No. 47.
Vijf en tachtigste Jaargang.
1883.
FEUILLETON.
V R IJ D A G
20 APRIL.
26) RE STEK DER ANTHOLDS.
Prijs der gewone Advertentiën
©fliciëcl (Bcbeelte.
ISnitenlanb.
ALKMAARSGHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers 0-06.
Van 15 regels 0,75; iedere regel meer ƒ0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers ÏÏERMs. COS-
TER ZOON.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
herinneren bij deze de belanghebbende ouders en voogden: dat
volgens de algemeene schoolverordeningdoor den Raad vast
gesteld 22 December 1880 (Gemeenteblad n° 81) de toelating
van leerlingen op de school voor onvermogende n,
(armenschool) en de tusschenscholen alhier, slechts
éénmaal 's jaars geschiedt en wel op 1 Mei, waartoe de aanvrage
vóór dien tiid moet geschieden bij het hoofd der school.
Tot die scholen worden toegelaten de leerlingendie zes
jaren oud zijn of in het eerstvolgend kwartaal na den toelatings
termijn dien leeftijd bereikenterwijl bij de aanvrage moeten
worden overgelegd de bewijzen van geboorte, benevens van inen
ting of natuurlijke pokziekte der leerlingen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
17 April 1883. De Secretaris,
NUHOUT van dbr VEEN.
DUITSCHLAND. Men zal zich herinneren bet
ernstige spoorwegongelukin September des vorigen
jaars bij Hugstetten in Baden voorgevallen. De spoor
wegambtenaren die voor dat ongeluk te recht ston
denzijn den 13 door de rechtbank te Freiburg vrij
gesproken. Zij had niet de overtuiging verkregen, dat
de snelheid van den trein de oorzaak van de ontsporing
was geweest.
De Norddeutsche Zeitung zegt, dat volgens berich
ten uit Madrid alleen de minister van financiën tegen
het sluiten van een handelsverdrag is. Deze tegen
stand zou zijn oorsprong meer in staatkundige dan in
staathuishoudkundige gronden vinden waardoor weinig
uitzicht op het tot stand komen van dat verdrag zou
bestaan niettegenstaande de aanhoudende pogingen
der onderhandelaars van weerskanten.
ENGELAND. De Koning en de Koningin der
Nederlanden blijven tot aan hun vertrek graaf en gra
vin van Buren. De Koning gaf uitdrukkelijk zijn ver
langen te kennen dat hij geen deel wenscbte te
nemen aan eenige officiëele plechtigheid. Den 15 werd
overeenkomstig de toezegging de godsdienstoefening in
de hollandsche kerk bijgewoond. Ds. Adama van
Scheltema sprak naar aanleiding van 1 Timotheus
hoofdstuk I, vers 17: Den Koning nu der eeuwen, den
onverderjelijken den onzienlijken den alleen wijzen God
lij eer en heerlijkheid in alle eeuwigheidAmen. N a afloop
der godsdienstoefening gebruikten zij bij den neder-
landschen gezantgraaf van Bylandteenige verver-
schingen en des avonds bij den prins en de prinses
van Wales het middagmaal.
Te Londen heeft den 16 een geweldige brand ge-
heerscht. Eene der grootste drukkerijen en twaalf
daarnaast gelegen pakhuizen en woonhuizen brandden
af. De schade is zeer aanzienlijk en wordt op een paar
miljoen guldens begroot.
Bradlaughdie ook wegens godslastering vervolgd
werd is den 14 door de jury niet schuldig verklaard.
Het oorlogschip Dragon heeft last bekomen terstond
naar Madagaskar te stevenen.
Hoogerhuis. In eene der laatste zittingen werd
door een lid de aandacht gevestigd op de fransche
vloot, die in 1885 veel sterker en veel beter gewapend
en uitgerust zou zijn dan de engelsche. Yan regee-
ringswege werd tegen deze kwetsende vergelijking met
klem opgekomen. De wapening der engelsche oorlog
schepen stond volstrekt niet achter bij die van andere
mogendheden. Alleen moesten jaarlijks meer schepen
bij gebouwd worden.
Lagerhuis. De onder-minister van koloniën, de
heer Ashley verklaarde den 16 dat de gouverneur
van Queensland per telegram bericht had dat hij, om
andere mogendheden voor te komen, namens de Konin
gin van Nieuw Guinea bezit genomen had totdat de
regeering daaromtrent eene beslissing zou hebben ge
nomen.
Ikelan-D. De woede van het volk te Dublin tegen
den verklikker Carey is zoo grootdat buitengewone
voorzorgen genomen moesten worden om hem te be
schermen bij het brengen van de gevangenis naar de
rechtbank en omgekeerd.
Carey heefc in een aan hem voorgelegd portret van
Fynan den persoon herkend die bekend was onder
den naam van Nummer één. Vier politie-agenten
zijn daarop naar Mexico, waar hij thans verblijft,
vertrokken.
Den 16 ving het geding tegen den tweeden beschul
digde der moordenaarsbende aan. Zijn naam is Daniel
Curley. Ook hij is ter dood veroordeeld.
FRANKRIJK. Te Parijs hadden in 1882 767
zelfmoorden plaats, 612 van mannen en 155 van
vrouwen.
In eene den 14 te Saint-Eïienne gehouden vergade
ring van leden der uiterste 'üikerzijde van de Kamer
werd besloten aan de Kamer den eisch te stellen
de wegens de ongeregeldheden te Mont-'eau-les-Mines
en Lyon veroordeelde socialisten in vrijheid te stellen.
Bij hare terugkomst vindt de Kamer zeer veel te
doen. Over 76 wetsontwerpenwaarvan 36 door de
regeering en 39 door leden der Kamer ingediend zijn,
is verslag uitgebrachtterwijl 1 door den Senaat aan
de Kamer teruggezonden is. Nog 60 voorstellen zijn
in onderzoek en voor 17 andere moeten nog com-
missiën benoemd worden.
Bij de wederopening der Kamers zal de regeering
een krediet van f 2,500,000 aanvragen voor het zenden
van troepen naar Tonkin. Hare onderhandelingen met
met Italië over de afschaffing der capitulatiën in Tunis
vorderen goed.
De middelen brachten in het eerste kwartaal ruim
2% miljoen guldens minder op dan de ramingin
welk feit de conservatieve bladen aanleiding vinden tot
het doen van allerlei sombere voorspellingen ten aan
zien van de toekomst der republiek.
Er heeft zich eene commissie gevormd tot oprich
ting van een standbeeld te Parijs voor Jean Jacques
Rouseau.
ITALIË. Bij de behaudeling der begrooting van
marine nam de Kamer den 14 eene motie van ver
trouwen in het ministerie aan met 168 tegen 54 st.
De onderhandelingen over een bezoek van den Ko
ning aan den Keizer van Duitschland zijn nog niet af-
geloopen. De regeering wenschtdat de Keizer aan
den Koning ook een bezoek te Rome brengt.
OOSTENRIJK-HONGARIJE. De president-minister
antwoordde in het hongaarsche huis van afgevaardigden
op de door den heer Helfy gedane vraag naar het
bestaan van een drievoudig verbond tusschen Duitsch
land Oostenrijk en Italiëdat onze tijd behoefte
schijnt te hebben aan berichten, die de algemeene aan
dacht trekken. Naar zijn inzien was daaruit het ge
rucht eerst vau eeu Oostenrijksch-Russisch-Duitsch
verbond en nu dat van een aaneensluiting van Oosten
rijk Duitschland en Italiëte verklaren. Men moest
echter niet op de dagbladen afgaan maar wel op den
tekst van de redevoering van den italiaanschen minister
van buitenlandsche zaken. En deze sprak noch van
een overeenkomst, noch van een verbond tegen Frank
rijk evenmin van een waarborg met betrekking tot de
onschendbaarheid van grondgebied. Hij voegde er
bij dat Oostenrijk-Hongarije bovendien geen enkele re
den had om zich bij eene vereeniging aan te sluiten,
welke van de zijde van Frankrijk vijandige gevoelens
in het leven zou kunnen roepen, Het was Oostenrijk's
wensch om met die mogendheid op vriendschappelijken
voet te blijven. Die minister had slechts herhaald
wat graaf Kalnoky in 1882 in de Hongaarsche Dele
gatie had gezegd toen hij verklaardedat Italië toe
getreden was tot de behoudende buitenlandsche staat
kunde van Oostenrijk-Hongarije en Duitschland die
zich het handhaven van den vrede ten doel stelde.
Voorts was sedert de verklaringen van den heer Kal
noky in de betrekkingen met de buitenlandsche mo
gendheden niets veranderd. De overeenkomst der drie
mogendheden moest dus een geruststellend gevolg heb
ben behalve voor hendie voornemens waren den
vrede te storen en geen enkele mogendheid verkeerde
in dit geval. Met dit antwoord werd algemeen ge
noegen genomen. De commissie uit dat huis voor het
wetsontwerp betreffende het huwelijk tusschen israëlieten
en christenen keurde met 6 tegen 5 stemmen de strek
king van dat ontwerp goed.
PORTUGAL. De onderhandelingen met Engeland
over het sluiten van een verdrag betreffande de Congo
worden te Londen voortgezet en schijnen tot het ge-
wenschte doel te zullen leiden.
Uit het Hoogduitsch vau ADOLF STRECKFUSS.
De inspecteur had met ernst en beslistheid gesproken,
het waren geen ijdele woordendat gevoelde Herman;
hij greep de hand van den mantot wien hij zich
onweerstaanbaar voelde aangetrokken en drukte die
krachtig.
„Ik dank u voor dit woord," zeide hij ontroerd,
„en nu nadat gij het hebt gesproken verzoek ik niet
meer om uwe hulp maar ik eisch haar Ik had de
gevolgen mijner handelwijze tot heden niet geheel over
zien ik had er nog niet aan gedachtdat het voor
mij eene heilige plicht wasom aan de ongelukkige
Sabine, wanneer zij nog leeft, of aan hare nakomelin
gen het hun met volle recht toekomend erfdeel te ver
zekeren niet te dulden dat uit het onrecht een
schijnrecht geboren wordt. U heb ik het te danken
dat ik mijne plicht heb ingeziendaarvoor zal ik u
getrouw ter zijde staanwanneer aan het recht zijn
loop moet worden gegeven."
De beide mannen wisselden een krachtigen hand
druk zij wistendat zij geene verdere woorden of
verzekeringen noodig hadden zij waren van dit oogen-
blik af vast en innig met elkander verbonden. Zonder
terughouding vertelde nu de inspecteur Herman alles,
wat hij van doctor Anthold en diens vader wist.
De vroegere baron Johan von Anthold had ook
na zijne veroordeeling en zijne gevangenschap zijn
wiid leven voortgezet. Hij was met zijne vrouw
van de eene bad- en speelplaats naar de andere
gereisdhij had groote sommen gewonnen en ver
loren en nu eens in overvloeddan weder in diepe
armoede geleefd. Iedere ondersteuning, die hem door
zijn broeder werd verstrekt, kwam op de speelbank
terecht. Aan de opvoeding van zijn zoon had bij zich
weinig gelegen laten liggen, hij had hem in eene kleine
stad op een kostschool gebracht, en eerst toen de knaap
tot jongeling was gerijpthadden vader en zoon elkan
der wedergezien. Reeds als jong student had Johan
Anthold zijn vader in de gpeelholen vergezeld, hij was
diens medgezel bij de meest woeste uitspattingen ge
worden. Vader en zoon waren beruchte spelersdie
van plaats tot plaats trokken en zich niet meer verge
noegden om aan de speelbanken hun geld te wagen
maar in de groote duitsche steden zelf banken opricht
ten en onervaren rijke jonge lieden tot zich zochten
te trekken om hen door het spel uitteschudden.
Dit leven zette Johan Anthold, die intusschen den
doctorstitel had verworven voortnadat zijne vader
en zijne moeder spoedig achter elkander waren gestor
ven. Hij was bij de politie bekend als een zeer ge
vaarlijk hazardspeler hij stond zelfs onder de verden
king van valsch spelhet was echter tot nu toe nooit
geluktom hem op heeterdaad te betrappen. Gedu
rende zijn verblijf te D. had de inspecteur hem scherp
doen gadeslaan en daarbij de ontdekking gedaan,
dat docter Anthold in eene merkwaardige nauwe
betrekking met graaf Redigau was gekomen. Beide
hadden elkander meermalen in den achterkamer van
de tamelijk beruchte restauratie waarheen graaf Re
digau zich in burgerkleederen begaf, ontmoet. Van
het doel van deze zonderlinge bijeenkomsten had de
inspecteur niets kunnen vernemen, maar de verscheurde
brief, dien Herman had gevonden, gaf daarover eenige,
al was het dan niet toereikendeinlichting.
Ondanks alle aangewende moeite was het de politie
niet gelukt, om docter Anthold als bedriegelijk hazard
speler te ontmaskeren. De docter verkeerde meest in
bizondere gezelschappen, waar de politiebeambten niet
mochten binnendringen met jonge lieden der hoogere
standen. In de laatste jaren moest het geluk hem
verlaten of zijne kunst hem in de steek gelaten hebben,
want hij had in zeer benarde omstandigheden verkeerd,
schulden op schulden gemaaktzonder ooit iemand te
betalen. Sedert veertien dagen ongeveer was hij ver
dwenen waarschijnlijk had hij D. verlaten om zich
aan de vervolging zijner schuldeischers te onttrekken
waarheen hij gegaan waswist de inspecteur niet te
zeggen maar hij beloofdedaarnaar verder onderzoek
te zullen doen.
IX.
In het centrum der stad in de Gravenstraatdie
nog in het begin dezer eeuw voor een der voornaamste
straten der residentie gold lag het huis van den ge-
heim-haudelsraad Treu.
In de Gravenstraat hadden zich bij voorkeur de hoogste
hofkringen gevestigd. De nauwelijks tien minuten van
het koninklijk slot gelegene breedeschoone, in vroe
ger tijd met twee rijen boomen versierde straat was
bizonder geschikt voor woonplaats van voorname fa
milies die den herfstden winter en lente in de stad
aan het hof en slechts den zomer buitenop hunne
goederen, wilden doorbrengen.
Niet zonder reden had de Gravenstraat haren naam
gekregeneen reeks van grafelijke families had zich
daar hare paleizen gebouwd. Ook iu den tijdtoen
reeds in andere stadswijken de groote huurkazernen
de eene na de andere uit den grond verrezenwerden
in de Gravenstraat nog huizen van tweehoogstens
drie verdiepingen gebouwd, die juist voldoende waien
voor eene groote voorname familie met een talrijke
bediendenstoet.
In den loop der tijden echter verloor de Graven
straat langzamerhand haar karakter, dat zij nog tot in
de eerste jaren dezer eeuw had bewaard. De aristo
cratische wijken die in het westen der residentie ont
stonden oefenden een machtigen aantrekkingskracht
uitde fraaie villa's met groote tninendie daar wer
den gebouwd schenen zeer aangename woningen en
waren bovendien veel goedkooper dan de huizen in de