iMmmtlanb»
kleine afdeeling zijner lijfwacht. Den 26 ontving hij
gedurende 4 uren allen die hem hunne opwachting
wilden brengenhij weigerde verscheidene personen
te ontvangendie bij den opstand betrokken waren
geweest. Tegen de ulema's (geestelijken) zeide hij, dat
zij geene mannen van de staatkunde waren en dat de
eerste van hen dio zich met staatkunde inlietstreng
gestraft zou worden. Daarna ontving hij de engelscbe
generaa's en de vertegenwoordigers der buitenlandscne
mogendheden. Hij heeft eene kennisgeving aan het
egyptische volk uitgevaardigd, waarin hij verklaart, dat
de opstand van Arabi slechts op het verderf des lands
kon uitloopen. Engeland was om de groote belangen,
welke het bij Egypte en voornamelijk bij het Suez-
Kanaal had genoodzaakt geweest tusschen beiden te
komen maar beoogde volstrekt niet de inlijving van
het land. Verder deelt hij mede, dat generaal Wolseley
door hem gemachtigd was om de orde te herstellen en
de oproerlingen te straffen. Hij verwachtdat alle
goedgezinden den generaal in deze zaak zullen onder
steunen zij, die zich verzetten, zullen als oproerlingen
behandeld en gestraft worden.
Den 30 heeft te Cairo eene wapenschouwing over
20000 man engelsche troepen plaats voor het paleis
Abdim. Voorloopig zullen 10000 man in Egypte blijven
ter handhaving der orde.
Er wordt beweerd, dat te Zagazig door de engelschen
vele papieren gevonden zijn welke Arabi en zijne vrien
den in een ongunstig daglicht plaatsen. O. a. zou
daaruit blijken dat het vermoorden der christenen te
Cairo bepaald was op den dagna dien waarop de
engelschen die stad bezetten.
Twee regimenten en eene compagnie der genie ont
vingen bevel om zich gereed te maken voor het terug
gaan naar Indië.
STATEN-GENEBAAL.
Tweede Kamer
De eindcijfers van de hoofdstukken der staatsbegroo-
voor 1883 zijn de volgende
Hoofdstuk 1, (Huis de Konings) 750,000 hoofd
stuk II. (Hooge colleges) f 625.161hoofdstuk III.
(Buitenlandsche zaken) f 700.114; hoofdstuk IV (Jus
titie) f 5.584 523 hoofdstuk V. (Binnenl. zaken)
12.248.793 30; hoofdstuk VI (Marine)/12.322.955.70;
hoofdstuk Vila. (Nationale Schuld) 29.811.302 78;
hoofdstuk VII5. (Financiën) f 19.675.098.04; hoofdstuk
VIII. (Oorlog) f 22.338.500hoofdstuk IX. (Water
staat, Handel en Nijverheid) 31.658.867.21; hoofd
stuk X. (Koloniën) f 1.140.371.51; hoofdstuk XI. (On
voorziene uitgaven) 50.000; totaal 136.805.686.54.
Hoofdstuk II is f 10.114hoofdstuk III f 15815
hooger dan voor 1882. Het consulaat te Port-Saïd zal
vervalleneen vice-consulaat te Petersburg 4000)
ingesteld worden. De onbezoldigde vice-consul te Ei-
seneur zal 600een vice-consul in algemeene dienst
hier te lande 2000de consul-generaal te Athene
eene tractementsverhooging van f 1500 ontvangen.
Voor den consul-gene'aal te Singapore wordt eene vaste
bezoldiging van f 15000 benevens f 3000 bureaukosten
voorgesteld. Wordt vervolgd.
Het ontwerp-adres van antwoord is een weerklank
op de troonrede. Echter wordt zuinigheid in het staats
bestuur nevens verbetering der inkomsten gesteld. De
aankondiging betrekkelijk het kiesrecht en een onder
zoek nopens grondwetsherziening werden „met de meeste
belangstelling" vernomen. Den 26 zijn de algemeene
beraadslagingen over dit ontwerp geopend waarbij de
geëindigde ministeriëele crisis uitvoerig besproken werd.
De heer Tak deelde mede. dat hij de opdracht tot vor
ming van een kabinet had aangenomen onder voorwaar
de van grondwetsherziening, op grond der noodzake
lijkheid daarvan ter verbetering van het kiesrechtde
haar naar de kerk zouden vergezellen. De vensters
waren geopend men hoorde het kakelen der kippen
witte duiven vlogen op het voorplein heen en weder,
het geluid der klokken van het nabijgelegen dorpje
werd door den wind overgebrachtver strekte zich het
groenevruchtbare land uit velden en weiden
daartusschen een kerktoren, verstrooide huisjes, vrucht-
boomeu en wijnbergen en boven het stille, zonnige
landschap een blauwe heldere hemel. Zoo vreedzaam
zoo kalm als het landschap voor haar zou ook haar
leven in de toekomst zijn of zij zich in het kalme
geluk zou kunnen blijven verheugen? dacht de schoone,
jonge vrouw. In hetzelfde oogenblik werd een arm op
hare schouders gelegd en zij zag in het van geluk stra
lende gelaatdat van nu af alle dagen van haar leven
de zon zou zijn aan dezen kalmen, vreedzamen hemel.
„Zijt gij gelukkig, Erich?" fluisterde zij.
„Gelukkig Mathilde Het geluk overstelpt mij zoo
plotseling en in zijn volle zaligheid dat mij allps nog
een droom schijnt. Slechts een wensch blijft mij nog
over om ook uw arm hart een weerschijn te kunnen
geven van al mijn geluk
„Mijn arm hart, zegt gij twijfelt gij dan aan mij?"
„Neenhoe zou ik dat kunnen Maar ik ken iede-
ren trek uwer ziel en daarom weet ik dat gij m ij n
geluk gezocht, aan mij gedacht hebtdat slechts mijne
van geluk stralende oogen mijne jubelende vreugde
dezen dag voor u tot een blijden dag maaktschud
niet het hoofd, lieve Mathilde, ik geloof, dat ook gij
geluk en stille vrede zult vinden dat gij geluk ver
schaffend, ook zelf gelukkig zult zijn, maar wat is dat,
vergeleken bij de bovenmenschelijke, goddelijke zaligheid:
zijn met de geheele zielen met alle gedachten be
geerd kleinood in de armen te houden zooals ik
En daarom Mathilde beloof mij één ding
„Wat is dat, Erich?"
„Wanneer eens voor u het uur aanbreektwaarinde
stille, onzelfzuchtige vrede u niet meer gelukkig maakt,
wanneer iemand uw levenspad kruistzooals gij mis
schien nooit te voren ontmoettet, die u zoo onwederstaan-
baar aantrektzoo uw geheele wezen met de gedachte
belastingen en de strijdkrachten eD op 's Konings
vraag, of het kiesrecht zonder grondwetsherziening niet
goed te regelen ware ontkennend had geantwoord
nadat hij dit mondeling te Frankfort en op verzoek ook
schriftelijk ontwikkeld had, werd hem 5 dagen later be
richt gezondendat de Koning het oogenblik voor
grondwetsherziening vooralsnog niet gekomen achtte.
De heer Tak had daarop de opdracht afgewezen.
Door de heeren Lohman en Keuchenius werd voorge
steld om achter paragraaf 8 (betreffende de wijziging
der wet op het middelbaar onderwijs) deze zinsnede te
voegen: „Bij de steeds toenemende ontevredenheid over
den toestand van het lager onderwijs, schijnt ooï her
ziening der wetgeving omtrent dien tak van onderwijs
dringend noodig." De heer Keuchenius liet zich over
de afwezigheid van den prins v. Oranje bij de opening
der Kamers dus uit: „Het voorrecht was groot Z. M.
in ons midden te zien. Het ware nog grooter geweest
ak ook de prins v. Oranje tegenwoordig ware geweest
bij de opening. Zijne geschriften deden vermoeden, dat
men niet altijd van zijne tegenwoordigheid zou verstoken
zijn. Het getuigt van verkleefdheid aan den prins, dat
de Kamers naijverig zijn op de "eer aan de loges van
het Groot-Oosten ten deel gevallen." Ook de heer
Heydenrijck betreurde den prins bij de opening ge
mist te hebben„eene teleurstelling zeker voor alle
partijen, doch die mededoogen niet uitsluit." Hij hoopte,
„dat de troonopvolger door God moge gesterkt worden,
opdat het zwaar verlies, dat hij draagt, worde vergoed
en hij de kracht gevoele om zich met de natie in ver
binding te stellen."— De heer v. Houten heeft, na de
discussie over de crisisde volgende motie voorgesteld
„De Kamer van oordeel zijndedat 's lands belang
openbaarmaking vordert van de bescheiden betrekkelijk
de ministeriëele crisis van dit jaar, gelijk mede van die
van 1879 gaat over tot de orde van den dag." Op
voorstel des voorzitters werd met 42 tegen 29 stemmen
beslotende behandeling dezer motie te verschuiven
tot een nader te bepalen dag.
Den 27 is de behandeling van het van het adres van
antwoord voortgezet. Paragraaf 5, luidende „Wij be
treuren het, dat de toestand in Atchin nog te wen-
schen overlaatmaar vertrouwendat afdoende maat
regelen zullen worden genomen om in dien staat van
zaken verbetering te brengen werd zonder hoofdelijke
stemming goedgekeurd nadat met 65 tegen 10 stem
men verworpen was een amendement van den heer
Butgersom de paragraaf te doen luiden: „Het valt
niet te ontkennen dat de toestand in Atchin te wen-
schen overlaat en dat de gunstige verwachtingen der
regeering door de ervaring zijn teleurgesteld maar wij
vertrouwen dat enz."
Bij kon. besluit van 11 Sept. is, met den aanvang
in 1883 van de zomerdienst op de spoorwegen het
tweede lid van art. 84 van Hoofdstuk IY van het alge
meen reglement voor de dienst op de spoorwegen ver
vangen door de volgende bepaling voor de sneltreinen,
rijdende met grooter snelheid dan die van 60 mijlen per
uur moeten de locomotieven tenders rijtuigen en
wagens voorzien zijn van een doorgaand en zelfwerkend
remtoestel, volgens een door den minister van Water
staat Handel en Nijverheid goedgekeurd of voorge
schreven stelsel. Van zelfwerkende remtoestellen, volgens
het aldus goedgekeurd of voorgeschreven stelsel, zullen
mede moeten voorzien worden de locomotieven, tenders,
rijtuigen en wagens in personentreinen die met geene
grootere snelheid dan die van 60 mijlen per uur rijden,
waarvoor dit door den minister van Waterstaat, Handel
en Nijverheid wordt voorgeschreven.
Den 19 is te S. Hypolitushoef door de afdeeling
Wieringen der Holl. Maatschappij van Landbouw eene
tentoonstelling gehouden. De heer S. Klein van het
Stroe, verwierf eerste prijzen voor een werkpaard, een
paard van 1% jaar, eene vette koe, een gelde vaars,
een ram, 4 schapen en 4 overhouders, en nog een
aan hem vervultals gij mij wanneer dit u plotse
ling uw kalm geluk te eenvoudig en te prozaïsch doet
schijnen
„Houdt op Erichindien gij mij in dit plechtige
uur niet boos wilt maken gelooft gij dan dat ik zoo
weinig de plichten ken die ik jegens u op mij neem,
gelooft gij dat ik niet wistdat niet alleen mijn mond
en mijne hand dat ook mijn denken en gevoelen in
onwankelbare trouw u moeten toebehooren voor altijd,
voor eeuwig
„Gij kent de liefde niet, Mathilde, de hartstocht,
die alles trotseertal moet er een hart bij te gronde
gaan."
„Maak de menschen niet slechter, dan zij zijn, Erich!
Een man als gij die geen egoist zijtals zoo menig
een van uw geslachtzoudt dien hartstocht als een
misdaad ontvlieden, zoudt haar bestrijden en beheerschen,
haar zwijgend begraven. Zoo antwoord ik ook op uwe
vraag het oogenblik dat gij vreestzal nooit komen en
wanneer het kwam zou het mij nooit doen vergeten
dat mijn woord heilig is hoe ook mijne wenschen on
derworpen mogen zijn aan eene geheimzinnige macht
ik wil eene brave vrouw voor u zijn Erich
„Ik weet hetik weet hetantwoordde hij met
bevende stem, „maar juist daarom! Wanneer ik den
ken vreezen moestdat gij om mijnentwille moest
strijden tegen uw harten in diepe smart een hooger
geluk moest ontzeggen, het zou mij zoo onuitsprekelijk
treurig maken dat ik niet meer leven kon. Beloof
mij daarom lieve dat gij het mij zeggen zult, eerlijk
en openhartig als aan een trouwen vriend wanneer
uw hart eens spreken mo;ht!"
„Welnu dan, in Gods naam! Gij zult uw zin heb
ben, ik beloof het u plechtigik zweer het u 1"
Als tot bezegeling dezer belofte die met een aan
tal kussen werd bekrachtigd, klonken in hetzelfde oogen
blik van den kerktoren de tonen der oude, doffe klok
ken die de gelukkigen naar het altaar riepen.
Wordt vervolgd.
getuigschrift voor een ander zijner paarden. De heer
N. Helleman van den Oeverbehaalde een eersten
prijs met een os, geboren in April 1881, die op 800 pon
den gewicht geschat en waarvoor f 325 geboden werd.
Te Hoorn zijn den 20 drie militairen in hechtenis
genomen, die in den winkel van den heer Woesthof
elk een kistje sigaren gekocht, maar alvorens te betalen
in voorgewende hevige twist den winkel verlaten had
den. Twee der kistjes hadden zij voor weinig geld
verkochthet derde onderling verdeeld.
Het vierjarig dochtertje van den watermolenaar
P. Schipper, in de Broekermeer, gemeente Landsmeer,
is den 22 onder het spelen door een molenwiek getrof
fen en oogenblikkelijk aan hare wonden overleden.
Bij de harddraverij te Avenhorn den 24is de
prijs gewonnen door Leerling van den heer T. Koud,
te Edam de le premie door Burgemeester van den
heer J. Schuitte Hensbroek de 2e premie door de
Nettevan den heer T. Schilder te Spierdijk.
Ten gevolge van een klein déraillement te Win
schoten kwam de stoomtram „Oldambt" den 24's avonds
een uur te laat te Finsterwolde en stond daar op on-
gewonen tijd stil. De naar Winschoten vertrekkende
trein had in plaats van de machine voorop een goe
derenwagen voor met passagiers gevuld zoodat ma
chinist nog conducteur den stilstaanden trein tijdig
genoeg konden zien. De botsing liep voor de passagiers
goed af, maar 4 jongens, die achter op den trein ge
klommen waren, geraakten er af en bekwamen kwetsuren,
3 hunner zoo ernstig dat een op de plaats dood bleef
een ander eenige oogenblikken later, tijdens zijn vervoer,
naar Winschoten den geest gafterwijl de derde naar
het ziekenhuis te Groningen werd overgebracht met
zulk een beenbreukdat tot afzetten moest worden
overgegaan.
Aan den heer dr. J. Mulder te Zaandijk werden
den 24, ter gelegenheid van zijnen 25jarigen werkkring
als genees-, beel- en verloskundige aldaar en te Koog
aan de Zaan door commission uit zijne patiënten in
beide gemeenten een fraai marmeren beeld en eene
schilderij aangeboden.
De „Willem Barents" is den 25 van Hammer-
fest vertrokken en kan dus na half October te IJmui-
den verwacht worden.
Te Botterdam is den 25 overleden de heer Gerard
J. Spoor, kassier der Botterdamsche Bankdie zich
door zijne gedichten een goeden naam heeft verworven.
De gemeenteraad van Kampen heeft den 26 af
wijzend beschikt op het verzoek van een aantal inge
zetenen tot instelling eener najaarsmarkt (kermis
paarden- en beestenmarkt).
De prins en prinses van Wied zijn den 26 met
hunne beide oudste kinderen en eenige genoodigden
naar Monnikendam gereden en van daar, vergezeld van
den burgemeester dier stad met eene zeilboot overge
stoken naar Marken en naar Volendara van waar
teruggekeerd zij nog een kort bezoek brachten aan het
raadhuis te Monnikendam. Den 27 hebben de prins
en prinses Amsterdam verlaten.
Het gerechtshof te Amsterdam heeft den 26 den
22jarigen arbeider J. Groen schuldig verklaard aan op
zettelijke brandstichting met gevaar van menschenlevens,
gepleegd in een hoenderpark op het landgoed Erica bij
Bussum het schrijven van een brandbrief aan den ei
genaar van dat buiten diefstal van een schaap op den
openbaren weg en landlooperij en hem met aanne
ming van verzachtende omstandigheden wegens jeugdi
gen leeftijd en geringheid van het toegebrachte nadeel,
veroordeeld tot 2 jaren celstraf en f 50 boete.
Te Haarlemmermeer zijn den 26 twee harddrave
rijen gehouden eene voor paarden van ingezetenen met
16 en eene voor inlandsche paarden met 15 deelnemers.
Bij de laatste werd de prijs van f 125 behaald door Le
Flesche van den heer J Wunste, te Zandpoort, de
premie van f 50 door Johanna, van den heer J. Koop
man te Nieuwe Niedorp.
De gemeenteraad van Amersfoort heeft den 26
bij staking van stemmen verworpen het voorstel van
den heer v. d. Wall Bake, om de bijzondere gesubsi
dieerde school voor meisjes te veranderen in eene open
bare en aangenomen het voorstel van B. en W. tot
behoud van bedoelde bijzondere school met vermeerdering
van onderwijskracht verbetering der localen en verhoo
ging van het aan het hoofd dier school toegelegd sub
sidie van 1800 tot f 2800.
Den 26 werd op de Heide te IJmuiden zekere
J. W., die, tehuis gekomen, met vrouw en 3 kinderen
het avondmaal gebruikte door den bliksem getroffen
en onmiddelijk gedood.
Den 26 is door de policie te Haarlem in hechte
nis genomen S. Posch oud 41 jaren geboren te Zaan
dam wegens diefstal van een doofpot en een rol bont
ter waarde van f 18 waarvan hij op heeterdaad werd
betrapt.
Het Leidsche Studentencorps heeft den 26 met
algemeene stemmen besloten prof. Bosenstein bij adres
te verzoeken zijne gaven aan de leidsche hoogeschool
te blijven wijden. Tevens is eene motie aangenomen
waarbij betreurd wordt dat de wet op het hooger on
derwijs de amsterdamsche universiteit in gunstiger om
standigheden plaatst dan de Bijks-universiteiten door
baar in staat te stellen deze steeds van hare meest
kundige leeraren te berooven.
De noordbrabautsche waterschappen de Beneden
Dommel en Aa zijn, ten gevolge van den hoogen stand
der rivieren geïnundeerd. Den 26 is ook de keersluis
aan het fort Oreveeoeur, waarvoor een verval van ruim
7 palmen stond bezweken en stroomde het water met
geweld naar 's Hertogenbosch.
Aan het departement van marine is den 27 aan
besteed het maken en leveren van een ijzeren kustlicht
toren bestemd voor Samarang. Minste inschrijver was
de Kon. Ned. Grofsmederij te Leiden voor 17,350.
Den 28 's morgens te half vijf ure woedde een
hevig onwedor boven Schagen en omstreken. In de na
bijheid dier gemeente werden drie koeien door den blik
sem gedood.
Te Moergestel is de veldwachter in hechtenis
genomen wegens het inslaan der glazen bij den kas-