No. 96. Vier en tachtigste Jaargang. 1882. Aan don verkeerden kant? FEUILLETON. Dc Hoop van §tavö. ZONDAG 13 AUGUSTUS. Prijs der gewone Advertentiën Dit nummer bestaat uit twee bladen. EERSTE BLAD. ©flictëel (Sebcelte. Ministerie van Waterstaat Handel en NU verbeid. ll.OIAARSGHF COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1, De 3 nummers 0.06. Van 1—5 regels f 0,75; iedere regel meer f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON Ter kennis van belanghebbenden wordt gebracht, dat we gens beproeving van de draaibruggen over de Zaan en over de Augouw, in den spoorweg van Zaandam naar Enkhuizen, op 14 Augustus e.k., de draaibrug over de Zaan voor de scheepvaart zal GESLOTEN zijn van des middags 12 tot des middags 2 uur en des namiddags van 3 uur 30 minuten tot 4 uur 30 minutendie over de Nagouw des namiddags van 2 uur tot 3 uur 30 minuten. 's GravenhageVoor den Minister, 8 Augustus 1882. De Secretaris-Generaal G. DE BOSCH KEMPER, 1. g. De schutter P1ETER DE JONG, l.w. Leiden, wordt ver zocht zich ter gemeente-secretarie aan te melden. Wanneer Europeesche tusschenkomst in het Oosten Doodig is en waar ban die bij bet toenemend on derling verkeer der natiën op den duur uitblijven dan zien wij baar liefst door Engeland uitgeoefend. Wel weegt ook bij dit volk het eigenbelang het zwaarst, maar bet heeft tevens oog en hart voor billijkheid en reent, het is bedacht op de welvaart van het land dat bet bestuurt of onder zijn toezicht houdten eerder geneigd om het nationale element te ontwikkelen en te gebruiken dan het te onderdrukken. Daarom zouden wij er ons op zich zelf over kunnen verbeugen dat juist Engeland zich tot taak gesteld heeft den verwarden toestand in Egypte te regelen en orde en zekerheid te herstellen maar de wijze waarop het dat werk heeft begonnen schijnt ons meer te getuigen van onhandig heid en onbekendheid met den toestand en de bezwaren die overwonnen moeten worden dan van beleid en kennis van zaken. De rechtvaardiging van het bom bardement van Alexandrië als geschied tot zelfverde diging van de vlootbomt ons onhoudbaar voor er moest een min ol meer goed klinkende reden worden genoemd en deze was misschien nog de beste die men vinden kon. De Engelsche admiraal schijnt gemeend te hebben, dat hij slechts de donderende stem van het zware geschut behoefde te laten hooren om alle ver zet als kaf voor den wind te doen verstuiven en Egypte op de knieën te doen vallen voor het machtig Albion, gereed om de regeling en het bestuur te aanvaarden die men te Londen noodig en nuttig zou oordeelen. Daarin heeft hij zich vergist. Het blijkt dat Arabi met recht kon zeggen dat het leger en het volk op zijne hand warenEgypte moet veroverd en onderworpen worden. Het moet veroverd worden niet op dezen of genen vreemden indringer maar op de Egyptenaren zeiven. Engeland verklaart wel dat het Egypte komt redden en bevrijden, maar het is duidelijk dat de Egyp tenaren niet van dezelfde meening zijn. Of is Arabi slechts een geweldenaar een eerzuchtig dictator die het arme volk doet bukken en tot gehoorzaamheid dwingt door zijn schrikbewind Tot nog toe blijkt daarvan niets, hoe gaarne zijn tegenstanders dat gevoe len ingang zouden doen vinden, gelijk men onder andere beproefd schijnt te hebben door de weinig geloofwaardige verhalen omtrent de mishandeling van getuigen en beschuldigden in het proces van de Circassische officie ren. De Khedive en zijn aanhang vormen tot nog toe de eenige partij in het land zelfdie de Engelsche als verlossers en weldoeners begroeten vermits de Khedive zich onder hunne bescherming bevindt, mist zijne stem allen invloed op het volk. Het begrijpt, dat hij willens of onwillens niets anders kan zeggen dan wat zijn beschermers verlangen. Maar Engeland heeft een bondgenoot in Turkjje in den Sultan Egypte's souverein die zich gereed maakt troepen naar den Nijl te zenden en eindelijk ook be reid schijnt Arabi tot rebel te verklaren ofschoon hij nog voor weinige weken verklaarde dat deze generaal voor orde en gezag waakte en hem huldigde door de toezending eener hooge ridderorde. Dat Engeland zijn bondgenoot echter weinig vertrouwt, blijkt uit het aandringen op een behoorlijke regeling der strijdkrach ten onder Engelsch opperbevel en op eene openlijke ver deeling van Arabieer de Turksehe troepen scheep gaan. Maar dat de Sultan Engelands onderneming goedkeurt en de Britsche troepen als bondgenooten van dezen souverein van Egypte optreden kan onzes inziens voor Engeland niet zoo voordeelig zijn als zijn Regeering schijnt te meenen. De Turken zijn bij de Egyptenaren geenszins bemind of gezien. Zij zijn de vreemde veroveraars, die de eigenlijke Egyptenaar, ofschoon zijn meesters en bestuurdersbeneden zich stelt in afkomst en beschaving. Zij zijn de bevoorrechte klasse wellicht niet meer dan tienduizend zielen sterk, die als grondbezitters of hooge ambtenaren in weelde leven terwijl de inlander hard moet werken en arm blijft. Wel zijn zij geloofsgenooten maar de Egypte naar beschouwt hen en te rechtals jongere zonen van den Islamniet gerechtigd om over de oudere broederen te heerschen. Hij heeft niet vergeten dat het Egyptische Kalifaat ouder was dan het Turksehe dat eenmaal de Arabische beschaving in Egypte heeft geschitterden dat de Turken aan dien luister een eind hebben gemaakt door Konstantinopel te stellen boven Cairo. Ook thans nog heeft Cairo geenszins zijn gewicht en gezag op het gebied van godsdienst en wetenschap verloren. Om al deze redenen is de ge meenschappelijke godsdienst voor de Egyptenaars niet voldoende om zich aan de Turken en het oppergezag (6 Terwijl de kapitein zich naar zijne gasten begaf, die dapper hunne glazen ledigden op het welzijn van „de „Hoop van Stavö," ging Knnt Mende langzaam naar zijne hut terug. Hij kon het drukkende gevoel niet van zich afzetten, hoeveel moeite hij er ook voor deed. De toekomstdie hij evenals zijne makkersgisteren nog zoo vroolijk inzag scheen hem nu donker en on heilspellend toe. Altijd weder kwam hem het beeld zijner droomen voor den geestverward spookachtig en afschuwwekkend. Hij vond zich zelf zonderling en verachtelijk. Weg daarmee Hij wilde er niet meer aan denken. Ja jade kapitein had gelijkeen zot en een lafaard, die zich door droomen schrik liet aanjagen Toen hij de heldere vensters van het kleine kamertje zag, waarin zijne vrouw hem opwachttesteeg het bloed hem van schaamte naar het hoofd over de stap die hij, gedre ven door een hem zelf onverklaarbaar gevoelzooeven had gedaan en waarvoor hij niet eens durfde uitkomen, zonder zich in de oogen zijner moedige vrouw te ver nederen. Vastbeslotende herinnering aan zijne zwak heid door verdubbelde plichtsbetrachting gedurende de reisuit te wisschen betrad hij de nederige hut die alles bevattewat hem dierbaar was. Binnen was hetondanks de zichtbare armoede der bewoners toch zeer behagelijk. Greta begroette een binnenkomende met een hartelijke kus, en een vroolijk knaapje van nauwelijks een jaar oud die op den groei kroop, gaf zich alle moeite, om zijns vaders been te grijpen en zich daaraan op te richten. Knut bukte zich naar den strompelenden kleinen jongen en tilde hem hoog op. Het kind schreeuwde van pleizier, hij nam het op den arm terwijl een blijde lach zijn gelaat verhelderdekuste hetzette het weder op den grond en ging vervolgens in de nabijheid van het ven ster zitten tegenover zijne vrouw die nog ijverig bezig was de uitrusting van haar man voor de lange zee reis gereed te maken. „Waarom zijt gij niet bij de anderen vroeg zij. „Kunt gij je dat niet denkenGreta „Zeker wel beste manantwoordde zij met een blik vol liefde en dankbaarheid. „Wij moeten ons nu lang zonder u behelpen Karei en ik. Maar dan zal de vreugde ook des grooter zijn, wanneer gij terug komt en iets schoons medebrengt. Wij hebben het geld zeker noodig maar toch als het niet ons schip waszou ik u niet hebben laten gaan. Nu echter kan het niet anders." „En waarom niet Maakt het dan zulk een groot verschil of het Hendriks schip of dat van een vreem deling is „Hoe kunt gij dat vragen," antwoordde zij verwonderd. „Behoort het schip niet eenigermate ons allen toe is het niet onze eer, onze trots? Welke stad in Noor wegen kan op zulk een schip en zulke eene bemanning wijzen, zoools wij op onze „Hoop De gansche wereld zal zien wat de mannen van Stavö kunnenen wij vrouwen die ook deel hebben aan uwe roem zullen bewijzen dat wij zulke mannen verdienen." Hij antwoordde niet en Greta ging voort„Wanneer gij terugkomt Knutzult gij alles hier in huis nog vinden zooals gij het verlaten hebt. Onzen jongen alleen nietdie loopt u dan reeds tegemoet. Ik zal hem dagelijks over u spreken. Hij zal zeker eens een braaf zeeman worden zooals zijn vader, en wanneer de fortuin met hem ismisschien een kapitein als Hen drik Harding. Ja, Knut, wanneer Hendrik u eens op de reis tot stuurman maaktet zooals gij het ver- diendet, ik zou van vreugde niet weten, wat ik deed." Zoo babbelde de jonge vrouw voort, Knut luisterde welmaar sprak nu en dan slechts een enkel woord van den Sultan te hechten. Integendeel zouden zij even gaarne van de heerschappij der Turken als van het juk der Europeanen bevrijd zijn. En dat men zich in Konstantinopel daarvan bewust isban ééne der vele redenen zijn van de weifelende houding van den Sultan tegenover Arabi. Was hij zeker, dat de Egyp tische bevolking naar zijne stem als die van haar godsdienstig en wereldlijk hoofd van baar Kalief en Sultan zou hoorenwaarom dan zoo lang geaarzeld van deze gelegenheid gebruik te maken om zijn gezag in Afrika schitterend te doen uitkomen? Daarenboven is de beweging in Egypte ook tegen de voogdijschap der Europeanen gerichten van die voogdijschap heeft de Sultan zelf te onaangename herinneringen om een beweging daartegen terstond in den ban te willen doen. Kortom de Sultan gedraagt zich in deze zaak niet als de meester, de gezaghebbendemaar als de zwakke die nog niet met zekerheid weetwat zijn belang meebrengt en op welke wijze zijn wankelend gezag be ter bevestigd, zijn sclujngczag althans gered zal kunnen worden. Er bestaat in Egypte een nationale partij niet eerst sinds gisteren of eergisteren maar sedert jaren en Arabi was in den laatsten tijd haar krachtigste verte genwoordiger. Die partij is zoowel tegen de heer schappij der Turken als tegen te zwaren druk en de financiëele uitmergeling der Europeanen gekant. Waar om heeft Engeland van die partij niets willen weten? Stellen wij ons eens voor, dat het de ooren geleend had aan de grieven van Arabi en zijn geestverwanten; zou het niet in Egypte een schoone rol vervuld bun nen hebben door het land van de souvereiniteit der Porte te bevrijden en het daardoor al dadelijk van de opbrengst eener jaarlijksche schatting van ruim acht millioen gulden te ontslaanwaarvoor het letterlijk niets geniet Arabi heeft altijd verklaarddat hij geen bezwaar had tegen het toezicht der Europeesche mogendheden op het beheer der buitenlandsche schuld en de stipte betaling der renten en er is geen reden om de oprechtheid dier verklaring te betwijfelen. Zijn belang bracht niet mee zich Engeland Erankrijk en geheel Europa tot vijand te maken en daarom zou hij de bu.tenlandsche schuld met rust gelaten hebben, even zeer als hij thans om dezelfde reden de vaart op het Kanaal van Suez niet zal bemoeilijken tenzij hij van die zijde door de Engelschen wordt bedreigd. Engeland had met de partij van Arabi, met de nationale partij de partij van leger en volk in onderhandeling kunnen treden en zich op die wijze in het land een schoone en sterke positie verwerven aan de oppermacht en be gunstiging van de Turken zou een einde zijn gekomen, en met het gezag van den Sultan in Egypte zon het gedaan zijn geweest. Maar Arabi zelf zoekt tegen den Khedive steun bij het gezag van den Sultan. Hoe kan dan ondersteld worden dat hij ooitdoor Engeland of het vereenigd Europa geholpen Egypte van de souvereiniteit der want al te luchtig was het hem nog niet te moede. Zijn borst verhief zich echter toch vrijerals werd de last, die er den ganschen dag op gedrukt had, meer en meer weggenomen. „Gij zijt zoo stil, Knut. Scheelt er iets aan vroeg Greta na een poos. „Mij Niets Hij boog zich over haar heen en kuste haar. „Ik ben blij, dat ik zulk een vrouw bezit, Greta." „Werkelijk „Geloof mijik heb dit nooit zoo levendig gevoeld als nu." Zij sprong op en wierp zich om zijn hals. Hij om vatte haar met zijne sterke armen en drukte haar vast aan zijne borst. Het laatste spoor van beklemdheid dat nog in zijn gemoed was overgebleven scheen ver dwenen en evenals voorheen schitterden moed en zelf vertrouwen in zijn oog. Beide begonnen daarop de oude zeemanskist te pak ken die Knut reeds op zoovele reizen had vergezeld. Op het groengeverfde deksel stond met witte letters de naam des eigenaars en aan de vier zijden tusschen eene dubbele rij arabesken een fraaie zeemansspreuk, Intusschen was Erik, zoo snel zijn stijf been het hem toelietde helling afgeloopen waarop het dorpje ge bouwd was. Overal uit de hutten en tuinen wierpen de vrouwen hem een groet toe de kinderen staakten zelfs hunne spelen om hem een hand te geven want Erik was om zijne goedheid aller lieveling. De volwassenen zagen tegen hem op, wegens zijne geleerd heid die hun onbegrensd toescheen, de kinderen, wien hij in de groote woonkamer van zijn vaderlijk huis ge durende den acht maanden langen winter onderwijs gaf, waren met groote geestdrift aan hun jongen leeraar gehecht. Ook nu kon hij zich niet dan met moeite van zijne kwelgeesten bevrijden die hem bestormden met het verzoek om een sprookje te vertellen uit den ouden tijd van reuzen en dwergen, van de tochten der Yikings en van zeegevechten. Eerst nadat hij beloofd had na het vertrek van het schip hun geheel nieuw avon-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1882 | | pagina 1