No. 57.
Vijf en tachtigste Jaargang.
1888.
FEUILLETON.
WOENSDAG
16 MEI.
35) ME STER DER ANTHOLDS.
Prijs der gewone Advertentiën
BuiiettlAttb.
AlkimilSCIIi; ut! HAM.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Eijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
Van 15 regels f 0,75; iedere regel meer f 0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
DUITSCHLAND. Den 10 nam de gemeenteraad
vau Berlijn na de mededeeling van het koninglijk be
sluit tot zijne ontbinding, met 101 tegen 2 stemmen
eene motie aan, waarin o. a. gezegd wordt, dat het dage-
lijksch bestuur te recht aan de regeering aangetoond
had, dat de wet op de steden geen reden gaf tot ont
binding alleen omdat de veranderde bevolking eene
wijziging der kiesdistricten noodig maakte. Ten slotte
verklaart de raad in het besluit der regeering te be
rusten en het oordeel aan de kiezers over te laten.
Pbuisen. Den 12 werd de hygiëne tentoonstelling
diezooals men zich herinneren zalten vorigen jare
niet kon doorgaan door het afbranden der lokalen
waarin reeds een groot deel der ten toon te stellen
voorwerpen opgeslagen waren door den kroonprins
rfamens de Keizerin geopend. Hij heette de commissie
uit de inzenders en alle medewerkers hartelijk welkom
en bracht in het bizonder. een groet aan de vertegen
woordigers der naburige bevriende staten. Met vol
doening mocht men op het tot stand gebrachte terug
zien en het leed geen twijfel of het doel, om bestaan-
den nood te lenigen en welstand te bevorderen zou
verwezenlijkt worden,
ENGELAND. Op de bijeenkomst van Engelsche
Feeders tot het graven van een beter en korter kanaal
dan het Suez-kanaal, is algemeen het gevoelen uitge
sproken, dat het in 1854 aan den heer de Lesseps
verleende monopolie voor de exploitatie van een kanaal
tusscben de Middellandsche en de Roode zee hen in
dat plan niet kau verhinderen. I)e door de Egyptische
regeering omtrent dat punt geraadpleegde rechtsgeleer
den zijn van oordeel dat bij de oorspronkelijke vergun
ning aan de Suez-banaal-maatschappij het monopolie
toegekend is, doch dat dit niet gehandhaafd kan wor
den, mocht de maatschappij onmachtig zijn in de be
hoeften van het vervoer te voorzien.
Bradlaugh heeft den 9 in eene talrijke vergadering
zijner kiezers verzekerd, dat hij niet voornemens was
den strijd met het Lagerhuis optegeven en dat hij zich
het recht voorbehield om weder te trachten zitting te
nemen, zoo zijne kiezers hem bleven steunen. Hij zou
dit doen op den dag dien hij goedvond en op de wijze
die hem het best zou toeschijnen. Nadat hij verzocht
had door het opsteken der handen te toonen of zij hem
wilden steunen, gingen dadelijk algemeen de handen
in de hoogte, waarop hij deed uitkomen, het onjuiste
van de bewering van een der conservatieve leden, dat
hij thans niet langer door zijne kiezers gesteund werd.
Hij had het land doorgegaan om te klagen over het
hem aangedaan onrechttotdat eindelijk het algemeen
oordeel de wetsverkrachters in het Lagerhuis dwingen
zcu den strijd op te geven.
Afgevaardigden uit de Kamers van landbouw heb
ben bij de regeering aangedrongen op het nemen
van maatregelen tegen overbrenging uit het bui
tenland van besmettelijke ziekten onder het vee, in
het bizonder mond en klauwzeer. Hun werd geant
woord dat verbod van allen invoer van vee uit be
smette landen niet afdoende zou zijn, daar volgens die
afgevaardigden zeiven de besmetting ook op andere wijze,
door veehandelaren bij voorbeeld, kon worden overge
bracht. De verbruikers van vleesch zouden van een
dergelijk verbod groote nadeelen ondervinden. Het
nemen van dergelijke maatregelen kon dan ook niet
toegezegd worden.
Men verwacht eerstdaags de instelling van een af
zonderlijk ministerie voor Schotland.
Eenige leden van het Lagerhuis hebben besloten
een afschrift van de redevoering, door minister Gladstone
gehouden over den parlementairen eed aan iederen
godsdienstleeraar in het rijk toe te zenden.
Den 12 werd te Londen de internationale visscherij-
tentoonstelling door den prins en de prinses van Wales,
in tegenwoordigheid van verscheidene andere leden der
koninglijbe familie de ministers en de gezauten ge
opend. In de openingsrede betreurde de prins de af
wezigheid der Koningin en dankte uit haren naam
voor de belangstelling door de deelnemers van alle
landen aan den dag gelegd en voor den ijver, door de
vertegenwoordigers der mogendheden betoond bij het
voorbereiden der tentoonstelling. Hij wees verder op het
weldadige dezer tentoonstelling voor de visschers van
alle landen.
De nederlandsche afdeeling schijnt een goeden in
druk te maken en de 5 visschersmeisjesdie uit Ne
derland in hare gewone kieederdraeht die afdeeling
opluisterenzullen zeer zeker nog al de aandacht
trekken. Een barer komt uit Zandvoort een uit
Scheveningen een uit Harderwijk een uit Moddergat
en een uit Spakenburg (provincie Utrecht.)
Lagerhuis. Den 9 werd met 144 tegen 22 stem
men verworpen eene wet op het bouwen en besturen
van schouwburgen en met 124 fegen 44 stemmen eene
wetwaarbij verboden werd het werken van meisjes
beneden de 14 jaren in spijker- of kettingfabrieken.
Eerstgenoemde wet werd al te streng en laatstgenoemde
onnoodig geachtnadat de minister verzekerd had
dat er slechts op 9 van die fabrieken één enkel meisje
beneden 14 jaren werkzaam was zoodat men eene
wet zou maken ten behoeve van 9 personen.
Den 11 werd met 168 tegen 161 stemmen ver
worpen art. 13 van de begrooting van inkomsten
waarbij de heffing der inkomstenbelasting van de plaatse
lijke ontvangers overgedragen werd op ambtenaren van
het rijks-departement voor de belastingen. Door den heer
Dodson werd een wetsontwerp ingediend ter regeling
van de betrekkingen tusschen grondeigenaars en pach
ters. Het hoofddoel daarvan isden pachters ver
goeding te verzekeren voor aangebrachte verbeteringen.
Pachtovereenkomsten welke aan de pachters zulk eene
vergoeding ontzeggen zullen ongeldig zijn. Het leg
gen van beslag wegens aehterstand van pachtgelden
wordt tot éénjarige pacht beperkt. Het werd bij de
eerste lezing aangenomen.
Ierland. O'Brien en Doyle bekenden den 11 hunne
medepligtigheid aan den moord in het Phoenixpark.
De beuldie den tweeden Pinksterdag den eersten
der ter dood veroordeelde iersehe moordenaars zou
ophangen werd bij zijne aankomst te Dublin dadelijk
door vier gewapende agenten vergezeld en was zelf
met een revolver gewapendomdat men een aanslag
op zijn leven vreesde. Hij verbleef in de gevangenis
alleen in tegenwoordigheid van 5 ambtenaren alwaar
het doodvonnis aan Brady den 14 voltrokken werd.
De groote menigte buiten het gebouw gedroeg zich
zeer rustig.
FRANKRIJK. Vau den 16 af zal de aflossing plaats
hebben der schuldbekentenissen die niet toegetreden
zijn tot de rentevermindering.
Senaat. Het wetsvoorstel, ingediend door het lid
Roussel tot bescherming van verlaten en verwaarloosde
kinderen ondervond den 10 bij de algemeene beraadsla
ging wat het beginsel betreft goedkeuring bij den min.
v. binnenl. zaken, doch eenige bedenkingen wat de
bizonderheden aangaat. De commissie was iu haren
ijver te ver gegaan en had in te groote mate den staat
doen tusschen beide komen. Die wet moest waarborgen
inhouden, dat de overheid niet zonder de grootste
omzichtigheid het kind dat bescherming noodig heeft,
aan zijne natuurlijke opvoedersde oudersonttrekt.
Hij achtte het verder verkeerd de zorg voor verwaar
loosde kinderen aan de politie in plaats van aan de
bureaux voor openbaren onderstand op te dragen.
Wilde men ten platten lande eene nieuwe regeling
voor deze zaak invoeren, dan zou het voldoende zijn
de daartoe strekkende pogingen van bizondere personen,
waardoor reeds zulke goede vruchten verkregen waren,
aan te moedigen. Nieuwe uitgaven moesten op het
oogenblik zooveel mogelijk vermeden worden en de
regeering wenschte de voor openbaren onderstand uit
getrokken posten ten bedrage van 15 miljoen voor-
loopig niet te verhoogen. Daar de commissie zich wei
kon vereenigen met de opmerkingen des ministers, werd
de behandeling verdaagd om de verlangde wijzigingen
aan te brengen. Vervolgens werd met 131 tegen 120
stemmen aangenomen het hoofdbeginsel van het wets
ontwerp tot regeling der godsdienstige en burgerlijke
begrafenissen, hoofdzakelijk strekkende om den laatsten
wil van overledenen omtrent de wijze hunner begrafenis
te doen eerbiedigen.
LUXEMBURG. De plechtige intocht van don Ko
ning-Groothertog en gemalin te Luxemburg is thans
bepaald op den 21 in plaats van op den 17, terwijl
het bal ten stadhuize den 24 zal doorgaan. Het ge
meentebestuur zal de vorstelijke personen aan den
grens van het stedelijk gebied verwelkomen terwijl
Uit hat Hoogduitsch van ADOLF STRE0KFU3S.
De eigenaar van het huis waarin Herman woonde,
was een gegoed schrijnwerker bij wien hij reeds den
tweeden nacht na zijne komst geroepen werd.
Een kind van baas Eisner had plotseling een hevige
diphteritis gekregen. Geen docter was midden in den
nachttegen twee uurte vinden geweestde uitge
zonden boden kwamen terug zonder gunstig gevolg,
óf er was hun op hun schellen niet eens opengedaan,
óf zij hadden het bescheid gekregendat de docter
niet te huis wasóf de docter was zelf ziek en kon
in den nacht geen ziekenbezoek afleggen.
De beangstigde ouders waren wanhopigtoen ge
lukkig de portiersvrouwdie te hulp geroepen was
zich herinnerdedat den vorigen avond bij juffrouw
Ebert een docter was komen wonen. Dadelijk werd naar
docter Anthold gezonden en deze bereid gevonden
om medetegaan.
Toen hij in de ziekekamer tradsloeg hem eene
heete zwoele verstikkende lucht tegemoet. Rondom
het bed, waarin het zieke kind, dat zwaar adem haalde,
lagstonden vijf vrouwen die luide door elkander
praatten de naast het bed zittende moeder trachtten
te troosten en gerust te stellen en haar verschillende
raadgevingen over de ziekte mededeelden. De portiers
vrouw verhaalde van eene wonderbare genezing van
diphteritus door gloeiende kruiken die rondom een
ziek kind waren gelegd. Het arme wurmpje had zich
wel de voeten verbrand maar het was er door geko
men en dat was toch de hoofdzaak. Eene oude buur
vrouw die te hulp geroepen was, wilde van de kruiken
niets weten eeu natte koude doek om den hals was
een probaat middel hiertegen kwam echter de zuster
van vrouw Eisner op, eene ervaren vrouw die bij ha
ren zwager aan huis woonde. Door zweeten alleen
kon het kind genezenmeende zijmen moest het
heete kamillen geven en tegelyk een mosterdpleister
in den hals leggen.
De drie raadgeefsters schreeuwden door elkander,
terwijl de beide dienstmeisjes er tusschen door jammer
den over hun lief Riekje.
Hermans eerste werk toen hij de kamer binnentrad
was om de vensters opentezetten en frissche lucht
aantebrengeu verder moesten alle aanwezigen, behalve
de moederhet vertrek verlaten. De tante wilde zich
hiertegen verzetten maar Herman wees haar zoo
barsch terugdat zij verschrikt zweeg waarop hij zijn
bevel herhaaldedat de kamer ontruimd zou worden
hij vond hierin ondersteuning bij baas Eisner, wien
Hermans beslistheid achting inboezemde.
Eerst nadat de vrouwen onwillig en tegensprekend
zich verwijderd hadden ging Herman naast het bed
zitten. Hij vond het arme kind in een treurigen toe
stand het was de hoogste tijd dat het van zijne on
verstandige helpsters werd bevrijd. Het gevaar was
grooten de hoop om het kind in het leven te be
houden gering. Herman verheelde dit den vader niet,
met ernstige woorden bereidde hij hem op het ergste
voor, maar bemoedigde hem tevens door de verzeke
ring dat alle hoop nog niet geheel verloren was.
Met liefderijke zorg onderzocht hij daarop het zieke
kind hij sprak het zacht en teeder toe zoodat hij in
een oogenblik de liefde en het vertrouwen der kleine
wonen bewees het al de moeielijke diensten die de
ziekte vorderde. Yele uren lang zat hij aan het bed
met onvermoeide zorg verpleegde hij het kind en eerst
toen hij iaat in den morgen den vader met van vreugde
schitterende oogen de verzekering kon geven dat het
gevaar was overwonnenliet hij aan de moeder de
verdere zorg over, waarvoor hij heldereduidelijke
voorschriften gaf.
Het was een gelukkige samenloop van omstandig
heden dat baas Eisner dien nacht geen docter had
kunnen vindenen dat Herman nog te rechter tijd
geroepen was. Ware hij later gekomen dan had hij
het kind ondanks alle moeite en zorgen niet kunnen
behouden nu hem echter de redding was gelukt, had
hij zich het volle vertrouwen en de innigste dankbaar
heid van baas Eisner gewonnen. Deze vertelde met
ware geestdrift aan alle klanten, die in zijn werkplaats
kwamen, van den voortreffelijken jongen docter, die
nu in zijn huis woonde en van diens schitterende ge
nezing. Hij verkondigde Hermans roem ook iederen
avond in het koffiehuiswaar de eerzame burgers uit
de buurt hun glaasje bier plachten te drinken. Hij
kon den jongen bekwamen arts niet genoeg roemen
geen andere docter, zoo verzekerde hij zou ooit weder
over zijn drempel komen.
Het gevolg van zulke loftuitingen liet niet op zic-h
wachten het overtrof alle verwachtingen, die Herman
had gemeend te mogen koesteren. In den loop der
eerste week kon hij twintig ziekenbezoeken tellen, waartoe
hij geroepen was zonder daarbij te rekenen welke hij
vrijwillig aan zijne eerste patiente juffrouw Ebert had
gebracht.
De ziekte van juffrouw Ebert was niet van dien
aard dat de arts daaraan zijne bizondere opmerkzaam
heid behoefde te svijden zij had, om te genezen, slechts
rust en versterkend voedsel noodig- Het was dus niet
noodig geweestom haar meermalen te bezoeken maar
de achterkamer met hare drie bewoonsters oefende eene
eigenaardige aantrekkingskracht op hem uitwaaraan
bij gaarne toegaf. Hij had toch als docter het recht
om naar zijne patiente te komen zien, en van dit recht
maakte hij een ruim gebruik.
Indien hij thuis was wijdde hij al zijn tijd aan de
geneeskundige studiën die hij opnieuw had opgenomen
en werkte vaak tot diep in den nacht, maar tegen
den avond nam hij gaarne een uurtjeom zich° te
ontspannen en dit vond hij door een bezoek bij zijne