33uiten!aub.
iSittnenlaub.
Porte zou trachten te bevrijden of dat een beweging
tegen die souvereiniteit daar bijval zou vinden Op
dergelijke vragen kan geantwoord worden door er op
te wijzen, dat Arabi, nu hij tegenover den Khedive en
Engeland een bestrijder in plaats van een bemiddelaar
vindt, bezwaarlijk te gelijker tijd zich ook den Sultan
tot vijand kan maken. Engeland dreef hem er toe
ergens steun te zoeken en hij zocht dien ofschoon
te vergeefsbij den Sultan. Op dezelfde wijze dreef
Engeland de Christen-onderdanen in Europeesch Turkije,
door onverschillig te blijven voor hunne grieven en
steeds het gezag van den Sultan te steunen in de
armen van Rusland. Maar welke houding zou Arabi
tegen de Porte hebben aangenomen indien hij belang
stelling bij Engeland had gevonden Als wij Gladstone
hooren verklaren „wij voeren geen oorlog tegen het
Egyptische volk maar willen het bevrijden van ver
drukking. Wij willen de ontwikkeling der Egyptische
vrijheden niet tegenhouden, want wij wenschen Egypte
vrij en voorspoedig te zien," daa willen wij de oprecht
heid dier verklaring niet in twijfel trekken maar dan
vragen wij toch hoe is het mogelijk dat gij dus be
gint en met dom geweld toeslaat zonder eerst een
poging tot bemiddeling en bevrediging te beproeven
en met al uw invloed te steunen
ENGELAND. Den 9 deelde minister Childers op
het feestmaal van Mansion House mede dat van den
10 af dagelijks troepen te Alexandrie ontscheept zouden
worden. Minister Gladstone zeide dat de naar Egypte
gezonden engelsche strijdmacht groote belangen van het
Rijk te verdedigen had. Hij verklaarde echter luide
aan de geheele beschaafde werelddat die belangen
dezelfde warenwelke Engeland met alle staten van
Europa gemeen had. Egypte was de handelspoort van
twee werelddeelen en het was onvermijdelijk noodig
dat die poort open was en dat in het land vrede en
orde beerschte. Engeland deed zijn best dat doel te be
reiken. Het voerde geen oorlog tegen het egyptische
volk maar het wilde het bevrijden van verdrukking.
Het wilde de ontwikkeling der egyptische vrijheden
niet tegenhouden, maar het wenschte Egypte vrij en
voorspoedig te zien. Engeland ging daarheen zonder
eenige geheime bedoelingen. Het had niets voor an
dere volken te verbergen en daarom had het recht
te vorderen, dat men het vertrouwde.
Ketswayo de oud-Koning van Zoeloeland woonde
den 7 de zitting van het Lagerhuis bij. Hij had met
den minister van koloniën den volgenden dag een on
derhoud dat meer dan 2 uren duurde en zal eerstdaags
een onderhoud hebben met minister Gladstone.
Den 9 werd te Londen een standbeeld voor Glad
stone in Bowroad, nabij de parochiekerk, onthuld.
Hoogerhuis. De wet op de achterstallige pacht
in Ierland werd den 10 aangenomenzooals zij door
het Lagerhuis gewijzigd was. Lord Salisbury verklaarde
van verder verzet af te zien nu de meerderheid zijner
partij tegen verdere oppositie gestemd was wegens den
toestand in Ierland en wegens het egyptische vraagstuk.
Lagerhuis. De onder-minister van buitenland-
sche zaken verklaarde den 10 dat de Porte aan En
geland een ontwerp eener bekendmaking tot ondersteu
ning van den Onder-Koning toegezonden had, waarin
verklaard wordtdat Arabi een oproerling is. De mi
litaire overeenkomst was nog niet geteekend maar de
Sultan was tot het aangaan daarvan bereid. Den 11
zeide minister Gladstone dat het onmogelijk was nu
reeds bet einddoel der krijgsbewegingen in Egypte op
te geven maar de regeering beoogde geene blijvende
bezetting van dat rijk als in strijd zoowel met de
beginselen der regeering als met de meeuing der mo
gendheden.
Ierland. Men vreest voor eene werkstaking der
politie-beambten. Zij schijnen hunne betrekking te wil-
len neerleggenzoo hunne eischen om meer loon
snellere opklimming en voordeeliger pensioenen niet
worden ingewilligd.
turen te vertellen gelukte het hem de levendige
schaar van zich af te krijgen. Hij bleef voor Signe's
huisje dat op de hoogste plek van het dorp gelegen
was nog een wijle aarzelend staan alsof hij bevreesd
was om binnen te gaan en zijne zielvolle blik zweefde
over het voor hem liggende landschap.
Hoe onuitsprekelijk schoon was de wereld nu het
weldadige licht der zondie daarboven als een roode
vuurkogel naar den horizont neigde, de gansche natuur
tot vernieuwd leven opwekte, waar in aarde lucht en
water overal nieuwe beweging was waar te nemen
allerwege nieuwe knoppen zich ontwikkelden groene
spruiten te voorschijn kwamen en rots bosch en zee
zich met alle behoorlijkheden der noorsche lente tooiden.
Ook des menschen borst verhief zich krachtiger en
gevoelde zich aangespoord tot moedige daden, tot nieuwe
ondernemingen. Hem alleen was het ontzegdzich
krachtdadig te mengen in den strijd om de goederen
dezer aardezich een eigendom een hutje een boot,
een lieve vrouw te verwerven. Hem alleen had het
noodlot tot werkeloosheid gedoemd, hij was een kreupele,
de eenige onder een geslacht van mannen. Reeds als
knaap had hij moeten leeren, afstand te doen van alles,
wat in dit ruwe land den man waarde en achting ver
leent. Hij scheen van den eersten dag zijns leven be
stemd tot lijden en ontbering. Korten tijd slechts was
er ook op zijne levenspad een lichtstraal gevallenhij
meende liefde en vereering te lezen in de heldere oogen
van een meisjewier geest hij had gevormd en wier
onderwijzer en vriend hij was geweestzes jaren lang.
Toen kwam zijn broeder thuis en zijn schoonste
droom was voorbij.
De jonge man haalde zwaar adem somberder en
somberder werd zijn oogen alsof hij lichamelijk ver
moeid was, leunde hij tegen de rots, die zich dreigend
en beschermend tevens over het hutje heenboog. De
klaDk eener heldere meisjesstem, die door het geopende
FRANKRIJK. De prefect der Seine Floquet heeft,
evenals bij de vorige ministeriëele crisis, zijn ontslag,
gevraagd.
De heer Hérisson, radicaal afgevaardigde van Parijs,
en oud lid en voorzitter van den gemeenteraad van Parijs
is minister van openbare werken geworden.
ITALIË. Yan de 2898 kiezers voor de kamer van
afgevaardigden te Rome kwamen den 6 bij de verkie
zing van een lid slechts 394 ter stembus.
OOSTENRIJK-HONGARIJE. Den 9 kwamen de
Keizers van Duitschland en Oostenrijk te Ischl bijeen.
Verscheidene bladeu hechten aan deze bijeenkomst
volstrekt geene staatkundige beteekenis en beschouwen
haar meer als een vriendschappelijk samenzijn.
TDRKIJE. De Porte ontving van de egyptische
regeering te Cairo een sctu-ijvenwaarin opgekomen
wordt tegen de bezetting van het Suezkanaal door Enge
land. Zoo de verdedigingsmaatregelen der egyptenaren
aan het kanaal schade mochten toebrengenstelt de
egyptische regeering Engeland daarvoor verantwoordelijk.
Italie's voorstel betreffende een internationaal politie
toezicht over het Suez-Kanaal schijnt weinig bijval te
hebben gehouden. Men verwachtte te Konstantinopel,
dat de gezanten onbepaald zouden uiteengaan.
EGYPTE. De regeering verzocht aan de verschil
lende consuls, hunnen invloed te doen gelden, ter ver
krijging dat bij het dreigend gebrek aan drinkwater
de vluchtelingen niet thans reeds naar Alexandrie terug
keeren.
Het transportschip de Orient kwam den 10 te Alexandrie
aan. Op dat schip was het le batalllon der Schotsche
gardes met den hertog van Connaught, die dadelijk met
den engelschen consul-generaal een bezoek bracht aan
den Onder-Koning. Ook de Salames kwam aan.
Arabi heeft bij Teb el-Kebir een groot versterkt
kamp met het oog op een aanval der uit Indië ko
mende engelsche troepen. Bij Alexandrië versterken
zijne troepen de stellingen waaruit zij den 5 ver
dreven werden doch die zij na het terugtrekken der
engelschen weder bezetten. Te Port Saïd blijft het
rustigde nieuwe door Arabi gezonden gouverneur
bestuurt de stadterwijl de oude gouverneur aan
boord der engelsche schepen is.
Den 7 's namiddags 3% ure, ging de te Ommer-
schans verpleegde van Pelt van zijn werk naar een af
gelegen schuurgevuld met eene groote hoeveelheid
ongedorschte rogge behoorende tot de hoeve van den
onder-directeur van den landbouw R. van Nispon.
In die schuur waren behalve het koren, verscheidene
machines aanwezig. Met een lucifer stak hij de schuur
in brand tengevolge waarvan binnen korten tijd zoowel
de schuur als eene in de nabijheid staande hooiberg
van ongeveer 25000 Ned. ponden hooi afbrandden. Kor
ten tijd na het plegen van dit feit meldde hij zich bij
de politie als de dader aan onder bijvoeging dat hij
3 lucifers gebruikt had om den boel in brand te steken.
Dadelijk was op hem het vermoeden gevallen. Den
9 trachtte een ander verpleegde van Putten genaamd,
op schoven staande rogge in brand te steken en gaf
zich daarna vrijwillig als de dader aan.
Bij het ministerie van marine is bericht ontvan
gen van den nederlandschen consul te Oldenburg uat
den 8 op de Jeversche kust aangespoeld is het lijk van
den matroos H. D. Jansen laatst aan boord van de
Adder.
Den 8 werd te Maastricht in plaats van wijlen
don beer Nysttevens lid der Kamertot lid der
Provinciale Staten gekozen de heer M. J. Marres wet
houder, candidaat der ultramontanen. De candidaat
der liberale partij Mr. Haex bekwam 315 stemmen.
Den 9 is te Bloemendaal tusschen paal 61 en,62
aan het strand aangespoeld het lijk van een man ge
heel naekt en zonder hoofd.
Den 9 stond voor het gerechtshof te 's Graven-
venster tot hem doordrong, ontrukte hem eindelijk aan
zijn sombere gedachten. Hij streek zich de lange blonde
haren die over zijn gelaat waren gevallen van het
voorhoofd en zijne bijna kinderlijk fijne trekken namen
weder de uitdrukking van milde vriendelijkheid aan.
Zacht trad hij de kamer binnen waarin Signe zat
te spinnen en bij het snorren van het rad een dier
oude liederen zongzooals zij in den mond der bewo
ners dier noorsche kusten nog heden voortleven. Ge
heel in haar werk verdieptbemerkte zij nietdat de
deur openging en Erik op den drempel trad, zij spinde
en zong ijverig door.
Zij hield een oogenblik op om de gebroken draad
aan elkander te knoopen terwijl een lachje aan haar
gelaat nog liever uitdrukking gaf. Dacht zij aan Hen-
drik's terugkomst en aan haar huwelijk P Erik stond
onbewegelijk, met den blik strak gericht op het boeiende
beelddat de spinster aanbood, terwijl zij, in het door
het venster vallende avondlicht zich over haar arbeid
boog. Toen de draad gehecht was, wierp zij de dichte
haarvlechten terugstroopte de mouwen van haar kort
kleed op en begon opnieuw te spinnen en te zingen.
Plotseling echter hield zij op. Toevallig opziende
viel haar de luisteraar in het oog.
„Zijt gij daar, Erik, waarom komt gij niet binnen
„Ik wilde u niet storen gij zongt zoo schoon."
„Jadat heeft veel te beduiden lachte zij. „Het
loont wel de moeite om er naar te luisteren vooral
voor een manals gydie waarlijk wel wat beters
weet te doen."
„Toch wel antwoordde hij tegenover haar plaats
nemende. „Uwe stem heeft zulk een eigenaardige klank
en toen ik u aan het spinnewiel zag zittendeedt gij
mij denken aan Ingeborg, toen zij Erithjof het afscheid
toeriep."
Signe boog zich over haar werk alsof er iets niet
in orde was en schudde afwerend het hoofd.
hage terecht L, J. J. Roland banketbakkersbediende
beschuldigd van moord, vergezeld met diefstal, geweld-
oefening, brandstichting en doodelijke verwonding van
C. H. Snijders te Veere in welke gerucht makende
zaak 63 getuigen en eenige deskundigen opgeroepen
waren. De deskundigen verklaarden o. a., dat zij op het
lijk 15 wonden hadden bevonden, waarvan 6 meer belang
rijke die den dood ten gevolge moesten hebbendat
zelfmoord of eene gebeurtenis aan een ongeluk of toe
val onmogelijk was. De beschuldigde ontkende alles
en verklaarde o. a., dat de verwondingen aan zijne
rechterhand ontstaan waren door het snijden van een
stokje met een mesjedat hij sedert dien tijd verloren
had. De deskundigen spraken deze beweringen dadelijk
tegen beschuldigde was niet links en kon zich dus
niet snijden in de vingers der rechterhand. Het in het
bezit van den beschuldigde gevonden horlogie werd
door getuigen herkend als het eigendom van den ver
moorde diezelfde getuigen verklaarden dat naar hunne
berekening ongeveer f 8000 in kapitaal moest zijn ge
vonden doch dat niets gevonden was Een politie-amb-
tenaar uit Antwerpen had ontdektdat het zilveren
horlogiedat beschuldigde beweerde te Middelburg ge
kocht te hebben hetzelfde nummer droeg als dat, inder
tijd aan een bakker aldaar ontstolen. De vraag van
den President, of hij wist, dat de doodstraf in Nederland
afgeschaft was, werd toestemmend beantwoord. Het pu
bliek dat over dat antwoord lachte, werd dadelijk tot stilte
aangemaand. De beschuldigde bleef bij zijn verhoor
den 10 alle schuld ontkennen. De procureor-generaal
eischte zijne veroordeeling tot levenslange gevangenis
straf. Zijn advokaat achtte zijne schuld niet bewezen
en eischte zijne vrijspraak. Den 16 wordt het vonnis
uitgesproken.
Den 9, des avonds ongeveer negen uur, ontstond
plotseling brand in het bebouwde gedeelte van de buurt
St. Maartensbrug gemeente Zijpe, in eene woning, door
vier gezinnen bewoond. Een der bewoners was afwezig,
doch de anderen lagen reeds in diepe rust. Bij hem, bij wien
de brand ontstond, moest men de ramen inslaan om hem
te wekken. In anderhalf uur lag alles tegen den grond.
Eerst toen de brand vijf kwartier geduurd had, kwam
de eerste spuit van Burgerbrug, en eenigen tijd later,
die van Scbagerbrug welke laatste echter geen water
behoefde te geven. Men zag ook thans weder de nood
zakelijkheid in om een eigen spuit te bezitten, daar van
het slechts 10 minuten verwijderde St. Maarten geen
hulp werd verleend. De oorzaak van den brand moet
vermoedelijk hierin gezocht wordendat er vuur uit
de kachel is gevallen. Slechts gedeeltelijk waren de be
woners tegen brandschade verzekerd. Gelukkig heerschte
er windstilte, waardoor het dorp voor een groot gevaar
is behoed.
Den 9 werd te Zaandam een belangrijke inboedel
verkocht. Een notenboomhouten porceleinkast met
fraai snijwerk en zilver beslag bracht 1440 en een
fraai gedreven ouderwetschen gouden tasbeugel f 740 op.
Het Nederlandsche bijbelgenoo:schap vergaderde
den 9 te Amsterdam. Uit het verslag bleek o. a., dat
het aantal leden verminderd was dat te Geldermalsem
een nieuwe afdeeling opgericht en de afdeeling te Am
sterdam op eene nieuwe doelmatiger wijze ingedeeld
was. Aan bijdragen was ontvangen f 38768,12 aan
giften en legaten f 5551,86% aan renten f 6933,83
aan verkochte bijbels f 10979,31%. De uitgaven be
stonden in: kosten van beheer f 13078,85%; druk- en
b'ndloon ƒ30498,69, oost-indische bijbeIvertalingZ'3372,45
Afgeleverd werden 11971 bijbels, 1100 oude, 1558 5
nieuwe testamenten 60 afzonderlijke bijbelboeken 7465
kerkboeken, samen 36181 stuks.
De vereeniging door Vermaak tot Nut te Haarlem
gaf den 9 aan 370 kinderen van 10 tot 12 jaar haar
jaarlijksch zomer-kiuderfeest. Zij zijn per trein naar
Amsterdam geweest, alwaar Artis bezocht werd.
Den 9 en 10 werd te 's Gravenhage de alge-
meene vergadering gehouden van de leden der Ver
eeniging tot bevordering van fabrieks- en handwerks-
nijverheid in Nederland. In het volgende jaar komen
zij te Amsterdam bijeen.
Den 10 besloot de Gemeenteraad van Rotterdam
tot vermeerdering der reddingsmiddelen bij brand.
„Loop heen, ik ben een visschersmeisje en Ingeborg
was een koningsdochter. Hoe zou ik mij met haar
kunnen vergelijkendan zou ik toch goddeloos hoo-
vaardig zijn."
„Niet de geboorte doet alles af," antwoordde hij.
„Schoonheid van ziel en lichaam heeft de natuur niet
alleen aan vorsten geschonken. Wat in het binnenste
van een mensch leeft dat is zijn goddelijk erfdeel en
doet hem meer uitblinken dan rang en rijkdom. Ook
helden en dichters wier naam de nakomelingschap
met eere noemt, waren vaak van nederige afkomst.
Maar waarom spint gij nietSignelaat u door mij
niet storen."
„Het is reeds te donker, ik kan de draad niet goed
meer zien. Vertel mij liever iets, ik luister zoo gaarne
naar u. Of leer mij een aardig gedicht uit uwe nieuwe
boeken."
Een vluchtig rood bedekte Erik's gelaat. Hoe vaak
had zij aan zijne voeten gezeten naar zijne woorden
geluisterd, terwijl hij, onuitsprekelijk gelukkig, haar
alles mededeelde wat hij voor schoons had gelezen en
geleerd. Dat waren heerlijke, onvergetelijke uren
en nu Zijn broeder had na slechts enkele dagen te
zijn thuis geweest, de zege weggedragen. Wie kon
zich ook met hem meten? Den sterken toch behoor en
de goederen dezer aarde, voor den zwakke blijven in den
spiegel zijner verbeelding alleen de eeuwige beelden over.
Signe was achterover in haar stoel gaan liggen en
zag hem met de handen in de schoot gevouwen vol
verwachting aan. Doch hij durfde niet te spreken uit
vreeszijn overvol hart te zullen verraden. Reeds de
nabijheid van haar, die hij beminde en die hem in de
reeds invallende schemering nog lieftalliger toescheen
dan gewoonlijkmaakte hem gelukkig.
Wordt vervolgd.