No. 138*
Vier en tachtigste Jaargang.
1882,
ZON DAG
19 NOVEMBER.
TWEEUE BLAD.
Prijs der gewone Advertentiën:
Binneulaub.
Jngezanben ^tukKcu.
ALK1AARS0HE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar ƒ0,80; franco door
het geheele rijk 1,
De 3 nummers 0,06.
Van 1—5 regels 0,75; iedere regel meer ƒ0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS
TER ZOON.
De vergadering van aandeelhouders in de West-
friesche trammaatschappijen, tegen den 15 opgeroepen,
te Hoorn, om te beslissen over ontbinding der maat
schappij, is 1-1 dagen uitgesteld, wegens het geringe
aantal aaudeelen, dat vertegenwoordigd was.
De heer ds. Gerth van Wijk, predikant te 's Gra-
veniiage hield in eene meeting, den 16 te Enkhuizen
gehouden, eene rede tegen het openbaar en voor het
bijzonder onderwijs. Hjj werd door verschillende sprekers
beantwoord.
Den 17 is bij het lossen van een der booten aan
de steigers bij bet Westerdok te Amsterdam de laad-
ketting losgeschoten, waardoor een der arbeiders in het
ruim geslingerd en onmiddelijk gedood werd.
Nauta, sedert bijna 10 jaar conducteur van den
postwagen van Hoorn op Enkhuizen, werd vóór bet
afrijden van eerstgenoemde plaats, door eene beroerte
getroffen en overleed spoedig daarna
Als bewijs van de daling der laudprijzen kan dienen,
dat te Bovencarspel voor p. m. 3 bunders uitmuntend
land slechts 3960 betaald is.
Vele boeren in de „Streek" die hun vee nog in
het land hadden hebben datwegens de massa sneeuw,
op stal moeten halen.
In eene door slechts 6 leden bijgewoonde verga
dering van de ruim 70 leden tellende afdeeling Schagen
der Vereeniging voor Volksonderwijs, is tot ontbinding
besloten. De kas werd overgedragen aan de afdeelirjg
der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen onder
voorwaarde, dat het bedrag uitsluitend zal dienen tot
steun voor het onderwijs in handenarbeid met welk
onderwijs spoedig een aanvang zal worden gemaakt.
De inschrijving is opengesteld voor de 1 p. ets.
geldleening der gemeente Haarlem, groot 400,000
verdeeld in 4 seriën er. in aandeelen van 1000.
De heer mr. J. A. Haakman redacteur van het
Bat. Handelsblad heeft zich met beklag tot de 2e Ka
mer gewend aangezien de gouv.-generaal van N. Indie
hem ontboden en te kennen gegeven heeftdat hij uit
de koloniën zou verwijderd worden indien de richting
van genoemd blad niet veranderd werd. Onder richting
werd verstaan: 1° de aanduiding in de artikelen, Atchin
betreffende van de omstandigheid dat het Nederland
aan geld en aan wapenen ontbreekt om den oorlog vol
te houden; 2® het betoog, dat de ijzeren hand van den
heer O. v. Rees in de koloniën noodig is om het
nederlandscb gezag staande te houden.
Te Zaandam worden pogingen aangewend om eene
zeilvereeniging op te richten.
Naar de N. Rott. Courant vermeenthebben nu
al de colleges van Gedep. Staten over de ontwerp-kies-
tabel advies uitgebracht. De strekking van het ontwerp
is overal enkelvoudige distrieten met uitzondering van
Amsterdam Rotterdam 's Gravenhage en Utrecht.
Als de eenigedie het volle licht kan laten schijnen
over het onderhoud tusschen mijne zuster en den heer
van Eykben ik gedrongen te spreken nu de heer
v. E. beweerd heeftdat hetgeen de heer C. W.
Bruinvis in No. 135* van dit blad aanvoerde onjuist
en onvolledig is. Ik had liever gezwegen daar ik wel
onder verdenking moet liggen over alles, wat de kwestie
van het ontslag der drie onderwijzeressen betreft, niet
onpartijdig, niet objectief te kunnen oordeelen. Ver
zekerd evenwel dat de waarheid altijd onpartijdig en
objectief isen wetende dat ik de waarheid zeg, durf
ik èn over het onderhoud met den heer v. E. èn als
het noodig is, over alles wat daarna volgde, gorustelijk
het woord te voeren.
Zaterdag den 30 Sept. nam ik voor 't eerst kennis
van het bewuste schrijven der schoolcommissie en van
het onderhoud tusschen Burgemeester en Wethouders
en de onderwijzeressen Donderdag den 28 Sept. ge
houden. Ik vond de onderwijzeressen zeer ontsteld en
geschoktmaar wist ze ten minste eenigermate te
bedaren door een conferentie met den heer van Eyk
voor te stellen (de heer Lelijveld was nog op reis).
Maandag 2 Octobertoen hetgeen gebeurd was reeds
met kalmeren blik kon worden bekeken, had die confe
rentie plaats. Inleiding van het gesprek was natuurlijk
het schrijven der schoolcommissie en het onderhoud
met het Dagel. Bestuur. Er word betoogdhoe zeer
zeker den laatsten tijd bij het Dagel. Bestuur de
„tendenz" gevonden werd om de klachten van ouders
(en hoeveel beteekenend die klachten soms zijn kan
ieder beoordeelendie met mij uit ervaring wil erken-
neu, dat iedere vader en elke moeder van nature voor
ingenomen zijn voor het eigen kind) te steunen, telken*
tot schade van het prestige der onderwijzeressen. „En"
zoo eindigde de inleiding „spreke de Burgemeester
vau strenge maatregelen, die zullen worden toegepast:
indien de sehoolautoriteiten het onderwijzend personeel
niet weten te vrijwaren voor xulke tendenzen, dan kon
't zijn dat de ernstige maatrege'eu door de onder
wijzeressen werden beraamd. Kunt U, mijnheer van
Eyk, uw invloed ook aanwenden voor een verandering
in deze bij de hooggeplaatsten te Alkmaar Zoo als
het is, wordt het voor iedereen op den duur onmo
gelijk." Ik zal niet onbescheiden zijn en den heer
v. E. op den voet volgen bij zijn mededeelingen niet
alles behoeft aan de groote blok gehangen. Maar wel
sta ik er zeer bepaald voor in, dat mijne zuster en ik
gemeend hadden van den heer v. E. te hooren„ik
beloof u, uwe zaak te onderzoeken, en wat ik doen
kan zal gedaan worden om den Alkmaarschen Heeren
onder het oog te brengen dst al hun kosten aan het
onderwijs besteed in het water zijn geworpen indien
zij niet tegenover ouders en leerlingen het gezag van
het onde wijzend personeel handhaven." Zulk een woord
had den moed verfrischt en don indruk van de onaan
gename ervaringen van de laatste dagen terstond ge
heel vernietigd. Maar niets van dat alles de heer
v. E. zeide oogenblik: elijk zonder dralen: „ik gevoel
dat uw positie onhoudbaar isde klachten over uw
school zijn het praatje van den dagik ban in geen
gezin komen ot ik hoor klagen zelfs aan de koffietafel.
Gij moest uit al die bemoeiingen uit zijn, maar bedenkt
wel, dat het voor u met gemakkelijk is iets anders te
krijgen. Toen had de heer v. E. een inval „vraag
gij een onderhoud met B. en W., welk onderhoud ik
zal voorbereiden, en doe den eisch van 1000 jaarlijks
levenslaug u uit te keeren als gij drieën uw ontslag
indient." Was het wonder dat mijne zuster (die den
grond onder hare voeten zag afbrokkelentoen daar
waar zij, bij wie plicht steeds boven alles ging op steun
gehoopt had, het tegenovergestelde van steun gevonden
werd) zich voegde naar het voorstel van den heer v. E.
Maar men vergeve mij, dat ik een rol heb gespeeld
mij schoot te binnen dat ook aan een onderwijzer te
Alkmaar iets dergelijks was voorgesteld en aan inval
lende gedachten bij personen van den leeftijd en de
ervaring van den heer v. E. geloof ik zoo dadelijk niet
derhalve vroeg ik in zulk een belangrijke zaak tijd van
beraad en 't is mijn schuld dat die tijd van beraad
vrij lang heeft gedunrd.
Op weg naar 't station te Haarlem heb ik tot mijne
zuster gezegd „do schoolcommissie gaf je een bittere
pil onverguld te slikken het Dagel. Bestuur diende
je de ouderwetsche „veertig slagen min één toe, maar
de heer van Eyk (en dat stelt het meest te leur heett
je den genadeslag gegeven en je afgemaakt."
Wat ik daarna heb meenen te moeten doen blijve
voor ditmaal onvermeld wenseht men méér lichthet
schijne te zijner tijd. Thans dit ééne nog ik wil
aannemen dat de heer v. E. misleid is geweestdoor
dien hij s'echts zag door de oogen van enkelen. Maar
dit durf ik vragen i mag een autoriteit, die de teedere
betrekking heeft te vervullen van bemiddelaar, hoorende
klachten van gemeentebestuur èn onderwijzend personeel,
personen aan den dijk zetten door hun een brevet van
ongeschiktheid voor hun taak uit te reiken in niet-
parlementaire taal was dit toch het resultaat van het
onderhoud met den heer v. E. mag hg dat doen
a. zonder nader onderzoek
b. zonder indien hij onderzochtde betrokken per
sonen te waarschuwen Zaterdag 23 Sept., be
zocht de heer v. E. de school nog en scheen niets
te zeggen te hebben dan zijn minzamen groet.
Ik stap van het onderhoud met den heer v. E. af.
Aan niemand zal betals ik mij wel herinnerliever
zijn dan aan hem indien er geen aanleiding bestaat
om op meerdere volledigheid ten aanzien van het ge
houden gesprek aan te dringen.
Ten slotte, in alle bescheidenheid, een paar vragen
gesteld ter overweging
1°. Wie noemt mij de gezinnen, die om het slechte
onderwijs voor meisjes Alkmaar verlieten?
2°. Wie noodigt hen, die dat doen kunnen, uit, de klachten
over te leggen aan de schoolcommissie? Mij is verze
kerd, dat de klachten, waarop gewezen is (tioee in
getal) de voorbereidende klasse betroffen (gebrek aan
personeel en hoog schoolgeld daariets waaraan mijne
zuster niets toe- of af kan doen.)
3°. Wie spreekt tegen dat een der leden van de school
commissie betrekkelijk onlangs in de school tegen
woordig was bij het Eransch-lezen en vertalen voor
de vuisten daar gezegd heeft„ik maak mijn
compliment over de vorderingen."
4°. Wie wordt niet versterkt in zijn vermoeden, dat er
méér achter zat dan velen gisten als hij weet dat
mij (niet uit Alkmaarmaar van betrouwbare zijde
elders) verzekerd is „al blijft mej. C. Sepp toch
kunnen mej. van Aeist en mej. A. Sepp op haar
ontslag rekenen een verzekeringdie een eigen
aardig licht ontvangt van de beslistheid waarmede
de heer v. E. er op aandrongdat in den brief
aan hem de drie personen zich tot heengaan bereid
zouden verklaren nadat hem kennis was gegeven
dat zijn voorstel werd aangenomen.
5°. VV aarotn heeft de schoolcommissiedie ik geloof
het stellig de bitterheid van haar pil geproefd
noch bedoeld heeftgeen enkel teeken van leven
gegeven toen zij vernomen had door mij, dat haar
missive in krenkenden zin was opgevat
6°. Waarom kon de heer Nuhout v. d. Veen in strijd
met de pertinente verklaring van de schoolcommissie
mij verzekeren (ik citeer letterlijk)de schoolcom
missie is de schuldigehaar schrijven heeft uw
zuster zedelijk vermoord, baar schrijven heeft de
gedemoraliseerde school aan de kaak gesteld, zoodat
er van nu af aan geen hulppersoneel aan die school
te krijgen is haar schrijven heeft al blijft uwe
zuster haar voor goed de kans benomen om haar
prestige bij ouders eu leerlingen te herwinnen."
Voor 't overige wil ik ten breedste uitmeten de
beweerde grieven omtrent wanorde en gebrek aan tact.
Toch mag het bevreemdend heetendat die grieven
pas na 12 jaren een vasten vorm hebben gekregen.
En als een autoriteit het vreeselijke wanorde noemt, dat
kinderen op een examen den vinger opsteken ten be
wijze dat verscheidenen het antwoord op een vraag
weten dan blijkt daaruit minstens ditdat wanorde
even als alle begrippen slechts een betrekkelijk begrip
heeten mag. Maar nog eens ik wil die grieven breed
uitmeten stond daartegenover niets Dat weet ik uit
het getuigenis van velen beter. Doch als het minder
goede een onuitwischbre vlek werptik zeg niet eens
op het voortreffelijke, doch enkel op het redelijke, al8
welwillendheid en genegenheid in schijn, de plaats in
nemen van den ernst, die weet juist het beste te doen
waar hij „feilen toont", opdat daaruit verbetering volge,
wee dan ons allen wij slapen op een vulcaan voor
zoovelenwij autoriteiten of superieuren boven ons hebben
JAN SEPP.
Beverwijk 16 November 1882.
W aarde Uitgever
Toen uw blad voor eenige dagen de heuchelijke aan
kondiging bevatte, dat de koninklijke vereeniging het
Nederlandsch Tooneel, afdeeling Amsterdam, den 17 Nov.
1882, te Alkmaar zou opvoeren De Fourchambault's
tooneelspel in 5 bedrijven naar het fransch van Emile
Augier, door J. H. Róssing, verheugde ik mij daarover
om twee redenen. De eerste was deze die vereeniging
doet goed, naar Alkmaar te gaan. Alkmaarders zijn niet
alleen getrouwe bezoekers, maar ook liefhebbers, (om
dat woord eens te gebruiken) van den schouwburg. Ik
herinner slechts, dat personen van den lateren tijd niet
weten, hoe menig genoegelijk oogenblik de stadsschouw
burg aan de Breestraat, thans museum, heeft opgele
verd hoe menige tooneelspeelster of tooneelspeler daar
voor eene overvolle zaal lauweren inoogstte, die zij of
hij nooit vergat. Ik herinner mij nog eenige stukken,
bij voorbeeld De Koopman van den echten stempel, Ken glas
water, Jane Kijre of de Wees van Lowood, Nacht en morgeit
of de familie Beaufort. Maar in de tweede plaats deed
het mij goed, omdat ik, eene beoordeeling van het op-
te voeren stuk gelezen hebbende, wist, dat de Alk
maarders oude kennissen zouden ontmoeten. En dit
doet altijd goed. Mevrouw Kleine Gartman trad op, Louis
Bouwmeester vervulde een der hoofdrollen Zie, als
dergelijke personen optreden, dan weet men, dat men
genieten zal; dan weet men, dat er een tooneelspeelster
en een tooneelspeler optreden, wier spel bewondering
en eerbied afdwingen, omdat zij de natuur, het gewone
dagelijksche leven, tot richtsnoer nemen, niet het ge-
dwongene, verhevene, waarop zoo menigeen, platweg
gezegd, tuimelt. Ging ik misschien met vooringenomen
heid naar de opvoering, gaarne leg ik de verklaring
af, dat zjj mijne verwachting ver overtrof. In menig
opzicht was zij uitstekend; het 2e bedrijf, het onderhoud
tusschen Mevrouw Bernard, (Mevrouw Kleine Gartman)
en haren zoon Bernard (Louis Bouwmeester) was een
tooneel, dat indruk maakte. De ademlooze stilte in de
zaal bewees dat men begreep, dat die 2 personen op
dat oogenblik juist weergaven hetgeen in de bedoeling
des schrijvers lag. Het tafereel in het laatste bedrijf
tusschen Bernard en Leopold Eourchambault (de heer
Tourniaire), waarin eerstgenoemde hem mededeelt, dat
zij broeders zijn welke mededeeling na de houding dien
laatstgenoemde tegenover hem den redder der familie
Eourchambault, aangenomen had een plotselinge om
mekeer in zijne houding brengtwas schoon. Mijn plan
is echter niet het geheele stuk en ieder tooneel afzon
derlijk te herdenken. Mijne bedoeling was alleen, openlijk
dank te zeggen aan de Koninklijke Vereeniging het
Nederlandsch Tooneel, afdeeling Amsterdam, voor de op
voering van het stukdatal zijn ook de toestanden
niet echt hollandseh, maar fransch, en daardoor in eenig
opzicht niet algemeen zoojuist begrepen eene werkelijk
goede strekking heeft en dank te brengen aan hen t