Groote Koemarkt
Groote Paardenmarkt
No. 43.
Vier en tachtigste Jaargang.
ZONDAG
9 APRIL.
te Alkmaar,
Woensdag 19 April 1882.
FEUILLETON.
pffiehuis van
*Vaijboer.
Prijs der gewone Advertentiën
#(ficicel (Scbcclte.
Dit nummer beslaat uit twee bladen.
EERSTE BLAD.
17 APRIL 1882,
t© Alkmaar,
BttitcnlAub.
ALKH1ARSCHE COURAAl.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Dondordag- en
Zatordagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
Van 15 regels 0,75; iedere regel meer/ 0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter kennis van belanghebbenden
dat de militieraad in dit district ten raadhuize der ge
meente Alkmaar, op Dinsdag, den 11 April e.k., des voormid
dags ten 11 ure, zijne tweede zitting zal houden tot het
beoordeelen der plaatsvervangers en nummerver-
wisselaars, die door of namens de lotelingen dezer ge
meente, onder overlegging der vereischte stukken zullen
worden aangeboden.
Ingeval de plaatsvervanger of nummerverwisselaar goedge
keurd isbehoort het bewijs zijner goedkeuring ten spoedigste
ter secretarie dezer gemeente bezorgd te worden.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
AlkmaarA. MACLAINE PONT.
24 Maart 1882. De Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
herinneren bij deze de belanghebbende ouders en voogden dat
volgens de algemeene schoolverordeningdoor den Raad vast
gesteld 22 December 1880 (gemeenteblad No. 81) de toelating
van leerlingen op de school voor onvermogenden (armenschool)
en de tusschenschool alhier slechts éénmaal 's jaars geschiedt
en wel op 1 Meiwaartoe de aanvrage moet geschieden vóór
of op 15 April bij het hoofd der school.
Tot die scholen worden toegelaten de leerlingendie zes
jaren oud zijn of in het eerstvolgend kwartaal na den toela
tingstermijn dien leeftijd bereiken, terwijl bij de aanvrage moe
ten worden overgelegd de bewijzen van geboorte, benevens van
inënting of natuurlijke pokziekte der leerlingen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
5 April 1882. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis dat bij gelegenheid der groote
veemarkt op Maandag 17 April e. k„ de gewone Maandagsche
markt voor vette Kalveren, Schapen en Varkens zal worden
gehouden aan de gedempte Nieuwesloot en de Kanaalkade.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
8 April 1882. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
Aan belanghebbenden wordt berichtdat de badinrichting
in het mannen- en vrouwengasthuis van 12 April 1882 alle
dagen, uitgezonderd Zondag, geopend zal zijn van 's morgens
7 tot 's avonds 7 nre. Zijdie van deze inrichting voor een
enkel bad gebruik willen makenmoeten voorzien zijn van een
door den binnenvader van het gasthuis afgegeven kaartje.
P O L I C I E.
Ter terugbekoming is aan het Commissariaat van Policie het
navoleende gevondene voorhanden: een half kistje sigarentwee
huimutsen met kanten eenige kleine sleuteltjes aan een touwtje;
twee kleerbakkkeneen chacotpluimeen huissleuteleen bril
een zilveren knipje, waarin eenige centen; een r c. kerkboekje;
een brander van een petroleumlamp; een winkelpui-teekening;
een jonge gele hond; een roode zakdoek en een gouden
oorbelletje met haarwerk.
DUITSCHLAND. De beiersche regeering heeft zich
tegen het tabaksmonopolie verklaard. Volgens de offi-
cieuse bladen zou de bondsraad zich voor dat monopolie
verklaren met 36 tegen 22zoo Beieren 6 stemmen
en Hessen 3 stemmen uitbrengendevóór stemden.
FRANKRIJK. De minister-president deelde den 6
in den ministerraad mededat de beweging in het
zuiden van Tunis verminderde en de bezetting van dit
land door Frankrijk in het buitenland met meer kalmte
werd beschouwd.
De oud-minister Paul Bert is benoemd tot lid der
Akademie van Wetenschappen met 30 tegen 26 st.
ITALIË. Den 4 werd op den berg Gibilrossa nabij
Palermo in tegenwoordigheid van eene menigte toe
schouwers, waaronder verscheidene aanzienlijke personen,
eene pyramide onthuld ter herinnering aan de op 26
Mei 1860 door Garibaldi tot zijne vrijwilligers gesproken
woorden Morgen rukken wij Palermo binnen." Garibaldi
woonde met zijnen zoou Menotti de plechtigheid bij en
werd door de menigte bizonder hartelijk ontvangen en
luid toegejuicht. De Koning was de eerste inteekenaar
op de lijst van vrijwillige inschrijvingen voor de oprich
ting van dit gedenkteeken.
OOSTENRIJK-HONGARIJE. Generaal baron Krans,
de tijdelijke stadhouder van Bohemen is voor goed tot
die betrekking benoemd en tevens lid van den gehei
men raad geworden.
SPANJE. De algemeene raden van 11 provinciën
zijn voor de aanneming van het handelsverdrag met
Frankrijk.
De staat van beleg wordt alleen te Barcelona nog
gehandhaafd. De toestand wordt daar wel beter, doch
den 5 waren de winkels nog gesloten.
De Senaat nam met algemeene stemmen met het oog
op de gebeurtenissen in Catalonië eene motie van ver
trouwen in de bekwaamheid der regeering aan tot be
houd van den vrede en de rust in die provincie. De
handelsstand aldaar verzocht inmiddels den Koning het
handelsverdrag met Frankrijk niet te bekrachtigen. Ook
de wijnhandelaren te Xeres hebben bezwaren tegen dat
verdrag.
De Kamer verwierp met 74 tegen 18 stemmen de
amendementen op het wetsontwerp tot conversie der
schuld
ZWITSERLAND. De commissie uit den nationalen
raad bestaande uit 15 leden besloot met 11 tegen
4 stemmen de bekrachtiging aan te bevelen van het
met Frankrijk gesloten handelsverdrag en van de met
dat rijk gesloten overeenkomsten tot bescherming van
fabriekmerken en van den letterkundigen eigendom
alsmede de vestiging van wederzijdsche onderdanen.
ALGERIE. De heer Cambon de fransche gezant
de opvolger van den heer Roustan, ontving den 4 de in
Tunis gevestigde Franschen en gaf hun de verzekering,
dat hij trachten zou den toestand te verbeteren. Hij
zou de regeering van den Bey steunen en toonen dat
Frankrijk nog altijd den naam verdient van een volk
dat de beschaving bevordert. Tijd en beleid waren
noodig om het werk duurzaam te maken.
ROUMANIE. Het door de Kamer aangenomen
handels- en scheepvaartverdrag met Nederland werd
door den Senaat mede goedgekeurd.
VEREENIGDE STATEN. Den 3 werd te Nieuw-
Tork eene groote bijeenkomst gehouden om op te
komen tegen de in hechtenisneming van americaansche
burgers in Ierland. De gehouden redevoeringen waren
zeer heftig: een spreker noemde President Arthur zelfs
een lakkei van Engeland. De burgemeester der stad
een Ier, was voorzitter en hield eene redewaarin met
groote verwachting gesproken werd over de vriendschap
tusschen den gezant te Londen en den engelschen
minister van buitenlandsche zakenwaarin andere
sprekers aanleiding vondenop de terugroeping van
den gezant aan te dringen. Ten slotte werd President
Arthur bij eene aangenomen motie uitgenoodigdde
onverwijlde vrijlating der in Ierland opgesloten Ameri-
canen te eischen of anders den gezant terug te roepen.
De tegen den gezant gebezigde klachten worden door
verscheidene bladen niet gedeeld.
President Arthur heeft benoemd tot minister van
binnenlandsche zaken het senaatslid Teller, tot minister
van marine den heer William Chandler en tot gezant
te St. Petersburg den heer Hant. Eerstgenoemde be
noeming is reeds door den Senaat bekrachtigd.
Het wetsontwerp houdende verbod van den invoer
van chineezen verkreeg in den Senaat niet de meer
derheid van twee derde der stemmenden welke noo
dig was, om de door den President geweigerde goedkeu
ring te vernietigen. Thans is een ontwerp ingediend
om de uitsluiting der chineezen op 16 jaren vast te
stellen. De President had toch te kennen gegeven
dat hij zijne goedkeuring noch zou kunnen verleenen
aan eene wet, waarbij de uitsluiting op 10 jaren, noch
aan eene, waarbij zij op 20 jaren werd vastgesteld.
ZUID-AMERICA. Berichten uit Chili bevestigen
het vroeger medegedeelde dat de heer Trescottbui
tengewoon gezant der Vereenigde Statenvoor goed
het aanbod tot bemiddeling in het geschil tusschen
Chili en Peru ingetrokken heeft.
4)
Den volgenden morgen hield Boris voor zijne arbei-
der? eene korte rede waarm hij hen aan hunne plicht
herinnerde, hen aanried zich ordelijk te gedragen en zich
zelf als hun natuurlijke beschermer en raadgever voor
stelde. De mannen zagen hem tamelijk verwezen aan
en gingen toen huns weegs. Hij had even goed geheel
nlleen tegen zich zelf kunnen spreken.
Het was zaterdagavond. Een warmemoeitevolle
week liep ten eindetoen tegen de schemering Hans
Hegér bij zijn vriend binnentrad zijnen hoed op de
tafel wierp en zich blijkbaar in eenen slechten luim in
den eenigen armstoel wierp.
„Nu?" vroeg Boris nieuwsgierig.
„Vandaag was hij hier de regeeringsraad met de
andere heeren. Huiveringwekkend was het, zeg ik je,
zijne oogen doorboorden om zoo te zeggen mijn werk
hij matmaakte aanteekeningen, vergeleek, onderzocht,
dat zelfs een heilige zijn geduld zou hebben verloren.
Goddank kan ik, voor hetgeen ik doe, instaan, maar juist
dit scheen hem nog verdrietiger en korzeliger te maken
dan gewoonlijk het geval is, omdat hij nu tevreden moest
zijn. Eerst een uur geleden vertrok hij en toen ik hem
met eene zucht van verlichting vaarwel zeide, keerde hij
zich nog eens in het rijtuig om en sprak: „Apropos,
mijnheer Heger, ik heb geen tijd genoeg gehad om het
bouwwerk aan den oever nog in oogenschouw te nemen,
gij wilt misschien wel zoo goed zijn, mij morgen ochtend
om zes uur bij het veer op te wachtenuw bijzijn zou
mij bizonder nuttig zijn, daar gij de verandering in den
waterstand kunt beoordeelen!" Ik wenschte hem in stilte
naar het land waar de peper groeitboog toestemmend en
ben nu hier, om je om een nachtverblijf te verzoeken,
daar ik dan dichter bij het veer ben en tot half zes
rustig kan slapen 1"
„Ik was juist van planmorgen vroeg naar de sluis
te gaan om je voor de kerk af te halen
„Voor de kerk jij naar de kerk!" vroeg Hans
verbaasd en zag zijn vriend in het met een verlegen
blos gekleurde gelaat.
„Ja weet je het is maar om een goed voorbeeld
te geven, ik heb de arbeiders dringend er toe aangemaand
en kan daarom zelf niet wegblijven!"
„Je ben een juweel van een kerel, Boris Welzeker,
wij moeten als verheffende voorbeelden naar de kerk
gaan en gij zult klokslag negen bij de sluis of bij de
naburige dammen zijn om mij af te halen. De oude
kan mij toch niet van de godsdienstoefening terug
houden 1 En nu mijn vriend laat een glas bier voor
mij tappen en open dan de poorten van je versmaadde
bedstede voor mij opdat ik in die vederen golven de
onaangenaamheden van den dag vergete."
„Ga je morgen na kerktijd met mij de pre-
dikantsche een bezoek brengen Ik maak een rustig
gebruik van haar eigendom zonder haar bedankt te
hebben. Daarna eet je bij mij wat de pot schaft."
„En dan nemen wij een rijtuig en rijden naar de
stad daar is muziek. Geen slecht nestmen wordt
er ten minste nog naar waarde geschatwijl er ver
vloekt weinig keuze is onder kerels van ons slag.
Het zal een vroolijk dagje zijn. Verduiveld wat ben
ik moede
Onbezorgd sprong hij in de veêren en met de juist
heid van een uurwerk sloeg hij den anderen morgen
de oogen op om zijne wandeling naar het veer te be
ginnen. Dat de regeeringsraad op zijn tijd daar zou
zijndaaraan was niet te twijfelen.
Boris had tijd te over, om tegen negen uur bij de
sluis te zijn. De lucht was eenigszins bewolkt en de
weg langs het kanaal kwam hem uiterst romantisch
voor. Het bruischen van het water tegen de keering
werd steeds duidelijker, en nu stond hij voor de, in dit uur
van den morgen zeer eenzame plaats waar de dijk werd
aangelegd. Aan de overzijde vertoonden zich de gestalten
van zijnen vriend en verscheidene andere mannen in
een bootje maar Boris kon niet bij hen komen want
de loopplankendie op de balken van de stelling
plachten te liggen werden zondags weggenomen op
dat niemand bij het overloopen een ongeluk zou kun
nen krijgen. Boris liep ongeveer twintig schreden
verder, bracht de handen voor den mond en riep met
al de kracht zijner jonge, gezonde'tongen: „Hans Heger
kerktijd ke e r rktijd 1"
Hij, wien deze uitroep gold, zwaaide met den stroohoed;
zelfs de dienstijver van den strengen regeeringsraad
scheen voor deze afdoende reden te mceten zwichten
want de boot wendde oogenblikkelijk en een oogenblik
later werd de kerkvriend in de nabijheid van zijn huis
aan wal gezet.
Hans Heger was over het resultaat van zijn krijgs
list zeer verheugd. „En laat me nu," zeide hij glim
lachend „slechts zeven minuten tijd voor mijn toilet
en ik zal er zoo verlokkend uitzien, dat ik al de kleine
meisjesharten van den omtrek slechts bij het kleingeld
in mijn vestzak te steken heb!"
„Hec stelt me gerustHans dat ik nooit verplicht
zal zijn umijn dierbaarsten vriend te verloochenen
wegens je gebrek aan gevoel van eigenwaarde."
„De uitkomst zal mij rechtvaardigen 1" riep de an
dere van uit zijn woningterwijl een laars dreunend
tegen den wand werd geworpen. Wordt vervolgd.