de aanhangers van Parnell af, die Ier land met schande overlaadden. De dwangwet mocht ten gevolge van de houding dier aanhangers niet ten volle aan de verwachtingen beantwoord hebben toch waren vele moordaanslagen en gewelddadigheden door die wet verhinderd. Zoo noodig moesten regeering en parlement nog strengere maatregelen nemen. Deze rede werd aanhoudend luid toegejuicht. De behandeling van het regeeringsvoorstel tot wijzi ging van het reglement van orde is den 27 wederom verdaagd. De aanneming blijft nog steeds zeer twijfel achtig. Ierland. In een herberg te Dublin werd een jong mensch vermoord vermoedelijk door handlangers eener geheime staatkundige vereeniging, In de woning van een der naar aanleiding daarvan in hechtenis genomen personen werden vele revolvers geweren en patronen gevonden. FRANKRIJK. Bisschop Freppel interpelleerde den 27 den minister van binnenlandsche zaken in de Kamer over de uitdrijving der monniken te Solesmes betoo- gende dat de regeering het recht daartoe mistezoo lang niet door de hoogste macht uitspraak was gedaan over de vroegere uitdrijvingen naar zijn inzien onwet tige handelingen. Nadat de minister geantwoord had, dat de regeering de wet toegepast had en zou toepassen; dat belanghebbenden zóó zeer van het goed recht der regeering overtuigd warendat zij zich wel wachten zouden, om bij den Raad van State in hooger beroep te komen en dat de genomen maatregelen alleen te wijten waren aan hen die volstrekt zich tegen de wet verzetten wilden werden de regeerings-maatregelen met 418 tegen 73 stemmen bij motie van orde goedgekeurd. Den 28 is bij de behandeling der credieten voor den tuneesischen veldtocht door den minister-president aan een lid der rechterzijde geantwoord dat de toestand in het regentschap Tunis goed was en het aantal in dienst zijnde manschappen weldra tot 30000 zou ver minderd worden. De troepen van de lichting 1876 waren reeds op de terugreis. Daarna werden de cre dieten afzonderlijk en vervolgens in haar geheel met 376 tegen 71 stemmen goedgekeurd. Het wetsontwerp tot aanleg van een verbindingskanaal tusschen de Schelde en de Maas werd bij eerste lezing goedgekeurd. De Senaat verzond het door de Kamer goedgekeurde handelsverdrag met Belgie naar de commissiebelast met het onderzoek van een dergelijk met Italië gesloten verdrag. GRIEKENLAND. Bij de behandeling van het wetsvoorstel om de nieuw verkregen provinciën met de overige deelen van het rijk gelijk te stellen is in de Kamer uitvoerig besproken de turksch-grieksche over eenkomst betreffende de grensregeling. Verscheidene leden verklaarden, dat het wenschelijker zou zijn geweest, die overeenkomst niet aan te nemen en de Kamer niet te ontbinden waartegen de onlangs afgetreden minister Coumoundouros aanvoerde dat Griekenland overtuigd van Engeland's voornemen om met de groote mogendheden eensgezind te blijven wel genood zaakt was geweest de overeenkomst te onderteekenen. De minister-president Tricoupis was van gevoelen dat Griekenland eer den oorlog had moeten aanvaarden dan de overeenkomst onderteekenen wanthadden de europeesche mogendheden bewerkt, dat Griekenland on herroepelijk tot den oorlog besloten was, dan zouden zij Turkije wel genoodzaakt hebben, zich aan het berlijnsehe verdrag te houden ter voorkoming van een europee- schen oorlog. De houding van het vorige ministerie moest daarom door de Kamer afgekeurd en namens de meerderheid van het grieksche volk tegen de onver wachte beslechting van dit vraagstuk opgekomen worden. Een groot aantal stukken betrekkelijk die zaak zijn aan de Kamer overgelegd waaruit schijnt te blijken dat het vorige ministerie niet anders had kunnen han delen. ITALIË. Garibaldi is in zoover herstelddat hij naar Palermo kon vertrekken ter bijwoning van den 600en verjaardag der Siciliaansche Vesper. OOSTENRIJK-HONGARIJE. De russische groot vorst Wiadimir kwam den 26 met zijne gemalin te Weenen aan. De Keizer wachtte hen aan het stations gebouw op en vergezelde ze naar het paleis. In den bizonder vriendelijken ontvang van dezen grootvorst wordt door sommige bladen een nieuwe waarborg voor eene vredelievende staatkunde gezien. Den 27 werd door het oostenrijksche Heerenhuis het voorstel tot verhooging der pet roleumbelasting goed- SLOT. VII. Een half jaar was voorbijgegaan. Sedert de laatste bezettingstroepen, die na het sluiten van den vrede» in Frankrijk waren achtergebleven, naar hun vaderland waren teruggekeerdtoen in Bar-le-Duc een van die stuitende tooneelen plaats greepdie den haat der Franschen tegen de overwinnaars sinds 1870 en 1871 zoo dikwijls heeft gekenmerkt. Een hoop volk omringde een jongen mandie ondanks zijne burgerkleeding als duitsch officier was herkend de razende menigte overlaadde den „spion" met scheldwoorden en reeds klonk het geroep vanAan de lantaarn met hem Gooit hem te water I" toen Charles Fabredie zich juist in de stad bevond, in den bedreigde Frits Olders herkende. Hij wierp zich onder de menigte en bevrijdde den gevangene. „Ik sta borg voor hemriep hij het volk toe, „dat is geen spion." Politieagentendie nog geaarzeld hadden tusschen beide te komen dreven nu de menigte uiteenhet gelukte CharlesOlders een huis binnen te krijgen waardoor men een evenwijdig loopende straat bereikte een rijtuig bracht hen vandaar spoedig buiten de stad. „God zij geloofd," zeide hij herademend, „ik kan nu de oogen weder vrij opheffenik heb eene schuld betaalddie mij zwaar op het hart drukte. Wat zal mijn vader wat zal Fernande verheugd zijn Olders die de hand zijns bevrijders in de zijnen hield werd vuurrood en innige vreugde schitterde uit zijne oogen. „Ik durfde niet naar V.," zeide hij „ik trachtte in Bar-le-Duc berichten omtrent uwe familie in te winnen en werd daar naar iemand verwezen, die mij dadelijk herkende de zoon van den maire van Y. nam revanche." „De kwade jongen zal er voor boeten mompelde Charles. „Hij begon al om door dreigementen van mijn vader geld af te persen hij wilde mijn vader als verrader aanklagen." „Zou Fernande nog aan mij denken vorschte Olders met bevende stem. „Kom er rond voor uitmijnheer Fabreik zou liever nooit meer te Y. komendan daar de bitterste teleurstelling mijns levens vinden. Ik bemin uwe zuster. Indien ik niets te hopen heb, breng mij dan naar het naaste spoorwegstationwant dan ga ik onmiddelijk weder naar huis." Charles glimlachte. „De kunst van overrompelen zeide hij, „schijnt u, duitschers, aangeboren. Gunt gij mijne zuster niet eens, een weinig de preutsche te spelen en zich eerst te laten vieren Ik kan u zeggen dat er tegenwoordig moed toebehoort, wanneer eene fransche vrouw de hand eens duitschers aanneemtmaar Fer nande bezit moed en ik geloof, dat gij beter dan ik weetof zij dat waagstuk gaarne zal doen of niet." „Het geluk mijner toekomst ligt in hare hand, maar waarom noemt gij Fernande een duitsche, uwe familie is toch uit den Elsas afkomstig." „En de Elsas is duitsch geworden, meent gij 1" glim lachte Charles. „Onder ons gezegd mijnheer Olders de toestanden in Frankrijk hebben iets verontrustends, en wanneer het mijnen vader gelukt de fabriek te verkoopen zullen wij waarschijnlijk naar Zuid-Duitsch- land verhuizentot dien tijd echter verbiedt het verstand ons van de nieuwe republiek af te keeren. Ja," ging Charles voort, toen hij zag, hoe deze ver klaring Olders aangenaam verraste „mijne inzichten zijn zeer veranderd, evenals die van vele anderenook volbloed-franschen schamen zich over de partijhaat waarmede ieder de schuld van het nationale ongeluk op zijne staatkundige tegenstanders laadt. De markiezin van Monterry, is met hare kleindochter naar Stuttgart gegaanhet procesdat men Bazaine aandoet, is voor alle Bonapartisteneen slag in het aangezicht." Olders zag nieuwsgierig optoen Charles den naam Monterry noemde, het ontging hem nietdat de stem van den jongen man beefde. „Ik zou freule van Monterry gaarne eens hebben terug gezien," zeide hij, „zij legde in dien noodlottigen nacht eene bewonderenswaardige vastberadenheid aan den dag." „Amélie is mijne bruid zeide Charles zachtmaar zijn oog schitterdeen zijn gelaat gloeide. Olders begreep nuwat de verandering bij den jon gen man volkomen had gemaakt. Wij behoeven nauwelijks te vermelden dat Olders geen afwijzend antwoord ontvinghet hartdat de liefde tot hem zelfs niet verloochende toen hij in den oorlog stond aan de zijde van hendie als vijanden haars vaders huis betraden, klopte te sneller voor hem, nu hij hand in hand met haren broeder den drempel der fabriek overschreed. EINDE.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1882 | | pagina 1