m
Vijf en tachtigste Jaargang.
ZONDAG
30 SEPTEMBER.
Prijs der gewone Advertentiën
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
EERSTE BLAD.
Plaatsgebrek noodzaakt ons, voor dit
maal ons feuilleton achterwege te laten.
#öiciëel (Scheelte.
NEUTRALITEIT.
Internationale Koloniale
en Uitvoerhandel-Tentoonstelling
te Amsterdam.
LVII.
ALKMAARSCHE tl»! RUI
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en
Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 8 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door
het geheele Rijk f 1,
De 3 nummers 0.06.
Van 15 regels f 0,75; iedere regel meer f 0,15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de Uitgevers HERMs. COS-
TER ZOON.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ter algemeene kennis
dat heden op de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het
aan hen ingediende verzoekmet de bijlagenvan JAN
BUSCH, om vergunning tot het oprichten van eene broodbak
kerij in het perceel aan den Westerweg, wijk E, n*. 285, en
dat op Donderdag, 11 October 1883, 's middags te 12 uren,
ten raadhuize gelegenheid wordt gegeven, om tegen het op
richten van die bakkerij bezwaren in te dienen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, A. MACLAINE PONT.
27 Sept. 1883. De Secretaris,
NUHOUT VAN DER VEEN.
P O L I C I E.
Ter terugbekoming is aan het Commissariaat van Policie
het volgende gevondene voorhandeneen gouden horloge-
sleuteltje; een hooiharkeen armband; een gouden horloge-
ringetje een portemonnaie waarin eenige centen een gemerkte
witte zakdoek; een zilveren stop; een gouden kruisje; een
vrouwendasje; een prot. vraagboekje; een lap blauwe voering;
een dameskraagje; een bloedkoralen halskettinkje met gouden
sluiting; een zoogenaamde marine-pet; een blauw koralen hals-
kettingje met gouden slotje; een bloedkoralen armbandje met
gouden tonnetje; een paar dames-handschoen en.
„En Kaïn sprak met zijn broeder Habel en het
geschiedde als zij in het veld waren dat Kaïn tegen
zijn broeder opstonden sloeg hem dood." Ziedaar
volgens het Bijbelsche verhaal het eerste noodlottige
gevolg van oneenigheid. Zoo ging het oudtijds. Van
het eerste oogenblik dat menschen met menschen in
aanraking kwamen heeft er verschil van gevoelen en
denkwijze bestaan en zoodra de begrippen wat al te
ver uit elkander liepen gaven zij aanleiding tot een
strijd. Niet alleen om het mijn en dijn om het bezit
van landen en de heerschappij over werelddeelen heb
ben de volken oorlog gevoerd maar evenzeer over
abstracte begrippen. Onze eigen geschiedenis heeft
daarvan al zeer merkwaardige voorbeelden aan te wijzen.
Langzamerhand, uaarmate de ware beschaving zich uit
breidde is men tot het inzicht gekomendat een
strijd een strijd met het zwaard namelijk over
beginselen en denkwijzen niet alleen door beschaving
en Christendomen door de ware humaniteit moet
worden veroordeeld maar ook dat zoodanige strijd tot
geen goed en afdoend gevolg kan leiden omdat het
onmogelijk is de werkzaamheid van den geest te be-
heersclien door materiëele kracht. Vandaar dat de
samenleving een geheel ander aanzien heeft gekregen
sedert veel met de scherpte van rede en verstand, maar
niet meer met de punt van het zwaard het goed recht
van eenig begrip wordt verdedigd of bestreden. Men
heelt leeren inzien dat het noodzakelijk is de denk
wijze van anderen te eerbiedigen en dar, wanneer men
die wil bestrijden dit moet geschieden met waardee
ring van elkanders gevoelens, daar niemand het recht
heeft te beweren dat hij alleen de waarheid in pacht
heeft en dus ook niet mag eischendat andere zich
aan zijn gevoelen zullen onderwerpen.
't Is merkwaardig de geschiedenis der polemiek na
te gaan om daaruit te zien hoe de aanvankelijk ruwe
en harde vormen, de heftige en scherpe uitdrukkingen,
die bijna even hard aankwamen als de slagen van het
groote slagzwaard in de riddertijden allengs plaats
maakten voor zachter en beleefder uitdrukkingen, voor
die netheid van redeneeren en demonstreeren waarbij
men wel niet meer de tegenpartij een coup de tête toe
brengt, maar veeleer hem door kleine dolksteken lang
zaam afmaakt of tot overtuiging dwingt. Maar ook
dat past niet meer bij de hedendaagsche beschaafdheids-
theoriën. Iedere bestrijding van andersdenkenden moet
geschieden op kalme, waardige wijze, zonder heftigheid,
zonder bitterheid zonder krenking. Die steken onder
water, die hatelijke zetten moeten wegblijven. Verdedig
uw gevoelen, maar krenk een ander niet! En zoo zijn
we al meer en meer geworden ook in den strijd over
beginselen en detfkwijzen „heel netjes, fatsoenlijk, be
schaafd en eindelijk om nu iu 't geheel geen aan
stoot meer te geven en niemand te krenken werden
we of worden we al meer en meer neutraal
De uitvinding of liever de toepassing van het neu
traliteit» beginsel is een uitkomst, geweest voor velen.
eerste opgang heeft het gemaakt in de staatkunde,
in do hoogere n.l., in de diplomatie. Voor de kleine
staten, d e zonder gevaar van doodgedrukt te worden
zich niet kou ien bemoeien met de aangelegenheden en
(je geschillen van de gruote mogendheden, heeft men
net neutraliteitsbegrip uitgevonden. De kleine naties
houden zich neutraal, onzijdig, onpartijdig. Zoo bleef
men buiten bet gedrang en kwamen de zwakkere zon
der kleerscheuren er al.
Geen wonderdat hetzelfde begrip weldra zijn in
trede maakte in de eigenlijke politiek en in de wetge
vende lichamen en in de regeeringskringen. Een neu
trale politiek is uitstekend geschikt om zich veel vrien
den te makendoor haar kan men nu eens van de
eene, dan eens van de andere zijde wat gedaan krijgen.
Zoo wat geven en nemen en zoo min mogelijk krenken
is de beste theorie om eigen oogmerken te bereiken.
Natuurlijk dat de menschen al spoedig tot inzicht
kwamen, dat diezelfde theorie in het particuliere leven
nog beter diensten kon bewijzen. Dat partij kiezen
dat kleur bekennen, dat zich aansluiten bij een scherp
afgeteekende groepheeft menigeen niet alleen veel
verdrietmaar ook materieel verlies en schade berok
kend. 't Is gekheid om zich aan zoo iets bloot te
stellen. In onzenbij uits'ek praktischen tijd heeft
men het middel weten te vindenom dat te voor
komen men houdt zich eenvoudig neutraal.
De geheele richting van den laatsten tijd heeft iets
weekelijks iets erg zoetsappigs en het neutraliteitsbe
ginsel werkt daartoe niet weinig mede. Men zegt niet:
ik ben te zwak, te onmachtig, te onkundig of te bang
om mij in den strijd te mengen maar men houdt zich
neutraalals ware dit een zelfstandig standpunt, de
handhaving van eigen beginsel. De neutraliteit is ei
genlijk de ondergang van de individualiteit altijd als
men onder individu wil verstaan een zelfstandig ka
rakter en niet ook een levenloos voorwerp. Van daar
dan ook dat de grootschescherpe en krachtige ka
rakters eu figuren van voorheen hoe langer hoe minder
voorkomen. De doodslager Kaïn en de druipstaartend
wegloopende neutraliteitsman zijn al even afschuwwek-
dende figuren maar tusschen hen staat een reeks van
sympathieke karakters en persoonlijkheden die we
thans al meer en meer missen. Niemand zal de Kruis
tochten en Hervormirigsoorlogen voornamelijk om
begrippen gevoerd met hun gruwelen en brandsta
pels terugwenschen maar de figuren van een Peter de
Kluizenaar, een Godfried van Bouilloneen Luther,
Karei V, Gustaaf Adolf, een Philips van Spanje en
Willem van Oranje ze worden geëerbiedigd en be
wonderd. En de dagen waarin men voor een beginsel
warm ten strijde trok, liggen nog niet ver achter ons.
Of zijn er zelfs onder de nog levende mannen niet
die eenige jaren geleden met al de bracht die in hun
is openlijk streden voor beginselen en denkbeelden
doch die nu ook al doortrokken schijnen van de vrees
om andersdenkenden te kwetsen en hinderen en zich
blijkbaar hebben overgegeven aan het neutraliteitsbe
grip. 't Is waar zij worden ouder, hun kracht ver
zwakt mochten ze hun steun nog maar eens krachtig
doen hooren, voor ze voorgoed zwijgen moeten want
de vrees is niet ongegrond dat het jongere geslacht
meegesleept door de gemakkelijke neutraiiteitsleer ge
heel zal indommelen en eerst zal ontwaken als
het tot het inzicht zal komen dat zijn individualiteit
geheel is opgelostwant en dit ziet men niet in
daar zijn machten en mogendheden die voor hun
belang die neutraliteit bevorderen en steunen omdat
daardoor hun kracht en macht worden verhoogd. Men
wil hen niet krenken, niet verbitteren zij worden
ontzien en gevreesd daardoor meent men aan hunne
heerschappij en overheersching te ontkomen of althans
den druk er niet van te gevoelen. Het einde zal teleurstel-
ling zijn, en als de tegenwoordige neutraliteitsbeginselen
nog lang en in toenemende mate worden toegepast op
staatkundigopenbaar en particulier gebied in de re
geering in de pers en in het dagelijksehe leven, dan
zal weldra de staat geraken in de macht van een an
der en de maatschappij overheerseht worden door een
gezag, dat men ontziet. Voor haar nadert de heer
schappij der kerk met rassche schreden omdat het
neutraliteitsbeginsel die kerk doet ontzien en onze
vrees om een vreemde mogendheid te krenken, brengt
ons staatkundig individualisme in ernstig gevaar als
de individualiteit op welk gebied ook geheel wordt opge
offerd, heeft niemand meer eerbied er voor.
Duitschland V.
Eerste zaal links (Vervolg).
Vau ijzer zijn hier weder vele inzendingen, waar
van wij slechts de fraaiste noemen n.l. de kook-
fornuizen van Hermann Koloseus te Afschaffenburg,
de slagersmessen van P. 0. Schulte Jr. te Gevels-
berg de dolken messen mesjes vorken en scha
ren in groote vitrine van Fr. Herder Abr. Sohn
te Solingende schaatsen van Wilh. Tilltnans te
Remscheidde sloten (o. a. een met muziek), sleu- j
tels en beslagstukken van J. F. Niederdrenk te Vel-
bertde fraai gevormde en georneerde kannen bij
de geëmailleerd ijzeren artikelen (van verschillende
inzenders aanwezig) van W. v. Krause te Berlijn
en de weefsels van metaaldraad van Carl Johannes
te Saalfeld en G. M. Pieper Co. te Hohenlimburg.
Als fraaie étalages komen nog in aanmerking die
van spijkers nagelshoefjes krammen en spring-
veeren van de Düsseldorfer Eisen Draht Industrie
en van Dreher Solui te Gerresheim; en als smaak
volle voorstellingen van kleine artikelen de machine
naalden van Leo Lammertz (het Rijkswapen), Jos.
Zimmermann en Gebr. Funken te Aken [nog 2
akensche fabrikanten en 1 te Iserlohn stellen deze
naalden ten toon]. Wij zwijgen verder over het vele
slotenmakerswerk het timmermansgereedschap de
spijkers koffie- en snijboonenmolens peterolie
stellenweegschalen, metalen beursjes enz., de rij
tuiglantarens en andere blikwaren. Slechts melden
wij nog de metalen bier- en waterpompen en fles-
Bchenkurkers van Boldt Vogel te Hamburg de
allersierlijkste metalen (ook ivoren) deurknoppen van
Issleib en Bebel te Leipzig, en, omdat zij ons te
midden van zooveel vertoon van menschelijk ver
mogen aan 's menschen broosheid herinnerende
metalen garnituren voor doodkisten van Ernst Rü-
benstrunk te Elberfeld.
Stoffen van zachter aard zijn de gekleurde wollen
dekens van Paul Förster te Glauchaude fijnere
en meer feeder gekleurde of witte dito, de moltons
en flanellen van Gebr. Zoeppritz te Mergelstetten
de prachtige geborduurde of gestikte zijden dekens
van Harry Edler Co. te Bielefeldhet fraai ten
toongestelde gekleurde pluche en fluweel vau J.
Weck te CulmbaehCarl Muller te Erkelenz en
August Schliipers te Gcch (laatstgenoemde heeft
een moorsche kiosk geheel met zijn fabricaat be
kleed), de koorden en kwasten van Schleich und
Fuchs te Dresden, de meubel-borduursels van Gatha-
rina Martens te Keulen en de fraaie borduursels van.
gouddraad op zijde van Isidor und Rosalie Reiter
te Breslau.
De „busten" ter uitstalling van heeren- en dames-
kleeding van Paul Baschwitz te Leipzig vermelden
wij, omdat wij die nog niet elders op de tentoonstel
ling gevonden hebben.
Tweede zaal links.
Even als in de oostenrijkscbe afdeeling vinden wij
hier eene collectie verkoopbare schilderijen (copiën
naar oude en nieuwe meesters) en daarbij een groot
aantal aquarellen uit den kunsthandel van Th. Koe-
nig te Munchen. Otto Troitzsch en Muller Lohse
te Dresden en Moritz Schauenberg te Lahr zonden
oleographièn de laatste tevens landkaarteneen
groot plaatwerk met Rijngezichteneene groote
teekening en daarnaar vervaardigde gravure van eene
groep nederlandsche stadsgezichten en voorts tee
kenborden linialen winkelhaken inkt en zegellak.
Belangrijk en uitstekend is de verzameling model
len en behoeften voor industrie- en teekenscholen
van J. Schroder te Darmstadt, waarbij een fraai
model van eene hangbrug voor spoorwegen meest
ijzeren modellen van werktuigen en zuiver van hout
vervaardigde modellen van metselverband ook voor
ovens en gewelven draadfigurenvoorwerpen voor
vormleer paletten linialendriehoeken enz. De
passerdoozen van C. Schönner te Neurenberg en de
globes van C. Abel te Klinger mogen mede gezien
worden. Stalen pennenook voor randschriften
paralelpennen stelt Fr. Soennecken te Bonn, Berlijn
en Leipzig ten toon in eene fraaie vitrine A. Ney
te Berlijn penhoudersmet een el groote in het
midden. In eene zeer fraaie vitrine zijn ook geschikt
de potlooden van J. Froescheis te Neurenberg in
een groote kas de potlooden en stiften van C. Con-
radhy aldaar, en in een zeer rijke vitrine die van Dun-
kelsbuhler Co. in dezelfde stad, waar 2 bergwer
kers in rotsen te midden van het fabricaat prijken.
Johann ïaber, almede te Neurenberg, stelt zich
voor zijne beroemde potlooden met eenvoudiger
etalage tevreden en heeft er ook leien aan toege
voegd. J. C, König und Ebhart te Hanover stellen
soliede kantoorboeken ten toon Julius Klinkhardt
te Leipzig in traaie kas bindwerk en proeven van
boek-, plaat- en kleurendruk de Scbriftgiesserei
Flinscb te Frankfort letters, cliché's en galvano-
platen. Van Leo Haenle te Munchen zien wij in
een rijke kas effen en gewerkt goud-zilver- en
bronspapier en vergulde papieren oplegsels en aan
een obelisk een aantal met brons- en brocaatverven
beschilderde rollen. De inzendingen van bladgoud,
zilver en aluminium en bronspoeders voor schilder-,
s