J3uitenlanb. Moord wan advocaat Bernays. slagen dan de tegenwoordige. Zij zullen de verzoenende elementen tusschen kapitaal en arbeid, zij de voorlich ters der administratieve en rechterlijke machten, zij de adviseurs der Begeering in moeilijke omstandigheden moeten worden. Van hen mag men eerst verwachten, dat zij ons volk betere begrippen van de onderlinge verhouding tusschen werkgevers en werkvragers kunnen verschaffenbegrippen die zullen kunnen leiden tot de kennis van de juiste middelen om de verhouding tus schen kapitaal en arbeid beter te regelen. Zij zullen de praktische staathuishoudkundigen bij uitnemendheid moeten worden, de vraagbaak voor geleerden en mannen van de daad in één woord de pioniers op sociaal gebied." Gelukkig kan in dit opzicht op het verblijdend voor beeld in andere landen worden gewezen waar bij her haling lof wordt toegezwaaid aan den ijver der inspec teurs aan hun liefde voor hun ambt en wordt gewezen op de gewichtige diensten, die zij hun land bewijzen door trouwe, onpartijdige plichtsvervulling. Misschien zal dan ook het stelsel der Engelsche wetgeving verschillende regeling voor verschillende takken van industrie, ook voor ons het beste blijken. Dealgemeene bepalingen zullen wij ruim moeten stellen en wij zullen niet moeten streven naar uniformiteit, niet alles over één kam moeten scheren. Op plaatselijke omstandigheden, op de gelegenheden tot het ontvangen van onderwijs zal gelet moeten worden. Voor fabrieken die afzonderlijke scholen bezitten, door de fabrikanten bekostigd en tot het bezoeken waarvan de jeugde arbeiders verplicht zijn kunnen afwijkingen van sommige voorschriften, afzonderlijke regelingen toe gelaten worden. Door terstond te veel en te uitvoerig te willen regelen zou men daarenboven gevaar loopen weerzin tegen de wet op te wekken, voor welker goede werking juist de welwillendheid en de medewerking van zoo velen noodig zijn. Den 30 begon de zitting iets later doordat het Hof langer in de raadkamer bleef, dan gewoonlijk daaa een der juryleden ten gevolge van een sterfgeval door een ander vervangen moest worden. De eerste getuigen die gehoord wordt is de heer Peereboom die als deskundige eene beschrijving geeft van het huis, waar de moord gepleegd is. Voor deze uitlegging vereenigen zich zoowel juryleden en verdedigers als beschuldigden en rechters, om do plaats, waar hij Jde noodige inlich tingen geeft. Het trekt daarbij de aandacht, dat de juryleden met de beschuldigden op eenen gemeenzamen toon spreken. Het Hof besluit ten slotte met de jury leden de woning te gaan zien, omdat de verdedigers vooral zeer veel waarde hechten aan de logenstraffing der bewee ring van de beschuldiging, dat Bernays door Léon getrof fen is terwijl hij zich bij den ingang van de kamer bukte onder het gordijn. De daarna gehoorde getuige, Marie Pfister oud-gouvernante van het dochtertje, gaf allerlei inlichtingen omtrent de innige verhouding tusschen Mevrouw Bernays en Armand Peltzer. Mevrouw be taalde zijne rekeningen en sprak steeds met minachting over haren man. De verdedigers deden haar verschil lende vragen om te doen uitkomen, dat zij op Mevrouw Bernays gebeten was, die haar zuster uit den dienst weggezonden had. Die zuster gaf vervolgens nadere in lichtingen omtrent die innige verstandhouding. Armand at bij haar en bleef tot laat in den nacht, toen haar man in Duitschland was; te Creuznach was haar gedrag van dien aard, dat iedereen haar voor Armand's min nares hield Op de terugreis naar Ostende verliet Armand haar onderweg, om door hare familie niet gezien te worden. Zij zegt zelfs, dat Mevrouw haar meer dan eens verklaarde, hem hartelijk lief te hebben, en nooit met Bernays getrouwd zou zijn, had zij Armand vroeger gelukte het mijn vader gemakkelijk de eene honderd dollars na de andere op te sparen. Ik zelf bekommerde mij weinig om geld en geldswaarde en leefde vroolijk en onbezorgdals een lijster, die niet weetof de zomer slechts een half dozijn maanden of eene eeuwig heid duurt. Onze naaste buurman was een zekere Winslow de vader van den man dien ik heden hier verwacht. Ook hij bezat slechts eenen zoon en om dat hij met mijn vader zeer goed bevriend was en zij gezamenlijk menige speculatie hadden gedaan in paar den en runderenwaarbij zij gelijkelijk deelden was het inderdaad niet te verwonderen, dat zij er over dachten om hunne kinderen te verbinden en hen zoo in een warm nestje te zetten. Lang had het ook de schijnalsof hunne verwachtingen in vervulling zouden komen want de jonge Winslow en ik waren met el kander opgegroeid en toen wij onze armen flink leer den gebruiken, werkten wij menigen dag en met jeugdige levenslust met elkander nu eens op onze akkers dan weder op die van Winslow. Zoo was ik langzamerhand achttien jaar geworden John Winslow telde er daar entegen reeds 23 toen onze wederzijdsche ouders den tijd gekomen achtten om ons met hunne plannen be kend te maken. Ik zelf mocht John gaarne dat wil zeggen niet zooals later uw vader. Hij was altijd vriendelijk en voorkomend jegens mij geweest en daarom antwoordde ik mijn vader, dat, wanneer John zelf kwam en mijne hand vroeg ik wel zijne vrouw wilde worden. Hij kwam ook dienzelfden avond maar toen wij met elkander door den tuin gingen waar niemand ons stoorde sprak hij op eene wijzedat het mij als gif door het bloed ging. Hij meende namelijk dat ik met geheel mijn ziel hem aanhingen niet zonder hem leven kon, daarom wilde hij mij slechts van zich ver vreemden. Hij noemde mij zelfs eerloosindien ik mij door mijne ouders voor een paar honderd dollars liet verkoopen en God weet wat hij er nog meer bij voegde om het bij mij te verbruiën. Ofschoon mij zijne booze woorden heftig verbitterdenliet ik hem bedaard uitspreken toen verklaarde ik echter en ik kon het met een goed geweten doen dat hij zich tot d% verkeerde had gewend en ik mij nooit zou ver binden met iemand wien ik niet een warme liefde toe gekend. Zij beweert eens een slaapdrank te hebben in gekregen opdat zij niet zien zou hetgeen er voorviel en verklaarde Bernays op de hoogte te hebben ge bracht van hetgeen tusschen zijne vrouw en Armand voorviel. Voor het verlies barer betrekking op den eisch van Mevrouw had zij van Bernays 250,ontvangen. De verdedigers doen haar verscheidene vragen ten aan zien van de wijze, waarop Bernays zich gedroeg. Daaruit blijkt o. adat de keukenmeid met hem op goeden voet stond en o. a. aan haar schreefgaat de echt scheiding tusschen Bernays en zijne vrouw door, dan zou hij een geschikte man voor mij zijn. De volgende getuigen zijn allen dienstboden ofecht- genooten van dienstboden uit wier verklaringen blijkt, dat op Bernays en zijne vrouw zeer veel te zeggen was. De een bij voorbeeld verklaartvoortdurend brieven voor Mevrouw bij Armand bezorgd te hebben: de ander gezien te hebben tusschen eene reet van de deur wat er voorviel, wanneer Armand bij mevrouw was; eenderde getuige, eene keukenmeid, verklaart met Bernays zeer vertrouwelijk te zijn geweesto. a. had hij haar eens een brief voorgelezen waarin voorkwam, dat hij het jaar 1883 niet beleven zou. Zij verklaart verder, Léon in Sept. te Antwerpen te hebben gezien (volgens den procureur-generaal eene onmogelijkheid) en beweert, dat mevrouw Bernays haren man vitriool in het gezicht heeft willen werpen. De verdedigers lezen van deze getuige verscheidene minnebrieven aan Bernays voor en toonen aan, dat zij alles liegt. Zij is de oorzaak van de praatjes over de verstandhouding van mevrouw Bernays met Armand. EeGe volgende ge tuige, mede dienstbode, verklaart ook met Bernays lief desbetrekkingen te hebben gehad. Eindelijk wordteen advocaat te Hamburg gehoord die gezegd wordt Henry Vaughan bij zich ontvangen te hebben over de oprich ting eener stoomvaartmaatschappij. Onder algeme6ne verbazing verklaart hij met Armand te hebben gespro ken en niet met Léon. Hij had Henry Yaughan nooit voor een ernstig man gehouden, omdat hij geene stukken bij zich bad. Van Murray had hij nooit gewag tegen hem gemaakt. DUITSCHLAND. Den 26 is overleden de oud minister van binuenlandsche zakep_baron van Manteuf- fel. Tien jaren lang was hij ster en een sieraad der conservatieve partij. De Eijksdag verwierp bij derde lezing den 30 het voor- stel-Germain, om het gebruik der Fransche taal in het landscommissie van Elzas-Lotharingen vrij te laten, met 153 tegen 119 stemmen. Minister von Böcticher had het nadrukkelijk bestreden. Er bestond geen uitzicht, dat de Bondsraad ooit zou toestemmen om het tot wet te doen verheffen. De toelating der Fransche taal was ounoodig daar 80°/o der bevolking van het Eijksland de Duitsche taal spreekt en 8°/0 tot het gemengde taalgebied behoort. De staatkundige beteekenis van het voorstel zag hij in het jubelen der Fransche pers over het voorstel en den voorsteller. Von Bennigsen waarschuwde er voor, de ingenomenheid voor Frankrijk in het Eijksland door de aanneming van het voorstel niet op te wekken. Bovendien zou de sterke arm nogmaals wel eens noodig kunnen worden om voor het Eijksland te kampen, indien de meer en meer toe nemende gisting in Frankrijk tot uitbarsting kwam. Hoewel de berichten voor het oogenblik gunstiger luiden, zoo zijn de toestanden hier en daar door den hoogen waterstand vrij ernstig geweest en is aanzienlijke schade veroorzaakt. Den 29 had de rivier te Keulen bet buitenge wone peil van 9,52 el bereikt; hij daalde in den loop van den dag tot 9,29 el. Het hoogste peil van 1876 was 876 el. In de dorpen tegenover Bonn stonden 600 huizen on der water en moesten de bewoners van alles voorzien worden. Te Neuwied bleef ééne straat van het water bevrijd en de Vorst gaf zelf het voorbeeld om de nood lijdenden van levensmiddelen te voorzien. Minister droeg en hij mij even onverschillig was als het zand op den weg, waarmede ik in geen andere betrekking sta dan dat het mij draagtwanneer ik er over loop. Dat wa ren evenzeer harde woorden maar hij had ze zelf uitgelokt en waren ze hem aan de eene zijde naar denzin aan de andere wekten zij weder zijn toorn op. Hij noemde mij namelijk een eenvoudig landmeisje en zeide, dat ik om hem te bevallen, moest zijn als Bella Norse, in het nabij gelegen stadje die zich als eene voorname dame gedroeg. Van Bella Norse wist echter niemand, vanwaar zij gekomen was en waarvan zij leefde maar dat zij tooneelspeelster was geweestwilde ieder haar op het eerste gezicht aanzien. Daarom antwoordde ik John dat ik te veel achting voor mij zelf koesterde om mij eene vergelijking met zulk een persoon te laten aanleunen en hij dan Bella Norse maar moest huwen. Daarop draaide ik hem den rug toe en ging met een verlicht hart in huis. Wij hadden ons echter bedrogen toen wij beide meenden dat hiermede alles was afgeloopen. Onze vaders waren te zeer met het plan ingenomen dan dat zij het zoo spoedig zouden opgeven. Het scheen hun zelfs niet veel te bekom meren, dat John en ik sinds ons gesprek elkander zoo ver mogelijk uit den weg gingen. Zij meendendat de tijd wel raad zou schaffenen dat John hem Bella Norse niet in huis zou brengen daarvoor stond de oude Winslow in, zooals ik hem hoorde bezweren. Hij had echter niet veel moeite hiermedewant binnen enkele maanden was Bella Norse op een goeden dag plotseling verdwenenzonder bare rekening in haar kosthuis te hebben betaald en John dien men vaak met haar te zamen zag, die altijd zoo gemeenzaam met haar was en menigen dollar voor haar uitgaf, genoot het twijfelachtig genoegenbovendien te worden uit gelachen. Ik vermoed intusschen, dat de oude Winslow haar in het geheim met een paar honderd dollars op den weg hielp maar aan John het vereffenen van de kosthuisrekening, om aan de spotternij een einde te maken, overliet, daar deze het blijkbaar alles behalve aangenaam vond dat hij door de vermeende dame op de tong der menschen was gebracht. Wordt vervolgd. van Puttkamer kwam den 29 aldaar aan, terwijl den vorigen avond reeds eene afdeeling pioniers uit Coblenz gekomen was om te helpenwant vele huizen dreigden in te storten en meer dan 200 men schen moesten gered worden. Hier en daar schijnen de menschen niet bij tijds gered te zijn geworden. ENGELAND. Lord Salisbury hield den 25 te Mid lothian in Schotland het district, dat minister Glad stone afvaardigt, eene rede, waarin hij betoogde, dat die minister door den oorlog in Egypte ontrouw was geworden aan de zachtzinnige beginselen, met zooveel ophef in de redevoeringen in dit district gehouden ontwikkeld om daardoor de daden van het conserva tieve ministerie bij het volk in een ongunstig licht te brengen. Tot lid van het Lagerhuis voor de hoogeschool van Cambridge is met 1945 stemmen gekozen de conserva tieve candidaatde heer Eaikes de liberale candidaat, de hoogleeraar Stuartbekwam 1118 st. De minister van buitenlandsche zaken ontving den 28 eene talrijke en invloedrijke commissie die in ver zet kwam tegen Frankrijk's aanspraken op Madagascar. Hij verklaarde geen kennis te dragen van eenig ver drag dat aan Frankrijk recht gaf op het bescherm heerschap, dat het voor Madagascar eischte. De minister van buitenlandsche zaken ontvangt den 2 het gezantschap der Koningin van Madagascar ten gehoore. De bij Aberdeen ingestorte spoorwegbrug die 18 voet hoog en 40 lang waswerd voor 20 jaren ge maakt. De locomotief en een deel van den trein waren er reeds overtoen zij instortte maar 3 wagens met reizigers stortten naar beneden. De verwarring en ellende waren onbeschrijfelijk groot. Lagerhuis. Den 27 werd door den onder-minis ter van buitenlandsche zaken verklaard dat hij niets wist van een afstand van de Tajourabaai door den Onder-Koning van Egypte aan Frankrijk. De regee ring overwoog een voorstel van Egypte tot verlenging der internationale rechtbanken. Vervolgens werd met 137 tegen 90 stemmen artikel 13 van het reglement van orde aangenomen waarbij de nieuwe regeling der wijze van werken tot een vast reglement verheven wordt. Daarna werd in behandeling genomen een voorstel tot benoeming van vaste commissiën voor het onderzoek der wetsvoorstellen betreffende rechtspleging, koophan del scheepvaart en fabrieken. Den 28 deelde minister Gladstone mede, dat de egyptische oorlogskosten tot 1 October het verleende crediet vermoedelijk met 12,720,000 zullen overtref- fen, zoodat Engeland's kosten in het geheel f 40,320,000 zullen bedragen. De kosten van de indische troepen op 22,561,000 geraamd zullen maar 13,680,000 bedragen. De kosten na 1 October zullen geheel waar schijnlijk bijna geheel door Egypte gedragen worden. De onder-minister van buitenlandsche zaken zeide dat de regeering volkomen vrijheid van eoheepvaart en handel op alle groote werven van Africa verlangt en dit vraagstuk overweegt. Den 30 antwoordde minister Ashley, op eene vraag van het lid Forsterdat de overgelegde briefwisseling alle opheldering zou geven over de invallen der Trans- vaalsche Boeren op het gebied van Mankarvane en andere hoofden van Bechuana. Hem is echter niet bekend, dat de Boeren in Zuid-Bechnanaland zco goed als hun gezag gevestigd of onlangs van Mankarvane den afstand van het grootste deel van zijn gebied ver langd hebben. Op eene vraag van het lid Dillwyn antwoordde hij dat aan den gonverneur van Natal per telegram bevel was gezonden geen tijd in onnoodige schikkingen te verliezen opdat Ketswayo zoo spoedig mogelijk naar Zoeloeland zou kunnen terugkeeren. De minister voor Ierland zeide, dat indien de oproe rige redevoeringen in de vergaderingen van den Natio- nalen Bond van Ierland voortduurden, die bijeenkomsten verboden zouden worden. Davitt en Healy zouden borgtocht voor hun toekomstig goed gedrag moeten stellen; anders werden zij in hechtenis genomen. Tegen Eedmond wordt wegens zijne laatste redevoering eene gerechtelijke vervolging ingesteld. Den I werd zonder hoofdelijke stemming het eerste besluit betreffende de in te stellen vaste commissiën aangenomen. Ieeland. De fenians Devine en Poole werden we gens den moord op den politie-agent Cox naar de as sises verwezen. Twee anderen werden wegens gebrek aan bewijs vrijgelaten. De iersche volksleider Michaell Davitt hield den 27 te Navan eene redevoering, waarin hij de ieren aan spoorde van Nov. 1882 tot Mei 1883 geene pacht te betalen zoo de regeering geen onderstand verleende aan hen die in den aanstaanden winter gebrek dreigen te lijden. De landwet en de wet op de achterstallige pacht waren geheel onvoldoende en^ de ieren moesten zich niet gaan verbeelden dat de pogingen der iersche leden in het Lagerhuis voldoende waren om voor Ier- land's belangen behoorlijk te waken. FKANKKIJK. De begrootingscommissie nam de verhoogde credieten voor de buurtspoorwegen en de op richting van dorpscholeti aan, doch verwierp met 8 tegen 5 stemmen het crediet voor de vestiging van scholen in buurtschappen. De verslaggever der commissie nam wegens deze verwerping zijn ontslag. Den 30 werd door den heer Batbie in den Senaat ver klaard, dat de schrapping van de bezoldiging der kapelaans een onbillijke maatregel zou zijn, welke slechts zou strek ken, om tot de ondermijning van den zedelijken zin in het land bij te dragen. De minister van binnenl. zaken verklaarde te dien aanziendat de regeering zich aan het concordaat wenschte te houden dat zij den gods dienstvrede wenschte maar tevens eenheid voor de wet verlangde bij alle geestelijken. Mevrouw Edmond Adam heeft in de Bigaro aan den heer Farcy, naar aanleiding zijner mededeelingen over Gambetta's plan, om generaal Campenon president der republiek te maken, mocht president Grévy, die in den

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1882 | | pagina 2