No. 106. Vier en tachtigste Jaargang. 1882 WOENSDAG 6 SEPTEMBER. FEUILLETON, De Hoop van §tavö. Prijs der gewone Advertentiën ©fficiêel ©e&eelte. BuiteuSaufo ALKfflitARSCIIE COURANT. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele Iiijk f 1, De 3 nummers f 0-06. Van 15 regels 0,75; iedere regel meer f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS- TER ZOON BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR, brengen ter algemeene kennis, dat de gemeente-begrooting, dienst 1883, beden door ben den gemeenteraad aangeboden, gedurende de eerstvolgende veertien dagen op de secretarie der gemeente ter inzage nedergelegd en tegen betaling der kosten in afschrift verkrijgbaar is. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, A. MACLAINE PONT. 1 Sept. 1882. De Secretaris, NUHOUT van der VEEN. De onderstaande personen worden verzocht zich ter secretarie aan te melden, als: DIRK HARTOG, geboren te Westzaan 19 Juni 1854 en JOHANNA AGATHA KONING geb. BAK KER, 1. w. Wageningen. DENEMARKEN. Voor eenigen tijd werd gemeld dat op IJslaud hongersnood heerschte. Latere berich ten bevestigen zulks. Door den zachten winter waren in het voorjaar ontzachelijke ijsmassa's in het hooge Noorden los geraakt en zoodanig om het noordelijk deel van het eiland gedrevendat in het begin van Augustus nog uitgestrekte ijsvelden rondom zichtbaar waren. In den nu afgeloopen zomer wilde niets groeien en het vee had dus geen voeder. In 3 districten stier ven 108 runderen, 501 paarden en veulens en bijna 26000 schapen en lammeren. De deensche regeering wil eene subsidie uit de schatkist aan het eiland ver- leenen terwijl de ingezetenen gelden bijeen brengen. De grootste behoefte bestaat echter niet aan geld maar aan levensmiddelen en bij den ontvang daarvan bestaat voor de bewoners bizondere haast want bij lang wachten zou de scheepvaart geheel afgesloten geraken. ENGELAND. Verscheidene bladen waaronder de Times hopen dat de nog steeds niet tot stand geko men militaire overeenkomst met Turkije in het geheel niet tot stand zal komen. Het wordt volgens dat blad hoe langer zoo duidelijker dat de opstand in Egypte niet maar eene op zich zelve staande uitbarsting van mohammedaansche of anti-europeesche dweeperij is. Ge heel Noord-Africa, van het Suez-kanaal tot Marokko, is in een.toestand van gisting en het wordt volstrekt niet zeker geacht, dat de moeilijkheden voor Engeland over wonnen zijn, al heeft de veldtogt tegen Arabi den voor- spoedigsten loop. Daarom is iedere tusschenkomst van de Porte in Egypte bedenkelijk. Het moge een toege ven op een ondergeschikt punt schijnen aan de turksche souvereiniteitzoo men haar vergunt eene kleine troe penmacht in Egypte te doen landen maar men moet niet vergeten, dat de Sultan reeds 20,000 man in Tri poli heeft, van meer dan 100 Krupp-kanonnen voorzien. De regeering besloot onverwijld 5000 man naar Alexandrië te zenden, om de brigade van generaal Wood in staat te stellen zich bij generaal Wolseley aan te slniten. Ierland. Te Dublin werden 300 agenten der ste delijke politie door de overheid geschorst wegens het bijwonen eener vergadering op den 29waarin eene motie aangenomen was, die ontevredenheid uitsprak over hunne hoofden en het gedrag van dezen beoordeelde. De politie-bureaux werden door soldaten bezet. De Onder-Koning vaardigde eene kennisgeving uit, waarbij een beroep gedaan werd op de welgezinde burgers, om een bizonder politie-corps te vormen in plaats van de ontslagen agenten. Den 1 's avonds waren reeds 400 personen ingelijfd. De gemeenteraad kwam dien avond bijeen en de burgemeester gaf zijn voornemen te kennen, om eene kennisgeving uit te vaardigen waarbij hij de burgerij zou uitnoodigen, bij de afwezigheid van politie behulpzaam te zijn in het handhaven der orde. Dien dag hadden de gezamenlijke politie-agenten ten getale van 883 man, hun werk gestaakt: alleen de hoogere beambteninspecteurs en sergeanten bleven op hun post: 's avonds hadden rustverstoringen plaats, die door d3 militaire macht, soms met gevelde bajonet, onder drukt werden. Voortdurend werden nog bizondere politie agenten beeëdigd. Den 2 's avonds hadden verscheidene agenten aangeboden, den dienst te hervatten, na denOnder- Koning in een uitvoerig stuk hun leedwezen over hun ge drag te kennen gegeven te hebben, met eerbiedig ver zoek hunne grieven in overweging te willen nemen. Sommige agenten volhardden nog in hun verzet. De Onder-Koning nam de 700 bizondere politie-agenten zoo op dien dag als op den 1 geworven, in oogenschouw en zeide hun namens de Koningin dank voor do bewezen trouw en de bereidverklaring tot bevordering van het al gemeen belang, waarvan zij door hunne aanmelding blijk gaven, nadat hij eerst de redenen der werkstaking aan hen had medegedeeld. De politie-agenten die den dienst hervat hadden werden naar de voorsteden gezonden. In de voornaamste straten van Dublin bleven de solda ten dienst doen. Te middernacht ontstond eene groote beweging onder bet gepeupeldat steenen naar de soldaten wierp ten gevolge waarvan de soldaten drie malen de menigte aanvielen en uit een dreven. 12 per sonen werden daarbij door bajonetsteken gekwetst niemand echter ernstig. Eenige personen werden in hechtenis genomen. Den 3 des avonds werden de on geregeldheden herhaald. Een officier der bizondere politie die een revolver op de menigte afschoot en een man wondde werd door het gepeupel aangevallen en doodelijk verwond. Het onlangs tot 6 maanden gevangenisstraf veroor deelde parlementslid Gray is het eereburgerschap van Wexford en Cork aangeboden. FRANKRIJK. Na den fransch duitschen oorlog werd te Parijs eene vereeniging gevormdde Ligue des Patriotes genaamd (de oprechte vaderJan- dersbond), met het doel onder hare leden de liefde voor het vaderland aan te wakkeren en levendig te houden. Hare leden waren hoofdzakelijk knappe jonge lieden kunstenaars letterkundigen enz. Niet ver van het lokaalwaar deze bond bijeen komtis een ander lokaalwaar eene duitsche gymnastiekvereni ging vergadert. Tussehen deze twee vereenigingen bestond eene groote haatdie vooral aangewakkerd werd door de meermalen vernomen klachtdat die duitschers zich op beleedigende wijze uitlieten over Frankrijk het land waar zij gastvrij verbleven. Een van de leden der duitsche vereeniging zond dezer dagen, hetzij uit scherts hetzij uit misverstand aan een der leden van genoemde fransche vereeniging eene uitnoo- diging tot bijwoning van een feest, aan twee naar Duitschland terugkeerende leden aan te bieden. De fransche vereeniging beschouwde deze uitnoodiging als eene uittarting en zeker zou eene hevige vechtpartij ontstaan zijn zoo de politie niet bij tijds onderricht was van het voornemen daartoe en de uitvoering ver hinderd had. De eigenaar van het lokaal, waar de fees telijke bijeenkomst zou plaats hebben, had de voorzich tigheid zijn lokaal wegens vertimmering te sluiten. De duitschers zijn over het gebeurde verontwaardigd, verkla ren, niet bedoeld te hebben, de franschen te beleedigen en beschouwen de verzending der uitnoodiging niet anders dan een grap. Dit op zich zelf onbeteekenende voorval werd door de bladen dadelijk druk besproken en gaf tot allerlei beschouwingen aanleidingwaaruit duidelijk blijkthoe slecht de verstandhouding tussehen franschen en duitschers is en hoe gemakkelijk te Parijs botsingen kunnen ontstaan, wanneer men weetdat na het einde van den oorlog de duitsche werklieden weder in groot aantal terug zijn gekomen en zoo niet de grootstetoch zeker een zeer groote rol spelen in de werkplaatsen en magazijnen der hoofdstad. De bladen der onver- zoenlijken steken met het gebeurde den draak en keuren de houding der fransche vereeniging zeer af. Een hun ner geeft duidelijk te kennen hetgeen in de andere bladen tussehen de regels door te lezen isdat het gebeurde het werk van Gambetta en zijne aanhangers is. De gouverneur van Parijs, die onder-voorzitter der fransche vereeniging washeeft zijn ontslag moeten nemen omdat hij zonder vergunning van den minis ter van oorlog die betrekking aanvaard hadzooals het reglement voorschrijft. De minister riep hem ter verantwoording op. De heer de Lesseps heeft verklaard zich aan elk huldebetoon dat hem bij zijne komst te Parijs mocht worden aangeboden te zullen onttrekken en zich da delijk na zijne terugkomst aldaar naar zijn landgoed te zullen begeven tot herstel zijner gezondheid. Het feestmaaldat hem aangeboden zou worden zal dus niet doorgaan. In den omtrek van Montlacon en Commentry hebben den 3 ongeregeldheden plaats gehadgelijk aan die te Montceau-aux-Mines. Acht kruisbeelden werden omver gehaald. De schuldigen werden ijverig opgespoord. 13) De zieke ontwaakte en bewoog zich, dat bracht Signe tot bezinning. Haastig wischte zij zich de tranen uit het gelaatsloot het venster en ijlde naar Greta's bed, die zich half had opgericht en met vorschenden blik rond zag. Zij schudde daarop treurig met het hoofd. „Hij is er niet"mompelde zij de oogen sluitende en zij viel weer op het bed terug. „Zoekt gij Knut vroeg Signehare hand grijpende die koel en geheel koortsvrij was. „Troost uhij zal terugkomen." Greta opende langzaam de oogen, met helderen kal- men blik in het gelaat harer verpleegster ziendedie zich over haar heen gebogen had. „Hij is niet terug gekeerd hij weet niet, hoe ik er naar verlang, hem te smeeken mij vergiffenis te schenken voor het onrecht dat ik hem heb aangedaan." Haar blik ging weder zoekend de kamer rond. „"Waar is mijn kind F" „Bij mijn moeder. Gij waart zeer ziek en ik meende dat het daar beter verzorgd zou worden." „Ja ik was ziek, in dat uur, toen ik Knut valschelijk beschuldigde dat hoe lang is het reeds geleden welke dag is het heden En toen Signe het haar ge zegd hadging zij heftiger voort„Gisteren En gij zit zoo kalm hier, Signeals of er niets geschied was?" „Wat zou er geschied zijn F" vroeg deze verwonderd. „Wat geschied is. O, arm kind, gij weet het nog niet, de „Hoop" is op het Skakingerkliff gestooten Signe, ten nieuwen aanval van ijlkoortsen vreezende, omvatte Greta met beide armen en trachtte haar zacht op het bed neer te drukken, maar Greta weerde haar af. „Raak mij niet aan. Ik ben gezond. Gij hoordet im mers, dat ik ziek was gisteren toen ik Knut niet ge loofde, nu ben ik weder geheel bij mijn verstand. Kom, laat ons de boot klaar makenen naar het Skakingerkliff varen, gij zult zelf zien, dat Knut de waarheid beeft ge sproken." Vergeefs poogde Signe Greta terug te hou den die bij de laatste woorden was opgesprongen en zich snel begon aan te kleeden. „Gij gelooft mij niet, evenals ik hem niet heb willen gelooven" antwoordde Greta „maar ik zeg uhij zag Jens Perssen aan boordtoen nog niemand er aan dachtdat de knaap de reis mede zou maken en evenals dit in vervulling is gekomen, zal ook het overige waarheid worden. Komaanwij zullen ons zekerheid verschaffen." Door eene onbestemde vrees bevangen, volgde Signe haartoen zij de deur uit snelde. Beneden aan het strand vonden zij een half dozijn visschers, die over het weer spraken en daarbij na een wit punt keken j dat dicht voor de bocht nu eens boven op de golven te voorschijn kwam, dan weder daarachter verdween. „Het is Kjar's bootzeide Lars Perssende handen boven de oogen houdende. „Wat doet die buiten bij zulk een zee?" „De duivel mag het weten." „Hij houdt recht op ons aan, zeide Niels Dahl, een gespierde man met grijs haar en een dik, rond gelaat. „Een zeer aangenaam bezoek die oude raaf," voegde Perssen er bij. „Maar waarachtig ik geloofdat die vrouwen ook uit willen. Heidaar, Gretawaar gaat de reis heen F" De aangesprokene antwoordde niet en Niels Dahl merkte spottend op „Laat haar maarzij zoekt haar man den deserteur." De opmerkzaamheid richtte zich weder op de boot van Kjardie snel als een meeuw voor den wind naderde. „Wilt gij niet een van de mannen vragen om mede te gaan F" vroeg Signe Greta, die bezig was de boot in orde te brengen. „Ik kan het alleen welwij hebben niemand noodig." Signe gaf het op, verder aan te dringendaar zij wel kon raden dat Greta hooptehaar man aan het Skakingerkliff te vinden en bij de verzoening geen overtollige getuigen wilde hebben. Zwijgend sloeg zij weder de hand aan het werkom het zeil op te hijschen en het roer vast te maken. Juist was Greta op het punt, van strand te stooten, toen Kjars boot aan kwam. De oude man sprong er uitwaadde door het eind water, dat hem nog van het strand scheiddeen trad op de visschers toe. „Wat is er, Kjar F" riep een van hen. „Er is van nacht een schip op het Skakingerkliff vergaan." „Welk schip F" vroegen verscheidene stemmen te gelijk. „Dat zult gij vroeg genoeg vernemen. Wanneer gij nog lang hier praatspoelt de zuidenwind de overblijfselen aan strand." „De „Hoop" is het, ik heb het geweten 1" riep Greta. Op dezen uitroep werd nauwelijks geletalleen Signe verbleekte. „Voortvoortdrong zij aanmet den haak de boot afstootende. Intusschen hadden de visschers te vergeefs beproefd, van Kjar iets naders omtrent de schipbreuk te verne men de oude man kon of wilde niets meer zeggen. „Zie zelf!" antwoordde hijliet de vragers staan en ging op Harding's huis toe. Lars Perssen en Niels Dahl kwamen aanloopen juist toen Signe en Greta van strand zetten en sprongen in de boot. „Neem ons medewij willen er ook been." De boot schoot pijlsnel door de golven der bocht. Weinige minuten later was het geheele dorp op de been en de mannelijke bewonersdoor den luiden roep der visschers nieuwsgierig gemaaktaan het strand verzameld. De hoop op strandgoed zette op eens alle armen in bewegingieder haastte zich het eerst op de plaats des onheils te komen, om zooveel mogelijk van de drijvende stukken hout en goederen op te visschen. De

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1882 | | pagina 1