1
No. 55.
Vijf en tachtigste Jaargang.
1883.
FEUILLETON,
V R IJ I) A G
II MEI.
3S) l»H STER DER AiVTHOLDS.
Prijs der gewone Advertentiën
#fliciëel ©cbeelfc.
(Internationale Koloniale
en Uitvoerhandel-Tentoonstelling
te Amsterdam.
I.
iauitculanó.
ALK I
Deze Courant wordt. Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers 0 06.
Van 1—5 regels f 0,75; iedere regel meer/ 0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HBRMs. COS-
TER ZOON.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis, dat C. D. BIJMAN, wonende
te Amsterdam polder VTII vergunning gevraagd beeft, om voort
te gaan met den verkoop van sterken drank in het klein in
het perceel hoek Laat en Vlaanderhof wijk A n°. 152, waar
met vergunning tot voor eenigen tijd, sterken drank in het klein
werd verkocht door J. W. RUITER.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
10 Mei 1883. De Secretaris,
NUHOUT van der VEEN.
De houders der coupons Nos. 12 en 14 der leening 1881
worden verzochtdie ten spoedigste ter betaling aan te bieden
ten kantore van den gemeenteontvanger.
Nederlandsche Koloniën.
De tentoonstelling te Amsterdam is plechtig ge
opend maar op verre na nog niet gereed. Ieder
weet zulks. Reeds bij het betreden van het terrein
valt dit dan ook in het oog. Zelfs de gevel van het
hoofdgebouw is niet voltooid en laat hier en daar,
waar nog gips-ornementen ontbreken, het kale hout
werk zichtbaar. In de meeste afdeelingen daarbin
nen is men nog aan het aanvoeren en opstellen,
De groote machine-galerij is niet meer dan in aan
bouw vele kleinere gebouwen zijn nog niet afge
werkt en het terrein is maar voor een gedeelte
behoorlijk begaanbaar en grootendeels eene barre
zandwoestijn waar de zwoegende en dravende werk
lieden u schier omverloopëft en gij er op bedacht moet
zijn, tijdig uit den weg te gaan voor de spoortreinen,
die nog maar altijd door kisten met goederen aan
voeren. Is het derhalve zaak, het bezoeken der
tentoonstelling uit te stellen tot alles gereed is?
Integendeel, er is reeds zooveel te zient dat men
er hoe eer hoe beter mede beginnen moet. Het
geheel is van zulk een omvangdat men zich niet
voorstellen moet met enkele bezoeken te kunnen
volstaan om er een denkbeeld van te krijgenen
wenscht men te komen als waarlijk belangstellend
bezoeker wil men zijne kennis vermeerderen nut
van de beschouwing trekken dan zal men vele ma
len moeten wederkeeren. De afdeeling Nederland
m het hoofdgebouw en de afdeeling Nederlandsche
Koloniën in een ander gebouw zijn geheel de af
deeling Schoone Kunsten is voor het grootste ge
deelte gereeden er is dus meer dan voldoende om
vooreerst de aandacht bezig te houden en zich niet
te bekommeren over hetgeen nog ontbreekt en latei-
kan bezichtigd worden.
„Nederlandsche Koloniën" trekt ons het meeste
aan. Het kleine Nederland is eene groote koloniale
mogendheid. Indie is sinds eeuwen met onze ge
schiedenis onze belangen verbonden is de rijke
steeds vloeiende bron onzer welvaart. Wat Indie
tentoonstelt wijkt af van hetgeen tentoonstellingen
in den regel opleveren, het vreemde zal ons verras
sen en boeien en ons eene meer heldere voorstellino-
geven van land en volk dan ons tot heden eigen was!
Daarheen dus. Het hoofdgebouw laten wij ter zijde
en langs het Atchin-monumentgewijd „Aan de
grondleggers van het nederlandsch gezag op noor
delijk Sumatra 1873—1860", de tropische planten
kas een metalen spichtige pagode en het gebouw,
waarin de gamelang zich zal doen hoorennaar
het ongeveer 4000 vierkante ellen metende koloni
aal gebouw, waarvoor een afgietsel van het stand
beeld te Batavia van een der grondvesters onzer
macht in IndieJan Pietersz. Koen geplaatst is.
De sierlijke gevel is in moorschen stijlwel wat
mat van kleur wat misschien geschied is om den
luister van het inwendige te meer te doen uitko
men. De vestibule is versierd met de portretten
van 50 gouverneurs-generaal en met veroverde
lila s de mozaïekvloer toont ons de wapens van
Amsterdam en Batavia en roept ons in het neder
landsch en in het maleisch „welkom" toe. Het in
wendige bekoort ons door fraaien en kleurrijken
moorschen bouw. Ranke zuilen, met bogen over
spannen verdeelen het geheel in 3 het voorge
deelte zelfs in 5 schepen helder verlicht door gla
zen daken verborgen achter wit geplooid doek.
ei halver lengte van het middelschip bevindt zich
eene fraaie rustplaats met springende fontein met
oostersche gewassen in de hoeken en mollige divans
langs de wanden portières in de bogenvloer van
egels en omhoog langs 3 zijden eene galerij als
het ware een hof uit den Alhambra waarmede
eenige moderne schilderijen echter in strijd zijn
Achter deze rustplaats bevindt zich een nog rijker
uitgedoscht kabinetje voor den Koning en de Konino-in
De opstelling der voorwerpen, waarom men
zich ruim bewegen kan, is met den meesten smaak
geschied. Om rangschikking heeft men zich niet
te zeer bekommerd. Het achtergedeelte rechts is
meer bepaald aan bunname gewijd het voorgedeelte
rechts aan Hora en faunahet voorgedeelte links
aan indisch-europeesche nijverheid; maar overi
gens is meest gestreefd naar behagelijke afwisseling
en rekening gehouden met de grootte en den aard der
voorwerpen. In een volgend artikel stellen wij ons
voor een overzicht te geven van hetgeen door den Ko
ning de regeering, inzonderheid uit den schat van
het Bthnographisch Museum, door handel-en scheep
vaartmaatschappijen genootschappen en particulie
ren zoo in 0. en W. Indie als hier te lande, is te
zamen gebracht tot een geheel, dat wel als het
glanspunt der internationale tentoonstelling mac
beschouwd worden, en vreemdeling en landgenoot
een grootsch denkbeeld zal geven van de uitgestrekt
heid heerlijkheid en rijkdom van ons Insulinde en
van de trotsche werkeu die daar in vorige eeuwen
door de inwoners maar ook in latere tijden door
onze kleine natie zijn tot stand gebracht. Ben over
zicht zeiden wij dat op verre na geen aanspraak
op volledigheid wil maken eii misschien ook wel
eens aan juistheid zal missen de catalogus is na
melijk nog niet afgedrukt en vele voorwerpen dra
gen opschriften in het maleisch zoodat wij ons in
de beteekenis kunnen vergissenmaar dat althans
zal getuigen van de overg-roote belangrijkheidde
uitgebreidheid en veelzijdigheid van het besproken
onderdeel der wereldtentoonstellino-
BELGIE. De nienwe 4°/, leening is den 9 vijftio-
maal volteekend.
DUIISCHLAND. In de afgeloopen week is in
een spoorweg-rijtuig van den trein die tusschen Ra-
tingen en Hösel (in W estfalen) reed vuurwerk ont
ploft in den zak van een reiziger, die daardoor ernstig
brandwonden bekwam, terwijl ook de wagen vuur vatte.
De machinist zag den weêrschijn van dat vuur, toen
de trein door een bosch reed, en stopte dadelijk. Men
vond daarop het brandende rijtuig met open deuren
terwijl een der reizigers op de loopplank stond jam
merende over zijne vrouw die met vier andere reizi
gers in den eersten schrik der ontploffing uit den
wagen gesprongen was; alle vijf werden spoedig ern
stig gekwetst langs den weg gevonden Uit hel aan
grenzende rijtuig waren nog twee reizigers gesDvon»en
die betrekkelijk lichte kneuzingen bekomenhadden
De vrouw van genoemden reiziger overleed reeds Ge
durende haar vervoer naar het naast bij gelegen dorp
waar zij en de overige gekwetsten woondenf Zoo dé
personen waren blijven zitten hadden zij meer dan
waarschijnlijk weinig letsel bekomen.
Den 5 is op het vorstelijk slot te Neuwied gedoopt
het jongste kind van den vorst en de vorstin zu Wied
dat daarbij de namen ontving van Wilhelmine Auguste'
Fredenke Marie Louise Elisabeth. Koningin Elisabeth
van Eoumame, tante van het prinsesje, hield het ten
doop De prins van Oranje had zich door een adju
dant laten vertegenwoordigen. De predikant Lohmann
herdacht in warme bewoordingen de nagedachtenis van
den grootvader van het prinsesje, «ijlen prins Erederik
der Nederlanden.
Uit het Hoogduitsch van ADOLF STRECKFUSS.
Herman moest onwillekeurig glimlachen over Richt-
hausens verbazing en boosheid maar de verdenking
dat hij een valsch spel had gespeeldwas hem toch'
onaangenaam. „Gij bedriegt umijnheer von Richt
hausen antwoordde hij vriendelijk„het zou nooit
bij mij zijn opgekomen om op zulk eene wijze van uw
belofte misbruik te maken. Het toeval heeft zijn zon
derling spel met mij gespeeld. Ik was verplicht, om
den geheimraad Treu dien ik niet kende, een bezoek
te brengen, en vermoedde niet, dat ik in zijne doch
ter de door u zoo hoog gevierde dame zou terugvinden.
Myn verbazing was nauwelijks minder, dan de uwe.
Mejuffrouw Adèle heeft mij natuurlijk dadelijk herkend
de geheimraad weet echter op het oogenblik nog niet
welke dienst ik zijne dochter bewezen heb en zal het
ook niet vernemen. Ik houd u dus bij uw mij gegeven
woordgij moogt mij niet aan hem verraden."
„Dat is helaas doelloosantwoordde Richthausen
zuchtend. „Ik zou niet weten hoe ik u moest verra
den daar ik geen uitzicht heb mijn hoogste wensch
vervuld te zien en bij den heer Treu te worden toe
gelaten. Mijn bezoek is niet aangenomen, ofschoon de
geheimraad te huis was de portier heeft het mij
verraden. Ik kanzonder indringend te zijn mün
bezoek niet herhalen. Hoe gelukkig zijt gij Ik
benijd u Gij hebt toegang tot de goddelijk schoone,
uw bezoek wordt aangenomen gij hebt misschien zelfs
het uitzicht, om te worden uitgenoodigd."
„De geiioimraad heeft mij dat uitzicht geopend."
»D, gij ge.ukkigeovergelukkigeIk verteer van
verlangen. Dag noch nacht heb ik rust; ik denk en
peins hoe ik mij het gesloten huis zal openen alles
te vergeefsIk mat mij af en gevoel mij ziek
„Dat ziet men u niet aan; gij ziet er kapitaal uit!"
„Bedriegelyke schijn! Mijn roode gelaatskleur komt
van inwendige ontroering. Ik zweer u, dat ik Adèle
Ireu razend bemin en gezworen heb, dat geene andere
dan zij mijne vrouw zal worden
„Die eed klinkt verduiveld ernstig. Zeg eens eerliik
beste Richthausen heeft slechts de liefde u tot dat'
besluit gebracht Heeft de omstandigheid, dat geheim-
óp''gehad?» °°k Di6t eenigen ^vloed
„Neen, eerlijk en openhartig, waarachtig niet' Gij
weet dat mijn vermogen groot genoeg is, om mij niet
te behoeven te verkoopen. Overigens is uwe verden
king ook daarom ongegrond omdat het met de milli-
oenen van den geheimraad niet geheel in orde moet
zijn. Men spreekt zooveel over hem. Het feit dat
de geheimraad Treu de vader is van haar, die ik aan
bidwerpt alleen een schaduw over haar schoon beeld
Met dien man kwam ik het liefst niet in nadere aan
raking maar hij is haar vader en voor haar zou ik
alles kunnen verdragen
„Uwe woorden verbazen mij. Gij twijfelt aan de
miliioenen van den geheimraad Alles in zijn huis ge
tuigt van een bijna vorstelijken rijkdom."
„Uiterlijke glans, die echter op bedriegelijke grond
slagen moet rusten. Ik kom veel aan huis bij een mij
ner neven den bankier v. Maassen gisteren nog was
ik daar in een gezelschap waartoe ook eenige van onze
eerste geldmannen waren uitgenoodigd. Men noemde
bij een gesprek over eenige stoute ondernemingen den
naam Ireu. Gij kunt denken, hoe opmerkzaam ik luis
terde. Ik begrijp niets van zulke koopmanszaken dit
was mij toch echter duidelijk dat al die rijke heeren
en myn neef, van Maaseen voorop, van de zaak en
den rijkdom van den geheimraad Treu geen groot denk
beeld hebben. Zij spraken zonder eigen voorbehoud
als hunne overtuiging uitdat den een of anderen
dag het groote huis waarvan het crediet reeds geh°el
geschokt was ineen zou storten de bank disconteerde
reeds sinds lang geen wissels meer van den heer Treu.
Zij spraken van zinnelooze speculaties, mislukte twijfel!
achtige ondernemingen enzoovoorts. Mijnheer van
Maassen beweerde zelfs dat de geheimraad Treu niets
meer of minder was, dan een wanhopig speler, die
alles in gewaagde speculaties op het spel zette, dat hij
uiterlijk ka'm, ja yekoud scheen, maar ontzettend
hartstochtelijk was. Zyne ijdelheid en eerzucht hadden
hem aangespoord, om te trachten de grootste en rijkste
huizen te overvleugelenwaartoe hij ver boven z.jue
vroeger beduidende middelen zich in gewaagde onder
nemingen gestoken en verplichtingen op zich genomen
had, die zyne krachten te boven gingen. Er werd
nog veel over den geheimraad gesprokener werden
over zyne zaken buonderheden verteld, die ik vergeten
ben omdat ik ze met begreepdit bleek echter uit
allesdat niemand veel van hem hield. Men dreef
bitter den spot met zijne gewoonteom zich steeds
zelf den eersten christelyken bankier der hoofdstad te
noemen met zyne vergeefsche pogingen om een ade-
lyken titel te krijgen met de meer dan vorstelijke
wyze waarop zyn huis was ingericht, met de partijen,
die hy gaf waarbij duizenden werden verkwist, en met
zyne bizondere voorliefde voor graven en baronnen.
Het werd my ten slotte bij dit gesprek onbehagelijk
te moede, een oogenblik kwam de gedachte bij mij
opdat het misschien zeer goed was dat mijn bezoek
met was aangenomen. Maar ook slechts een oogenblik
want spoedig verdreef de herinnering aan de goddelijke'
verschijning lederen twijfel. Wat bekommer ik mij om
haren vader, haar bemin ik, haar alleen 1 Baron Anthold
indien gy aanspraak wilt krijgen op mijne hoogste dank!
baarheid en een vriend gelukkig wilt maken tracht
my dan eene mtnoodiging van den geheimraad Treu
te verschaffen. Gij zijt er toegelaten misschien kunt gij
my ook wel introduceeren. Ik zou geen ander zulk een
verzoek durven doen. Wie zou een medeminnaar het