No. 109.
Vier en tachtigste Jaargang.
1882.
WOENSDAG
13 SEPTEMBER.
FEUILLETON.
Tweeërlei Liefde.
Prijs der gewone Advertentiën
(Dlficiëel (Bóebeeïte.
BuitettlAttb.
ALK1HAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Dondsrdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
Van 15 regels /0,75; iedere regel meer /"0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON
De persoon van P. J. P. H. LANS wordt verzocht zich
ter gemeente-secretarie aan te meiden.
DENEMARKEN. Bij de verkiezing van de kieseol-
legiën voor de tweede Kamer behaalde de conservatieve
partij de overwinning in sommige districten evenwel
met geringe meerderheid tegenover de sociaal-democraten.
ÜUITSCHLAND. Den Q ontving de Keizer te
Breslau ten gehoore eene commissie uit de studenten
afgevaardigd en woonde weder gedurende 3 uren op
een paard de legeroefeningen bij in gezelschap van den
kroonprins.
ENGELAND. De Times zegt in een opstel over
de houding van Duitschland in het egyptische vraag
stuk dat die mogendheid tot dus ver met goed gevolg
van haren grooten invloed in Europa en van de bizon-
dere geschiktheid harer diplomatie gebruik heeft ge
maakt, om den vrede in Europa te handhaven, zonder
hare eigen belangen te krenken. Elk plan waardoor
zelfs onwillekeurig scheuring had kunnen ^ontstaan
werd door haar verijdeld. Aan prins Bismarck is het
te danken dat elke tusschenkomst van anderen geweerd
is en dat Engeland zijne taak in Egypte vervullen kan.
Duitschland is alleen op het behoud van den vrede
bedacht en heeft alles gedaan wat strekken kon om
de egyptische zafegn geheel afgescheiden van andere
vraagstukken te houden.
De minister van buitenlandsche zaken ontving den 7
een telegrafisch bericht van den engelschen consul-
generaal Maletwaarbij hij mededeelde dat de Onder-
Koning hem geschreven had dat het verspreide gerucht,
dat zekere krijgsgevangenen door de egyptische over
heidspersonen op de pijnbank gemarteld waren onge
grond was. Hij erkende dat dit het geval is geweest
met een spiondie weigerde inlichtingen te geven
doch dat het na dien tijd uitdrukkelijk verboden was.
In verschillende bladen wordt het betreurd dat ge
neraal Wolseley zoo lang gewacht heeft met het aanval
len van Arabi en Isma'ilia koos tot uitgang zijner
krijgsbewegingen daar Arabi daardoor te veel gelegen
heid verkreeg om zich te versterken. Anderen prijzen
juist deze voorzichtigheid. Een bekwaam officier deelde
echter aan den berichtgever der Times te Alexandrië
mede dat het groote voordeel van een aanval van de
zijde van Isma'ilia naar het algemeen gevoelen gelegen
was in het feitdat de vijand aangevallen werd van
eene zijdewaar hij niet gereed was en dat zijne ver
schansingen te Kafr-el-Dowar hem niet hielpen. Dat
voordeel was evenwel grootendeels te loor gegaan nu
generaal Wolseley zelf zooveel tijd noodig had gehad
om zich aldaar te verschansen. Een oostersche vijand
moetzoodra hij gevonden wordtaangevallen worden:
een aanval op hem uit te stellen is gevaarlijkwant
daardoor krijgt hij moed. De berichtgever der Stan
dard is van hetzelfde gevoelen.
Iekland. In Augustus zijn 165 misdaden gepleegd,
waaronder één moord7 pogingen tot moord en 16
brandstichtingen. Bij Juli vergeleken is het aantal
misdaden verminderd.
Zeventien politie-agenten zijn te Dublin niet op nieuw
aangesteld.
Den 27 zullen aldaar tien personen terecht staan
verdacht van den onlangs gemelden moord op het
huisgezin Joyce te hebben gepleegd.
RUSLAND. Het Dagblad van St. Petersburg kwam
dezer dagen met kracht op tegen de beschuldiging der
Times dat Rusland pogen zou in Kleiu-Azië onlusten
te verwekken om thans in troebel water te kunnen
visschen en dat het verzoek van den russischen gezant
te Konstantinopel om gevangenneming van Obeidul-
lah een stap van Rusland in deze richting was. De
russiache regeering heeft alleen het door Perzie gedaan
verzoek ondersteund ter voorkoming van verwikkelin
gen in die streken.
Ook laakt het sterk de beweering der Globe
die betoogd heeftdab men zich aan verdragen niet
altijd houden kan. Het betoogt de onschendbaarheid
der verdragen en verklaart waarschijnlijk ook we
gens de geruchten van een geheim verdrag tusschen
de Porte en Engeland dat niets Engeland ont
slaan kan van de plechtige beloftedat het in ge
meen overleg met de mogendheden het egyptische
vraagstuk voor goed zou regelen.
SPANJE. Bij onderzoek is gebleken dat de aan
den minister van financiën toegezonden fleschjes niet
dynamiet, maar nitro-glyeerine inhielden.
TURKIJE. De engelsche gezant verklaarde aan de
Portedat de bepaling betreffende het vertrek der
tnrksche troepen naar Port-Saïd in dien zin moest op
gevat worden dat zij niet het recht zouden hebben
om daar aan wal te gaan maar dat hun eenmaal in
de wateren voor Port-Saïd aangekomen door den en
gelschen bevelhebber gezegd zou worden waarheen zij
zich zouden moeten begeven. De Porte kwam hierte
gen op. Naar hare meening was men overeengekomen,
dat de militaire overeenkomstwaarvan de bepalingen
vastgesteld waren geteekend zou worden op het oogen-
blik van de uitvaardiging der bekendmakingwaarbij
Arabi tot oproerling verklaard werd. Zij gaf onder
deze voorwaarde hare toestemming tot de uitvaardiging
der bekendmaking en vroeg dus thans de onmiddelijke
onderteekening. De gezant verlangde in die bekend
making daarop eenige wijzigingen. Het antwoord der
Porte luidde dat Engeland slechts de verklaring van
Arabi tot oproerling verlangdeaan welk verlangen
voldaan was. Den 10 des avonds begaf Said-pacha
zich naar Therapia, om aan den engelschen gezant eene
nieuwe ontwerp-overeenkomst aan te bieden.
EGYPTE. Eene verkenning, bestaande uit een deta
chement infanterie te paard en indische kavallerie, met 4
kanonnen ging den 8 's morgens te -1 ure in zuidweste
lijke richting uit. Te 8 Uren waren zij, na een levendig
geweervuurgenoodzaakt zich terug te trekken. Zij
leden daarbij weinig verlies. Het gerucht liepdat
het Kanaal boven den dijk bij Tel-el-Kebir door Arabi
doorgesneden was waardoor de laag gelegen landerijen
ten zuiden dier plaats onder water geloopen waren.
Den 8 viel de arabische bevolking te Alexandrië de
politie aan die de wacht hield bij de galgwaaraan
in de inlandsche wijk de moordenaar van 2 engelschen
den vorigen dag opgehangen was. Zij vedreef de politie
en maakte zich van het lijk meester om het, naar men
zegtte balsemen opdat het als dat van een heilige
vereerd zou worden.
Dienzelfden dag kwam bij de consuls-generaal een ont-
werp-besiuit met begeleidend schrijven der egypt. regee
ring in, waarbij voorgesteld wordt de benoeming eener in
ternationale commissie tot toekenning van schadeloos
stelling voorbij de gebeurtenissen van Juni 1.1. geleden
verliezen. Zij zou bestaan uit 4 ledeu der kas van de
openbare schuldtwee egyptische afgevaardigden en
een gevolmachtigde van ieder der zes groote mogend
heden waarbij Érankrijk en Engeland ieder 2 stemmen
zouden uitbrengen. Een egyptiseh afgevaardigde zou
voorzitter zijnde onder-voorzitter zon bij meerderheid
van stemmen benoemd worden. Juweelen, effecten en
voorwerpen van kunst zouden niet in de schadeloos
stelling vallen. De som bestemd voor de kosten van
het beheer van het land zou onaangetast blijven.
Den 9 werden een groot aantal Bedouïnen opge
merkt zich begevende naar Mex. De engelschen
richtten verscheidene kanonschoten op henmaar
aan eene kleine macht gelukte hetMex binnen te
komen. Des middags vielen de engelschen hen aan en
verjoegen ze met de bajonet. Ook in de nabijheid van
Ramleh werd door de Bedouïnen veel bedrijvigheid aan
den dag gelegd met het oog waarop de engelsche
voorposten versterkt zijn en talrijke piketten de ronde
doen in de omstreken van Ramleh.
Dienzelfden dag viel bij zonsopgang eene aanzienlijke
egyptische krijsmaeht, door sommigen op L3000 man ge
schat, met 22 kanonnen de engelsche voorposten aan.
Generaal Willis rukte voorwaarts en viel hen aan. Zij
werden terug gedreven met groote verliezen. O. a.
bemachtigden de engelschen 4 kanonnen en werden
verscheidene soldaten krijgsgevangen gemaakt. De vij
and trok zich achter zijne aardenwerken terugvan
waar hij op een afstand van 500 el het geschutvuur
voortzette. Yolgens generaal Wolseley waren de ver
liezen der engelschen gering bizondere berichtgevers
schatten het verlies aanvankelijk op 100 man aan dooden
2)
Menigeen dacht zeker dien avond met bewondering
aan de trotsche vrouwenfiguur in het wit atlassen kleed,
met hetglansige haar menig jong meisje droomde zeker
met afgunst van gelijke triumfen gelijke bewondering.
Niemand vermoedde echter welke treurige gedachten
de gevierde vrouw kwelde en hoe onrustig haar slaap
was. Hoezeer had zij zich vergist in het karakter van
van Hagstraten en dit had een sombere schaduw over
haar gemoed geworpen; het tegenwoordige scheen haar
vreugdeloosde toekomst trok haar niet aan en het
verledene bood haar geen zoete herinneringen aan. Zij
vergat in haar treurige stemming de uren van genot
die de kunst haar geschonken had de triumfen die
zij gevierd de schitterende positie die zij zich zelf
veroverd had, schitterender dan gewoonlijk een vrouw
ten deel valt. Zij dacht slechts aan hare bittere ervarin
gen en aan de leegte van haar hart. Haar kortstondige
echt had haar weinig geluk gebracht. Giulio Gradisca
was zonder twijfel een geniaal mensch een geestrijk
tooneelspeler geweestmaar voor echtgenoot deugde
hij niet. In woorden vol hartstochtelijken gloed had
hij het zeventienjarige meisje zijn liefde betuigd toen
zij zijne vrouw was verdween echter de betoovering die
zij op zijn zuidelijke natuur had uitgeoefend na weinige
weken van illusiehij begon spoedig zijne vrouw te
veronachtzamen de oude ongebonden levenswijze weder
op te nemen die hij om harentwille had opgegeven
hij speeldehij dronken Mathildedie tot nu toe
eene kinl^rlijke dweepster was geweest, ofschoon zij
op het toon:el leefde leerde eerst nu de volle ernst
des levens kennen en alle krenkingen en ontberingen
van eene verwaarloosde vrouw verdragen. Zij was negen
tien jaar oud, toen haar echtgenoot, door een beroerte
getroffen dood in hare woning werd gebracht. Zij
beweende hem, zij vergaf hem, wat hij jegens haar had
misdaan, maar de tranen konden haar de bittere erva
ringen niet van de ziel wasschenzij vertrouwde de
mannen niet meernu kende zij de grove zinnelijk
heid het hartelooze egoïsme de laatdunkende ijdel-
heid, welke naar zij overtuigd wasal de schoone
woorden ingaven, waarmede de joDge weduwe dagelijks
bestormd werd zoo waren zes volle jaren verloopen,
zonder dat de wensch in baar was levendig geworden,
om een tweede maal van hare vrijheid afstand te doen.
Dat zij echter ondanks alle wantrouwen nog altijd
niet verstandig genoeg was geweestdat zij nooit be
mind was geworden, zooals zoovele onbeduidende vrou
wen, dat maakte haar in dezen nacht het hart zoo zwaar.
Eerst tegen den morgen viel zij in slaap en toen zij
na korte rust ontwaaktegevoelde zij een onuitspre-
kelijken weerzin om optestaan en een nieuwen dag te
beginnen; telkens sloot zij opnieuw de oogen en drukte
zich vast in de kussensom zich zoo lang mogelijk
voor het nieuw beginnende leven te verbergen.
Toen zij laat in den morgen haar kamermeisje schelde,
stelde deze met nieuwsgierige blikken op het bleeke
gelaat harer schoone meesteres, haar een grooten ruiker
ter hand.
„Baron van Hagstraten heeft dien gezonden en laat
mevrouw een goeden morgen wenschen Mijnheer de
baron zal u van middag een bezoek komen brengen 1"
„Zeg hemwanneer hij komtdat ik hoofdpijn heb
en niemand ontvang beval Mathilde op ernstigen toon.
Het meisje had nauwelijks de kamer verlaten om
voor de chocolade te zorgen of Mathilde greep met
beide handen den ruiker en slingerde dien ver van
zich alsof haar de geur der rozen en heliotropen af
keer inboezemde als een schadelijk vergift. „Verachtelijk
wezen mompelde zij en zonk opnieuw in de kussens
terug.
„Breng de bloemen wegDe reuk maakt mijn hoofd
pijn erger beval zij bet meisje, toen dit weder binnen
kwam en dat door den ongewoon heftigen toon harer
meesteres blijkbaar ontstemd was. Hoofdschuddende
streek zij de verfrommelde kant van den ruiker glad
bracht dien naar haar eigen kamer, waar zij de kost
bare bloemen voorzichtig met een vochtigen doek bedekte
en niet kon bekomen van hare verbazinghoe men
roode rozen en witte viooltjes en nog wel in de
maand December die zulk een voornaam en elegant
heer zond zoo verachtelijk behandelen kon. Met het
gekrenkte gelaat eener verwende kamenier bracht zij
eenigen tijd later een klein pakje aan de ontbijttafel
dat door een kruier was bezorgd. Het bevatte eenige
dicht in elkander beschreven vellen papier verzen van
docter Hartmann. Met klimmende belangstelling las
Mathilde de weinige losse bladen.
„Welk een zeldzaam man dacht zij onwillekeurig
„een ander zou deelen vol schrijven met zulk een rijk
dom van gedachten zulke onbegrensde verbeeldings
kracht en hij zendt deze gedichten met de bescheiden
heid van een lief hebber, die zich verheugtwanneer
men maar iets van hem leest
Plotseling merkte zij den datum op van het briefje
dat bij de bladen was gevoegd.
Den 24 DecemberDus kerstavondZij had het
geheel vergeten Haar zwaarmoedige stemming kwam
bij deze ontdekking terug. „Wie zou mij ook aan den
kerstavond herinnerenik heb immers niemand die
mij lief heeft
Zelden nog was haar een winterdag zoo lang zoo
somber en zoo koud toegeschenen Slechts om zich te
verstrooien ging zij des middags inkoopen doen in de
schitterend verlichte winkels toen nam zij een rijtuig
en liet zich naar het enge morsige straatje brengen
waar vier trappen hoog een arme tooneelknecht woonde,
die zeven kinderen had. Toen zij de armzalige woning
binnentradwaar juist twee kleine meisjes bezig
waren met primitive nachtlichtjes eene verlichting
voor het feest in orde te brengenen, uit de medege-