FEUILLETON.
No. 83.
Vier en tachtigste Jaargang
V R IJ 1) A G
Vi JUL I.
DB MOLENAAR VAN HEIDE.
I
Prijs der gewone Advertentiën
ihiitenlaub
UMI HUSCIIF. nu HAM
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
Van 15 regels /0,75; iedere regel meer /"0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON
DUITSCHLAND. Uit Berlijn is aan de Köln Zei-
tung geschreven dat Engeland ten aanzien van zijn
plan om Alexandrië te bombardeeren, met Duitschland,
Oostenrijk-Hongarije, Italië en Rusland niet in overieg
trad: hoogst waarschijnlijk wel met Erankrijk hoewel
daarvoor toch geene zekerheid bestaat.
ENGELAND. De Economist meent dat de vriend
schappelijke verhouding, welke zoo lang tusschen En
geland en Frankrijk bestaan heeft op het oogenblik
grooter gevaar looptdan ooit sedert den winter van
1870 het .geval was. Het engelsch fransche toezicht
in Egypte is mislukt en nu geeft de een den ander
daarvan de schuld. Het is werkelijk te hopen dat de
openbare meening en de pers in beide landen spoedig
tot een beter en verstandiger oordeel komen. Aanne
mende dat aan beide zijden verkeerd is gehandeld
dan is dit niet zóó erg dat het een einde moet maken
aan eene vriendschap, welke zooveel goed deed en nooit
noodiger was dan thans, zoowel in Engeland's belang
als in dat van Europa. Nieuwe mogendheden, zooals
Spanje dringen zich op den voorgrond oude zooals
Duitschland en Ruslandstasn voor groote en onbe
rekenbare veranderingen. Het engelseh-fransche ver
bond oefent een vreedzamen bezadigden en voor de
vrijheid gunstigen invloed uit en het gemis daarvan
zou een algemeen gevoelde ramp zijn.
Musarus-pachade turksche gezant te Londen, ver
langde den 12 van den minister van buitenlandsche
zaken het staken van het bombardement van Alexan-
drië. De minister antwoordde echter, dat omstandig
heden waarvan de ernstige aard aan de Porte volko
men bekend was de engelsehe regeering tot eene be
slissende handeling gedwongen hadden waarop thans
niet kon terug gekomen worden.
floogerhais. Den 10 werd door den minister
van buitenlandsche zaken medegedeelddat admiraal
Seymour in den ochtend van dien dag aan de plaatse
lijke overheden van Alexandrië kennis had gegeven
dat hij den 11, bij het aanbreken van den dag, het
vuur zou openen werd niet tot de ontwapening der
vestingwerken overgegaan. .Met teekenen van goed
keuring werd deze rnededeeling ontvangen.
De iersche dwangwet werd bij tweede en derde lezing
goedgekeurd en is reeds door de Koningin bekrachtigd,
Lagerhuis. Minister Gladstone zeide den 10
dat het den 7 voorgevallene zonder voorbeeld was.
Aan de regeering was eene bevoegdheid verleend
welke zij onnoodig had verklaard. Zij zou alleen van
die bij de dwangwet verleende bevoegdheden gebruik
maken welke zij noodig achtte. Behalve de dwang
wet en de wet op de achterstallige pacht, wenschte zij
ook die op de omkooperijen bij verkiezingen nog in deze
gewone zitting af te doen. Daarop zou zij de verda
ging van het huis tot de 2e helft van October voor-
stelle i om dan de herziening van het reglement van
orde ter hand te nemen. De artikelsgewijze behande
ling der wet op de achterstallige pachten werd daarna
voortgezet.
Den 11 werd door de regeering medegedeelddat
wegens het niet houden der herfstoefeningen de kos
ten der krijgstoerustingen de begrooting van oorlog
waarschijnlijk niet zouden doen overschrijden Mocht
men tot werkelijke krijgsbewegingen overgaan, dan zou
een nieuw crediet noodig zijn. Verder werd toegezegd,
dat de tot het tijdstip van het bijeenkomen der gezan
ten te Konstantinopel gewisselde stukken zoo spoedig
mogelijk overgelegd zouden worden en dat de bijeen
komst dier gezanten vóór het bombardement voor 2 a
3 dagen verdaagd was, om de antwoorden der verschil
lende mogendheden op zekere punten af te wachten.
Thans waren van alle mogendheden toestemmende ant
woorden ingekomen Minister Gladstone verklaarde
nog uitdrukkelijk dat het bombardement behoorde tot
de gevallen bij het zoogenaamde protocol de désinte-
ressement (stuk waarbij uitgemaakt is wat onder het
eigen belang van iedere mogendheid verstaan zou wor
den) uitdrukkelijk uitgesloten.
FRANKRIJK. Al de leden door de afdeelingen
der Kamer verkozen tot het onderzoeken der aange
vraagde credieten voor de toerustingen met het oog op
de egyptische zaken zijn voor het verleenen daarvan
gestemd doch de meesten verlangen van de regeering
inlichtingen en wenschen de beslissing aan de Kamer
over te laten. In de 6e. afdeeling verklaarde minister
Gobletdat de regeering zich met hare staatkunde ten
doel stelde, Frankrijk weder met de overige europeesche
mogendheden te doen samenwerken. De minister Tirard
verzekerde dat achter de crediet-aanvrage niets ge
heimzinnigs verborgen was en zij slechts tot het nemen
van eventuëele voorzorgsmaatregelen gedaan werd. In
de negende afdeeling zeide Gambetta, dat de credieten
toegestaan moesten worden maar aan de regeering do
eisch gesteld te zeggen of zij al dan niet eene af-
zonderingsstaatkunde najaagde. Met meer geestkracht
zou men Frankrijk's invloed in Egypte versterkt hebben.
De commissie hieli met de ministers eene bespreking,
doch hare beraadslagingen worden geheim gehouden.
De heer de Lesseps vertrok den 12 naar Egypte.
Hij ontving van den heer Victor Lesseps den hoofd
agent van het Suez-kanaalhet volgende telegram
„De commandanten der engelsehe oorlogschepen te
Port Said en Suez melden ons dat op bevel van ad
miraal Seymour, aan vreemde schepen verboden is, het
kanaal binnen te komen. Deze maatregel wordt door
niets gerechtvaardigd; ik heb tegen deze schending der
onzijdigheid van het kanaal geprotesteerd en aan de
engelsehe regeering de verantwoordelijkheid gelaten
voor de gevolgen en schade uit dit misbruik van ge
weld kunnende voortspruiten. Mijn geheele personeel
aan het kanaal is trouw op zijn post.
Victor Hugo heeft de uitnoodiging tot bijwoning van
het feestmaal ter inwijding van het nieuwe stadhuis te
Parijs op den 13, den dag vóór het Bastille-feest, aan
genomen bij den volgenden briefIk ontving uwe uit
noodiging. Ik zal de eer hebben te komen. Het feest
van 14 Juli is het meest grootschedat op aarde kan
gegeven worden. 14 Juli is Parijs, het koningschap
treffende, dat is de invrijheidstelling des menschen.
RUSLAND. Den 11 werd in de kerk der drie
heiligen een mis voor de rust der ziel van generaal
Skobeleff opgedragen in tegenwoordigheid van de
grootvorsten Nicolaas en Alexis, verscheidene generaals
en eene talrijke menigte. Het lijk word daarop naar
het spoorwegstation overgebrachtom naar Spasskoje
vervoerd te worden. De Keizer gelasttedat een oor
logschip voortaan den naam van Skobeleff zal dragen
en schreef den volgenden brief aan prinses Belowskaja,
zuster van generaal Skobeleffik ben diep bedroefd over
den plotselingen dood van uioen broeder. Het verlies voor
het russische leger is moeielijk aan te vullen en het is zeer
smartelijk zulke krachten ie moeten verliezen welke zich
aan nuttige zaken gewijd hadden
TURKIJE. De turksche bladen blijven de bewering,
dat Arabi bey in Egypte handelt als agent van den
Sultan of in geheime betrekking met hem staatont
kennen. De rnededeeling van den verslaggever van
het engelsehe blad de Times uit Alexandriëdat Arabi
verklaart, het bewijs te kunnen overleggen slechts de
gemachtigde der Porte te zijn geweest is alleen eene
poging om Turkije in de oogen der wereld verachtelijk
te maken. Overigens verklaren zij, dat de egyptische
zaken wel goed zouden loopen konden de westersche
mogendheden maar besluiten van hare tusschenkomst
af te zien. Een dier bladen zegt, dat de regeling der
egyptische zaken alleen behoort tot de bevoegdheid
van den Sultan en den Onder-koning.
De admiraliteit te Konstantinopel vaardigde den 19
des morgensstreng bevel uit aan alle officieren en
manschappen der turksche pantsersehepen om deze in
geen geval te verlaten.
Saïd-pacha werd tot eersten minister benoemd.
EGYPTE. Behalve den brief van admiraal Seymour
aan den gouverneur van Alexandrië inhoudende, dat
het bombardement des 11, des morgens te 4 uren,
zou beginnen werd door den engelsehen consul aan
minister Ragheb-pacha een brief gesch.even, aankon
digende dat de betrekkingen met de egyptische re
geering afgebroken waren. Ook de turksche commis
sarisDerwisch-pacha ontving een dergelijken brief,
met bijvoeging dat hij verantwoordelijk gesteld werd
voor de veiligheid van den Onder-koning. De engel
sehe consul ging later aan boord van het oorlogschip
Monarch om ingeval van nood dadelijk bij admiraal
Seymour te zijn.
De consuls der andere mogendheden schijnen tegen
10)
De geestelijke verliet den kansel en de gemeente
nam hare plaatsen weder in. Daar opende zich de
deuren van een kleine kapel en twee priesters traden
er uitin hun midden een jong schoon meisje
Telse Wollersien, de bruid des Hemels. Het rijke,
blonde haar viel over schouders en hals een lang
grauw nonnengewaad omsloot hare slanke leest en
aan haren gordel hing een rozenkrans van barnsteenen
kralen een geschenk van hare vaderstad. Zij was
bleek als het marmeren Mariabeeld boven op het al
taar, de rozen der jeugd die anders op hare wangen
bloeiden, waren verdwenen; maar ernstig en schijn
baar bedaard, volgde zij met vasten tred de priesters,
op de trappen van het altaar knielde zij neder en
ontving de wijding voor de zware taakdie haar in
het gewoel van den slag en in de stilte der klooster
muren wachtte. Daarop gaf de priester haar de heilige
banier der Ditmarschers en het kleine gouden crusifix,
dat zij beloofde in den slag vooruit te zullen dragen
om hare landslieden aan te vuren voor den strijd en
den vijand schrik en onsteltenis in te boezemen.
„Reimer van Wimerstadt I" riep nu de priester met
luider stemme. De jonge man trad nader.
„Deze gewijde jonkvrouw heeft als laatste aardsche
wensch het verlangen uitgesproken, dat gij haar be
schermer zoudt zijnwanneer in het slaggewoel het
beeld des gekruisigden in gevaar mocht komen ging
de geestelijke voort. „Wilt gij het kleinood en deze
jonkvrouw verdedigen als uw eigen leven
„Dat wil ik antwoordde de jongeling met eenen
dankbaren blik op het geliefde meisje.
„Kies u dan een schaar weerbare mannendie de
zelfde gelofte willen afleggen, en denk aan uwen eed,
zoolang nog een vijand op Ditmarscher grond verwijlt,"
daarop gaf hij met de hand een teeken en van het
koor klonken de plechtige toonen van een psalm.
Terwijl de eene priester Telse het kortegrauwe
kleed afnamreikte de andere van het altaar een
blanke wapenrusting aan die deze haar om borst en
rug legde zette haar een met eene wapperende veder
bos voorziene helm op en gaf haar vervolgens een gor
del met een kort zwaard. Toen zij het donkere grauwe
nonnenkleed mee dat des krijgsmans had verwisseld
scheen haar ook een andere geest te bezielen. Hoog
opgerichtmet bliksemende oogen stond zij daar
het rood der geestdrift op de wangen een beeld der
heldenvrouwen uit de oud-noordsche sagen. Aan de
zijde van haren vader en haren vroegeren bruidegom
verliet zij de kleine kerk en toen zij naar buiten trad
onder de menigtegevolgd door de krijgslieden van
haar vaderland klonk een duizendstemmige jubelkreet
door de lucht en een geheime stem scheen de moe
dige krijgers toe te roepen „De overwinning zal aan
onze zijde zijn
VII.
Onder bescherming van een dichten nevel was Wolf
Isebrand met zijne getrouwen tot voorbij Hemmingstadt
doorgedrongen en hield eindelijk stil op een plaats, die
hem tot verdediging geschikt scheen. De tot in het moe
ras vooruitspringende heidegrond vormde hier een soort
van natuurlijken walen de aanvoerder besloothier
op behoorlijke afstanden schansen te laten maken
en de heuvels op de heide als derde verdedigings
linie van toereikende strijdkrachten te voorzien. Dade
lijk werd de hand aan het werk geslagen, vrouwen en
grijsaards die in eenen strijd in het open veld weinig
nut konden doen stroomden uit de naburige dorpen
herwaarts en vereenigden zich met degenen die het
kleine leger waren gevolgd om met spaden en wagen
den arbeid der mannen te ondersteunen. Met den
ijver der wanhoop roerden zich de vlijtige handen zij
behoefden geen aansporing, want ieder wistwat er op
het spel stond en Wolf Isebrand had slechts te be
velen om de slooten en schansen naar een te voren
beraamd plan te vervaardigen, den arbeid zelf behoefde
hij niet te bewaken want deze vorderde met wonder
baarlijke snelheid.
Toen de nacht inviel was het voornaamste gedaan
en met volkomen bedaardheid konden de Ditmarschers
den aanval van den vijand tegemoet zien, dienaar te
verwachten wasden volgenden morgen zou plaats
hebben. Tot geluk der verdedigers had de dichte
nevel hunnen arbeid voor de Denen en Holsteiners
verborgen, daar deze anders waarschijnlijk hun plan
van aanval zouden hebben veranderd.
In een tent van zwaar dik vilt bevond zich Telse
Wollersien met haren vader, dicht in de nabijheid
stond een tweede voor Reimer en zijn manschappen.
De oude schout was ingeslapen zijne dochter echter
had zwaard en pantser afgelegd en zag droomend in de
glimmende kolen die als de rood gloeiende oogen
eener basilisk in de duisternis fonkelden. De slaap
ontvlood hare oogen sombere gedachten van verloren
levensgeluk van een toekomstig leven vol smart en
ontbering achter sombere kloostermuren bestormden
haar en zij bad in stilte, dat een kogel uit het vijan
delijk geschut op het veld der eer een einde aan haar
leven mocht maken. Wel schrok zij zelf van die mis
dadige gedachten waarop zij de aan God gewijde
jonkvrouw zich betrapte en zij beloofdetrouw aan
haar woord vol te houden wat er ook van komen
mocht Daar hoorde zij zachtjes haren naam noemen,
verschrikt kromp zij ineen want zij kende die stem
de stem des geliefden die zij zoo dikwijls in gelukki
ger oogenblikken had gehoord. Hij stond aan den
ingang der tent en zijn blik rustte smeekend op
haar gelaatzoodat zij hem niet vermocht terug te
wijzen.